I«Vertrek kruiser „De Ruyternaar Indië - Schaatswedstrijden te Joure 77sfe Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON Het huis der mysteries A. HET AFSCHEID VAN DEN MATROOS. Op een rustig plekje wordt door een der opvarenden van de ,,De Ruyter" afscheid genomen. OM DE POMP TEGEN DE VORST TE BEVEILIGEN trekt de boer haar een warm stroojasje aan. HET VERTREK VAN DE MINISTERS Mr. Dr. L. N. DECKERS EN PROFESSOR Dr. Ir. H. C. J. H. GELISSEN UIT DEN HAAG voor een studiereis naar Oslo. Uit het Engelsch door H. A. C. S. 37) ..Zij heeft niet met mij op", zei Florrie, die nog eenige neiging had zich op een afstand te houden. „Zij dreigde mij gis teren nog." „Dreigde ze?" „Ja. ze zei, ik zou spijt hebben van wat ik deed. En daarna kreeg ik die tabletjes, en was bijna dood." Ik onderdrukte een glimlach bij de ge dachte aan de heilzame uitwerking van Janice's standje. Wat ook Florrie's conclusie omtrent de veronal mocht zijn. achtte ik het hoogst onwaarschijnlijk, dat zij ooit nog tusschen Janice's dingen zou loeren. Toen kwam een andere gedachte bij mij boven: „Florrie, denk nu eens na, en geef me nauwkeurig antwoord. Liet je dat doosje met tabletten ergens in huis staan, voor je ervan nam? Legde je het ergens op een tafel? of ergens anders? Heb je het doosje met, een oogenblik, ergens laten staan?" „Nee", zei Florrie, opeens. „Daar ben ik zeker van, zuster Keate. Ik kreeg het doosje zan u, en ging regelrecht naar mijn kamer, fl1. n®m de eerste twee tabletjes voor ik nog nrCf6 - was- Toen was mijn hoofdpijn nog niet weg, en nam ik er nog meer." ..Hoeveel nam je er in het geheel?" vroeg ik, en toen ze het mij zei. rilde ik er van. „Maar zag je met. dat het geen aspirine was? Zij zijn veel grooter, dat alleen al." „Nee", zei ze. Daar ze uit een ziekenhuis komen, dacht ik, zijn ze een beetje anders dan gewone aspirine. Ln ziekenhuizen is het zoo raar. Weet u, wie de menschen zeggen, dat Bayard vermoord heeft?" „Nee Je moest nu maar gaan slapen, Florrie. „Ik weet het heusch niet. Maar ze zeg gen. dat Hilary hem vermoordde U moet het me niet kwalijk nemen, als het niet zoo is. Hilary en Bayard konden nooit met elkaar opschieten." „Florrie, weet je iets af van een Nita Thatcher? Heb je ooit iemand van de familie hooren praten over Nita's graf?" „Nee", zei ze, nadat ze een oogenblik had nagedacht. „Er is op het kerkhof van de Thatchers een graf met den naam Nita Thatcher, maar ik heb er nooit iets over gehoord. De Thatchers zijn gek op dit kerk hof". ging ze voort, terwijl ze even peinsde. „Dave gaat er altijd naar toe. En miss Adela. En zelfs Bayard ging -:r gewoonlijk eens in den zooveel tijd neen." „Was er ooit iets tusschen Nita en Bayard?" Florrie trok met haar kleurlooze wenk brauwen." „Ik weet het niet, zuster Keate, maar ik denk van niet. Ik hoorde nooit iets over haar. En als er iets geweest was", voegde Florrie er heelemaal niet raadselachtig bij. dan zou ik bet geweten hebben." Bijna zei ik „Jij. en iedereen in C." Drie geheele dagen lang verpleegde ik Florrie. Zij waren, voor het uitwendige, rustige dagen, vooral gekarakteriseerd, aan den kant der Thatchers, door het negeeren van de kwestie van Bayard's vreeselijken dood en doordat ze aan de wereld een kalm gelaat vertoonden. De eenig-zichtbare be wijzen, dat de dingen niet zoo waren als zij leken, bestonden hierin, dat Hilary en Evelyn bleven, in plaats van naar hun eigen huis terug te keeren, en dat, in plaats van een ander tweede meisje te nemen, gedu rende Florrie's ztekte. Janice en Evelyn haar werk met hun beiden overnamen. Dit was, daar twijfelde ik niet aan, om te voorkomen, dat een meisje uit de stad in huis kwam, die op de hoogte van de inti miteiten der huishouding zou raken, een meisje, dat zou praten, dat alle stof voor praatjes zou verzamelen, voor maar al te gewillige ooren. Ik wist, dat zij, wat dat betreft, het klaar gespeeld hadden. Florrie's ziekte geheim te houden, ofschoon Adela eens Florrie's moeder ging opzoeken, en ik veronderstel, dat zij haar ervan vertelde. Ik kwam nooit te weten, welke maatrege len zij nam, om zich de stilzwijgendheid van die vrouw te verzekeren. Bijna razend, vatten zij weer die gewone dagelij ksche routine op, en klampten zich er aan vast, zooals iemand zich soms aan een stroohalm vastklampt, om zich te red den van den verdrinkingsdood. Gedurende deze dagen zag ik hen meestal aan de maaltijden allen bij elkaar, en dan waren ze minzaam, vriendelijk, en in beslag genomen door huishoudelijke zaken of die van den tuin of van de stad. In dezen tijd kon ik het moeilijk laten te trachten er achter te komen, wat in het huls voorviel. Eens waagde ik mij in Bayard's kamer, en vond die keurig in orde. met neergelaten jaloezieën, en Bayard's bezittingen want ik keek daar naar, ik wilde het weten verdwenen, en, naar ik vermoed, het huis uit. Ik vroeg mij, ln het voorbijgaan, af, wat er ge beurd zou zijn met de jenever. Bayard's naam werd nooit genoemd. Ieder keer, wanneer Strove in huis kwam. en. uit kracht van zijn ambt, praatte over de juweelen en den inbreker, vroeg ik mij zelf opnieuw af, wat mijn plicht was, met het oog op deze juweelen en dringender nog werd deze vraag, met het oog op de voor mij steeds duidelijker wordende bewij zen, dat Bayard Thatcher niet vermoord was door een rondzwervende inbreker, maar door iemand van zijn eigen familie. Indien de provinciale autoriteiten het ver kozen te negeeren, zooals zij deden, tot wie moest ik mij wenden? En moest ik mij wel tot iemand wenden? Ik geloof, dat ik een flauw besef had, dat, als de een of andere vreemde, op een zeker oogenblik, tot slachtoffer werd gemaakt, en de zaak kreeg haar beslag, dat ik dan te voorschijn zou komen met wat ik wist. Maar in mijn hart voelde ik, daar ben ik zeker van, dat het zoover niet zou komen. Dat de dingen tot een oplossing zouden komen. Want het gevoel van iets, dat dreigde, was overal: in de lucht, die wij inademden, en in het voedsel, dat wij aten, en in onze oogen, die elkaar ontmoetten en snel een anderen kant opkeken. Een climax was op komst. Wij allen wis ten het Het was in Janice's strakke bleeke gelaat, wanneer zij door de koele, ge polijste ruimten van het huis liep, en Florrie's werk van stof afnemen verrichtte of in haar tuin werkte, en later frisch en mooi aan tafel verscheen, klaar om haar rol te spelen in de tragi-comedie van vor melijkheden, die eiken avond werd voort gezet mij ontwijkend en Allen ont wijkend, met haar donkere sombere oogen, boven haar rustige lippen. Het was in Adela's fletse oogen en in haar stompe witte vingers, wanneer zij on afgebroken bezig waren met haar lange turkooizen ketting of met het platte zilver naast haar bord, en in haar minzame op merkingen, welke ons zoo dikwijls redden uit een strik, door de conversatie te voor schijn gebracht, en welke toch ineens mid denin konden worden afgebroken, alsof zij volkomen vergeten was, wat zij bezig was te zeggen. Zelfs Emmeline werd zenuwachtiger; zij draaide voortdurend met haar vingers en geloofde, dat zij neuralgische pijnen had, en nu droeg zij bij zich een lucht van sterke zalf, welke onze gemeenschappelijke gemoedsrust niet versterkte. Allen Carick zag er strak en doodmoe uit, alsof hij slecht geslapen had. En Eve lyn besloot, dat de jongens nog een tijdje in het kamp zouden blijven, nadat de ter mijn voorbij was. „Het is beter hen nu niet naar huis te laten komen", zei ze, en later hoorde ik haar een zorgvuldig-opgesteld telegram door de telefoon opgeven, dat bestemd was voor het hoofd der school. (Wordt vervolgd). EEN VOORDEEL VAN GESTROOMLIJNDE AUTO'S. De chauffeur van een vrachtwagen verloor de macht over zijn stuur en reed in volle vaart tegen een gestroomlijnde auto op, met het bovenstaande gevolg. TOEN HET NOG NIET DOOIDE. Te Joure werden de eerste hardrij-wedstrijden op de schaats gehouden. Foto, genomen tijdens deze snelle races. Onder groote belangstelling verlaat de kruiser de haven. HET VERTREK UIT DEN HELDER VAN Hr. Ms. KRUISER ,,DE RUYTER" NAAR NEDERLANDSCH-INDrE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 5