Laag water te Hamburg - Nieuwe Engelsche üliegdienst geopend 77iie Jaargang LEIDSCH DAGBLADTweede BlaJ FEUILLETON Het huis der mysteries LAAG WATER IN DE ELBE TE HAMBURG. Werd Hamburg het vorigo jaar geteisterd door een overstrooming, thans is tengevolge van den sterken Zuid-Oostenwind de waterstand van de Elbe zoo laag, dat de schepen op den haast drogen bodem liggen. GEWELDIGE BELANGSTELLING VOOlt HET HUWELIJK VAN DEN DUKE OF NORFOLK MET DE 20-JAHIGE LAVINIA STRUTT TE LONDEN. - Tweeduizend gasten waren bij 'de plechtigheid aanwezig, De groote belangstelling van het publiek. CORNER OP HET DOEL VAN HET NOORDROEMEENSCHE ELF- 1 AL, dat in Rotterdam een wedstrijd speelde tegen een Rotter- damseh elftal op het terrein van Sparta- DE 16-JARIGE CECILIA COL- LEDGE oefent te Zuoz in Zwit serland voor het wereldkampioen schap op 1 en 2 Maart te Londen. VLIEGTUIG VOOR DE LIJN SOUTHAMPTON—ZUID-AFRIKA. Het is een toestel van de Imperial Airways, „Cassiopeia" genaamd. Foto, genomen na de eerste vlucht van het watervliegtuig. Uit het Engelsch door H. A. C. S. 50) „Zeker", zei Hilary. Hij had iets van een geleerde, die doceerde. „Zeker. Herinner je ie niet uit den ouden tijd de opwekkings- tamenkomsten, Adela? Hoe Emmeline be keerd was? Hoe ze huilde? Hoe ze zong? J?°e zij. dagen lang, in een trance rond- hep. Dejlaatste jaren zijn er geen opwek- ffJOSsainenkomsten geweest: waarschijn lijk heeft zij ze gemist... „Hüary". viel Adela hem in de rede, „Je vent belachelijk. Is het je ernst met je be- JWmg, dat Emmeline Bayard doodde, om- eat zc dezen winter niet naar een opwek kingssamenkomst gaan kon?" j "keker. Adela. Je hebt geen begrip van eze dingen. Is wat ik veronderstel niet, rwf J Dan?" Bouligny keek langzaam op, en "bode, tamelijk treurig, met zijn hoofd, latiozei „ik heb dertig jaren dan ln.deze streek gedokterd. Ik heb meer hnik honderd babies de wereld inge- ni ben' practisch. bij elk sterfbed schim 'n dez" streek. Ik heb mijn men- naa1. medicijnen toegediend en geluisterd Ik ha, 1 kwalen, alsof zij kinderen waren. »nr ?ull(Iwetsc'J, dat weet ik. Maar dal, jij praat, dat begrijp ik niet." 'k eens, Dan, je zult toe moeten ge ven, dat je je Emmelina's hevige liefde voor opwekkingssamenkomsten herinnert?" De dokter glimlachte flauwtjes. „Ja. Niemand kon iets van Emmeline ge daan krijgen, wanneer er een aan den gang was. En dan draaide ze overal rond. en be dreigde ons met de hel, en zei, dat wij alle maal verloren waren. Herinner je je, Adela?" „Het was een heele beproeving", gaf Adela toe, „maar het heeft hiermee niets te maken." „Wacht even, Adela. Het bewijst, dat Emmeline een erg heftige natuur heeft, is het niet?" „Het bewijst, dat zij gek deed", zei Adela. „Maar ga door." „Nou, al die gevoeligheid, vermengd met godsdienst en plicht, heeft jaren lang geen uitweg gehad. Nou dan, stel je nu voor, dat Emmeline het in haar hoofd krijgt, dat Bayard den vrede en de welvaart van onze familie bedreigt. Haar familie. Niet alleen de welvaart, maar de familie zelf. Neem nu aan, dat zij het in haar hoofd krijgt, dat zij hem uit den weg moet ruimen. Die naturen, die door godsdienst en overgevoeligheid in de war gebracht zijn, krijgen krankzinnige denkbeelden, en „Je praat, alsof je gelooft, dat Emmeline krankzinnig is", zei Adela bits. „Jij bent liet eerder. Hilary Thatcher." „Misschien >vist ze. dat Dave al op Bayard geschoten had, en hem gewond had. Hilary hield zóó plotseling op, dat hij bijna stikte, en hij keek naar mij. „Gaat u door", zei ik koeltjes. „Ik weet. dat Dave het schot loste, dat Bayard's schouder, een paar dagen geleden, ver wondde." Hilary's blik verscherptt zich, en werd een verdenking, maar hij onderbrak zijn betoog niet, om een onderzoek in te stellen naar mijn zegsman. Hij ging door: „Zij was altijd verknocht aan Dave. Hield meer van hem dan van de rest van de familie. Evenals Jij, Adela. Als Emmeline meende, dat Dave voorbeschikt was om Bayard te dooden, geloof je dan niet, dat zij liever zelf den moord wilde plegen dan het Dave laten doen? Zij wilde veel liever zichzelf tot martelares maken dan Dave hem laten dooden. ZijEen andere ge dachte scheen bij Hilary op te komen. Hij hield op, overwoog haar, en voegde er pein zend bij, op een toon, die heel wat ver schilde van den verwaanden toon, waar mee hij eerst gesproken had: „Bovendien, als Emmeline Dave dien middag in huis zag komen, zou zij eerder willen sterven dan vertellen, dat hij hier was." „Nu ben je weer bezig, Hilary, om je broer van moord te beschuldigen. Dave die pas dood is je moest tenminste wach ten.Adela's dikke witte handen hiel den, stevig, de glanzende blauwe kralen vast. „Je theorie, dat Higby misschien is omgekocht, is je eenige waardevolle bij drage voor ons probleem. Ik geloof, dat dat heel goed mogelijk is. Hij zal het nooitt toegeven, maar het is heel goed mogelijk, dat de dief op die manier het huis is bin nengekomen. En er was een dief. natuur lijk; al dat gepraat van Emmeline en Dave en Hilary is dwaas. Er was een dief. En hij stal onze juweelen. En hij doodde Bayard." Ik had genoeg gepraat over den dief gehoord. Genoeg, en te veel. Ik zei. op een vermoeiden toon: „Er was geen dief. Niemand heeft de ju weelen gestolen. Zij zijn in huis. Verstopt." HOOFDSTUK XVI. In de ruime kamer was het volkomen stil en alle oogen waren op mij gericht. Ieder keek naar mij, maar niemand sprak. De stilte werd hoe langer hoe grooter, en leek wel een dikke massa, welke men kon aanraken, leek wel een ondoordringbare deken, die mij dreigde te verstikken. Toen deze stilte hoe langer hoe intensie ver werd en langduriger, en ik dien blik van allen op mij gericht zag, begon ik be rouw te krijgen van mijn overhaaste woor den. Wat had ik er, bij slot van rekening, mee te maken? Waarom was ik niet blij ven zwijgen, op dit teere punt? Waarom was ik ooit in dit huis gekomen? En vooral, waarom was ik, toen ik er was, gebleven? Waarom had ik mijn biezen niet gepakt, goedschiks of kwaadschiks? Wat voor een oogenblik van geestelijke afwijking was het geweest, toen ik toegestemd had te blijven? Zelfs Janice's donkere oogen keken on vriendelijk; onvriendelijk en angstig. En Evelyn wierp mij een langdurigen, buiten- gewoon-kouden en doordringenden blik toe, voordat haar oogen vragend Adeia aan keken, die haar blik beantwoordde. Maar het was Hilary, die losbarstte, die ten slotte die benauwde stilte verbrak. Zijn woorden waren er echter niet op berekend mij op mijn gemak te stellen. Want hij schreeuwde „Arresteer die vrouw, voor moord!" En toen niemand eenige beweging maak te, herhaalde hij, woedend: „Arresteer haar. Roep Strove. Zij weet, waar de juweelen zijn. Zij was er. en nie mand lette op haar den middag, dat Bayard gedood werd. gij heeft hem gedood. Zij nam de juweelen. En nu probeert zij ons geld af te persen. Zij gelooft, dat zij, levenslang, een inkomen van ons zal kun nen krijgen. Arresteer haar. Op dit oogenblik was dr. Bouligny, met moeite, overeind gekomen. „Hilary, houd op, zoo te schreeuwen. Je bent je zinnen kwijt. Houd op met je praatjes, dat ze gearresteerd moet worden. Ten eerste kunnen wij dat niet. En Jim Strove is hier niet, om het te doen. En ten tweede", besloot dr. Bouligny, en hij zei het met een wat vermoeide stem, „zij ver moordde Bayard niet. Je stelt je idioot aan." Hilary, die heelemaal purper werd, draaide zich naar Allen om. „Zij is de schuldige. Dat is even duidelijk als jouw neus. Zij doodde Bayard. Zij Allen was opgestaan, en had Hilary bij zijn arm gegrepen. Hij zei iets, ik weet niet wat, in liet oor van Hilary, die zeer geagi teerd was. Hilary werd. nogal plotseling, stil het leek een vuurroode, vulcanische stilte en men voelde, dat hij ieder oogen blik kon losbarsten, en Allen draaide zich naar mij toe. „Wat bedoelt u, precies, zuster Keate? Dat is iets buitengewoons, wat u zegt." „Ik bedoel", zei ik, en ik wenschte, dat ik mijn tong afgebeten had, lang voor deze zóó'n verontrustend en onbescheiden iets had geuit, „ik bedoel, dat de juweelen nooit gestolen zijn geworden. Zij zijn boven." „Waar zijn ze verstopt? Hoe lang weet u dat al?" (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 5