Lustrum Amsterdamsche studenten - Laatste training voor de T. T.-races
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
78jfe Jaargang
FEUILLETON
Het Mysterie rondom
Larissa
DE LAATSTE TRAINING VOOR DE T.T.-RACES OP HET CIRCUIT VAN ASSEN. EEN FELLE BRAND - woedde in een meubelmakerij te Blerick. Ook het
JAN BOSMAN IN VOLLE VAART. naast den winkel Keiegen woonhuis werd een prooi der vlammen.
De ruïne nar den. brand.
HET 61STE LUSTRUM DER AMSTERDAMSCHE STUDENTEN.. De ontvangst JAQUES DALCROZE-FEESTÈN in Ge-
der reünisten ten stadhuize. Burgemeester W. de Vlugt inspecteert nève. Een scène uit één. der opvoeringen in
de eerewacht. het park ,,La perle du Lac".
bekenden Amerikaanschen zeiler, tijdens de training voor de race
.mi de America-cup.
ERNSTIGE BOTSING TUSSCHEN TWEE AUTO'S EN EEN WIELRIJDER, -
op den Benoordenhoutscheweg in de residentie. Vier personen werden gewond.
De vernielde auto's.
KONINGIN-MOEDER MARY van Enge
land legde te Oxford den eersten steen voor
een bibliotheek. De Koningin met Lord Hali
fax op weg niar de plechtigheid-
Roman van WERNER SCHEFF.
43)
De onschuld op von Kaaden's gezicht
verblufte den commissaris. Zonder aarze
len en ln het geheel niet op de manier van
iemand, die een uitweg zoekt, antwoordde
de professor:
Nu weet ik. wat u bedoelt. Ja, ik had
inderdaad in een paar minuten het besluit
genomen om die erfenis in orde te brengen.
Ik was namelijk vroeg gewekt door een
telefoontje van Larissa, die afscheid van
me nam. Erg kort en bondig, zooals ze al
tijd met mij placht om te gaan. Zij wilde
direct naar Suit reizen, vertelde ze mij. En
toen bedacht ik me, dat ik dan haast
moest maken, wilde ik den 19en December
in Suit zijn.
Wat zegt u? Als ik u goed begrijp,
dan was het er u om te doen om op 19
December, dus vandaag, hier in Suit te
zijn?
Een pijnlijk lachje teekende zich af op
't gezicht van den professor: Natuurlijk
moest ik op 19 December hier zijn. Rekent
u zelf maar uit, hoe weinig tijd er mij
overbleef naar Riga te reizen en van Riga
weer naar Suit.
Maar zegt u me dan toch, waarom
Juist op 19 December?
De groote, sterke man boog het hoofd,
maar aarzelend stiet hij er uit: Het is de
dertigste verjaardag van mijn huwelijk
met Larissa!
Een golf van ontzetting voer door Lom-
bach. Hij voelde, dat hij met deze vraag
jets in de ziel van von Kaaden aangerperd
had, dat deze gaarne voor zich gehou
den had.
Vergeef mij, zei hij zacht dat heb
ik niet zoo gewild. Maar u heeft mij nu een
opheldering gegeven voor uw plotseling
vertrek uit Berlijn. Weet u, dat u daarmede
een sterke verdenking op u geladen had?
De professor lachte luid en weer kwam
er in zijn oogen die blik van stijfhoofdig
heid. waarmede hij zich den onwelkomen
vrager van het lijf wilde houden.
Een sterke verdenking. Bent u nu
werkelijk naief genoeg om te denken, dat
ik iets met die duistere zaak in Berltin uit
te staan had?
U vergist zich. Daarvan sprak ik niet.
Maar ik zou wel eens willen weten wat u
persoonlijk over dr. Streubel denkt.
Von Kaaden haalde zijn schouders op:
Wat zou ik over dien melkmuil den
ken? Sympathiek is hij me niet. Weet u,
hij is een van die jonge rekels, die iemand
steeds laten voel^i. dat men zelf een odd
man is.
Heeft u anders niets, waarom u hem
niet lijden kunt?"
Maar commissaris, wat kan mij dr.
Streubel schelen. Ik ben alleen maar blij,
als lk hem niet zie.
Lombach vond het niet noodig om met
von Kaaden op dit moment te spreken over
den aanslag, die Felix Streubel bijna het
leven gekost had. Zijn zoekende hand tast
te hier in het duister. De man, die voor
hem stond en die zoo geringschattend over
den jongen chemlker sprak, zou nooit iets
gedaan hebben, om het leven van dezen
laatste in gevaar te brengen. De poging,
waarop men Streubel om het leven had
willen brengen, kon slechts ontsproten zijn
uit een met haat gevuld brein en niet uit
de denkmachine van iemand, die den
mensch Streubel zoo onverschillig opvatte.
Ik zou wel eens willen weten, waarop
uw insinuatie doelde, vroeg von Kaaden,
zoodra hij merkte, dat de commissaris
aarzelde.
U heeft zich niet vergist. Er was een
mogelijkheid, om u in verband te brengen
met het gebeurde in Larissa's huis.
Onzin, bromde de professor.
Nu komen we echter op een chapiter,
dat heelemaal niet zoo onzinnig is, ant
woordde Lombach, zonder zich in het minst
beleedigd te gevoelen. ik maak mij sterk,
dat zelfs iemand, die de omstandigheden
slechts oppervlakkig kent, in u den moor
denaar van Larissa zien moet.
Een schok ging door het lichaam van
von Kaaden. Hij deed een schrede achter
uit. Daarop bekeek hij den man. die hem
zonder eenigen omhaal zulk een zware be-
leediging in het gezicht gezegd had, ult-
vorschend aan.
Dus toch riep hij uit. Een cynisch
lachje legde een diepe plooi om zijn mond.
Heeft u dan iets anders verwacht?
vroeg de commissaris.
Zoudt u dan gelooven, dat ik juist op
den sterfdag van Larissa van hier vertrek
ken zou? Toen ik hoorde, dat u hier waart,
voelde ik, dat u mij de schuld in de schoe
nen zou schuiven Ik was dom genoeg om
u op een kwaden dag te vertellen, hoe ik
tegenover Larissa stond. Trouwens de
waarheid weet u toch niet! lachte de pro
fessor op een moede, onnatuurlijke manier.
Larissa heeft u eens doodelijk belee
digd en daaruit kwam uw wrok tegen de
doode voort, ging Lombach niet van zijn
stuk gébracht, voort, ik vermoed, dat
u 'net noodlot een beetje geholpen heeft.
De leeuw heeft niet toegehapt, zooals u het
wenschte.
U bent een goed psycholoog, Dr. Lom
bach, maar u oordeelt slechts naar wat u
van mij gehoord heeft en wat u zelf opper
vlakkig beoordeelen kunt.
Ik waardeer u als een moedig mensch,
professor. Maar geeft u mij nu eens een
onomwonden antwoord op deze vraag.
Welke is.'.
Waar is de slang, die u gebruikt heeft
om op Larissa wraak te nemen?
Het tooneelspelersgezicht teekende dui
delijk een groote angst af. Ik heb reeds
vernomen, dat Larissa gestorven is aan
een slangenbeet, zei hij langzaam, maar
ik heb het voor een vergissing van den
huisdokter gehouden.
Bent u het dan eens met die theorie?
Ik bén er zelfs van overtuigd. Waar is
die slang?
Lombach keek rond in de kamer, hetgeen
den professor niet ontging. Zijn blik werd
er nog angstiger door
Ik weet niets van een slang! riep hij
op een toon, die niet erg overtuigend klonk.
Kom, laten we elkaar niets wijsmaken,
professor, u bent in dit gebouw de eenige
persoon, die iets met slangen uit te staan
heeft. Ik weet toch van uw wetenschappe
lijke specialiteiten. Zoodra ik van dr.
Schindler hoorde, dat Larissa door slan
gengif gestorven is, behoefde ik niet langer
r.a te denken. Ik heb u daarna twee uren
den tijd gegeven, omdat ik afwachten wil
de, hoe u zich gedragen zou. U heeft dan
ook precies dat gedaan, wat ik verwachtte,
dat u zoudt doen, en hetgeen ook het on-
i
voorzichtigste was: U heeft getracht te
vluchten.
Von Kiaden forceerde een lachje. Kort
en bondig, ik zou dus naar Suit een slang
meegebracht hebben, die een eind aan La
rissa's leven gemaakt heeft.
Ik weet zeer precies, professor, dat u
persoonlijk getracht heeft, om vandaag
met Larissa in contact te komen, hetgeen
door haar categorisch van de hand gewe
zen is. Daarop heeft u haar een bouquet
rozen gestuurd, is dat juist?
Weer deze ernst op het gelaat van den
ouden man. Ja, dat is juist. U weet toch,
dat ik vandaag aan Larissa deze dertig
rozen schuldig was. Zij wilde echter niet,
dat ik met haar over vervlogen jaren
sprak.
Dus het waren dertig rozen en ze wa
ren ingepakt. Wie weet, wat er zich nog
meer in dat papier bevond.
De professor staarde Lombach nlet-
begrijpend aan. En wat anders zou er ln
het papier geweest zijn?
De slang, natuurlijk.
Welke slang; ik heb u toch al gezegd,
dat ik niets van een slang afweet. In het
papier waren slechts bloemen, en wel der
tig zeer mooie theerozen, zooals Larissa ze
altijd graag had.
Laten wij dan aannemen, dat er geen
slang bij de rozen was, zei Lombach zonder
mededoogen, dan krijgt een ander ge
zichtspunt meer waarde.
Nu, en wat is dat andere gezichts
punt?
V/at heeft u den zoogenaamde mon
sieur Courbin voor zijn diensten betaald?
Nogmaals schudde Von Kaaden zijn
hoofd. Ook de naam Courbin scheen den
professor niets te vertellen.
INadruk verboden). .IWordt vervolgd)..