Ons Kort Verhaal
No. 23667
IS HET U BEKEND
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 25 Mei 1937
Vierde Blad
De strijd in Spanje
De Eereschuld
Uw stembiljet is een wapen!
Gebruikt hei legen de dictatuur!
78ste Jaargang
GEMENGD NIEUWS
De redding van de
„Hyperion".
dat wij momenteel in staat zijn zeer
zuinige Bestelauto's te leveren
met een laag eigengewicht
N.V. „HET MOTORHUIS" OFF. FORD DEALER, TEL. 2135/36
VRAGENRUBRIEK
IOJN/T EN LETTEREN
Eenheid
Door
Democratie
Door het Nederland&che jacht
„Vigilanter".
De prachtige schoener „Vigilanter" van
mh heer D. G. van Beuningen is terug-
gelieerd in Rotterdam.
Zachtjes deint het magnifieke schip op
öe ligplaats aan den kop van de jacht
haven van de Kon. Roei- en Zeilvereenl-
glng „De Maas" en niets doet vermoeden,
dat deze „Vigilanter", teruggekeerd van
Spithead, een avontuur heeft gehad,
waarbij de Hollandsche zeilers weer eens
hun beste beentje hebben voorgezet.
Twee Engelsche zeilers, de heeren At
kinson en Gibson, waren - zooals wij reeds
hebben gemeld - in de Engelsche wateren
met de „Hyperion", op weg van Harwich
naar Pooie. In de nabijheid van Hastings
was de wind plotseling opgestoken en
daardoor waren zij in moeilijkheden ge
raakt.
De „Vigilanter", die juist terugkeerde
van de vlootrevue te Spithead, heeft toen
assistentie verleend en aangezien daarbij
een van de matrozen van den Nederland-
fchen schoener, de Rotterdammer F. Rie-
dijk in een penibele positie geraakte, zijn
wij een praatje gaan maken met den
schipper van de „Vigilanter", den heer A.
Oudman.
De schipper vertelt.
„Er is heel wat om die „Vigilanter" te
doen geweest", zei hij, „maar het is een
prachtig schip en het heeft ons nog nooit
in den steek gelaten".
Het is niet alleen voor de „Vigilanter",
dat schipper Oudman enthousiast is. hij
steekt het evenmin onder stoelen of ban
ken, dat hij groote bewondering heeft voor
het zeemanschap van zijn chef. Want is
de heer D. G. van Beuningen bij de assis
tentie van de Engelsche sloep „Hyperion"
niet zelf aan het roer gaan staan, omdat
dit zoo interessant was? „De beste zeeman
had het hem niet kunnen verbeteren",
voegde de schipper er aan toe.
„We kwamen van de vlootrevue van
Spithead en het was ongeveer één uur in
den middag. Het schip liep plat voor den
wind met de breefok en alles op. We had
den dus een behoorlijke snelheid, ik denk
reker tien mijl.
Plotseling zie ik in de verte een rood
reiltje en toen de „Vigilanter" dichter bij
kwam. zag ik, dat de stagfok stuk was.
Ik dacht nog aan niets en toen zij wulfden
dacht ik: „O, zij groeten." Er stond een
stijve bries, maar voor iemand, die wat
van zeilen weet, was er geen gevaar. Een
maal benedenwinds van de groote sloep,
die de „Hyperion" was, gekomen, begon
nen de twee mannen, die aan boord waren
te schreeuwen, waarop ik allen hens aan
dek commandeerde om bij te draaien. Het
woei hard door en met den korten golfslag
in Het Kanaal en tegen de hooge zeeën
in, viel het lang niet mee om bij te draaien,
vooral niet voor een zeilschip. Het bleek
al gauw, dat de beide mannen in de sloep
weinig of geen kennis van zeilen hadden.
Toen wij er vlakbij waren, riep ik door de
microfoon „Willen jullie er af?". Waarop
dra het antwoord kwam „Ja". We hebben
toen driemaal om het scheepje heen ge
draaid om langszij te kunnen komen en
tij al deze manoeuvres heeft de heer Van
Beuningen zelf aan het roer gestaan.
..Toen wij eenmaal langszij waren, heb
ben we de menkchen er afgehaald. Dat
viel ook heelemaal niet mee, want hoewel
de een nog fit was, verkeerde de ander in
vrij beroerden toestand. Hij was totaal uit
geput en wij hebben hem gewoon van boord
aan dek moeten sleepen.
We besloten de sloep op sleeptouw te
nemen. De bedoeling was het bootje te
sleepen tot achter Dungeness, waar dan
de beide schipbreukelingen weer zouden
overgaan om in het kalme water zonder
moeite de thuisreis te aanvaarden. Alles
ging aanvankelijk heel vlot, de tros om
den mast hield en we togen op weg naar
het kalme water achter Dungeness. In
middels hadden wij onzen matroos Freek
Biedijk aan boord van de „Hyperion" ge
let. De zeeën begonnen toen een beetje op
te loopen en op een gegeven moment trok
de tros blijkbaar te hard, want toen
scheurde plotseling de mast af.
Maar door het afknappen van den mast
werd de toestand critiek. want toen ging
de „Hyperion" water maken. Wij gingen
direct in den wind om Freek op te pikken.
Maar voor het zoover was, loste te red
dingsboot van Dungeness een schot, ten
'eeken, dat hij uitvoer om onzen man van
het soheepje af te halen. Het was dus
voor ons onnoodig om verder te manoeu
vreeren. De reddingsboot heeft verder
naar het bootje niet omgekeken en dat gaf
niets ook. Zoowel de reddingsboot als de
.Vigilanter" hebben daarop koers gezet
naar het kalme water achter Dungeness.
haar hebben wij onze geredden aan de
'eddingsboot overgegeven en is Freek
Biedijk weer bij ons aan boord gekomen,
waarop wij onzen terugtocht hebben ver
volgd".
Vraagt prospectus
Verschillende modellen in diverse kleuren.
1914
(lngez Med.)
MOTORRIJDER OP EENIGE VOORBIJ
GANGERS INGEREDEN.
Gisternamiddag even voor 6 uur, is op
den Nieboerweg te 's-Gravenhage de 31-
jarige motorwielrijder A. L. K., wonende
in de Stuyvesantstraat, vermoedelijk door
onoplettendheid, ingereden op eenige men-
schen die zich daar op den weg bevonden,
te weten de 17-jarige wielrijdster, mej. J.
B., wonende Tiengemeentenstraat, de 51-J.
wielrijdster mej. A. H„ wonende aan de
Tesselschestraat en een 4-jarig knaapje P.
J. de W. uit de Tesselschestraat. Mej. J.
B. bekwam een lichte hersenschudding en
hoofdwonden. Zij is naar het Roode Kruis
Ziekenhuis overgebracht. Mej. A. M., die
eveneens een hersenschudding opliep, werd
naar haar woning vervoerd en het 4-jarig
jongetje moest met gecompliceerde frac
turen aan het rechter onderbeen naar 't
kinderziekenhuis worden overgebracht.
VAN HET DAK GEVALLEN.
Gisteravond te half acht is in de Rem-
«randtstraat te Den Haag de 8-jarlge H.
B van het dak van de ouderlijke woning
aan de achterzijde vaar het huis gevallen.
knaap werd Inwendig gekwetst en be-
™am bovendien een ernstige hoofdwonde.
®i b in zorgwekkenden toestand naar het
semeentelijk ziekenhuis Zuidwal vervoerd
BRAND TE APELDOORN.
Gisteren is te Apeldoorn het woonhuis
iamilie de Witte aan de Floralaan na-
geheel uitgebrand. De brand is ver
moedelijk ontstaan door vonken uit de
«cnei, waarop de huisvrouw de wasch had
dnfkezet' Zi^ was he' o'threken van
K.ïriand niet aanwezig. Bij haar thuis-
i* ontdekte zij den brand, welke zich
S'ls over een groot deel van het
Wuitgestrekt. Een deel van den In-
-oe] knn worden gered.
J" itad, dat boven lag te slapen kon
korri ult he'; brandende huis gered
nat Vuur is met twee stralen op de
dj, e"iiog gebluscht. De schade wordt
°o' verzekering gedekt.
VECHTPARTIJ TUSSCHEN TWEE
INWONERS VAN ARNEMUIDEN.
Twee ingezetenen van Arnemuiden. G.
de H. en J. F., hebben eergisteren oneenig-
heid gekregen Gistermiddag ontmoetten de
twee elkaar weer even buiten de kom der
gemeente, waarbij opnieuw ruzie ontstond.
Hierbij ging de H. den ander met een mes
te lijf. en verwondde hem levensgevaarlijk
aan den hals. Een geneesheer heeft F. ter
piaatse voorloopig verbonden, waarna het
slachtoffer naar het gasthuis te Middel
burg werd overgebracht.
De dader heeft zich ter beschikking van
de politie gesteld. Hij beweert geheel uit
zelfverdediging te hebben gehandeld, daar
F. hem met een hamer te lijf wilde gaan.
Voorts vernemen wij nog, dat de H. het
slachtoffer verzocht zou hebben buiten do
kom der gemeente te komen om hem te
spreken.
DE MIJDRECHTSCHE MELLIOENENZAAK
Naar wij vernemen heeft de Mijdrecht-
sche kweeker J. B., die onlangs door het
gerechtshof voor de tweede maal wegens
valschheid In geschrifte was veroordeeld
en wel tot een gevangenisstraf van een
jaar, afstand gedaan van cassatie. De man
had, volgens de dagvaarding, gepoogd
door middel van valsche stukken zich mees
ter te maken van de millioenen erfenis,
nagelaten door mevr. de wed. van Wierin-
gen Hij heeft steeds zijn onschuld volge
houden Hij was reeds voor andere stukken
die hij met dezelfde bedoeling had gepro
duceerd, veroordeeld tot vier jaar gevan-
genisstrai
BUITENLANDSCH GEMENGD.
BELGRADO DOOR NOODWEER
GETEISTERD.
Gisternacht heeft een buitengewoon he
vig onweder de Joegoslavische hoofdstad
en haar omstreken geteisterd. Verscheidene
uren waren de straten bedekt met een
laag hagel. De schade is aanzienlijk en
wordt op verscheidene millioenen dinars
geraamd. De wind. die een snelheid van
80 K.M. bereikte, heeft talrijke daken weg
gerukt en .tal van boomen ontworteld.
Verscheidene personen liepen verwondin
gen op.
Uit Loznita wordt gemeld, dat de water
hoos de rivieren sterk heeft doen zwellen
en dat in dit plaatsje verscheiden rr.en-
schen zijn omgekomen.
PLEIDOOI VOOR VRIJEN UITVOER VAN
HELIUM.
Thomas Knowles heeft als vertegenwoor
diger van de American Zeppelin Transport
Company aan een subcommissie uit den
Amerik. Senaat voor militaire aangelegen
heden de aanbeveling gedaan, dat de re
geering den vnrien uitvoer van helium zal
toestaan, zoodat de internationale dienst
met' luchtschepen kan worden voortgezet
zonder het gevaar voor ontploffingen, zoo
als het geval is geweest met het Duitsche
luchtschip „Hindenburg".
ZWARE BRAND IN EEN NEDERZETTING
In een nederzetting in het Pooische
district Wengrow zijn bij een brand ruim
honderd boerderijen vernield. Een bewoner
kwam in de vlammen om, terwijl tien an
deren ernstig gewond werden.
ZONDER MOTOR OVER DE TYROOLSCHE
ALPEN.
Stefani meldt uit Weenen: Gisteren wa
ren ze,s zweefvliegtuigen van de Chiemsee
in DuitschJand opgestegen om op een
hoogte van 3000 meter de Tyroolsche alpen
over te vliegen en Udine in Italië te be
reiken. Vijf toestellen moesten terugkeeren
en slechtséén landde des middags in Lienz
(Oostelijk Tyrol). Het toestel werd be
stuurd door Felix Krach, die hiermede de
eerste is, die zonder motor over de Ty
roolsche alpen heeft gevlogen.
De non interventie-commissie
maant tot humaniteit.
De sub-commissie voor de non-interven
tie is gistermiddag bijeengekomen en heeft
besloten een beroep te doen op beide par
tijen in Spanje om zich bij de krijgsver
richtingen te doen leiden door een zoo
zoo groot mogelijke humaniteit. De onder
commissie is begonnen met het bestudee-
ren van het rapport der technische onder
commissie inzake het terugtrekken der
vrijwilligers. Morgen zal de discussie hier
omtrent worden voortgezet. Het verslag
van de technische commissie omvat 70
bladzijden en de gedelegeerden hadden van
Zaterdag af nog niet voldoende gelegen
heid gehad om den tekst nauwkeurig te
bestudeeren.
De Britsche regeering heeft verschillende
antwoorden ontvangen inzake het Britsche
voorstel tot wapenstilstand. Frankrijk en
België hebben het voorstel goedgekeurd;
het Duitsche antwoord wordt over het al
gemeen als gunstig beschouwd. Het Russi
sche antwoord is nog niet ontvangen.
Men meent te Londen te weten, dat het
Portugeesche antwoord zeer duidelijke be
zwaren opwerpt. Het zou dit ontwerp
moeilijk uitvoerbaar achten en zich over
tuigd verklaren van de onmogelijkheid de
goedkeuring te krijgen van de beide
Spaansche tegenstanders.
Intusschen schijnt Duitschland een draai
te hebben genomen. Vandaag verklaren of-
ficieuse kringen in de WiLhelmstrasse dat
het. aanvaarden op een misverstand be
rust. Deze plotselinge wijziging in de hou
ding valt samen met den terugkeer van
Hitier te Berlijn. In diplomatieke kringen
gaat het gerucht, dat Mussolini persoon
lijk bij Hitier een stap zou hebben onder
nomen. Daar het ontwijfelbaar is, aldus
Havas, dat Duitschland op het oogenblik
zijn betrekkingen met Engeland wenscht
te verbeteren, is het waarschijnlijk dat de
luidruchtige bedenkingen, die Berlijn van
daag tegen de afwikkeling van het Spaan
sche avontuur, die men Zaterdag nog be
reid was te aanvaarden, heeft laten hoo-
ren, voortvloeien uit den wensch zoo lang
mogelijk de spil Berlijn-Rome te handha
ven, fioch ongetwijfeld ook uit prestige
overwegingen.
Van Fraixsche zijde is nog een zeer uit
voerige verklaring afgelegd over het terug
zenden van de Spahnsche vliegtuigen, die
in Frankrijk waren geland. Voortaan zul
len dergelijke verdwaalde toestellen ge
ïnterneerd worden!
)v "jsjn'ooi'"
Vragen in het Engelsche
Lagerhuis.
Tijdens de gistermiddag gehouden ver
gadering zijn in het Lagerhuis tal van
vragen gesteld met betrekking tot de
Spaansche kwestie. 'bt.
De onderstaatssecretaris van buitenland-
sche zaken, lord Cranborne, antwoordde
met een algemeene verklaring, waarin hij
mededeeling deed van het voorstel der
Britsche regeering inzake een wapenstil
stand in Spanje.
„De regeering", aldus Cranborne, „is
van meening, dat het terugtrekken dei-
vrijwilligers uit Spanje tijdens de vijan
delijkheden niet dan met groote moeite
zou kunnen geschieden."
Cranborne voegde er aan toe, dat het
door de non-interventie-commissie inge
stelde controle-systeem voor zoover hij
wist nog steeds op bevredigende wijze
werkte.
Ten aanzien van het verzoek der Bas-
ken-regeering. een onderzoek in te stellen
inzake de verwoesting van Guernica, deel
de Cranborne mede, dat de Britsche re
geering aan de regeeringen van Frankrijk,
Duitschland, Italië, Rusland en Portugal
verzocht heeft, haar meening omtrent dit
verzoek uit te spreken, en er daarbij op
gewezen heeft, dat, indien deze regeerin
gen voor een zoodanig onderzoek waren,
dit uitgebreid zou kunnen worden tot nieu
we gevallen van soortgelijken aard, en dat
zij van haar kant bereid was, aan deze
enquête mede te werken, hoe uitgebreid ze
ook zou mogen zijn.
Op de talrijke vragen betreffende het
zenden van vliegtuigen naar Spanje door
verschillende buitenlandsche regeeringen,
waarover bepaalde kranten de laatste we
ken hebben geschreven, gaf de onder
staatssecretaris ontwijkende antwoorden,
waarbij hij wees op den ernst van deze
kwesties, die de volle aandacht van de
niet-inmengingscommissie hebben.
Van 't front.
Aan het front is feitelijk niets veran-
derd.
De linksche luchtmacht heeft by het
aanbreken van den dag Palma de Majorca
gebombardeerd: veertien menschen kwa
men om het leven, terwijl een vijftigtal
verwondingen opliep.
Het rechtsche legerbericht besluit met
de volgende wborden: „De herhaalde bom
bardementen der burgerbevolking in door
de nationalisten bezette gebieden, die van
alle fronten verwijderd liggen, waardoor
gedurende de laatste dagen meer dan drie
honderd menschen zijn gedood en vijfhon
derd gewond, zullen ons noodzaken tot het
toepassen van uiterst strenge tegenmaat
regelen."
Door J. P. BALJÉ.
Zenuwachtig liep Marcel Dupuis in de
kamer op en neer. Zijn gezicht was bleek
en zijn oogen stonden dof. als na een
slapeloozen nacht.
„Het is een eereschuld, vader", her
haalde hij, „en vandaag nog zal ik het
geld moeten hebben, anders
De oudere man, die nog aan tafel zat,
vouwde werktuigelijk zijn servet op en zijn
gezicht stond zorgelijk, toen hij zijn stoel
achteruitschoof. „Honderdduizend francs
in één avond!" mompelde hij verslagen.
„Honderdduizend! Hoe kón je zoo roeke
loos zijn, jongen?"
Marcel vermeed het. zijn vader aan te
zien. Hij leunde tegen het raamkozijn en
keek naar de Zondagstille straat, „Het
was waanzin", bekende hij, „ik begrijp zelf
niet, hoe ik me liet verleiden, zoo hoog te
spelen". Dan keerde hij zich hartstoch
telijk om en met iets wilds in zijn oogen
keek hij zijn vader aan. „Maar u helpt me
toch, vader, voor deze eene keer nog
smeekte hij.
Er was een smartelijk trekje om Jean
Dupuis' mond.
„Honderdduizend francs, jongen, hoe
moet ik die op Zondag bij elkaar krijgen?
En zelfs al was het geen Zondag, dan
nogHij sprak niet verder, zijn hand
frommelde nerveus het servet in elkaar.
Marcel werd nog bleeker. „Wilt u zeggen,
datdat Ugeen honderdduizend
francs.
Zijn vader knikte. „Onmogelijk, jongen.
Al een paar jaar lang heb ik de zaak nog
maar net drijvende kunnen houden. Het
laatste jaar ging het nóg slechterwe
hebben veel schulden en maar heel weinig
vorderingen
Aschgrauw keek Marcel zijn vader aan.
„Dan", bracht hij uit, „dan is er alleen
nog maar de gevangenis, of...."
Jean Dupuis sprong op, zijn stoel viel
met een bons op den grond. „Marcel!" Zijn
stem was heesch en zijn handen beefden.
„Er is dus méér dan alleen die schuld?"
De jongen beet zich op de lippen. „Ik
teekende een chèque met uw naam!" be
kende hij zacht, „ik hoopte die vandaag
terug te kunnen koopen, en anders hoopte
ik, dat U de bank zou authoriseeren, het
bedrag uit te betalen. Maar als er geen
dekking is
„Er is geen dekking!" hijgde zijn vader
ontzet. „En er is ook geen kans, dat die
er morgen zal zijn".
Een oogenblik was het stil in het ver
trek. Met starre oogen staarden de beide
mannen voor zich uit. Dan liep Jean Du
puis op zijn zoon toe en hij pakte hem
bij de schouders. „Er is maar één hoop op
redding. Ik moet den man1 spreken, die de
chèque in handen hééftIk moet hem
uitstel vragen, een week, een maand des
noods, en in dien tijd' trachten van onze
oude vrienden hulp te krijgen. Het zal
moeilijk zijn, maar het is de eenige kans.
Zeg mij zijn naam, jongen, en geef mij zijn
adres".
Moedeloos keek Marcel zijn vader aan.
„Het is een eereschuld vader. En een eere
schuld moet binnen vierentwintig uur wor
den afgedaan, in dit geval morgen. En
anders
Jean Dupuis' greep werd vaster. Even
kreeg zijn woede de overhand. „Eere-
schuld!" smaalde hij. „De eer van een
speler! Bah! Zeg mij zijn naam en onmid
dellijk!"
„Justin Car not", antwoordde Marcel on
willig, „hij woont in de Rue des Trap-
pistes 457. Maar het is beter, vader
Jean Dupuis luisterde al niet meer.
„Wacht hier op me", beval hij, „ik zal
probeeren te redden, wat er nog te redden
valt".
Haastig sprong Jean Dupuis op, toen
Justin Carnot in een chambercloak, bin
nentrad. „U excuseert wel?" glimlachte de
laatste, „ik ben niet zeer matineus en
daarom nog niet gekleed. Waarmee kan ik
u van dienst zijn?"
„Ik ben Jean Dupuis", stelde Marcel's
vader zich voor, „en ik kom voor de eere
schuld van mijn zoon. U won gisteravond
honderdduizend francs van hem".
„Ah. juist. En u komt de chèque terug-
koopen. Het angstige vaderhart had geen
rust en daarom is u er zoo vroeg bij".
Justin .Carnot lachte.
„Helaas, meneer Carnot, is dat niet pre
cies het geval. Ik kom uw medewerking
inroepen. Het is mij heel lastig het bedrag
nu te betalen. Als u veertien dagen, een
maand wellicht geduld zoudt willen heb
ben en zoolang de chèque niet presen
teeren
Verwonderd haalde Carnot de wenk
brauwen op. „Een eereschuld, meneer Du
puis, wordt gewoonlijk binnen vier-en-
twintig uur afgedaan".
„Dat vertelde mijn zoon me", bevestigde
Dupuis bitter, „maar dat is me onmoge
lijk. Ik smeek u, sta ons dit uitstel toe.
Hethet zou mijn ondergang beteeke-
nen en die van mijn zoon, als u de chèque
presenteerde".
Het gezicht van Carnot verried geen
enkele emotie.
„Een valsche handteekenlng, meneer Du
puis, als ik me niet heel sterk vergis?"
Er kwam geen antwoord. Jean Dupuis
speelde met den rand van zijn hoed, ner
veus. zonder opzien
„Welnu, ik weiger! Als jonge dwazen
geen geld bezitten, moeten zij niet spelen!"
Voor Dupuis' oogen kwam een waas. Zijn
stem miste alle vastheid en zijn gevouwen
handen trilden. „Ik smeek u, meneer Car
not, het is voor mijn kind, het geld mijn.,
maar vooral zijn levensgeluk. Als u een
hart hebt
„Zoo sprak je vijfentwintig jaar geleden
niet, Jean Dupuis!" klonk Carnot's stem
hoonend. „Toen nam je Maryse van me
weg, toen was jij de man, die het geld had,
maar „hart" miste, toen wist je gedaan te
krijgen, dat Maryse met je trouwde, door
je geld. Ik was toen een arme stakker.
Vandaag zijn de rollen omgekeerd!"
Dupuis' oogen werden groot. Ontsteld
keek hij Justin Carnot aan. „Gaston!"
stamelde hij, „Gaston de Brieux!"
„Juist! Gaston de Brieux, die na vijf-en-
twintig jaar het groote leed, dat je hem
aandeed, kan wreken. Je wist dat Maryse
en ik van elkaar hielden, maar je Intri
geerde zoolang, dat je je doel bereikte. Of
ik daardoor ongelukkig werd kon je niet
schelen. Welnu, vandaag is het mijn beurt.
Ik heb er op gewacht al die jaren
Dupuis waagde een laatste poging,
„Gaston", smeekte hij, „heb medelijden,
al is dat alleen ter wille van Maryse^ na
gedachtenis. Marcel is toch ook hA&r
zoon
Gaston de Brieux schelde. „Het is beter,
dat de knecht, die je uit zal laten, je niet
in die houding ziet", zei hij koud. „Adieu!"
Toen Jean Dupuis als een geslagen hond
de kamer had verlaten, haalde Gaston de
Brieux de chèque te voorschijn en scheur
de die in kleine snippertjes.
.Een paar slapelooze nachten en pijni
gende dagen, dat is toch wel het minste,
wat je me schuldig was. voor het leed, dat
.ie mij veroorzaakte, Jean Dupuis", mom
pelde hij, terwijl hij om zijn ontbflt
schelde.
M. B, te W. Het adres van ritmeester
van Voorts Evekink is ons niet bekend.
J. J W. te L. Te informeeren bij den
Burg. Stand te Den Haag.
NIEUWE UITGAVEN.
Wij ontvingen van de Uitgevers Mij. A.
W. Bruna en Zoon te Utrecht:
„Achter het gele gordijn", een detec
tiveroman, door R. A. J. Walling.
„Uit de diepten van het Heelal", door
H. Spencer Jones, directeur der Kon. Ster
renwacht te Greenwich.
Van v. Holkema en Warendorf N.V. te
Amsterdam
„Leerwerk", een keurig boekje met tal
van nuttige wenken voor hen, die reeds
eenige vaardigheid in het leerwerk hebben
verkregen, door Geertruid de Graaff.
Van J. B. Wolters te Groningen:
„Op weg naar denkend lezen", door dr.
M. J. Langeveld en B. G. Palland, een stel
leesboekjes voor de zesde klasse der volks
school en de vijfde en zesde klasse der
opleidingsschep.
Verschenen bij de Uitgevers Mij. „De
Tijdstroom" te Lochem:
„De Schaakstudie der Nieuw-Russische
Grootmeesters", door A. O. Herbstman, met
een voorwoord van dr. A. A. Aljechin.
Bij J. Noorduyn en Zn., te Gorinchem:
„Parijs", door W. J. M. Linden, een gids,
bevattende alle mogelijke inlichtingen
over historische en aardrijkskundige bij
zonderheden, alsmede gegevens op touris-
tisch gebied.
Bij W. P. van Stockum en Zn. N.V., re
Den Haag:
„Het juiste Inzicht", door J. J. Reyers—
Troost.
Bij Nijgh en Van Ditmar N.V., te Rotter
dam:
„Volk in Nood!" door G. A. Larsen van
Neerland, met medewerking van de 12
voornaamste politieke partijen.
Bij Bosoh en Keuning te Bajum:
In de Libellenserie: „Kukeleku", de
dieren van de boerderij gaan hier in plaat
en rijm voorbij, door Piet Marée en JoKal
mijnSpierenburg.
„Van A tot Z.", poppen- en beesten
alfabet, van dezelfde auteurs.
„De levensroman van dr. H. Colijn", op
gedragen aan ons Nederlandsche Volk dbor
Rudolf van Reest.
Bij Em. Querido's Uitgevers Mij. te Am
sterdam, in de welbekende Salamander
serie
„Amsterdam", roman door Maurits Dek
ker.
„De Liefde van een Dwaas", roman door
Nine van der Schaaf.
„Uit het Leven van Frank Rozelaar", ro
man door L. van Deyssel.
„Uitstel van Executie", roman d. Jeanne
van SohaikWilling.
„Het Mannenquartet", roman door Leon-
hard Frank.
„De Ondergang van het Dorp", roman
door P. H. van Moerkerken.
Bij W. P. J. Tjeenk Willink, te Zwolle,
in de Schuurman en Jordenseditie:
„Vestigingswet Kleinbedrijf 1937".
„Ongevallenwet 1921".
A. G. v. L. te L. Wendt u tot een boek
handelaar, Die kan u volledig inlichten.
C. te L. Leiden, Alphen, Bodegraven,
Oudewater, Utrecht, Amerongen, Wagenin-
gen, Renkum, Totaal 115 K.M.
1893
(lngez. Med.)