Vertrek van den Mangkoe Negoro - Felle brand te Zaandam
HET ROODE KENTEEKEN
FEUILLETON
Jhte Jaiijjaiij LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad
EEN NIEUW WANDEL.
COSTUUM voor het moderne
meisje, getoond op de British In
dustries Fair te Londen.
OTTWELL B1NNS.
Terry Domville bekeek ze met eenige ver
bazing, want hoewel het meermalen voor-
somt, dat mannen, die van het eene einde
'ïa de aarde naar het andere zwerven,
zich In vreemdsoortig gezelschap bevinden,
*®kte deze eigenaardige combinatie toch
zijn nieuwsgierigheid op en hij vroeg zich
wat ze met elkaar gemeen konden heb-
oeti. Een oogenblik later werd zijn nieuws-
Wngheid nog meer geprikkeld, want de
OHS van den Chinees, die de geheele kamer
Joorgezworven had, bereikte tenslotte ook
min tafeltje en onmiddellijk draaide de
®an zich om en zei iets tegen zijn met-
Bezellen. Domville bleef kijken en zag dat
v Sroote man een snellen blik wierp in de
gonting van het meisje en hemzelf, maar
wn oogen weer even snel afwendde, toen
de zijne onderzoekend op zich gevestigd
™?en. Een oogenblik later werd het trio
°?0' ernstige hoffelijkheid door den
pnHI?aar naar een tafeltje geleid, dat een
rJM]e verder in de kamer stond, maar
in zicht van datgene, waaraan Dom
me en het meisje gezeten waren. Zij had
belangstelling naar de komst
n °e drie mannen en riep tenslotte uit:
"Wot een eigenaardig trio!"
rei Terry lachend. „Een vreemd-
wr.ip lelietje. Kent u soms een van hen?"
t»55 die vraag keek het meisje hem met
'«wonderde oogen aan.
„Gelukkig niet. Waarom vraagt u me
dat?"
„Nou, ik ken ze niet. Ik zou er alles om
willen verwedden, dat ik ze geen van drieën
ooit van te voren gezien heb, en toch
schijnen ze in u en mij geïnteresseerd
te zijn
„Bent u daar zeker van?" riep het meisje
op zachten, haastigen toon. „Bent u daar
heel zeker van?"
„Absoluut! Toen ze hier binnengekomen
waren, heeft die gebochelde Chinees om
zich heen gekeken en toen hij u en mij hier
zag zitten heeft hij dat onmiddellijk aan
zijn vrienden medegedeeld. De groote man
heeft direct onzen kant uitgekeken en laat
ook nu nog telkens zijn blikken op ons
rusten. Het zou me niets verwonderen als
hij het op het oogenblik deed, want ik ge
voel me ongeveer net zoo op mijn gemak
als een kat, die in de gaten heeft dat er op
haar gelet wordt.... Neen!" zei hij. vlug.
„Wacht nog even met te kijken. Straks zult
u hem vast wel op heeterdaad kunnen be
trappen. Doe net, alsof u niets gemerkt
heeft."
Hij stak een cigarette op, leunde in zijn
stoel achterover, blies een rookwolk uit en
onder dekking daarvan wierp hij een snel
len blik in de richting van de tafel, waar
aan de drie mannen gezeten waren. De
groote man zat voorover gebogen en luis
terde klaarblijkelijk naar iets wat de zee
man tegen hem zei, maar zijn adelaars-
oogen waren met een eigenaardige gespan
nenheid op het meisje gericht. Toen fluis
terde hij haastig:
„De man zit nu naar u te kijken. Wan-
ïeer u zekerheid wilt hebben, moet u zoo
.erloops even de kamer doorkijken; maar
laat u vooral niet merken, dat u in hem
belangstelling hebt,"
Het meisje deed zooals haar gezegd was
en een oogenblik later zag Terry haar ge
zicht donkerrood worden van verontwaar
diging.
„Hij zit me gewoon onhebbelijk aan te
staren.. Het is zeker, omdat ik geen
hoed op heb."
„Dat geloof ik niet," zei Terry rustig. „U
weet nu zeker, dat u hem niet kent?"
„Absoluut. Zoo'n gezicht zou je niet meer
vergeten."
„Dat is waar," gaf Terry toe en lachte
toen. „Er kan natuurlijk een doodgewone
verklaring voor zijn onbeschoftheid zijn."
„En die is?" vroeg het meisje vlug.
..Nou Terry aarzelde en lachte toen
opnieuw. „Ais u eens in uw spiegeltje
keek Hij hield vlug op toen hij een
flikkering in de oogen van het meisje zag.
„Denkt u nu alstublieft niet dat ik idioot
geworden ben of dat ik u een flauw com
plimentje wil maken. Ik constateer alleen
maar een feit, dat een verklaring kan zijn
van de onbeschaamde interesse van den
man. Een andere schijnt er niet te be
staan."
„Maar begon het meisje impulsief en
hield toen weer op, terwijl er één oogen
blik een uitdrukking van angst in de
bruine oogen verscheen.
Dit ontging Terry Domville niet en on
middellijk kwam hij tot de conclusie, dat
er nog wel eens eeft andere reden voor de
interesse van den man kon bestaan, dan
degene die hij geopperd had. Hij kreeg
plotseling' den indruk, dat het meisje een
mogelijkheid bedacht had, die tot op dat
oogenblik niet bij haar opgekomen was en
die haar bezorgdheid gewekt had. Wat ter
wereld kon dat zijn? Wat voor verband kon
er zijn tusschen haar en dat slecht bij
elkaar passende trio aan den adderen kant
van de kamer? Met zijn nieuwsgierigheid
tot het uiterste gespannen en toch alleen
geleid door een oprecht verlangen om het
meisje te helpen, in wier oogen hij die
vreesachtige uitdrukking gezien had, boog
hij zich voorover en zei rustig:
„U hebt iets bedacht dat een reden kan
zijn voor de belangstelling van dien man?"
Een oogenblik gaf het meisje geen ant
woord. Ze keek weer in de richting van de
drie mannen terwijl er een peinzende uit
drukking op het mooie gezichtje kwam.
Het was duidelijk dat ze iets aan het over
denken was en Terry Domville wachtte in
de hoop, dat zij hem in haar vertrouwen
zou nemen. Eindelijk begon ze te spreken:
„Er bestaat een heel kleine mogelijkheid.
Maar die is zoo ontzettend onwaarschijn
lijk, dat het niet de moeite waard is, me
daar bezorgd over te maken."
„Niets is in China zoo onwaarschijnlijk
als het schijnt," antwoordde Terry ernstig.
„En wanneer er dergelijke mannen in het
spel zijn hij keek de kamer door, ter
wijl hij dat zei „moet men alle moge
lijkheden onder de oogen zien."
„Ik heb niet gezegd, dat zij iets met mijn
zaken te maken hebben," weerlegde het
meisje.
„Dat is waar. Maar u denkt, dat de mo
gelijkheid bestaat en wanneer u eenige
reden hebt om hun bedoelingen te
vreezen
„O," viel het méisje hem in de rede, „nu
draaft u toch werkelijk een beetje te ver
door. Zooals ik u al gezegd heb, ken ik die
mannen absoluut niet. Ze kunnen onmo
gelijk in mij geïnteresseerd zijn."
„Dan ben ik het middelpunt van hun be
langstelling," zei Terry opgewekt. „Want
het is zeker dat zij het over een van ons
tweeëji hebben-"
„Hoe weet u dat?"
„Dat is nogal gemakkelijk af te leiden,"
zei hij. „Als drie mannen iets ernstig aan
het bespreken zijn en ze kijken alle drie bij
tusschenpoozen in dezelfde richting, dan is
het nogal logisch, dat er eenig verband be
staat tusschen het onderwerp var. hun ge
sprek en datgene, waarnaar ze telken^hun
oogen wenden."
Onmiddellijk had hij er spijt van, dat'hij
dit gezegd had, want weer zag hij die. uit
drukking van angst in de bruine oogen
verschijnen.
„Wanneer u gelijk hebt begon ze, hield
op en ging over heel iets anders door. „De
wind gaat liggen.... ik geloof dat ik zoo
gauw mogelijk naar Victoria terug moet
gaan." Ze aarzelde en Terry hoopte nog
steeds dat zij hem. in haar vertrouwen zou
nemen. Toen voegde zij erbij: „Morgenoch
tend ga ik weg en ik moet nog pakken. En
lk moet ook nog een paar boodschappen
doen."
Hij was teleurgesteld, maar zei niets. Het
meisje nam haar taschje, opende het" en
keek in het spiegeltje, ongetwijfeld om- te
zien of ze netjes genoeg was om zich. weer
op straat te vertoonen. Daarna grabbelde
zij naar iets waarschijnlijk een poeder
dons, dacht Terry dat ze echter niet
direct kon vinden. Ongeduldig geworden,
haalde zij eerst een zakdoek te .voorschijn
en daarna een paar handschoenen. Een
knoop van een van de handschoenen bleef
haken m de zilveren ketting en toen ze er
aan rukte viel 't taschje, dat ze niet stevig
vast had, op den grond vlak bij de tafel.
Daarbij viel er iets uit dat over den glad
den. met matten bedekten vloer rolde in de
richting van de tafel waaraan de drie
mannen gezeten waren.
(Wordt vervolgd) ,r
DE PLECHTIGE INSTALLATIE VAN DEN NIEUWEN BURGEMEESTER VAN CASTRICUM,
mr. G. F. H. W. B. van den Clooster baron Stoet tot Everloo. Db zanghulde
van de schoolkinderen voor het gemeentehuis.
EEN NIEUWE HANGMAT,
die ook in tuinen, waar geen boomen zijn, gebruikt kan worden.
Een nieuw snufje öp de Britsche industrie-tentoonstelling.
DE VOORBODEN VAN D'E LENTE.
In West-Friesland kreeg de fotograaf deze jonggeborenen reeds nu voor de lens
dat de lente niet meer ver af is.
een teeken,
FELLE BRAND TE ZAANDAM in het
aan het Schapenpad. Het vuur greep zoo
houten huisjes ee# prooi
machinaal houtbedrijf der firma v. d. Steen,
snel om zich heen, dat nog drie aangrenzende
der vlammen werden. De ruïne.
Z.H. PRINS MANGKOE NEGORO VERLAAT ONS LAND. - Het vertrek van het
Kasteel Oud-Wassenaar. V.l.n.r. H.H. Ratoo Timoer, Goe6ti Raden Adjeng Siti
Kocsoemowardhi en Z.H. Pangeran Adipati Ario Mangkoe Negoro VII met zijn
kapitein-adjudant.
BEëEDIGING VAN OFFICIEREN TE BREDA.
Een vijftal officieren van het 2e half regiment Huzaren werd te Breda beëedigd door
luit.-kolonel H. C, J. C. van Stockum. Tijdens de plechtigheid.