Eden's rede in het Lagerhuis
Het Duitsche Vierjarenplan
77ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 20 Januari 1937
Derde Blad No. 23564
Oorlogsgevaar voor Europa
is beperkt
Het Spaansche volk beslisse zelf over zijn
regeeringsvorm
„Geen vreemde
Keerschers in Spanje"
HONIG'S BOUILLONBLOKJES
THANS 6 VOOR 8 CTS.
Krachtsinspanning terwille der zelfvoorziening
VRAGENRUBRIEK
Eden.
De minister van bnitenlandsche zaken
Eden, heeft gisteravond in het Lager
huis een grootc redevoering uitgespro
ken over de buitenlandsche politiek,
waarin hij met voldoening constateer
de hoe zeer het volk in Groot Brittan-
nië en in talrijke landen voor den
vrede is. Hij betreurde echter de afwe
zigheid van volledige vrijheid in uit
drukking en internationale betrekkin
gen tusschen alle landen. Deze afwe
zigheid belet een volledigen invloed
van de wereldopinie.
Wij betreuren dit, zoo vervolgde Eden,
tangezien wij er van overtuigd zijn, dat
'net vredesverlangen in de volkeren ter
wereld, zoo verpletterend is. dat wanneer
alle slagboomen tegen de vrijheid van be
trekkingen en van het woord neergehaald
I zouden zijn de bedreigingen van den vrede
voor het grootste deel uit den weg zouden
zijn geruimd. Negentienhonderdzevenen-
dertig zal een jaar zijn van uitermate
moeilijke internationale problemen, maar
ook een jaar van internationale 'kansen.
Iedere voor den vrede gewonnen maand
is evenzooveel gewonnèn.
Voortgaade stelde Eden de verantwoor
delijkheid in het licht, die op Groot-Brit-
tannië rust op internationaal gebied,
waarna hij overging tot bespreking van de
Spaansche kwestie.
In den internationalen toestand verduis
tert Spanje alle overige gebeurtenissen,
zoo zeide hij: ofschoon het conflict met
onverzwakte felheid voortwoedt, zijn
toch de gevaren dat Europa in, een oorlog
verwikkeld zou raken, zonder volkomen
opgeheven te zijn, toch beslist beperkt.
Eden herhaalde, dat de Britsche po
litiek zich verzet tegen interventie en
verklaarde, dat, wanneer wie het ook
zij gelooft, dat alleen tengevolge van
dezen burgeroorlog een of andere bui
tenlandsche mogendheid Spanje gedu
rende een generatie zal gaan beheer-
schen, hij. Eden, er van overtuigd is,
dat men zich vergist. Dit is het minst
waarschijnlijke van alle mogelijke re
sultaten van dezen burgerloorlog en
wei omdat wij ons energiek zouden
verzetten tegen iedere gebeurtenis van
dien aard en wij zouden niet de eeni-
gen zijn.
Tenzij een tegenspraak ontstaat met de
geheele geschiedenis van Spanje, zal de
geheele massa van het trotsche Spaansche
volk het minst kwaden wil gevoelen jegens
die volkeren, die het minst tusschenbeide
zijn gekomen. De inmenging in Spanje is
slecht, niet alleen uit menschelijk oogpunt
maar ook van politiek standpunt.
Geen inmenging.
Het is'geen Britsch belang, dat Spanje
een bijzondere regeeringsvorm. hetzij een
rechtsche hetzij een iinksche heeft.
Toestaan, dat wij gaan deelnemen, aan
een kamp van dezen aard beteekent deel
gaan nemen aan een oorlog van met el
kaar strijdende ideologieën, welke wij ver-
oordeelen. Het is aan hst Spaansche volk
en aan niemand anders een beslissing te
nemen omtrent den regeeringsvorm in
Spanje en daarom zullen wij voortgaan de
inmenging van buiten af te ontmoedigen.
Sprekende over de EngclschIta-
liaansche verklaring, zeide Eden: er is
geen woord, geen komma in de Ita-
liaansche verklaring, die aan welke
buitenlandsche mogendheid ook, het
recht zou kunnen geven, hoe haar re-
gecring ook gekleurd moge zijn, te in-
lervenieeren in Spanje, welk deel ook.
Britsche belangen.
Na deze woorden keerde de minister
weer terug tot de kwestie van de Britsche
belangen in Spanje en het Spaansche con
flict, waarover hij zeide, dat deze belan
gen zijn: ten eerste het conflict niet bui
ten de grenzen van Spanje zelf te laten
treden en ten tweede de politieke onaf
hankelijkheid en territoriale integriteit
m ?panie th doen eerbiedigen. Sinds
mum het Initiatief nam tot de nietinmen-
"ebben alle deelen van de Britsche
Tuf u»?r.e meening dit principieel gesteund.
ïmJli k eerst begonnen zich te doen
oirf™ en' toen bleek, dat de nlet-inmen-
smg onvolledig was. De inbreuken hebben
veel bitterheid gewekt en aan de niet-in-
mengingspolitiek veel van haar doelmatig
heid in het bekorten van den oorlog ont
nomen, maar toch kan niet betwijfeld wor
den, dat deze politiek voor Europa de
juiste politiek geweest is en blijft.
Ook aan de vrijwilligers wijdde Eden
enkele woorden, zeggende, dat de Engel-
schen er naar gestreefd hebben het uit
zenden van vrijwilligers, van welken kant
ook, tegen te gaan. Spreker gaf toe, dat
het feit. dat dit onderwerp niet eerder te
berde is gebracht aan zekere mogendhe
den in zekere mate een rechtvaardiging
geeft.
De toestand in Marokko.
Vervolgens besprak Eden den toestand
ten aanzien van Marokko. Hij noemde 'in
dit verband de mededeellng van den Fran-
schen ambassadeur van 8 .Januari betref
fende beweerde bedrijvigheid, die naar hij
zeide. uiteraard ongerustheid had gewekt
in Frankrijk op grond van zijn ligging
tegenover Marokko en zijn verdragen.
Men heeft toen den Britschen con
sul-generaal gevraagd rapport uit te
brengen en zijn antwoorden die sinds
dien ontvangen zijn, zijn van een over
het algemeen geruststellenden aard.
Wat het vlootbezoek aangaat, zijn de
rapporten nog niet geheel bestudeerd,
maar zij zijn toch over het algemeen
geruststellend ten aanzien van het
aan land zetten van Duitsche troepen.
Ook brengt zij geenerlei wijziging met
zich mede van welke der Britsche vriend
schappen ook Het staat echter buiten twii-
fer. dat deze verklaring gediend heeft tot
een kalmeering in de Middellandsche Zee.
Eden merkte od. dat de Fransche Minis
ter van Buitenlandsche Zaken de Engelsch-
Italiaansche verklaring warm toegejuicht
heeft en dat ook andere landen, waarmede
Engeland buitengewoon vriendschappelijke
betrekkingen onderhoudt, zooals Turkije.
Zuid-Slavië. Griekenland en Egypte, met
de verklaring instemden. De meening van
deze Middellandsche Zeemogendheden is 'n
goede maatstaf voor de beoordeeling der
verklaring. In de notawisseling werd de
nadruk gelegd oo de handhaving van de
onschendbaarheid van het Spaansche ge
bied.
Wat wij- niet aanvaarden.
Vervolgens besprak Eden den algemeenen
internationalen toestand.
HU herinnerde er aan, dat het het doel
der Britsche regeering is te onderhandelen
over een Europeesche regeling en over ver
sterking van het gezag van den Volkenbond.
Wü zijn bereid aldus zeide hij mede
te werken aan den algemeenen vrede, maar
ieder moet daaraan meedoen, wil het werk
slagen. Het is niet alleen noodig. dat de
wereld de uitgaven voor bewapening ver
mindert maar ook. dat zil leert op econo
misch gebied samen te werken, opdat de
levensstandaard in alle landen kan stijgen.
Economische samenwerking en stre
ven naar vrede moeten hand in hand
gaan en aldus Eden wanneer wij
deze taak op ons nemen, zijn er be
paalde dingen die wij niet aanvaarden:
wij aanvaarden niet de gedachte, dat
Europa zou moeten kiezen tusschen de
dictatuur van links en die van rechts.
Wij aanvaarden niet. dat de democra
tieën haarden voor verbreiding van het
communisme zijn (instemming)wij
beschouwen haar meer als een tegengif
tegen het communisme. Wij wenschen
Europa niet onder de standaarden van
concurreerende wereldbeschouwingen te
zien: er is een betere weg!
Vragen aan Duitschland.
Tenslotte wiidde Eden woorden aan
Duitschland. Een groot volk zoo zeide
hii heeft het bewustzijn van het ras en
het nationalisme opgevoerd tot een credo
dat wordt toegepast met denzelfden geest
drift. waarmede het wordt verkondigd. De
wereld vraagt zich thans af waartoe deze
leerstellingen Duitschland en ons allen
moeten brengen. Europa verlangt dringend
een antwoord op deze vraag, want het kan
niet naar een steeds onzekerder toekomst
blijven afdrijven Het staat aan de Duitsche
machthebbers Invloed uit te oefenen op de
keuze, die niet alleen over het lot van
Duitschland maar over dat van geheel
Europa zal beslissen. Indien Duitschland
samenwerking met de rest van Europa kiest,
zal er niemand in Engeland ziin. die het
niet van ganscher harte zal helpen bii het
uit den weg ruimen van misverstanden en
het effenen van den wee naar vrede en
welvaart.
De wil tot samenwerking.
Wij kunnen aldus besloot Eden
de wereld niet genezen met verdragen,
noch met verheven woorden over den
vrede: het is noodig, dat de wil tot
samenwerking bestaat, dat die wil zich
uit op zeer duidelijke wiize dat de leer
van de nationale afgeslotenheid wordt
verlaten, dat men iederen Europeeschen
staat aanvaardt als bevoegde partij bij
de Europeesche regeling, dat het peil
der bewapening verlaagd wordt tot het
geen werkelijk noodig is voor de ver
dediging. dat een internationaal orga
nisme wordt aanvaard voor de regeling
van conflicten. Wij zelf koesteren geen
grooter verlangen dan met allen zonder
onderscheid samen te werken!
De debatten.
In den loop der debatten in het Lager
huis werd nog het woord gevoerd door den
Labourleider Attlee. die de regeering er van
beschuldigde. Franco te hebben begunstigd.
Naar hit zeide. is het thans tiid om te er
kennen dat de niet-inmensing een dwaas
heid is en er een einde aan te maken en
de Spaansche regeering in de gelegenheid
te stellen, gebruik te maken van haar on
betwistbaar Techt om zich voor haar ver
dediging wapens te verschaffen.
De leider der oppositie-liberalen. Sinclair,
keurde, wat de groote lijnen betreft, de ver
klaringen van Eden goed doch hii was van
oordeel, dat de regeering een bewijs van
groote zwakte had geleverd door in een
Engelsch-Italiaansch accoord te treden
aonder dat de Italiaansche regeering zich
verbonden had oo het punt der niet-in-
menging
Om half twaalf werden de debatten ge
sloten. zonder dat het tot een stemming
was gekomen.
De eerste Duitsche commentaren.
De Duitsche pers vermeldt slechts korte
uittreksels uit de redevoering van Eden.
De ..Völkische Beobachter" legt den na
druk oo de woorden van Eden tot Duitsch
land en verklaart: ..De conclusie dezer rede
voering is een der overtollige beroepen oo
Duitschland. zooals men reeds zoo vaak
heeft vernomen".
De ..Lokal Anzeiger" schrijft: „Eden
spreekt over het recht van vriie beschik
king en over de onschendbaarheid van
Spanje, maar hii vergeet dat dit principe
niet door Moskou wërd in acht genomen".
Fransche commentaren.
In de Fransche pers wordt de rede met
warmte begroet. De ..Petit Parlsien" schrijft
dat alle landen, die wenschen, dat een
tijdperk van vrede en voorspoed voor Span
je aanbreekt, niet anders kunnen dan deze
rede toejuichen.
Pertinax schrijft in de „Echo de Paris"
dat uit de rede duidelijk blijkt, dat de
Britsche regeering niet terug wil keeren
tot het pact van vier. Zelfs wordt de Ita
liaansche opvatting, welke door Mussolini
zelf is bevestigd, dat de status quo in
Spanje geschonden zou zijn als een com
munistisch bewind in Catalonië gevestigd
zou worden en dat Italië dan gerechtigd
zou zijn in te grijpen, tegengesproken.
De „Populaire" looft Eden. dat hij nauw
keurig uiteen heeft gezet, dat Spanje het
recht heeft zélf over zijn politiek regiem
te beslissen.
Engelsche commentaren.
De „Daily Telegraph" schrijft dat Hitier
meermalen den wensch te kennen heeft
gegeven mede te werken aan den vrede.
Gisteravond nu werd een onmiskenbare
uilnoodiging gezonden.
De „Daily Herald" schrijft, dat tot
Duitschland tegelijk een aanbod en een
waarschuwing werd gericht. Indien er nog
ecnig verstand te Berlijn is, dan zal men
géén van beiden over het hoofd zien!
De „Daily Mail" is van oordeel, dat Eden
zijn aansporingen tot Moskou had moeten
richten.
O, als ik eerder Urodonal gekend
had, zou ik minder geleden,
hebben.
Ziedaar wot we vernemen
van talrijke huisvrouwen,
die dikwijls haar zware
taak moeten vervullen ter
wijl zij lijden door rheu-
matiek, jicht, spit, zenuw
pijnen, ischias, spatade
ren, hemorroïden, enz.
Urodonal lost het urine
zuur op, verjaagtde afval
stoffen uit het organisme.
Een regelmatig
toegepaste Urodonal-kuur, die uit erst een
voudig is (iederen dag een soeplepelvol in
een glas water) voorkomt en bestrijdt vele
ongemakken.
Goedgekeurd door Professor POUCHET, Lid
can de Académie de Médecine te Parijs.
Hrl is cm product CHATF.l.AlN.
Het merk dal waarborg biedt.
EN 25% ZWAARDER DAN DE MEESTE ANDERE
5380
(Ingez. Meel.)
(Ingez. Mcd.)
Van D., te K. a. Z. Wendt U tot de
afd. Militaire Zaken der Gemeente-secre
tarie, Breestraat 119, alhier.
A. S. te L. Zulks is ons niet bekend.
Vendutie Uwe afrekening is inderdaad
in orde. De 10 °/o provisie komen het
Notarishuis ten goede; de 5 commissie
loon hadt U zich kunnen besparen door
zelf te koopen. Het bezorgloon is afhanke
lijk van den afstand, waarover de goede
ren moeten worden vervoerd, zoomede
van den omvang der daaraan verbonden
werkzaamheden, verpakking, e.d.
U hadt de goederen echter zonder ver
dere verplichtingen aan het Notarishuis
ook voor uw rekening kunnen laten af
halen.
M. v. R. te L. Vraagt middel om beige
tasch te reinigen.
Antwoord: de tasch wrijven met oud
bakken witbrood.
L te L Volgens ons door den ge
meente-archivaris welwillend verstrekte in
lichtingen heeft een straat of plein van dien
naam hier ter stede nimmer bestaart,
(Van een specialen G.P.D. versiaggeier)
Bijna een half jaar is nu verstreken, se
dert het Vierjarenplan in Duitschland werd
aangekondigd. Bijna een half jaar is men
dus in het Derde Rijk bezig met een eco
nomisch experiment, over het voor en te
gen waarvan men uren lang kan debat-
teeien. maar dat op zichzelf toch, afgezien
van zijn merites, weinig minder dan he
roïsch is. Duitschland getroost zich, ter
wille van een misschien nuttelooze econo
mische onafhankelijkheid van het buiten
land. een krachtsinspanning, die zware
lasten legt op de gansche bevolking, een
krachtsinspanning, welke ten doel heeft
iets te bereiken, wat tevoren nog door geen
staat werd bereikt
Wij hebben onlangs, in verband met
dit Vierjarenplan, melding gemaakt
van de petroleuinboringcn langs onze
Oostgrens. Wij hebben thans gepro
beerd om het antwoord te vinden op
de vraag, op welke wijze de doorvoe
ring van het Vierjarenplan in het ge
wone dagelijksche leven in Duitschland
aan den dag treedt. Ecnige bezoeken
aan Duitschland verschaften dit ant
woord en al was het natuurlijk onmo
gelijk, een volledig beeld te krijgen van
de gevolgen van dit grootsche econo
mische experiment, toch is ons wel ge
bleken, dat het Vierjarenplan zeer diep
ingrijpt in den normalen gang van
zaken.
Reeds hebben wij bijzonderheden gepu
bliceerd over de wijze, waarop Duitschland
in zijn behoefte aan grondstoffen poogt te
voorzien. Er wordt daarover niet zoo heel
veel bekend, maar toch kunnen wij in aan
sluiting op het reeds gepubliceerde nog
eenigc markante bijzonderheden mede-
deelen.
Tot de bedrijfstakken, die het meest on
der gebrek aan grondstoffen hebben te
lijden, behoort wel de textielindustrie. In
dit verband is het van belang, dat de kunst
wol Lanital, met de productie waarvan
Italië gedurende de sanctieperiode begon,
in Duitschland een steeds hoogere vlucht
neemt. Daarnaast bereikt men goede re
sultaten met de verwerking van het liaar
van konijnen etc. in wollen stoffen en het
behoeft dus niet te verwonderen, dat er
een grootscheepsche propaganda gemaakt
wordt voor het fokken van dit onder „klein
vee" gerangschikte dier. Ook de katoenin
dustrie sukkelt met gebrek aan grondstof
fen. Alle katoen moet immers yorden ge
ïmporteerd. Men heeft echter in het Derde
Rijk zeer goede resultaten weten te berei
ken met Ersatzproducten, alsmede met 't
verwerking van oude stoffen en vodden,
zoodat men er in slaagt, ook de katoenin
dustrie gaande te houden. Zelfs bestaat er
grootc vraag naar Duitsche textielpro
ducten.
Rubber uit steenkool.
Soms komt men door een toeval achter
feiten, die anders onbekend zouden zijn
gebleven. Zoo kregen wij op een van onze
jongste uitstapjes naar West Duitschland
een lekken autoband. Er rijden in 't Derde
Rijk duizenden en duizenden automobielen
en een toerist vraagt zich nu eenmaal nief
af, waar de banden voor deze voertuigen
vandaan komen. De reparateur, die onzen
lekken band te plakken kreeg, bekeek onze
banden echter met opvallende bewondering
en vroeg oogenblikkelijk, of zulke banden
in Holland nog te krijgen waren! Het ant
woord luidde natuurlijk bevestigend en wij
kregen daarna op onze beurt de mededee-
iing, dat men in Duitschland buitengewoon
geluk moet hebben, als men nog een stel
balionbanden op den kop wil tikken en
dat dit zelfs vaak onmogelijk is, ook ai is
men bereid er dik voor te betalen.
Het Vierjarenpan! zuchtte de re
parateur Als we maar koloniaal bezit
hadden! voegde hij er wijsgeerig aan toe.
om te besluiten met de vraag, of we geen
kans zagen hem een stel nieuwe banden
te leveren, met zoete winst natuurlijk. Hij
had nog wel oude banden om de Neder-
landsche grens weer te bereiken
Spoedig zal echter aan de rubberschaarste
in Duitschland een einde worden gemaakt.
De Duitsche chemici hebben ook hier een
Ersatz-product gevonden, de zoogenaamde
Buna- rubber, die vervaardigd wordt van
steenkolen en kalken die beter moet
zijn dan natuuirubber' Voordeelen van
deze synthetische rubber zijn, dat zij niet
onderhevig is aan de inwerking van olie,
dat zij veel beter tegen hitte bestand is.
dan gewone rubber en dat zij veel minder
snel slijt. Een nadeel is alleen dat de Buna-
rubber een beet.ic brokkeliger is.
Weliswaar ligt momenteel de prijs van
Buna-rubber nog hooger dan die van na
tuurrubber, maar dat komt, omdat men
zich eerst thans op massa-productie gaat
toeleggen. Spoedig hoopt men het zoover
te hebben gebracht, dat Duitschland, dat
aan kalk en steenkool geen gebrek heeft,
zijn behoefte aan rubDer geheel zonder
impori kan dekken
Nu is rubber niet zulk een brooanoodig
artikel als bijvoorbeeld brood. En nu mag
het waar zijn, dat de Duitsche landbouw,
die in 1922 nog maar 65 pCt. van de be
hoefte aan landbouwproducten dekte, te
genwoordig voor 85 pet. in die behoefte
vooiziet, ciit neemt toch niet weg, dat er
nog steeds een aanzienlijke hoeveelheid
graan uit het buitenland geïmporteerd
moet worden. Vandaar, dat de Reichsnanr-
stand van het Vierjarenplan speciale
maatregelen heeft genomen om steeds in
de graanbehoefte te voorzien en de import
zooveel mogelijk te verkleinen. Zoo is op
de boeren een dringend beroep gedaan om
meer graan te gaan produceeren. dan tot
nu toe het geval was. Tegelijkertijd is den
boeren medegedeeld, dat het voortaan ver
boden is om tarwe en rogge te gebruiken
als veevoeder, zooais gebruikelijk was. Ook
aan pluimveehouders is verboden om deze
twee graansoorten als voedsel voor hun
dieren te gebruiken. Om door deze maat
regelen geen afbreuk te doen aan de pluim
veeteelt, waarvoor zooals gezegd een ge
weldige propaganda wordt gemaakt, wordt
tegelijkertijd medegedeeld, dat pluimvee
houders voor zoover de voorraad strekt
mais voor hun kippen en wat dies meer zij
kunnen krijgen.
In even sterke mate als aan brood, be
staat natuurlijk in het Derde Rijk de be
hoefte aan boter en verschillende vetten.
Boter, bak- en braadolie, reuzel, vet, plau-
tenvet, margarine en slaolie werden tot nu
toe in groote hoeveelheden uit het buiten
land ingevoerd en dat kostte deviezen!
Vandaar, dat men in den letterlijken zin
des woords tot distributie is overgegaan,
daarmede onwillekeurig herinneringen
wakker roepend aan de oorlogsjaren, toen
er ook een tekort aan allerlei dingen be
stond. Wie vandaag aan den dag een Duit-
schen kruidenierswinkel of een zaak in zui
velproducten binnenstapt, krijgt er geen
beter of vet.
Alle winkeliers moeten namelijk klanten
lijsten opmaken, waarop vermeld staat, wie
klant is en hoeveel personen het gezin van
dien klant omvat. Aan de hand van die
klantenlijsten wordt sedert 1 Januari aan
iederen winkelier een bepaalde hoeveelheid
spek, vet, reuzel, boter, margarine, plan-
tenvet en olie toebedeeld. En alleen als de
winkelier u op de klantenlijst heeft staan,
zal hij u een van deze ingrediënten ver-
koopen.
Deze distributieregeling heeft reeds tot
eigenaardige moeilijkheden geleid. Vele
Duitschers kochten wel hun plantenvet,
hun spek of hun reuzel bij een winkelier,
doch kochten hun boter op de markt of
in andere zaken. Vele winkeliers weigerden
nu zulke personen op hun klantenlijsten te
zetten voor de andere arikelen en ver
klaarden dit alleen te zullen doen, wanneer
ook de boter in hun zaak werd gekocht.
Dit had tot resultaat, dat verschillende
menschen geen boter konden krijgen en
dit verschijnsel nam zulk een omvang aan,
dat de autoriteiten, die met de doorvoering
van het Vierjarenplan belast zijn bizon-
dere maatregelen hebben moeten nemen.
Daarbij werd vastgesteld, dat men behalve
voor het betrekken van spek, reuzel en vet,
zich op twee klantenlijsten kan laten in
schrijven, bijvoorbeeld bij de eene winke
lier voor boter en bij de andere voor plan
tenvet en olie.
Ook de hotels en restaurants krijgen hun
boter en vetten via de met de doorvoering
van het Vierjarenplan belaste instanties
toegewezen.
Het ligt echter voor de hand. dat deze
manier van distributie tamelijk omslachtig
en lastig is. In ieder geval is van het koo
pen van boter en vetten in onbeperkte hoe
veelheden geen sprake meer in Duitsch
land
Roofbouw op Duitsche
bosschen.
In mindere mate dan aan boter en brood
wordt de behoefte aan hout gevoeld. Ook
hier geldt echter al weer, dat hout geïm
porteerd moet worden en dat dit als een
zeer ernstig bezwaar wordt gevoeld. Om
den hout-import in belangrijke mate te
verminderen, is onlangs door Goering be
paald, dat er in de Duitsche bosschen, die
overheidsbezit waren. 50 pCt. meer gekapt
moet worden, dan tot dusver gebruikelijk
was. Thans kan daaraan worden toege
voegd. dat deze maatregel ook geldt voor
bosschen in particulier bezit. Tot nu toe
kapte men zooveel als zonder schade voor
de Duitsche bosschen mogelijk was. Nu
wordt dat meer en het lijdt geen twijfel,
of dit moet schadelijk werken op den Duit-
schen boschstand.
Ook aan metalen bestaat een tekort.
Aluminium pannen zijn vrijwel niet meer
te krijgen. Koper wordt niet meer gebruikt
voor huishoudelijke artikelen; bij het bou
wen van huizen wordt het gebruik van
lood en zink, zooveel mogelijk beperkt, me
talen deurknoppen worden vervangen door
andere, waarin geen metaal is gebruikt.
Metaallegeeringen. waarin tin is verwerkt,
2ijn niet meer te krijgen. De Duitsche
chemici hebben legeeringen ontdekt, die
evengoed zijn en waarin geen tin zit. Men
heeft een nieuw soort staal weten te ver
vaardigen, waardoor vernikkelen of ver-
chroomen overbodig wordt, want chroom
en nikkel moeten ingevoerd worden. Ook
hier is dus de uitwerking van het Vier
jarenplan duidelijk zichtbaar.
Er zijn echter ook buiten deze voorzie
ning in grondstoffen in het Duitsche open
bare leven een naar merkwaardige feiten
te constateeren Wij noemer slecht' de in
zameling van aardappelschillen de jacht
op conservenblikjes en het fokken van
varkens van stadswege.
Daarover in een volgend artikel eenige
bizonderheden.