De Koninklijke Familie uit Amsterdam vertrokken - Brand te Rotterdam
78sfe iaarqang
LEIDSCH DAGBUD
Tweede Blad
FEUILLETON
Het Mysterie rondom
Larissa
SCHILDERIJEN VAN FRANS HALS UIT AMERIKA voor de tentoon
stelling in het Frans Halsmuseum to Haarlem, welke l Juli aanvangt. De aan
komst van de kostbare stukken.
FELLE BRAND IN KOFFIE- EN PINDABRANDERIJ
TE ROTTERDAM.
Een overzicht tijdens het blusschingswerk.
IN WEST-FR.IESLAND zijn de ecrsto kas-piuii-
men rijp. Het plukken van de sappige vruchten in
de ..Bongert" bij Hoorn.
HET VERTREK VAN DE KONINKLIJKE FAMILIE
ITT DE HOOFDSTAD. Tijdens de inspectie van
de op het perron opgestelde cerewacht.
FOLKLORISTISCH FEEST OP DE PARIJSCHE TENTOONSTELLING. MOTORRACES OP DEN NÜRNBURG RING.
Bewoners van de Pyreneeën dansen in hun In (je 250 cc-klasse voor motoren leverden de beide D.K.W.-rijders Winkler en Petruschke een feilen, strijd,
kleurige feestkleedij. dien Winkler met enkele meters voorsprong won.
Roman van WERNER SCHEEF.
S3)
„Nu zwijgt u, u kunt mij namelijk niet
intwoorden en u kunt zich niet verweren,
omdat u nog iets bezit, wat andere, wer
kelijke misdadigers missen: de overblijfse
len van wat eens een geweten was."
Hadjieff lichtte zijn hand op en hield die
over zijn oogen.
„Verwondert het u nu, dat ik, na alles
vat ik weet. in de eerste plaats aan u
dacht, toen ik uw arme vrouw dood voor
mij liggen zag?" vroeg de commissaris op
scherpen toon.
.Dr. Lombach, ik smeek u, denkt u een
ketje menschelijker. Ik kan wel begrij
pen, wie u ingelicht heeft en tegen mij in-
ienomen."
„Nu, dan maar den naam er uit. Zeker,
kt was Streubel. Verwondert u zich daar-
"er? Ik niet. Het was mij zeer aange-
nm hier iemand te hebben gevonden, die
zoo juist berichten kon. Kunt u iets
togen om Streubel's beweringent te weer
den? Of bent u misschien niet, alle
Waarschuwingen ten spijt, met Larissa op
ski-tour gegaan? Wist u niet positief,
'at Irene Wallon en Streubel in het hotel
ïhter zouden blijven? En was het geen
mathematische zekerheid, dat met zulk
weer een zoo zwakke ski-loopster als uw
vrouw met geen mogelijkheid de Sulter
Hut had kunnen bereiken?"
Hadjieff ademde zwaar. Hij keerde zijn
gezicht van Lombach af.
„Ware het niet beter, Peter Hadjieff, als
u er toe over ging om mij als een vriend
alles op te biechten?" hernam de commis
saris het woord, zoodra hij bemerkte welk
een vernietigende werking zijn woorden
op het recalcitrante gemoed van Hadjieff
hadden. „U bent thans in een stemming,
waarin ge u zelf en het gerecht een groo-
ten dienst bewijzen kimt. Oprecht gespro
ken, wilde ik u op staanden voet arrestee
ren. Maar toen ik u bij Larissa's bed zag.
wist ik niet wat ik zou doen. Ik geloof, dat
het onverwachte einde van uw vrouw u
zeer aangegrepen heeft."
De Rus liet zijn hand zakken. Zijn ge
zicht was als versteend. „Denk niet dat ik
overdrijf, Dr. Lombach," zei hij zacht,
„maar ik zou mijn leven er voor geven
als ik Larissa daarmee weer wakker ma
ken kon."
„Ik geloof, dat u dat werkelijk meent,
prins Peter en het versterkt mijn theorie,
dat u niet haar actueele moordenaar bent."
„Bij God, ik heb het niet gedaan! Mis
schien dat ik er eenige uren vroeger over
had kunnen denken, maar na mijn laatste
gesprek met Larissa was dat niet meer
mogelijk."
Hadjieff streed een lnneriijken strijd,
maar zijn weerstand was gebroken. Ook
was het mogelijk, dat Hij in een volledige
bekentenis zijn eigen heil zag.
„Goed, ik zal u alles vertellen. Ik weet,
dat wat ik gedaan, of liever gedacht heb,
niet gestraft kan worden. Nooit heb ik zulk
een plan voorbeid, want ik ben er steeds
voor terugdeinsd, zoodra het noodig was
om gedachten in daden om te zetten."
„Er zijn gedachten, die misdaden zijn,"
onderbrak de commissaris.
„Ja, dat weet ik, en in deze laatste we
ken heb ik in gedachten Larissa honderd
maal gedood, maar steeds met wensohen
en onuitgevoerde plannen. Ik heb dat ver
gif van den hond gehouden, omdat Ik in
zag, dat er mogelijkheden bestaan moes
ten, waarop ik het gebruiken kon. U weet
niet, Dr. Lombach, wat het beteekent aan
een vrouw geketend te zijn, van wie men
geheel en al afhankelijk is, en die u lief
heeft en deze liefde beantwoord wil zien.
En als dan deze vrouw nog zoovele jaren
ouder isEn als men haar dan zoo tegen
dien ouderdom ziet vechten en zelf ook
dagelijks ziet. hoe oud ze in werkelijkheid
is, dan staat men voor een onoplosbaar
probleem. Plotseling ontmoet men dan een
andere vrouw, die men lief krijgt, en dan
begint men met de gedachten te spelen om
van de andere vrouw af te komen. Zoo
dikwijls ik met beiden wilde spreken, ont
brak de moed mij op het laatste moment.
Larissa was heftig en zij verlangde bemind
te worden. U weet niet, wat ik geleden
heb. En steeds werd de wensch er een eind
aan te maken sterker en sterker."
„Hierin verschillen onze opvattingen
hemelsbreed, prins Peter Ik heb u reeds
gezegd, dat het voor u niet mogelijk ge
weest zou zijn Larissa te verlaten en wel
omdat u niet buiten de luxe en net com
fort kunt. dat zij u verschafte. Trouwens
u waart er absoluut niet zeker van, dat de
heer Wallon zijn dochter aan een armen
Russlschen aristocraat zou geven. Dat zijn
allemaal van die factoren, die u er van
weerhielden, om met uw vrouw een op
rechte uiteenzetting te hebben."
De prins sohrok. „Daar kunt u overden
ken, zooals u wilt," zei hij boos.
„Het zou beter zijn, als u uw verhaal
vervolgde, zonder op mijn opinie acht te
6iaan," stelde Lombach droogjes voor.
„U zult mij moeten gelooven, anders heb
ik geen reden verder te gaan. Ik heb dus
het vergif bewaard om het te kunnen ge
bruiken als de omstandigheden mij tot het
uiterste zouden drijven. Toen werd opeens
het vergif gestolen, waarin ik de hand van
Streubel meende te zien."
„Ik kan u zelfs vertellen, dat baron
Hohenberg dat kunststukje uitgehaald
heeft."
..Dat dacht Ik wel! Weet u, Dr. Lombach,
dat ik er bijna blij om was. Voor een
oogenblik ademde ik vrijer. Ik moest alleen
nog maai- verhinderen, dat u zich met de
zaak ging bemoeien en daarom kwam ik
op de gedachte om Ossipow er bij te
halen."
„Dank u, ik wist dat al."
„Des te beter. Nu moet u mij gelooven
als ik verte], dat ik Irene verzocht heb met
haar vader te spreken. Zij heeft hem opge
zocht op de doorreis naar Suit. Laat zij u
eens vertellen, wat de oude heer Wallon
zei, toen zijn dochter er op zinspeelde, dat
zij een man wilde trouwen, die zioh eerst
nog moet laten scheiden."
„Ik kan me voorstellen, dat hij daar
woedend over geworden is. Wist hij, wie
die man was?"
„Natuurlijk niet. anders had hij nooit
toegestaan, dat zijn dochter naar Suit
kwam."
„Zeer juist. En dus kwam Irene hier met
de boodschap, dat haar verbinding met u
langs een wettelijken weg niet mogelijk
was."
De Rus ademde zwaar. Zijn opgekropte
opwinding barstte los in een stroom van
woorden: „Ik heb wel geleden, Dr. Lom
bach. Gewetenswroeging is mij niet be
spaard gebleven. Ik ben niet zoo slecht ais
u wel denkt. Ik heb Larissa zeer zeker
niet uit hartstocht getrouwd, maar ik heb
mij steeds daarmede getroost, dat ik voor
haar een goede vriend was. Ais zij daar
mede maar tevreden geweest was! En toen
opeens verbeeldde ik mij. dat het zoo niet
langer ging."
.Natuurlijk, u vond het aangenamer om
de schoonzoon van mijnheer Wallon te
zijn!" wierp de commissaris er tusschen.
Het was toch wel eigenaardig, dat hij van
dezen opbiechtenden man alles geloofde,
behalve zijn onbaatzuchtige liefde voor
Irene. Hij hield hem er niet capabel voor,
om zonder bijbedoelingen lief te hebben.
Steeds weer moest hij denken aan von
Kaaden's opinie omtrent den prins.
Schouderophalend slikte Hadjieff de
kwetsende opmerking van Lombach. „Ook
goed! Neemt u maar aan, dat al mijn po
gingen er op gericht zijn de schoonzoon
van mijnheer Wallon te worden. Weest u
maar gerust, commissaris, ik word het
tóch!"
Het klonk zoo zelfverzekerd en tegelij
kertijd zoo hoonend, dat Lombach zijn
ooren spitste en voelde, dat hij een zwakke
plek in de zie! van den prms getroffen had.
„Gaat u als 't u blieft verder!" zei hij
koel.
(Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).