Franco heeft Malaga „Ingenomen Dr. Colijn over de Indische Begrooting J/ife Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Zaierdag 13 Februari 1937 Derde Blad Ne. 23585 Een drankje met bitteren bijsmaak Wat Uw snelheidsmeter f U niet vertelt0 Vergadering der Tweede Kamer bBSITENL. weekoverzicht SPANNINGEN ZONDER TAL! Nadat beide strijdende partijen in Spanje elkaar langen tijd in evenwicht hebben gehouden, heeft Franco plotseling de re geering van Valencia een nieuwen slag toegebracht door de bezetting van stad en provincie Malaga. Weliswaar beteekt dit niet het einde van den droeven burger oorlog, maar het geeft toch rechts nieu wen moed en men weet, hoeveel het mo raal in een oorlog beteekent! Bovendien hebben Franco's troepen, alle ontkennin gen ten spijt, Madrid in een nachtelijke positie gebracht door de verbinding der hoofdstad feitelijk af te snijden. Nu ook be weg Madrid-Valencia geblokkeerd is. blijft de hoofdstad nog slechts verbinding met het overige Spanje via vrij ontoegan kelijke wegen. Wanneer daarlangs de vol ledige ravitailleering moet plaats vin den.... Bij de verovering van Malaga is vast gelegd, dat duizenden Italianen inderdaad in de gelederen van Franco strijden. Het zijn natuurlijk geen officieele Italiaansche troepen, doch hun groot aantal geeft niet temin te denken! Wat voor waarde heeft dan toch de z.g. niet-inmenging. die juist tot de vrijwilli gers zou worden uitgebreid? Het heeft er allen schijn van, dat deze blijft een „kap stok", waaraan het gansche vraagstuk wordt opgehangen. Nu is het weer Portu gal, dat de zaak op de lange baan schuift door te weigeren controle aan de Spaansch Portugeesche grens, waardoor de controle opnieuw geheeel onder de oogen moet worden gezien. Uitstel en nog eens uitstel en intusschen zijn er, die blijkbaar hopen oo een doorslaand succes van Franco met behulp van de vrijwilligers, die zelfs nu nog worden aangevoerd. De Spaansche aangelegenheid blijft in den Europeeschen warwinkel een uiterst gevaarlijk object, waarvan, helaas, te allen tijde nog de meest verderfelijke verrassin gen zijn te verwachten. Hoezeer er onzekerheid heerscht in de Europeesche politiek hebben wij vorig over zicht ten opzichte van de Kleine Entente naar voren gebracht. Intusschen is deze daarna nog aanzienlijk vergroot als ge volg van een ongewone daad van den Tsjecho-Slowaakschen gezant Seba te Boekarest, die een boek het licht deed zien, waarin gesproken werd over een ge meenschappelijke grens tusschen Tsjecho- Slowakije en de sovjets, terwijl immers Polen en Roemenië daartusschen zijn ge legen. De verontwaardiging daarover is zoo groot, dat Seba zijn post. wel zal moe ten verlaten. Maar ook zijn land heeft deze gezant geen weldaad bewezen met spin boek, vooral niet, waar Tsjecho-Slo- vakije toch reeds eenigszins 'in den hoek B beland, waar de slagen vallen. De Duit- sche actie tegen het jonge rijk wegens zijn bondgenootschap met det sovjets werd slis Tsjecho-Slowakije niet voorgesteld ils een voorpost van sovjet-Rusland in Centraal Europa? vindt bovendien steun «deze uitlating van een officieel persoon e zal niet nalaten daarvan te profiteered llaar ook verder is de krdcht der Kleine ente geducht ondermijnd tengevolge tan de vrees in Roemenië voor volslagen ziging in de Zuid-Slavische politiek, die -nadering zoekt lot Italië. Duitschland (n wat voor Roemenië het ergste is Klis tot Hongarije, al is dit laatste nog in aanvangsstadium. Het lijkt ons niet uitge sloten. dat bij doorzetten van den arg waan. in Roemenië de rol van Antonescu wel eens sooedig zou kunnen zijn uitge speeld e« Titulescu wederom ten tooneele zou kunnen verschijnen. Hoezeer oude bondgenootschappen kra ken en naar nieuwe verbindingen wordt gestreefd, wordt wellicht door het boven staande het beste geïllustreerd. De groote vraagstukken in ons wereld deel zijn intusschen niet veel verder ge bracht.. Het is, alsof men bang is. de koe bij de hoorns te vatten en liever een an der de spits laat afbijten! Wel heeft de Duitsche gezant te Lon den, von Ribbentrop, een bezoek aan he. foreign Office gebracht, doch of dit meei dan een gewoon gelegenheidsbezoek is geweest, waarbij alleen terloops even is gepraat over alle punten, die momenteel de aandacht gespannen houden, is du bieus Eden is met vacantie in Zuid-Frank rijk en lord Halifax, die hem vervangt, zal zich niet gaarne binden. Geruchten, dat Eden spoedig van het tooneel zou ver dwijnen, vinden nergens bevestiging, inte gendeel lijkt de positie van den Britschen minister van buitenlandsche zaken zeer stevig. Met de grootste hardnekkigheid blijft men in Duitschland den eisch naar kolo men propageeren, die men niet van zins Is op te bergen, zelfs niet voor concessies op ander gebied. Het zal een eisch van langen adem worden Te midden van alle onzekerheid heeft men één tastbaar feit: de bewapening wordt van alle kanten met de grootste kracht voortgezet. Boven de draagkracht der landen uit, zoodat leeningen de kos ten zullen moeten dekken. Leeningen voor onproductieve werken, kan het onecono mischer? Treurig beeld van onze tijden Zijn de politieke vraagstukken momen teel vrij vast geloopen. wellicht zullen de economische aangelegenheden, die zich steeds meer op den voorgrond dringen. men denke aan de komende Oslo-confe- zcntie te Den Haag! wijziging ten goede kunnen brengen. Een economisch contact leidt van zelf tot verdere besprekingen. Vol verwachting ziet men uit in dit op zicht naar hetgeen er zal geschieden tus schen Engeland en de Vereenigde Staten, hu de Engelsche minister Runciman weer thuis is na 't uitsteken van zijn voelhorens m Amerika en met niet minder interesse Tucht men af. wat de Franschman Bonnet hhh de overzij van den haringvijver zal weten te bereiken. Amerika gaat een verwoeden strijd tege- tooet. President Roosevelt heeft bij de Jongste verkiezingen zulk een overwinning öenaald, ook voor Senaat en Huis van Af vaardigden. dat hij den tijd rijp oordeelt y af te rekenen met het lichaam, da.» ,em in zijn eerste presidentieele periode herhaaldelijk den voet dwars heeft Sazet en zijn gansche New-Deal politiek J^igde te doen mislukken: Het Hoog ge- rV^. Zooals men weet heeft dit li- naam het recht van toetsing van alle wet- de Grondwet en bij afkeuring ver- ?<>r. de wet automatisch, alle beslissm- S J?n President en Congres ten spijt, h ^^gerechtshof was dus een macht en staat naast de wettelijke en uitvoe W&8& T r™* tt \'n- 'S II rende macht! Dit lichaam bestond groo- tendeels uit oudere en verouderde perso nen en Roosevelt wil nu eensdeels oprui ming houden en anderzijds door de be noeming van nieuwe leden dat college vervormen naar zijn inzicht. Het is te be grijpen, dat de republikeinen daartegen te wapen trekken, waarbij zij een geringen steun mogen verwachten van zekere demo craten. die vreezen voor een te.dictato- rialen regeeringsvorm. Het belooft een verwoedee strijd te worden, waarbij de overwinning waarschijnlijk wel aan de zijde van den president zal zijn. Hen conflict bij de General Motors is opgelost, doch zoodanig, dat wij vermoe den, dat het laatste woord nog niet zal zijn gesproken. Zien wij juist dan zou dus slechts uitstel zijn verkregen. Maar: komt tijd, komt raad! De positie van het Japansche kabinet Hajasji is aanzienlijk verstrekt, tengevolge van de wisseling aan „Oorlog". De vraag rijst echter onmiddellijk, in hoeverre het kabinet voor het leger heeft moeten zwich ten en waartoe dit zal voeren. Bepaald ge rust is men er niet op en dit is te be grijpen. Als uw snelheid verdubbelt, wordt de remweg (afstand, waarbinnen u stopt) viermaal zoo groot; die wetenschap is méér waard dan het besef, dat u 60 of 70 km per uur rijdt! Denkt daar eens aan voor u den snelheidsmeter 41 te hoog laat oploopen! Ernstig aangedrongen de pensioenkorting te aanvaarden. Enkele grepen uit het vervolg der rede van den Minister van Koloniën. Hij heeft iets, maar niet veel, gezegd over de bestuurswisseling in Indië. Wat den af getreden landvoogd betreft, herinnerde hij aan de waardeering, welke hij reeds vroeger over diens beleid heeft uitgesproken, maar overigens zal hier de historie moeten oor- deelen. En wat den nieuwen gouverneur-ge neraal aangaat, kan er natuurlijk nog niets worden gezegd, maar de maanden, dat hij aan het bewind is, geven den Minister geen recht te twijfelen aan de juistheid der ge dane keuze, integendeel. De keus van den heer van Starkenborch is o.a. bepaald door de overweging, om iemand te benoemen, die geheel onbevangen zou staan tegenover verschillende vraagstukken en gevoelens, het beleid betreffend. Heeft het Plein tegen woordig te veel invloed op het bestuur in Indië? vroeg de Minister. Hij ontkende het, maar voegde er toch bij: als het Plein tegenwoordig misschien wat meer invloed heeft dan vroeger, komt dit, omdat er meer gezamenlijke belangen te behartigen zijn. De Min. heeft uitvoerig gesproken over den economischen en financieeelen toestand. De afgeloopen vier jaren zijn zoo zette hij uiteen de moeilijkste geweest van de laat ste eeuw. Ja, men moet eigenlijk verbaasd staan, dat er in Indië nog zooveel behouden is kunnen worden. Er is heel veel gedaan, zoo verklaarde de Minister, en hij somde een heele reeks van cijfers op om aan te toonen. dat er in weerwil van alles toch nog heel veel tot stand kwam. en heel veel mil- lioenen zijn besteed in het belang des volks. Thans zijn er gelukkig eenige lichtpunten. De teruggang is tot stand gekomen, er is verbetering, er is stijging, zoowel door de depreciatie van den gulden als door het rijzen der wereldmarktprijzen. Of dit laat ste zal aanhouden en, zoo ja, hoe lang, valt niet te zeggen. Maar de Minister nam toch aan, dat veel van de gunstige verschijnselen een blijvend karakter zullen dragen. Zoodoende zal de koopkracht der bevolking stijgen, waarvan weer het budget zal profitee red De Minister erkende echter, dat er toch nog bepaalde streken zijn speciaal op Java waar van kommervolle omstandig heden moet worden gesproken: de suiker en tabaksstreken b.v. Tegenover den toe stand in het algemeen stond hij echter met gematigd optimisme. Dat de Minister de economische samen werking tusschen Nederland en Indië nood zakelijk acht en daarom zoo ver mogelijk wil gaan, ligt voor de hand. Het gaat hier om het bereikbare en de grenzen hiervan zullen door de ervaring worden aangegeven. Als een maatregel die zeer goede gevolgen heeft gehad, wees de Minister op de contingenteering der geschil artikelen. Hij gaf overigens een schets van alles, wat met die economische samenwer king verband houdt, om te doen zien, met hoeveel omstandigheden er rekening gehou den moet worden. Hierbij speelt-ook de in dustrialisatie in Indië een rol. Men is bezig in Indië een industrialisatie-schema te ont werpen, dat in het licht der samenwerking beschouwd zal moeten worden. Wat meer in het bijzonder den financiee- len toestand betreft: ook hier is eenig licht, verklaarde de Minister. Er is geen schuld-toeneming meer. Het tekort op den gewonen dienst is ge raamd op 26 a 30 millioen, maar zal wel minder worden. Aan den anderen kant zullen echter allerlei noodzakelijke maatregelen veel geld kosten. Alles bij eengenomen zullen de inkomsten 71 millioen hooger moeten worden, om te kunnen spreken van een werkelijke ge saneerde, normaal-sluitende begrooting. De tijd, om terug te komen op allerlei in gevoerde bezuinigingen, is nog lang niet aangebroken. Met groote klem heeft, in dit verband, de Minister het ontwerp inzake de her berekening der pensioenen verdedigd. Hij deelde zelfs mede dat, indien wij niet midden in de Grondwetsherziening za ten en niet voor de verkiezingen ston den, verwerping van dat pensioen-ont werp hem tot aftreden zou dwingen: zóó ernstig voelt hij de noodzakelijkheid ervan. Hij verdedigde de stelling, dat het uitrei ken van een pensioen-acte aan iemand, niet beteekent, dat onder alle omstandigheden met dien persoon is afgerekend. Ware dit zoo. dan had men vroeger ook niet de pen sioenen behoeven te verhoogen. Dit heeft de Regeering wel gedaan. Waarom zou ze dan de pensioenen ook niet in anderen zin mo gen wijzigen? De financieele nood is nog steeds van dien aard, dat er zeer bijzondere voorzieningen noodig zijn, en hieronder is de herberekening der pensioenen, waarvan de Minister de noodzakelijkheid breedvoerig uiteenzette, en waardoor schromelijke onge lijkheden zullen worden weggenomen. Die ongelijkheden bestaan niet alleen tusschen de pensioenen onderling, maar ook tusschen de Nederlandsche en de Indische pensioe nen. Inderdaad, ook wij hebben ons vaak verbaasd over de ook o. i. geheel ongemoti veerde groote afstanden tusschen de pen sioenen in het moederland en die aan Indi sche betrekkingen verbonden. De Minister, die verklaarde dat er geen enkele reden was. een bate van 4 millioen prijs te geven, deed niettemin een concessie: hij heeft den werkingsduur van het pen sioen-ontwerp met één jaar ingekort en teruggebracht tot 1 Januari 1939. Wat het bijzonder extra-uitvoerrecht be treft. dat tijdelijk zal worden geheven, hield de Minister vast aan 2"/o. Méér achtte hij onnoodig. Een politieke noot in de rede was: de houding tegenover de N.S.B. in Indië. De Minister herhaalde wat hij vroeger al had gezegd: de N.S.B. in Indië is anders dan hier. Zoo zelfs, dat ze geen officieren toelaat als lid, aangezienin het leger reeds een autoritair gezag bestaat. De nieuwe G.G. vindt de N.S.B. ginds ook „an ders". evenals de legercommandant, die pas hier was en van wien de Minister het ver nam. De Minister, die er op wees dat nog slechts „een dunne bovenlaag" der bevol king deel heeft aan politieke actie en dat den volksgroepen moet geleerd worden haar eigen belangen te behartigen (maar dit gaat langzaam!, heeft zich uitdrukkelijk verklaard tegen het toekennen van het in terpellatie-recht aan den Volksraad. Daar is het nog geen tijd voor. De autonomie in Indië moet groeien. Bij de replieken heeft de heer Cramer een, later door mr. Joekes gesteunde, motie in gediend. de wenschelijkheid uitsprekend, dat het extra-uitvoerrecht op 4%> zal worden gebracht. Zulke moties beteekenen niets. Zelfs al wordt zij aangenomen, dan nog staat vast. dat de Regeering er niet toe overgaat. Een strijdpunt ook vormt de con clusie der betrokken commissie, welke zich uitspreekt voor een (beperkt! interpellatie- recht van den Volksraad. De heer de Geer heeft die conclusie nader verdedigd, maar de heer van Dijk diende een amendement op de conclusie in, waardoor de aandrang, om tot de invoering van het interpellatie- recht over te gaan, zou komen te vervallen. Verscheidene sprekers hebben nogmaals hun bezwaren tegen de herberekening der pensioenen kenbaar gemaakt. De kansen van dit ontwerp zijn niet gunstig, en de Minister wees er dan ook met nadruk op, dat, als men het ontwerp afstemde, men daarmee ook verwierp de verbetering, welke er voor 22.000 lagere gepensionneerden in is opgenomen. Dinsdag zullen er wel verschillende beslis singen vallen. HAGENAAR. Ik wilde gaarne even met den monteur soreken. die mijn remmen gisteren nage zien heeft! Zeker mijnheer, waar kan ik u me» dienen.?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 9