IBIS SHAG Een en ander over de wording van de Grieksche kunst LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 12 Maart 1937 Derde Blad No. 23608 Dobbelmcmn Ic Aker... man! BRONCHITIS /8ste Jaargang Inaugureele rede van Prof. dr. C. W. Lunsingh Scheurleer Bij zijn ambtsaanvaarding als bijzonder hoogleeraar in de Grieksche archaeologie GEMENGD NIEUWS In het groot-auditorium der Universiteit heeft hedenmiddag dr. C. W. Lunsingh Scheurleer, door de Stichting Leidsch Uni- wsiteitsfonds benoemd tot bijzonder hoog leraar in de Grieksche archaeologie dit ambt aanvaard met het uitspreken van een rede. getiteld „Een en ander over de wor ding van de Grieksche Kunst". C. W. Lunsingh Scheurleer. Hieraan is het volgende ontleend: Wanneer men in het algemeen van Griek- rhe kunst spreekt, bedoelt men de kunst tan een volk, dat in historischen tijd Griekenland bewoonde en zich van daar uit over Zuid-Italië en de kusten van het Oostelijk bekken der Middellandsche Zee heeft uitgebreid. Als eindpunt van haar ontwikkeling neemt men algemeen het jaar 31 v. Chr. aan, dat van den slag bij Actium, omdat het Grieksche volk daarna definitief bij het Romelnsche Rijk werd ingelijfd. Daar een kunstrichting echter nooit plotseling een einde neemt, is het niet verwonderlijk, dat men Grieksche stijlelementen nog in de in Griekenland gevonden sculpturen uit den Romeinschen Keizertijd heeft kunnen aanwijzen. Ter- vijl men dus, wat betreft het eindpunt der ontwikkeling tot algemeene overeen stemming is gekomen, is dit niet het geval vat haar begin aangaat, nu men daar niet meer, zooals vroeger, het begrip Ho merus plaatst. Om te kunnen vaststellen, wanneer een bepaalde kunst aanvangt, moet men trach ten die monumenten te vinden, waarop voor de eerste maal eigenschappen van den geest aan den dag treden, dien wij in oen bloeitijd als kenmerkend aantreffen. Zet men alle persoonlijke gevoelens van waardeering voor een bepaald tijdvak van Grieksche kunst op zij, dan kan men slechts de periode tusschen de jaren 480 430 v. Chr. als die beschouwen, waarin Grieksche natie voor haar artistiek en geestelijk leven de hoogste uitdrukking vond. Aan geen schepping van dien tijd het gebied der beeldende kunst zijn de meest karakteristieke eigenschappen van den Griekschen geest zoo gemakkelijk te demonstreeren als aan den Dorischen tempel. Al moet tot op zekere hoogte van schijn- irchitectuur worden gesproken, in de ge vels ligt toch het structuurbegrip uitge drukt. Dit element, dat in elk onderdeel van den tempel terugkeert, acht ik bij uit stek kenmerkend voor de Grieksche kunst het algemeen. De overblijfselen uit den tijd van den tg. geometrischen stijl, de cultuurperiode, volgende op de Kretensisch-Minoische en de door haar beïnvloede Mykeensche, moeten als de eerste voorbeelden van Grieksche kunst beschouwd worden. De geometrische stijl is niet door een vreemd volk meegebracht. De door de vondsten bewezen continuïteit in de ont wikkeling geeft steun aan de Attische tra ditie. dat het land vrij gebleven was van in de Xlde eeuw te dateeren Dorische volksverhuizing. Tot een dergelijk resul taat leidt een studie van de vondsten m bet niet ver van Sparta gelegen Amyklae ra van de antieke overlevering omtrent baar oudste geschiedenis. Ook hier een ontwikkeling uit een primitief beginsta dium tot een met de tweede phase van den luisch-geometrischen verwanten stijl en if traditie, dat deze stad voor langen tijd mot goed gevolg aan de Dorische invasie tfïenstand had geboden. Wanneer wij een Attisch-geometrische vaas onderzoeken, dan vinden wij reeds in dfn vorm het structuurbegrip uitgedrukt. De ornamentiek van de geometrische «tamiek is bijna uitsluitend rechtlijnig. Ook hierin onderscheiden zich de geome- 'nsche vazen van de protogeometrische ®et haar decoratie van sprekende heele fa halve cirkels en golflijnen. Het streven naar uitdrukking van struc- •uur, dat wij in vaasvorm en decoratie in bet algemeen aantreffen, keert ook terug h de stileering van de menschelijke fi- Puir, die tijdens den bloei van den stijl ten belangrijk deel van het vaasoppervlak beslas neemt. Wij gingen bij onze beschouwing van Attisch-geometrische kunst uit. omdat Attisch-geometrische vazen in technisch tn artistiek opzicht boven de andere Griek- fbe staan. Dat de toenmalige Grieken «ze meening deelden, blijkt uit het feit, dat zij op verschillende plaatsen werden nagebootst. Interesant is het, dat dit ook op Kreta is geschied, omdat dit eiland eenlgen tijd later in de kunst toonaangevend is ge weest. De archaeologie is van haar kant reeds sedert geruimen tijd tot de conclusie ge komen, dat er op het eiland Kreta een kunstenaarsschool moet hebben bestaan, waarop de oorsprong van de meeste an dere Grieksche terug is te voeren en die in bijzonder nauw contact met de Pelopon nesus stond. In de Grieksche kunst blijkt de Egypti sche invloed in de eerste plaats uit het plotseling optreden van een monumentale beeldhouwkunst, verder bezigt de Griek sche kunstenaar bepaalde vaste typen van houding en wel dezelfde als de Egyptische. Vergelijkt men het meest karakteristie ke type van figuur, den staanden jonge ling met Egyptische manlijke staande beel den, dan blijkt een zoo vérgaande over eenstemming, dat aan een onafhankelijk ontstaan niet te denken is. Voor onze kennis van de Klein-Aziatisch Ionische sculptuur der Vide eeuw verschaf ten de opgravingen van den Artemistempel van Ephesus belangrijke gegevens. Hierbij zijn o.a. een aantal ivoren beeldjes voor den dag gekomen, welke gerekend moeten worden tot de mooiste overblijfselen van de Grieksche kunst in het algemeen. De dateering staat nog niet geheel vast, mij schijnt het waarschijnlijk, dat zij bij den bouw van den tempel zijn geofferd, waar toe ook Croesus van Lydie heeft bijgedra gen. Deze bouw moet dus tegen het mid den der Vide eeuw gedateerd worden. Samos heeft zich sedert de opgravingen van de laatste jaren steeds meer als een van de zeer belangrijke vroeg-Grleksche beschavingscentra doen kennen, een be vestiging van hetgeen reeds uit de antieke overlevering was op te maken. Haar kunst geeft weer het beeld van een zelf standige verwerking van Oostersche en Egyptische invloeden. Wij zijn met onze beschouwingen van de Oost-Grieksche kunst tot het midden der Vide eeuw genaderd en keeren nu we der tot het Grieksche vasteland terug. Sedert het laatste-kwart der Vilde eeuw wordt de ceramiek vaiï Korinthe de meest verbreide in de Grieksche wereld. Om streeks 625 v. Chr. ontstaat, tamelijk plot seling, daar een nieuwe ceramiek, de ge wone Korinthlsche. Merkwaardig, en op het eerste gezicht onverklaarbaar, is de sterke invloed van de Assyrische kunst, die zoowel in de sti leering van de figuren als in de vormen van het ornament te constateeren is. De voor de hand liggende hypothese, dat de Korinthlsche kunstenaars zich op geïm porteerde Assyrische weefsels hebben ge ïnspireerd, wordt bevestigd door Payne's vondsten. Bij een vergelijking tusschen de Griek sche kunst van de Vilde en de Vide eeuw v. Chr. komt niet alleen het verschil tus schen die twee phasen van de Grieksche kunst, maar ook dat tusschen den Egyp tenaar en den Griek uit. De Egyptenaar houdt sedert de definitieve vorming van zijn kunst bijna voortdurend aan een be paalde manier van zien vast, hetgeen tot het gebruik van vaste typen heeft geleid. De Griek van het midden der Vilde eeuw werkt eerst op dezelfde wijze, weldra dwingt zijn aanleg hem in een andere richting. Hij poogt van zijn onderwerp het beeld weer te geven, dat dit bij hem op wekt en tracht zich daarom los te maken van het gebruiken van vaste typen. In den geestelijken strijd om deze nieuwe kunst komt hij dikwijls tot geforceerde wendingen en draaiingen van zijn figuren, ten slotte tot het geven van z.g. verkor tingen. Hand in hand met deze geestelijke worsteling gaat die om de beheerscning van de technische middelen. De Vde eeuw zal al deze moeilijkheden overwmnen, maar de Griek der Vide eeuw is de schep per van de Westersche kunst geworden, die op zijn wijze van zien berust. Sedert het midden der Vide eeuw ver plaatst zich het zwaartepunt van de kunst- ontwikkeling meer en meer naar Athene en naar sommige steden ln de Pelopon nesus. Voor zoover het schaarsche mate riaal het trekken van een conclusie ver oorlooft, begint omstreeks dezen tijd de scheppingskracht in het Grieksche Oosten te verminderen. Dank zij een op de Akropolis gedane vondst van een groot aantal belangrijke sculpturen kunnen wij ons een goede voor stelling van de kunst in Athene tusschen ongeveer 550 en 480 v. Chr. vormen. Het beeld, dat wij van de ontwikkeling der Grieksche kunst geven, zou a te on volledig zijn, indien wij het aandeel van de Peloponnesische scholen niet vermelden. Van den grooten bloei der ceramiek ln Korinthe gedurende de Vilde eeuw is reeds gesproken. Hij duurt tot kort voor het midden der Vide eeuw voort en moet met dien van de overige kunst zijn samenge gaan. Na ca. 560 v. Chr. treedt, blijkbaar ten gevolge van de binnenlandsche poh" tieke omwenteling een snel verval de verdere ontwikkeling heeft Korinthe geen invloed meer uitgeoefend. Dit is wel het geval geweest met andere Peloponne sische centra, waarvan Sparta in de eer ste plaats moet genoemd worden Dank zb de Engelsche opgravingen van het begin dezer eeuw weten wij, dat de interessante ceramiek, die men vroeger aan de Nooid- Afrikaansche stad Kyrene toeschreef, met Sparta in verband moet worden gebracnt. Enkele technische eigenaardigheden bewij zen beïnvloeding door Ionische ceramieK. De stijl draagt een eigen karakter, al ia er de nabijheid van het machtige Korin the duidelijk in te bespeuren. Van veel belang is de plastiek, die, even als die van andere Peloponnesische cen tra, op de Kretensische kunst uit de twee de helft der VII de eeuw voortbouwt. Ivo ren en beenen voorwerpen wijzen boven dien op een contact met Vóór-Azië. mis schien via het Grieksche Oosten, zooals Rhodos, waarmedè verbindingen beston den. Hoewel Sparta na de Perzische oorlogen geen kunstcentrum meer was, heeft haar geest op artistiek gejjied in een ander deel van de Grieksche wereld zich nog lang laten gelden en wel in haar kolonie Ta rente. Eerst de onderzoekingen van de laatste decenniën hebben aan het licht ge bracht, welk een belangrijke plaats in de Grieksche kunst deze stad heeft ingeno men. De weinige gegevens, waarover wij be schikken, bewijzen, dat omstreeks 480 v. Chr. de Argivisch-Sikyonische beeldhou- wersschool sterk op den voorgrond is ge komen. Van nu aan wordt Athene meer en meer het middelpunt van het geestelijke en ar tistieke leven van Griekenland. Peloponne sische en Ionische invloeden komen er samen. Wij weten, dat de groote kunste naar. die voor langen tijd aan de Griek sche kunst een bepaalde richting gaf. Po- lygnotos uit het Ionische Thasos, zich in Athene vestigde en daar het hoofd van een school werd. Zijn kunst was heroïsch, weinigen konden het verhevene zoo uit drukken als hij. Zijn invloed moet zich over de geheele Grieksche wereld hebben uitgestrekt. Maar slechts kort duurt deze periode van eenheid en monumentaliteit; de Pe loponnesische oorlog breekt uit en een nieuwe richting komt in de kunst op. een richting, die het monumentale, het groot- sche en verhevene niet zoekt, maar op het sierlijke, elegante en bewegelijke gericht is. De Grieksche kunst is in haar roman tische phase gekomen. Met den derden der groote meesters der IVde eeuw. Lysippos, herleeft het element, dat aan de Pelopon nesische scholen dierbaar wsa, de leer van de proporties, toegepast in een mensche lijke figuur. Zijn plaats in de Grieksche beeldhouwkunst is te vergelijken met die van Michel Angelo in de kunst van den nieuweren tijd. Hij opent een nieuw tijd vak, dat van het Hellenisme, dat met de grootste verbreiding van den Griekschen geest, een nieuw samengaan van Oost en West zou brengen. Griekenland is een vooruitgeschoven post Europa naar het Oosten toe, in den strijd met het Oosten is het Grieksche volk tot het volle bewustzijn van zijn eigen wezen gekomen. Telkens dringen Ooster sche elementen in zijn kunst binnen, maar altijd komt na een periode van bijzonder nauwe aanraking met den machtigen na buur haar eigen karakter weder te voor schijn en dan treedt opnieuw dat element bijzonder sterk aan den dag. dat wij reeds voor de geometrische ceramiek typeerend vonden: het structuurbegrip. Spr. besloot met de gebruikelijke toe spraken. Zij werden in Parijs nagemaakt in de wo ning van de V. maar voor het meerendeel in Nederland geind. Toen een Rotterdam- sche inspecteur de fraude aan het licht bracht en na de arrestatie van eenige mede daders, die in Holland gevangen werden ge zet, ook De V. wilde aanhouden bleek deze plotseling totaal verlamd, zoodat hij naar een ziekenhuis werd overgebracht. Nog ruim een week geleden bij de behandeling der zaak voor de Amsterdamsche rechtbank wist men niet of De V. simuleerde of niet. Thans is hij echter verdwenen. Een jaar lang lag zoo onbewegelijk Albert de Vries in zijn ziekenhuisbed, aldus de „Tel.". Aleer en meer teerde hij uit. Zijn armen werden mager als uitgedroogde stokjes en het praten viel hem hoe langer hoe moeilijker. Op iedereen, op de medici, op de verpleeg sters, op de dames van de Nederland- sche Weldadigheidsvereeniging, die hem nu en dan bezochten, maakte hij den indruk van „een hopeloos geval". Eenigen tijd geleden werd dan ook beslo ten De Vries naar de afdeeling ongenees- lijken over te brengen, een zaal, die gelijk vloers is gelegen en op een door een drie meter hoogen muur omgeven binnenplaats uitkomt. Het spreekt vanzelf, dat het on- noodig werd geoordeeld voor dit volkomen hulpelooze wezen een speciale wacht in te stellen. Eergistermiddag kreeg De V. bezoek. Men vermoedt dat toen de ontsnapping voorbe reid is, want des nachts, toen de verpleeg ster even weg was, heeft hij een broek van een buurman genomen en aangetrokken en het raam opgeschoven, waarna hij naar buiten is gesprongen, 50 Meter verder over twee hekken is geklommen en daar waar schijnlijk in de stille straat in een auto van een medeplichtige gestapt. Auto gegrepen door sneltrein. VOOR DE PIJP Rookt IBIS bij voorkeur uit een IBIS-pijp. Bij Uw winkelier verkrijgbaar. 7765 (Ingez. Med.) Een „lamme" ontsnapt uit een ziekenhuis. Na negen maanden lamheid gesimuleerd te hebben. Sensatie in een ziekenhuis te Parijs. Een der verdachten in de affaire der op groote schaal in ons land gepleegde postwisselvervalschingen, een zekere A. de V. werd reeds geruimen tijd in een hospitaal te Parijs verpleegd wegens een klaarblijkelijk volslagen verlam ming. Gisteren is deze man, over wiens uitlevering aan de Nederlandsche justi tie onderhandelingen gaande zijn, plot seling spoorloos uit het ziekenhuis ver dwenen. Het schijnt, dat hij plotseling het gebruik van zijn ledematen heeft teruggekregen, doch nog veel waar schijnlijker is het, dat hij dit gebruik nooit heeft gemist, maar alleen maar gesimuleerd heeft. Er heeft daarom trent bij de behandelende geneesheeren wel eenig vermoeden bestaan, maar men heeft den man niet kunnen ont maskeren. Tenslotte is men gaan ge- Iooven aan een werkelijke verlamming en de patiënt heeft daarvan blijkbaar gebruik gemaakt om het tegendeel te bewijzen. De V. behoorde tot een bende, die in één jaar 186 valsche postwissels vervaardigde. Bestuurder van vrachtauto komt te Bilthoven met den schrik vrij. Gisteravond te ongeveer elf uur is op den onbewaakten overweg aan den Leyenschen weg bij de manége te Bilt hoven een vrachtauto door een snel trein gegrepen en een eind weegs mee gesleurd. De bestuurder van de vracht auto, afkomstig uit Utrecht, stond naast den wagen. Hij bekwam slechts eenige schrammen, terwijl ook verder geen persoonlijke ongevallen te be treuren zijn. De vrachtauto werd vrij wel geheel vernield en kwam in een sloot terecht. De autobestuurder was uit de richting Soesterberg komend, waar hij de automarkt te Amersfoort had bezocht, verkeerd gere den en zoo op den Leyenschen weg geko men. Na den overweg te hebben gepasseerd, schijnt hij bemerkt te hebben dat hij een verkeerden weg had gekozen, en hij keerde om. Op den onbewaakten overweg heeft ech ter de motor geweigerd, en nadat alle po gingen om de auto weer op gang te krijgen, waren mislukt, werd de vrachtauto dooi den sneltrein gegrepen, terwijl de autobe stuurder bezig wa-s met een laatste poging, de auto van den overweg te duwen. Met een geweldigen slag greep de sneltrein de auto en sleurde deze mede. Op het geluid kwamen aldra omwonenden toegesneld, die den onthutsten bestuurder hulp boden. De sneltrein reed nog een grooten afstand door, nadat de auto terzijde in een sloot was ge raakt, en ondervond door deze aanrijding een aanzienlijke vertraging. Door de Biltsche politie wordt een onder zoek ingesteld. •n Kou op de borst Als een kou vastzit, is een krachtige be handeling noodig, om ernstig gevaar te voorkomen. Neem een laxeermiddel en een heet voet bad. Ga naar bed. Maak dan de huid van keel en borst door opleggen van heete, natte handdoeken goed rood. Masseer dan flink met Vicks VapoRub. Daarna nog een dikke laag op keel en borst smeren en met warm flanel bedekken. Deze uitwendige behandeling is vooral bij kinderverJcoudheden aan te bevelen, om dat ze de maag der kinderen niet van streek brengt, zooals bij overmatig gebruik van inwendige medic ij nen vaak het geval is. De echte Vicks is uitsluitend bij Apothe kers en Drogisten verkrijgbaar. Groote pot (dubbele hoeveelheid) tijdelijk 90 ct. 7756 Wsrkt direct op 2 manioron tegelijk. (Ingez. Med.) DRIE MANNEN AAN DEN DOOD ONTSNAPT. Kolendampvergiftiging aan boord van een motorvrachtschip. Gisternacht werd de 25-jarige J. Kort uit Heineoord. schippersknecht aan boord van het aan de Utrechtsche Estafette maat schappij toebehoorende motorvrachtschip „Estafette 12" dat aan de Maaskade O.Z. te Rotterdam tegenover pand 53 gemeerd lag, wakker. Hij had last van hoofdpijnen en voelde zich ook verder onprettig. De jon geman waarschuwde direct zijn broer, den 2l-jarigen G. Kort, die voor zijn plezier aan boord vertoefde ,en den 40-jarigen kapi tein van het schip, J. van Loveren. uit Utrecht, die eveneens in het vooronder slie pen. Hij zakte daarna ineen en de kapitein en z'n broer, die minder ziek waren dan hij, hebben hem naar boven gebracht. Een nachtwaker heeft daarop den geneeskundi gen dienst gewaarschuwd. Het drietal is vervolgens naar het ziekenhuis aan den Coolsingel vervoerd waar men de mannen aan een onderzoek heeft onderworpen. Men achtte hun toestand evenwel niet van dien aard, dat opneming noodzakelijk was. waar om zij weer naar boord terugkeerden. Aan gezien evenwel de toestand van geen van drieën verbeterde en alle drie personen tegen half tien gistervoormiddag nog even slecht waren de hoofdpijnen hadden niet afgenomen en ook braken kwam nog veel vuldig voor is de geneeskundige dienst andermaal gewaarschuwd, waarop men het drietal weer naar het ziekenhuis heeft ver voerd. Andermaal zijn de opvarenden toen onderzocht, doch de kapitein, en de jongste Kort konden weer naar hun schip terug- keeren. De 25-jarige Kort is evenwel opge nomen. De politie heeft direct een nauwgezet on derzoek ingesteld. Aanvankelijk dacht men dat de vaten natrium-waterglas, waarvan er zich 38 tusschen de lading van het mo torschip bevonden gelekt hadden. Spoe dig evenwel bleek, dat deze stoffen onmo gelijk dampen konden ontwikkelen. Men is toen in andere richting gaan zoeken en toen is komen vast te staan, dat er zich in het vooronder een kachel bevond. Voor de opvarenden zich eergisteravond ter ruste begaven hebben zij dezen kachel gevuld met eierkolen en cokes en het is deze kachel geweest, die de schadelijke dampen heeft ontwikkeld. Het betreft hier dus een gewone kolen dampvergiftiging. HOE EEN AUTO KAN SLIPPEN. Gistermorgen omstreeks kwart voor acht! reed de 19-jarige chauffeur T. W. van R, uit Voorschoten met zijn vrachtauto op de Willemsbrug te Rotterdam achter een tram in de richting van der Takstraat. Tusschen de beide vluchtheuvels moest de tram plot seling stoppen en zoo ook de vrachtauto. De chauffeur remde zoo sterk, dat de wagen slipte, dwars op de rails kwam te staan en ln dien haakschen stand nog een eind doorgleed. De wagen raakte toen. dwars over beide trambanen, bekneld tusschen de beide op de vluchtheuvels geplaatste verkeerspaal- tjes. Een en ander was met een vaartje aangekomen, zoodat de auto finaal vastzat. Een andere vrachtauto heeft door middel van een ketting den vastzittenden wagen weer losgetrokken. Het tramverkeer heeft in beide lichtingen ongeveer tien minuten vertraging gehad. N.R.Crt. DOOR EEN PAARD GETRAPT. Gistermiddag is de 35-jarige paarden koopman T. uit Boekei, die op de gisteren gehouden paardenmarkt te Oss een paard had gekocht, door dat paard tegen de borst getapt. De man is met inwendige kneuzin gen opgenomen. Hij is later op den dag per ziekenauto naar zijn woning vervoerd. Zijn toestand is zorgwekkend. BUITENLANDSCH GEMENGD. Ernstig mijnongeval in Amerika. 22 slachtoffers? In de aan de Hutchinson Coal Company toebehoorende mijn Macbeth in West-Vir ginia (V. St.) heeft zich een mijngasont- ploffing voorgedaan, tengevolge waarvan twee personen werden gedood en twintig bedolven. Men vreest, dat de bedolvenen, die op een afstand van twee mijl van den ingang in de mijn opgesloten zitten, ook cm het leven zullen komen. Ploegen red dingsmanschappen zijn koortsachtig aan liet werk om te trachten hun kameraden te bereiken. Drie arbeiders zijn. naar men meent, aan de ontploffingsramp ontkomen. De chef der politie heeft verklaard: „Het is onmogelijk de bedolvenen binnen 36 of misschien zelfs 48 uur te bevrijden en er schijnt helaas slechts weinig hoop te be staan, dat zij gered zullen kunnen worden". NASPEL VAN DE LINDBERGH-AFFAIRE. Twee personen. Martin Schlossman en Harry Weiss geheeten, zijn schuldig bevon den aan ontvoering van Paul Wendel, vroeger advocaat in Trenton, dien zij door martelen er toe gebracht hadden te be kennen. dat hij het was geweest, die de baby van Lindbergh had ontvoerd, door welke bekentenis de terechtstelling van !3runo Hauptmann drie dagen moest wor den uitgesteld. HUIS INGESTORT. Te Rome is een huis ingestort. Drie vrouwen werden daarbij gedood, een vierde gewond. SNEEUWSTORMEN IN ENGELAND. Geweldige sneeuwstormen hebben gis teren Midden-Engeland geteisterd en in de streken tusschen Birmingham en Wol verhampton is het geheele verkeer ont wricht. Er zijn sneeuwhoopen gevormd van 3 en 4 voet. Tientallen auto's en vracht wagens zijn ingesneeuwd. Te Bridlington maakt men zich ongerust over een vis- schersvaartuig met 6 koppen bemand, dat 2 dagen over tijd is. Vijftien personen zijn ingesneeuwd bij Buxton op het hoogst? gedeelte van het Peak-gebergte 650 M. en een afdee ling genie is op sneeuwschoenen uit Mac clesfield vertrokken om hen te bevrijden. Tusschen Reading en Birmingham zijn 3000 telefoonverbindingen verbroken en een landbouwer bij Melton in Leicester shire, heeft van zijn ruim 100 schapen er slechts 17 naar den stal terug kunnen brengen. Ook in Ierland heeft het sterk gesneeuwd cn alle verbindingen tusschen Dublin en Belfast waren verbroken. Te Dublin moest het tramverkeer tegen 2 uur worden stop gezet en de meeste winkels sloten hun deuren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 9