f?, BINNENLAND Roeireddingboot omgeslagen te Zandvoort LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 11 Februari 1937 Derde Blad No. 23583 Twee slachtoffers te betreuren Het houden der oefening was niet onverantwoord, aldus de heer De Booy. Vetwormpjes UROL doet ze verdwijnen! Het prinselijk paar te Boedapest. Een bezoek aan het parlementsgebouw. Hartelijk welkom door afgevaardigde. De reddingboot na het ongeluk op het strand. Zandvoort is gistermiddag omstreeks halfdrie opgeschrikt door het bericht, dat tijdens een oefening de roeired dingboot van de N.Z.H.R.M. in de bran ding is omgeslagen. Gelukkig slaagde het grootste deel der opvarenden erin veilig het strand te bereiken, doch de schipper, de 47-jarige J. Molenaar en de roeier. Engel Schuiten, zijn om het leven gekomen. [Het bestuur van de N.Z.H.R.M had be ien, dat de reddingboot gistermiddag driemaandelijkschen proeftocht zou den. zee was zeer rUw; doch men besloot och te vertrekken. Onder leiding van schipper J. Molenaar Iwid de boot ter hoogte Van den water leren in de zee gereden, maar reeds bij de tweede zandbank, liep ze vol water. Direct hierop sloegen twee golven over het vaar- rjiigje heen, waardoor het tot schrik van ie vele toeschouwers omsloeg. Van de veertien opvarenden zag men Iterseheidenen op den kiel van de boot I kruipen, terwijl anderen kans zagen zwem- I mende en badende op het strand te ko- men. In allerijl werd hulp geboden, maar men lion, gelijk reeds gezegd, niet verhinde- |ien dat drie der mannen bewusteloos ge- I raakten. Het waren de schipper en de roeiers Koper en Schuiten. De laatste twee I dreven bewusteloos aan land. De schipper, I oie met zijn zwemvest onder de boot was I blijven vastzitten, werd toen deze aan- I fpoeldc, uit zijn hachelijke positie bevrijd, I maar is kort daarna overleden. Schipper Jan Molenaar. Koper kwam spoedig weer bij kennis en naar zijn woning vervoerd. Na een half wr gelukte het den geneesheeren C. A. "aassen en C. A. H. Gerke, om Schuiten ,'J brengen. Omstreeks half zeven gis- ««vond is hij echter in het badhuis „Zee Dmn". waarheen men hem had ver- •d, eveneens overleden. Onmiddellijk na het ongeval hebben arch ongeveer veertig personen, zoowel ■bannen als vrouwen gekleed te water begeven. Vooral de leden van de Zand- voortsche reddingsbrigade gedroegen Wh hierbij zeer kranig. Onder de personen die zich in de 'eddingsboot bevonden, was ook de alge- ■neene secretaris van de Redding- ■naatschappij, de heer H. T. de Booy. Deze geraakte eveneens te water, doch slaagde erin zich te redden. "Wstreeks vjer uur jje reddingsboot het droge gebracht. Onderhoud met den heer De Booy. Wij hebben nog een onderhoud gehad met den secretaris van de Noord- en Zuid- Hollandsche Redding Maatschappij, den heer H. Th. de Booy. De schipper, zoo zeide hij ons, vond het juist in verband met de nogal on stuimige zee bij uitstek geschikt weer om te oefenen en hij heeft het geen moment gevaarlijk geacht om zee te kiezen. Dit was ook de algemeene opi nie. Men kan dan ook niet zeggen, dat het besluit tot het houden van de oefening niet verantwoord zou zijn geweest. Er blijft nu eenmaal een al gemeen risico aan dergelijke oefenin gen met roeireddingbooten verbonden en dat zal nooit zijn te vermijden. De heer De Booy vertelde ons daarna, hoe het ongeluk precies in zijn werk is gegaan. Aan het begin van de tweede bank op ongeveer honderd vijftig meter van het strand verwijderd, is een zware golf in de boot gebroken, waardoor deze vol wa ter liep. Hoewel het water door de klep pen weer kan wegloopen, kreeg de boot door dit stortbad een groote snelheid en dreef zij in de richting van het strand. Zij ging toen „snijden" en even later volgden twee korte zeeen dadelijk na elkaar, welke de boot langzaam naar bakboordzijde de den omslaan. Van de inzittenden vielen er aanvanke lijk vijf of zes uit, die er spoedig in slaag den op de omgekeerde boot te kruipen en zich daaraan vast te klemmen. Ook de heer De Booy behoorde tot dit groepje mannen. Van de overigen lagen er toen nog verscheidenen onder de boot, terwijl anderen op korten afstand in zee ronddre ven. De meesten wisten onder de boot van daan te komen, klommen er toen ook bo venop of wisten zich zwemmende en wa dende te redden. De roeier Engel Schuiten. De roeier Koper bleek evenwel in groot gevaar te verkeeren, aangezien hij bewus teloos ronddreef op enkele meters van de boot verwijderd. Met vereende krachten slaagde men er in hem te grijpen en op de boot te krijgen. De schipper en waar schijnlijk ook Engel Schuiten lagen toen nog steeds onder de boot. De mannen, die op den naar boven gedraaiden onderkant zaten, waren vanzelfsprekend niet in staat hulp te verleenen Het eenige, waartoe zij bij machte waren, was het openhouden van de wateruitlaatkleppen, om zoodoen de lucht te doen stroomen in de ruimte onder hen. Schuiten is later losgeslagen en korten tijd voordat dit met de boot het geval was. aan land gespoeld. Hij was er toen ernstig aan toe. Hoewel men er na een half uur in slaagde, zijn levensgeesten op te wekken, was zijn toestand zoodanig, dat hij niet naar zijn woning kon worden gebracht. Hij is toen vervoerd naar het pension „Zee en Duin", waar hij verder werd behandeld, helaas zonder duurzaam resultaat. Schipper Molenaar is toen de boot een maal het strand had bereikt, bevrijd, doch de kunstmatige ademhaling heeft niet meer mogen baten. De heer Dc Booy heeft tot de man nen In het bootenhuis een korte toe spraak gehouden, waarin hij zeide te hopen, dat zij door het gebeurde niet zouden zijn ontmoedigd. Zij antwoord den toen allen, dat men steeds op hen zou kunnen blijven rekenen. Volgens den heer De Booy zijn er bij het roeien geen fouten gemaakt. De bran ding werd goed recht getroffen. Op de mannen viel niets aan te merken, zij vorm den een goede roeiploeg. Maar ongelukken als deze. zijn nu eenmaal niet te voorko men, al behooren ze gelukkig tot de zeld zaamheden. Uit de geschiedenis der laat ste vijf en twintig jaar, waren den heer De H. K. H. Prinses Juliana en Z. K. H. Prins Bemhard hebben gisterochtend een bezoek gebracht aan het Parlementsgebouw te Boedapest. In de zittingzaal van het Huis van Afgevaardigden onderbrak Rupert, die juist een interpellatie hield, zijn rede om het Prinselijk paar, dat plaats nam in de loge der diplomaten, woorden van welkom toe te roepen. Hij gaf voorts uitdrukking aan zijn eerbied je gens het Prinselijk paar, waarbij hij in herinnering bracht het gastvrije ont haal, dat Hongaarsche kinderen na den oorlog in Nederland hebben gevon den. Hij noemde deze hulpverleening een bewijs van waarachtige mensche- lijke solidariteit. Alle afgevaardigden verhieven zich van hun zetels en begroetten het Prin selijk paar met enthousiast handge klap. De Prinses en de Prins vertoefden onge veer tien minuten in gezelschap van den quaestor van het Huis in de zittingzaal en maakten vervolgens een rondgang door het gebouw. De Haagsche conferentie. De regecringen van Noorwegen en Denemarken hebben de uitnoodiging der Nedcrlandschc Regecring tot het deelnemen aan een conferentie te 's-Gravenhage van de Staten der Con ventie van Oslo aanvaard. Dr. F. H. Fentener van Vlissingen treedt in Juni af. Als president van de Intern. Kamer van Koophandel. Nationaal fonds voor bijzondere nooden. Het. Nationaal fonds voor bijzonder noo den bracht het verslag uit over de eerste periode zijner werkzaamheden van 31 Mei 1936 tot 31 December 1936, In dit verslag wordt eerst het ontstaan en de oprichting van het {onds in het kort beschreven, waarbij met dankbaarheid wordt herdacht, dat het H. M. de Koningin heeft behaagd als beschermvrouwe van het. fonds op te treden, terwijl H. K H. Prinses Juliana, evenals zij dit was van het Natio naal Crisis-comité, eereJvoorzitster heeft willen zijn. Gemeld Wordt dat de periodieke bijdra gen. welke voor het Nationaal fonds van zoo groote waarde zijn, in December geste gen zijn tot een totaal van f. 5434 per maand. Aan giften ineens werd ontvangen f. 40.614.72. waaronder een gift van f. 2000. 4 giften van f. 1000. 5 van f. 500 en 46 van f. 100. In totaal werd aan 246 personen hulp verleend. Het fonds stelde hiervoor f. 23.307 beschikbaar, terwijl van andere zijde f. 31.150 werd bijeengebracht. Hoewel de afgeloopen 7 maanden nog geen basis vormen voor voorspellingen om trent de toekomst van het fonds mag wor den vastgesteld, dat het fonds door de vrij gevigheid en burgerzin van het Nederland- sche volk reeds in staat werd gesteld aan velen, die in het gezicht van de haven dreigden te stranden, de helpende hand te bieden. TERUG NAAR DE VRIES EN TE WINKEL. Naar wij vernemen, zal het „Drukkers weekblad" in het vervolg weer in de oude spelling verschijnen. Toen in het najaar van 1934 minister Marchant de gewijzigde spellingsregelen aan het onderwijs dwingend voorschreef, werd de verwachting gewekt, dat binnen afzienbaren tijd deze spelling algemeen zou worden gebruikt. Hoewel het algemeen hoofdbestuur de nieuwe spelling niet be wonderde en een groot gedeelte dei- drukkers het h.i. overijld genomen besluit afkeurde meende het als drukkersorga nisatie op die dichtbij zijnde toekomst te moeten vooruitloopen, door reeds per 1 Januari 1935 het systeem Marchant toe te passen De zaak is echter anders geloopen dan men had gedacht, En nadat kort geleden de steendrukkers het besluit hadden geno men, weer tot de vroegere spelling terug te keeren volgen thans de boekdrukkers, die uit den aard der zaak een veel uitgebrei der groep vormen. huidonzuiverheden en puistjes Gébruikt bij gelaatsverzorging witte Purol. 6367 tlngez. ivled.t Booy slechts tien ongevallen van dezen aard bekend. De oefening werd bijgewoond door den burgemeester van Zandvoort. den heer H. van Alphen. den secretaris van de plaat selijke commissie van de Reddingmaat schappij, den heer v. d. Werf en door den heer Hollander van de Noordwijksche com missie. Zij hebben bij het reddingswerk onmiddellijk de leiding genomen. Schipper Molenaar was gehuwd en vader van twee kinderen. Hij was twee jaar ge leden tot schipper van de reddingboot be noemd. Daarvoor maakte hij vele jaren als roeier deel uit van de bemanning. Het stof felijk overschot is naar zijn woning over gebracht. Dr. F. H. Fentener v, Vlissingen. Naar wij vernemen, zal dr. F. H Fente ner van Vlissingen in Juni aftreden als voorzitter van de Internationale Kamer v. Koophandel, na gedurende vier jaar deze functie te hebben waargenomen, aldus de „Tel." Dr. Fentener van Vlissingen werd in 1933 tijdens het congres te Parijs benoemd en in 1935 herbenoemd voor twee jaar. De regeering heeft de verdiensten van den heer Fentener van Vlissingen erkend door hem te benoemen tot commandeur in de orde van Oranje-Nassau. terwijl de Uni versiteit te Utrecht bij. haar driehonderd jarig bestaan hem he£ eere-doctoraat in de rechtswetenschappen verleende. EXECUTIES VAN RIJjNSCHEPEN. Kamerlid dringt aan op aanvulling der crisis-hypotheek-aflossingswet. Het Tweede Kamerlid, de heer Donker, stelde aan den Minister van Justitie de volgende vragen: 1. Is het den minister bekend, dat het aantal executies, zoowel openlijke als .stille", van Rijnschepen een steeds groo teren omvang aanneemt? 2. Is de minister bereid mede te deelen tot welk resultaat het eenige malen toe gezegde in overweging nemen van de vraag of de crisis-hypotheek-aflossingswet 1936 ook op scheepshypotheken van toepassing behoort te worden verklaard, heeft geleid? 3. Kan. indien de minister tot de con clusie is gekomen, dat een aanvulling der crisis-hypotheek-aflossingswet 1936. als bovenbedoeld, aanbeveling verdient, de in diening van een daartoe strekkend wets ontwerp spoedig worden tegemoet gezien? 4. Heeft de minister, indien hij geen aanvulling van de crisis-hypotheekaflos- singswet 1936 wenscht te bevorderen, an dere middelen in voorbereiding om het in de eerste vraag bedoelde euvel te be perken? DE KONINGIN BIEDT HET PERSONEEL VAN DE HOFHOUDING EEN FILMVOORSTELLING AAN. Uitreiking van een herinncringsmedaille ter gelegenheid van het prinselijk huwelijk. Gisteravond om 8 uur is in de groote zaal van den Dierentuin te Den Haag voor de leden van het personeel van de koninklijke hofhouding te 's-Gravenhage en hun ge zinnen een filmvoorstelling gegeven, aan geboden door H.M. de Koningin. De hofmaarschalk, mr. F. F. baron de Smeth sprak een kort openingswoord, waar in hij den dank overbracht van H.M. de Koningin en het vorstelijk echtpaar, aan al degenen, die bijgedragen hadden tot het welslagen van de feestelijkheden, ter ge legenheid van het prinselijk huwelijk. De verschillende journalen betrekking hebbende op de verloving en het huwelijk van het vorstelijk echtpaar werden vervol gens vertoond. In dc pauze hebben de hoofden van de verschillende hofdepartementen de zilve ren draagmedaille uitgereikt, welke door het vorstelijk bruidspaar ter herinnering aan het huwelijk is geschonken aan de leden van de hofhouding en aan het per soneel, in dienst van H.M. de Koningin en van H.K.H. prinses Juliana. Deze medaille is uitgevoerd door de „Koninklijke Begeer" te Voorschoten, naar het model van den beeldhouwer Toon Dupuis. H. D. F. REGOUTt In den ouderdom van 78 jaar is in Den Ilaag overleden de heer H. D. F. Regout, oud-directeur der aardewerkfabriek „De Sphinx" te Maastricht. De heer Regout heeft vroeger jaren in het buitenland twee aardewerkfabrieken ingericht, n.l. te Reis- i-.olz en te Crohn-Vegesack. Hij is ook di recteur geweest van de Rijkskleischool te Gouda. Sinds 1929 woonde hij in den Haag. N. R. Crt. BURGEMEESTER BUISKOOL, VAN DELFZIJL, OVERLEDEN. Rijksinspecteur der werkverschaffing in de provincie Groningen. Op 62-jarigen leeftijd is gistermiddag in het Academisch Ziekenhuis te Groningen overleden de heer J. Buiskool, rijksinspec teur van de werkverschaffing in de pro vincie Groningen, burgemeester van Delf zijl en lid van de Provinciale Staten van Groningen. De heer Buiskool werd geboren te He- veskes op 17 Januari 1875 en studeerde aan de universiteit te Groningen voor predi kant. Hij was eenigen tijd predikant te Dronrijp. Holwerd en Rietenboer. In 1919 werd hij burgemeester van Vlagtwedde en in 1922 van Delfzijl. In dit ambt. werd hij benoemd tot rijksinspecteur van de werk verschaffing. De overledene was ridder in de orde van Oranje-Nassau. LUCHTBESCHERMING DER WATERLEIDINGBEDRIJVEN. In het najaar 1936 is door de ministers an binneniandsche zaken en van sociale zaken een huishoudelijke commissie in het leven geroepen, die de opdracht heeft „richtlijnen voor de bescherming van wa terleidingbedrijven tegen luchtaanvallen" samen te stellen. Deze commissie bestaat uil de volgende leden: P. H. A. de Ridder, luitenant-generaal b. d.. inspecteur voor de bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen; dr. C. van den Berg. directeur-generaal van de afdeeling volksgezondheid: W. F. J. M. Krul, directeur van het rijksbureau voor drinkwatervoorziening; A. H. van de Velde inspecteur van de volksgezondheid in alge- mcenen dienst: Dr. Ir. G. J de Glee. dir. van de N.V. Waterleiding-Mij Provincie Groningen: ir. C J. Oosterholt, directeur van gemeentebedrijven te Eindhoven, en mr. J. J. P. C. van Kuyk, burgemeester van Veenendaal. Naar wij vernemen, zal in het voorjaar 1937 het resultaat van den arbeid der commissie aan de betrokken ministers worden aangeboden. SLEEPTRANSPORT NAAR INDIË. Een tinmolen en een tinzuiger. Naar wij vernemen heeft L. Smit en Co.'s internationale sleepdienst te Rotterdam opdracht gekregen tot het uitvoeren van twee transporten naar Nederlandsch- Indië. Het betreft hier een tinmolen en een tinzuiger voor het Indische gouverne ment. De tinmolen ligt momenteel bij de werf Smulders te Schiedam en de zuiger bevindt zich te Kinderdijk. De beide con- vooien zullen begin Maart vertrekken. De molen zal op weg naar Banka geleid wor den door de sleepboot „Humber". terwijl nog niet bekend is, welke sleepboot den zuiger naar Banka zal brengen. VERGOEDINGEN. DIE UITBLIJVEN. Het Tweede Kamerlid de heer Van der Sluis heeft de volgende schriftelijke vra gen gesteld aan den minister van Land bouw en Visscherij: 1. Is het juist, dat de vergoeding, toege zegd aan de veehouders, die tot vrijwillige inkrimping van melkvee waren overgegaan, nog steeds niet is uitgekeerd? 2. Is het den minister bekend, dat een aantal van de bedoelde veehouders uitstel van pacht of rente-betaling gekregen heeft in afwachting van een spoedige uit betaling van de toegezegde vergoeding? 3 Is de minister bereid een spoedige afhandeling te bevorderen en. in verband met het gestelde in vraag 2 mede te dee len tegen welken uitersten datum de uit betaling kan worden tegemoet gezieo2 UIT NED. OOST-INDIË. De besteding der 25 millioen Voorzieningen, die anders achterwege waren gebleven. Belangrijke sociale nevenwerking. HET NEDERLANDSCHE PAVILJOEN TE PARIJS. In aansluiting op ons bericht van giste ren betreffende den bouw van het Neder- landsche paviljoen te Parijs deelt de N.V. Steenfabriek v.h. De Ridder en Co. te Oegstgeest ons mede, dat door haar gele verd worden de tegels, traptreden en plint stukken voor de afdeeling Kerkelijke Kunst. Een en ander staat onder archi tectuur van den heer Eschauzier, te 's-Gra- veland. BATAVIA. 10 Febr. (Aneta-A.N.P.) De Memorie van Antwoord inzake de be steding dér Nederlandsche bijdrage van 25 millioen gulden is verschenen, waarin de regeering o.m. opmerkt: De ingediende plannen kunnen inder daad niet worden beschouwd als een breed opgezet welvaartsplan, doch deze plannen zijn eenvoudiger van opzet. Bij de bepa- ling van de besteding der Nederlandsche bijdrage is nauwkeurig nagegaan welke zwakke plekken er in de volkshuishouding aanwezig zijn. Vele voorzieningen zijn mogelijk geworden, die in verband met den jarenlangen zorgelijken toestand der land-financién achterwege moesten blijven Van budget-verlichting kan niet ge sproken worden, wijl deze maatregelen zonder steun uit het moederland ach terwege zouden zijn gebleven. Van tal rijke dezer maatregelen moet een be langrijke sociale nevenwerking worden verwacht. In aanmerking dient te worden genomen, dat het welvaartspeil op Java onder dc crisis veel sterker is aangetast, dan in de buitengewesten. Voor de kleine Soenda-eilanden buiten Bali is een bedrag van 345 000 gulden uit getrokken. waarbij verschillende uitgaven voor wegen en kleinere irrigatiewerken op Flores. Van een achterstand inzake het onderhoud van irrigatiewerken .s geen sprake. Voor de bevordering var de nij verheid is 1.000.000 gulden uitgetrokken, waarvan door verschillende kleinere Euro- peesche bedrijfjes mede zal worden gepro fiteerd Het uittrekken van een afzonderlijke post voor enkele scholen en cursussen ten be hoeve van Indo-Europeesche jongelieden in het kader van het 25 millioen-plan werd niet noodzakelijk geacht, aangezien van verschillende kanten thans reeds .en groot aantal cursussen in het leven is geroe pen, met name door de afd. Nijverheid van het dept. van Economische Zaken en door de Indische Maatschappij voor Indi- vidueele Werkverschaffing.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 9