77* Jaargang
IEIDSCK B4661AD, Vrijdag 29 Januari 1927
Vierde Blad
No. 23572
PARLEMENTAIR OVERZICHT
San Francisco door aardbeving
verwoest
Dickens' „A Tale of two Cities"
TWEEDE KAMER.
62 jaar - doet mee aan
volksdans.
Realistische verfilming van natuurramp
In de schaduw van de Guillotine
VOORSTELLEN TOT
GRONDWETSHERZIENINGEN.
In een korte, maar krachtige rede heeft
Minister de Wilde, namens de regeering,
gisteren het algemeen debat over de Grond
wetsherziening beantwoord.
De minister heeft erkend, da* deze her
slening geen wereldschokkende gebeurte
nis kan worden genoemd, maar daarom is
se nog niet zonder beteekenis.
Trouwens:
de regeering heeft betoogde hij geen
groote herziening bedoeld en dus ook niet
aan een staatscommissie opdracht verleend
tot bestudeering en voorbereiding van een
ingrijpende, fundamenteele revisie.
Èr valt in onze Grondwet fundamenteel
niet veel te veranderen; die woorden van
mr. Goseling maakte de minister tot de
zijne, evenais diens afwijzing van het
staatsabsolutisme en van de beperking
onzer volksvrijheden. Hier in Nederland
stellen wij prijs op ons constitutioneel
koningschap, op ons parlementaire stelsel,
op onze andere vrijheden. Deze zaken wil
het Nederlandsche volk en bij deze Grond
wetsherziening heeft de regeering dat alles
willen bewaren. Maar tegen uitwassen er
van moeten we ons hoedenwe mogen geen
afgoden maken van onze vrijheden; tegen
verstarring er van moeten we optreden. Zoo
noemde de minister het een verbetering
van 't parlementarisme, om revolutionaire
volksvertegenwoordigers te weren.
Ook inzake de drukpersvrijheid (art. 7)
doen zich zco schetste de minister
excessen voor. maar de regeering zag van
wijziging af. omdat zij niet onnoodlg tegen
stellingen in ons volk wil toespitsen; om
dat zij gelooft in de krachten van ons volks
leven, om zelf tegen die excessen op te ko
men, tenslotte omdat art. 7 niet aan het
emen van sterke maatregelen in den weg
staat. Wat het droit de réponse betreft (in
voering van een wettelijk recht van ant-
woord' vraagt de regeering zich af of een
dergelijk Instituut voldoende zou zijn om
verkeerde verschijnselen te weren. Intus-
schen, ook aan die zaak staat art. 7 niet
in den weg, zij is overigens thans niet aan
de orde. De minister verdedigde ln dit ver
hand de opvatting, dat art. 7 zich even
min verzet tegen 'n tijdelijk verschijnings
verbod als bijkomende straf, wat natuurlijk
bij de wet geregeld zou moeten worden, en
dan door de noodlge waarborgen omringd.
Overigens vindt zoo betoogde de mi
nister terecht de drukpersvrijheid haar
sterks ten steun ln de rechtsovertuiging des
volks.
Allerlei punten heeft de minister ln den
loop zijner rede behandeld
De regeering achtte het thans niet het
oogenblik, om de wijze van samenstelling
der Eerste Kamer aan de orde te stellen
Zij vond ook geen redenen aanwezig, een
voorstel te doen voor bet toekennen van
vergoeding aan de leden dier Kamer; het
lidmaatschap der Eerste Kamer verschilt
nu eenmaal veel van dat der Tweede. Ook
behandelde de minister het vraagstuk der
z.g machtigingswetgeving (delegatie van
wetgevende macht aan bepaalde organen),
welk vraagstuk thans evenmin aan de orde
is gesteld. Hij wees er op, dat ln tijd van
oorlog en van crisis zulk 'n delegatie telkens
op den voorgrond komt, omdat zij dan vol
strekt noodzakelijk is, maar de regeering
heeft het nu niet aan de orde gesteld: wel
beloofde de minister, de zaak ernstig te
zullen bestudeeren.
De minister liet in zijn rede terecht ver
scheidene zaken rusten, die bij de ontwer
pen zelf aan de orde komen.
Wel leverde hij nog slag tegen den heer
Llngbeek, die. met een beroep op Willem
van Oranje en Groen van Prinsterer, al
lerlei elschen had gesteld De minister wees
er echter op, dat. wat ds. Lingbtek wilde,
alleen te verwezenlijken zou zijn door mid
del van staatsmacht en van geweld. Het
zou neerkomen op tyrannie, riep de minis
ter uit, die ontkende dat wi] een godloozen
staat hebben; wij hebben een onzijdigen
staat, die vrijheid geeft aan alle kerken en
niet zelf een kerk opdringt. De minister
citeerde uitlatingen van Groen, om aan
te toonen, dat deze zloh positief verzette
tegen onderdrukking en achterstelling van
bepaalde kerken, tegen een bevoorrechte
positie van een bepaalde kerk; Groen wilde
slechts met geestelijke middelen gestreden
hebben. De staatsmacht mag niet gebruikt
worden, om een bepaalde kerk te dienen.
Met groote en warme overtuiging heeft
de minister deze opvatting verdedigd tegen
over „de tyrannie. die" zoo riep hij uit
„Oranje en Groen wilden verdrijven,
maar die de heer Llngbeek weer binnen
onze landspalen wil binnenhalen".
Aldus de minister.
Na deze korte, maar krachtige ministeri-
eele rede ging de Kamer over tot de behan
deling der wetsontwerpen, in de eerste
plaats die betreffende het Inkomen der
Kroon en de schadeloosstelling en het pen
sioen van de leden der Tweede Kamer.
Door deze ontwerpen worden de volgende
nieuwe bepalingen vastgesteld:
le. het inkomen der Koningin wordt ge
bracht van f. 1.200.000, op f. 1.000.000. dus
met twee ton per Jaar verminderd;
2e. het Inkomen der Prinses tijdens haar
huwelijk wordt gebracht van f. 400.000 op
f 200.000, dus eveneens met twee ton per
jaar verminderd; wordt zij weduwe, dan
stijgt het inkomen weer tot vier ton;
3e aan den Gemaal der Prinses wordt
een inkomen toegekend van f 200 000 per
jaar. dar hij ook behoudt als hij weduw-
naar mocht worden;
4e. ook aan den Gemaal eener regeerende
Koningin wordt een inkomen van f 200 000
toegekend
Het voornaamste van dit alles Is de bepa
ling. dat de Prins-Gemaal een eigen Inko
men ontvangt. Dit ls tot dusver nooit het
geval geweest Prins Hendrik heeft nimmer
een toelage uit de schatkist ontvangen.
Wordt de Grondwetsherziening ln laatste
instantie aangenomen, dan zal dus het in
komen der Prinses, dat thans (art 28 Gr.)
f. 400 000 bedraagt, tot op de helft vermin
derd werden, maar die tweede helft wordt
dan toegekend aan Prins Bernhard. Zeer
stellig een verbetering.
Bepaald is voorts, dat de bedragen Inzake
het inkomen der Kroon, voortaan bij ge
wone wet gewijzigd kunnen worden (zoodat
er geen Grondwetsherziening meer noodig
is) maar die wet is dan alleen van kracht
wanneer ten minste twee derde van het
aantal leden, waaruit de Kamers bestaan,
zich er voor hebben verklaard (dus 67 in de
Tweede en 34 ln de Eerste Kamer).
Wat de leden der Tweede Kamer betreft1
wilde de regeering de schadeloosstelling
van f. 5000 verminderen tot f. 4000 per jaar
en het pensioen van f. 150 tot f. 120 per
jaar. met een maximum van f. 2800 In-
plaats van f. 3000. Ten aanzien van de
herziening dezer bedragen zal dezelfde be
paling gelden ais hierboven vermeld voor
het inkomen der Kroon.
De discussie over dit alles heeft zich in
hoofdzaak bewogen over de schadeloos
stelling der Kamerleden.
De gevoelens verschilden.
De heer Goseling verklaarde zich namens
de Katholieken tegen elke verlaging; hij
wees er op, dat een vermindering tot f. 4000
feitelijk zou beteekenen een vermindering
tot f. 3000, omdat hij een gemiddeld bedrag
van f. 1000 voor onkosten van Kamerleden
aannam. Een raming, die ons rijkelijk hoog
voorkomt! Maar de Roomsche leider zag
nóg voor verlaging van het inkomen der
Koningin, noch voor verlaging van de
schadeloosstelling der afgevaardigden re
den. De sociaal-democraat Vliegen bewan
delde den middenweg; hij wilde de schade
loosstelling verlagen tot f. 4500. Maar cle
heer v. d. Heuvel verklaarde, dat de meeste
anti-revolutionairen mee zouden gaan met
ht regeeringsvoorstel, omdat men geen be
roepspolitici mag kweeken en verscheidene
leden nog wel andere Inkomsten hebben.
Intusschen de minister zat in een lastig
parket, want uit de redevoeringen van de
heeren Goseling en Vliegen bleek, dat de
Katholieken en de Socialisten zouden stem
men tegen de verlaging tot f 4000, zoodat
deze stellig verworpen en daardoor het
bestaande bedrag gehandhaafd zou worden.
De minister bracht daarom het bedrag op
f 4500 iwaar de sociaal-democraten zich
reeds vóór hadden verklaard), en betoogde
overigens, dat elk bedrag een beetje wille
keurig was want er zijn leden die met
f 10 000 te weinig, maar andere die met
f 1000 te veel krijgen. Een uitlating, waar
hartelijk om gelachen werd, misschien ook
wel door leden die zich de opmerking be
treffende dat minimum konden aantrek
ken.
Toen verklaarden de Katholieken zich
ook maar niet verder te zullen verzetten
en met de schadeloosstelling van f. 4500
genoegen te zullen nemen. Feitelijk betee-
kent dit een bestendiging van den tegen-
woordigen toestand, want in de laatste
Jaren hebben de leden op arer enkele uit
zonderingen) vrijwillig al 10"/o van hun
salaris gekort.
Er ls bij dit ontwerp nog gedebatteerd
over een aantal amendementen, waarvan
wij alleen vermelden dat de minister een
amendement v. d. Heuvel overnam, volgen»
hetwelk ministers geen pensioen als oud-
Kamerlid zullen ontvangen; de wet zal be
palen ln welke andere gevallen iets soort
gelijks zai worden toegepast.
Ds Kamer heeft zich vereenigd met de
verschillende onderdeelen van de wets
ontwerpen betreffende het inkomen der
Kroon en de schadeloosstelling der Kamer
leden. Het nieuwe artikel, bepalend dat
eerstbedoeld inkomen bij de wet kan wor
den gewijzigd (met twee derde meerder
heid) werd goedgekeurd met 44 tegen'28
stemmen.
Oude dame verklapt het geheim
van haar levenskracht.
„Kruschen Salts werd mij aanbevolen
door een dame van 62 jaar, die nog aan
volksdansen meedoet als een Jong meisje
en wanneer men vraagt naar de oorzaak
van haar lenigheid, antwoordt ze altijd
„Kruschen". Zij adviseerde mij Kruschen
Salts om van de hevige hoofdpijnen, waar
aan ik leed en de nheumatische pijnen in
mijn beide schouders, af te komen. Kru
schen volbracht het kunststuk; mijn hoofd
pijn verdween, evenals mijn rheumatlsche
pijnen." Mevr. F. B. W.
Kruschen Salts is éwi combinatie van 6
natuur-zouten, welke Uw lever, nieren en
spijsverteringsorganen aansporen tot ge
zonde werking. De „dagelijksche dosis"
zorgt voor een geregelde inwendige schoon
maak en houdt Uw bloed zuiver. Kruschen
Salts is verkrijgbaar by alle apothekers en
erkende drogisten a f. 0.40, f. 0.75 en f. 1.60
per flacon. Let op, dat op het etiket op de
flesch, zoowel als op de buitenverpakking,
de naam Rowntree Handels Mij., Amster
dam, voorkomt.
5818
(Ingez. Med.)
Over de wetsontwerpen in hun geheel
wordt eerst later gestemd.
BENOEMING VAN MINISTERS
ZONDER PORTEFEUILLE.
Op het eind van den middag heeft de
Kamer ook nog het ontwerp behandeld, dat
mogelijk maakt de aanstelling van minis
ters zonder portefeuille.
In antwoord op enkele opmerkingen van
de heeren de Visser en van Dijk heeft mi
nister de Wilde verklaard, dat het volstrekt
niet de bedoeling is permanent ministers
zonder portefeuille aan te stellen, maar
alleen in bepaalde omstandigheden. De heer
Vliegen voegde hieraan toe, dat inderdaad
zulke benoemingen uitzondering moeten
blijven, maar hij gaf toe dat ze nuttig
kunnen zijn.
Heden voortzetting.
HAGENAAR.
ten opname uit de verfilming van het door een aardbeving verwoeste San Francisco
De bevolking liep als verwilderd de straat op.
De bloeiende stad aan de Westkust
ner Vereenigde Staten, het 400.000 in
woners tellende San Francisco, is heden
door een hevige aardbeving geteisterd
en gedeeltelijk verwoest.
De berichten, die op het oogenblik
van de ramp New-York bereikten en
ons vandaar door een kabeltelegram
doorgezonden, geven nog geen
juist overzicht van den omvang van
de ramp.
NEW-YORK. 18 April, 11.40. He-
demorgen om vijf uur en dertien mi
nuten vonden in San Francisco drie
nevlge aardbevlngsstooten plaats. De
de eerste waren slechts licht, doch
migens later ingekomen berichten
werd de stad door de derde schok ver
woest. De overlevenden ontvluchten
«jen de stad, met uitzondering van
engelen, die trachten gewonden uit de
puinhoopen en uit de overal uitslaande
nranden te redden. Er is groot gebrek
water. Het telegraafverkeer is
Ir.nroken. De laatste telegrafist seint,
hij zijn post moet verlaten om
"n leven te redden.
£n°°„Lu'<'1fe een der vele krantenberich-
igofi ,°P den rampzaligen 18den April
een JS., S 1)618 verschenen, en dat slechts
werkelijk B beeld kon seven van den
betrapt werden! Een kogel maakte een
snel einde aan hun leven.
„Millionnairs werden op slag bedelaars.
Bezit, dat na Jarenlangen strijd was ver
gaard, ging in luttelen tijd verloren. Alles,
wat in tientallen Jaren moeizaam was op
gebouwd, ging te gronde, werd vernietigd
door de duistere natuurkrachten
Juist nu is het verschrikkelijke gebeuren
van 1806 weer actueel, daar de Metro de
aardbeving als hoofdmotief gebruikte in
haar film „San Francisco". De regisseur
van deze film, Waarin Clark Gable,
Jeariette McDonald %n Spencer Tracy 'de
hoofdrollen vervulleh, is Woody S. van
Dyke, en deze heeft de aardbeving op ver
rassend natuurgetrouwe wijze geënsceneerd
zoodat dertig Jaar later het vreeselijke
drama zich opnieuw voor ons afspeelt ln
al zijn demonische kracht.
Clark Gable en Jeanette Mac Donald
echter vormen de persoonlijke noot in een
tafereel van uitbundige vroolijkheid, een
tafereel, dat in het Jonge San Francisco
van vóór de aardbeving dagelijks te aan
schouwen viel en daarna op zoo wreede
wijze werd verstoord, hetgeen leidde tot
de stichting van een nieuwe, betere en
sehoonere stad aan den Golden Gate.
Sombere profetie voor San
Francisco.
Volgens dr. L. Donleet. die aan het meteo
rologisch instituut van de Harvard-unlver-
sltelt te Boston verbonden is. zullen binnen
de komende vijftig of honderd jaar Boston
en het Oosten van den staat Massachussets
opnieuw door een zware aardbeving geteis
terd worden.
Volgens den professor volgen n.l. de aard
bevingen precies de tegenovergestelde wet
ten. als die van het bliksemvuur: zl1 tref
fen juist tweemaal dezelfde plaats
De berekeningen van d t meteorologisch
instituut wijzen uit. dat de omgeving van
Boston en San Francisco binnen de komen
de vijftig of honderd jaar weer een geheele
serie aardbevingen te wachten staat.
„PORT ARTHUR".
Een omvang det catastrophe
11906 °°88etuige, die de aardbeving in
lUoo hÏ' P'sutse meemaakte, vertelt ons
ue volgende bijzonderheden:
„Op den avond voor de aardbeving was
ik in de opera, en hoorde Caruso zingen.
Na de opvoering van Carmen gingen wij
naar een café, en vandaar huiswaarts. Te
gen vier uur 's morgens voelden wij een
vreeselijke trilling. Wat ik ln die twee mi
nuten overdacht, kan ik onmogelijk be
schrijven. Alleen een verschrikkelijke angst,
grooter dan alles, wat ik tot nu toe had
beleefd, overviel mij. Ik hoorde gillende
kreten: „Eruit, eruit!", en half zinneloos
liep ik naar buiten. Een balk, die elk
oogenblik naar beneden dreigde te komen,
hing boven ons hoofd.
Op straat zag lk als in een droom, hoe
het groote, eerwaardige klooster tegenover
ons nog slechts een puinhoop was. De eer
ste schok, waarop spoedig nog twee an
dere volgden, had maar twee minuten ge
duurd, maar de aangerichte verwoesting
was onbeschrijfelijk.
„Voor mijn oogen bewoog één bloedroode
zee. Vuurzuilen schoten in het nachtelijk
donker omhoog en belichtten een tafereel
van vertwijfeling en afgrijzen. De water
pijpen waren gesprongen, en het was een
ironie van het noodlot, dat deze prachtige
stad moest verbranden, alleen maar om
dat deze oneindige watermassa's niet kon
den worden opgevangen om de vuurwoes-
tenij te keeren!
Arm en rijk. belangrijke en onbelang
rijke menschen, allen waren zij gelijk voor
de demonen der vuurzee en voor de woede
der ontketende elementen. Nauwelijks wa
ren de vlammen bedwongen, of er moest
een standrecht worden afgevaardigd tegen
plundering. Wee hen, die op heeterdaad
Ronald Colman, een der bekendste Ame-
rikaansche acteurs, die door de jaren heen
zijn reputatie van beschaafd acteur weet te
handhaven speelt deze week met Ellsabetn
Allen de hoofdrol in de imponeerende film
„A tale of two cities" naar den bekenden
roman van Charles Dickens, waarover wii
Indertijd reeds meerdere bijzonderheden
gaven.
„Wii zijn en blijven dwazen om te den
ken. dat wij heer en meester over ons lot
zijn. dat is onzin. Geluk, kans noodlot
noem het wat ie wilt daar hangen wri
tenslotte van af en daardoor komen wii naar
boven en daaraan gaan wit onder" zoo
vertelt Ronald Colman.
„Het lot heeft mij geregeerd, sinds den
wereldoorlog. Ongeluk bracht me erin. ge
luk bracht mii er levend weer uit. Het was
stom geluk, dat ik een kans als acteur kreeg
od het tooneel met Lena Ashwell het was
stom geluk, dat ik in 1920 in Amerika kwam
als reizend acteur, hoewel er een periode
was. dat het geluk mij scheen te verlaten.
Toen leerde ik hoe hard de trottolrstoepen
van New York kunnen ziin!"
Colman bekent, dat hll reeds uit de dagen
van zijn schooltijd de figuur van Sydney Car
ton uit Dickens' boek bewonderd en in zich
opgenomen had. Toen hii ouder werd zag
hü menigmaal de tooneelversle soelen door
niet altijd eersterangs troepen.
„Maar lk heb er nooit aan gedacht deze
rol zelf te spelen, totdat ik bii de film
kwam. Toen heb lk het menigmaal voorge
steld. m%ar werd afgewezen. Carton's ka
rakter is boeiend om de doodeenvoudige
psychologische reden dat er altijd sympa
thie bestaat voor een pechvogel, een deug
niet met betere intenties een aan lager wal
geraakten Intellectueel. Maar val al zulke
figuren kan lk mi) er eeen herinneren, die
Carton ook maar in de verste verte bena
deren kon".
„Wat was volgens u het moeilijkste bii het
verfilmen van Charles Dickens' meester
werk?" zoo werd den regisseur Jack Conway
gevraagd.
Zonder aarzelen antwoordde hij: „Het
draaiboek. De story deed het werk voor ons.
Wij hadden er zelf de hand in gehad en
vroegen ons telkens af: wat herinnert men
zich het eerste van het boek wat verwach
ten Dickens-kenners van ons. wat is in die
honderd jaar sinds het geschreven werd
het levendst gebleven? En zoo begonnen
wii met het incident van de mailcoach. die
bleef steken op Shooter's Hill tusschen
Londen en Dover en verder kwamen wij
vanzelf tot die tafereelen. die Dickens zoo
ongelooflijk helder en plastisch beschreven
heeft: het doemdreigend ontstaan van de
Fransche revolutie, de samenzweerders in
den wijnhandel, dat Dregnante beeld van
het wijnvat, dat in de goot leeg loopt en
waar het arme vo'k. tot de kinderen toe,
zich aan verzadigt".
„Het moet een heidensch werk geweest
zijn om deze heele rhapsodie in een geslo
ten volgorde te brengen, is het niet?"
„Inderdaad, een heidensch werk", zei
Conway, „maar dat werk heeft Dickens ge
daan! De helft van de dialoog kon zóó uit
het boek overgenomen worden voor de rest
hebben wij dikwijls beschrijvingen van
Dickens in de directe rede kunnen trans-
poneeren en zoo toch zijn eigen woorden
gebruikt. Ook gaven de beroemde illustraties
natuurlijk veel mee: menschen. die ze ken
nen zullen ze zonder twijfel de heele film
door telkens terugvinden. En tenslotte wa
ren wij zoo gelukkig Ronald Colman voor
de rol van den aan lager wal geraakten
intellectueel Sydney Carton te vinden".
„Kwam iemand anders nog in aanmer
king?"
„Geen oogenblik. Het stond dadelijk vast.
dat het Colman en niemand anders kon
ziin Dat is immers zelf zoo'n Sydney
Carton!"
„Meent u. dat iemand anders de rol ook
gesceeld zou kunnen hebben?"
„Niet zooals Co'.man hem soeelde!"
1904. waar tijdens de belegering van de
vesting Port Arthur zich een drama afspeelt
dat eindigt met den dood 'n de golven van
Adolf Wohlbriick Karin Hardt. Paul twee de- hoofdpersonen
Hartmann en andere bekende figuren spelen De oorlog kent ee-n pardon: ook a's
ditmaal in de Ts.jechisch-Fransche Dro- vriend mag de chef van den Rusrischen
ductie ..Port Arthur" geregisseerd door Ni- spionngge-afweerdienst geen medelijden
colaas Farkas Het betreft hier een episode hebben met den Russischen offic er Boris
uit den Russisch-Japanschen oorlog van (Adolf Wohlbriick) en diens jonge Japan-
sche vrouw Youki 'Karin Hardt). Wanneer
Boris voo- de Russische vlag tegen Japan
vecht wordt Youki de een'ge Jacansche in
de door de Janansche t-oenen ingesloten
vesting verdacht van spionnaee gearres
teerd. waarmee d'zp tragedie van een groote
liefde begint
Hierboven Adolf Wohlbriick en Karin
Hardt in deze spannende film.