HET AFGELOOPEN JAAR IN BINNEN- EN BUITENLAND LEID5CH DAGBLAD - Vijfde Blad Donderdag 31 December 1936 Binnenland Voor de geschiedenis van Nederland zal 1936 altijd „het jaar van het sprookje" blijven. Van een modern sprookje met een populaire prinses, die zich gedragen wist door de liefde van haar Volk, en van een sportieven, Duitschen Prins. Een verhaal van de wintersport, van sneeuw, van ski's en van dansen. Van jonge, ontluikende liefde tusschen twee menschen, die het spoedig eens werden. Zéér eens! Het bericht, gepubli ceerd in den voormiddag van den achtsten September, omtrent de ver loving onzer Prinses met prins Bernhard, was als een zonnestraal in een sombere wereld vol leed en moei lijkheden. Direct wapperden de vlaggen, en zij wapperen nog. De torens zongen. Fanfares schette renden feestklanken uit. Een trilling van vTeugde, van innige blijdschap en medeleven, ging door ons Volk. Onze prinses was verloofd. Onze Prinses is thans de bruid! Met intense spanning en toenemen de ontroering zien millioenen Neder landers uit naar den zevenden Januari, den grooten dag van het huwelijk, die een onvergetelijke hoogtij-dag zijn zal in het leven van de prinses en den prins, van de koningin en van al Haar onderdanen Waarop velen zoo lang reeds hadden gehoopt is onverwacht nog werkelijk heid geworden. Het sprookje is niet sleehts illusie en de hoofdpersoon is genialer dan men had durven denken. Geniaal dan door z'n eenvoud; geniaal in het vermogen om heel een Volk voor zich te winnen op den eersten dag, waarop hij zich veftoont. Die lachende, blonde prins, die daar blootshoofds in z'n two-seater voor het paleis rijden kwam, zonder lakeien, zonder politie, zonder geleide in eenigerlei vorm, deze sportieve jongeman, die met z'n breed- sten glimlach als het ware wuivend en groetend de duizenden tegemoet trad op dien achtsten September, won het pleit al bij het eerste, prille treffen. Prins Bernhard is thans ónze Prins, die een vaste en vooraanstaande plaats gekregen heeft in het hart van Holland, dat in de afgeloopen maan den met een ongekende hevigheid heeft geklopt. Hij zal dat voor altijd blijven indien hij aan onze aanstaan de vorstin het geluk schenkt, dat heel Nederland 6aar van ganscher harte toewenscht De algemeene opleving bleef uit. Uiting geven aan wat er leeft in iederen nationaal voelenden Hollander, was eerste plicht van den overzichtschrijver, en dat was een prettige taak. Van het schoone sprookje naar de grauwheid van het dage- lijksch gebeuren is niettemin slechts één stap! Want bij alle ongebreidelde vreugde over het aanstaande prinselijk huwelijk, die op den „nationalen gedenkdag" leiden mocht tot betuigingen van aanhankelijk heid van een aard en een omvang, zooals zij voor Holland ongekend zijn, daarnaast herhalen we kan, helaas, de blijmoe digheid niet heel groot zijn. Moeilijke situaties hebben zich wel-is-waar hier en daar opgelost, doch andere kwamen er voor in de plaats en de algemeene opleving zooals men zich die aan het slot van 1935 in sommige kringen hopen durfde bleef uit. Ja, verbetering was er ontegenzegge lijk, doch meer in de algemeene wereld conjunctuur dan in de situatie voor Neder land, dat zich in z'n ruilverkeer met het buitenland en dus in z'n bestaansmogelijk heden, zoo fel aangetast ziet door een kwaadaardige weefsel van monetaire en handelspolitieke woekerplanten, waarvoor men nog steeds geen tegengif gevonden heeft. Het index-cijfer van de industrieele wereldproductie is weer aangeland op het niveau van 1929 en uit Amerika wordt zelfs een stijgende welvaart gemeld, welke bij kans vreemd aandoet, maar aan ons gin gen de resultaten daarvan tot op dit oogenblik helaas nog meerendeels voorbij. Men kan slechts hopen dat het nu nog een kwestie van tijd zijn zal. Van zeer kor ten tijd dan. Andere toestanden tegemoet. Of er nergens reden is voor optimisme? Stellig wel, evenwel niet in een mate, welke zich spoedig daadwerkelijk gevoelen doet. Indië gaat daarbij vóór bij Nederland! De groote teruggang van de Indische financiën is tot staan gekomen, schuld- vermeerdering heeft de laatste jaren niet plaats gehad; verbetering, reorganisatie, alsmede de consolidatie daarvan, kunnen voortaan weer nuttig effect hebben. Het is ook daarom dat de tegen morgen in uit zicht gestelde loonsvermindering voor Indische landsdienaren geen invoering vinden zal! De in Juni door dr. Colijn, als minister van Koloniën, geschetste richt lijnen voor economische samenwerking tus schen Nederland en Indië zullen bovendien een voor beide gunstige uitwerking kun nen hebben. De aanpassings-leus speelt daarbij nog altijd een rol en het is, nu het glorende nieuwe jaar naar voren treedt uit de sche mering van het verduisterende oude, wel eens goed vast te stellen dat er niet op ge rekend worden mag dat de „crisis" binnen afzienbaren tijd een volledige oplossing vinden zal. Minister Oud zei dat onlangs zoo terecht: „Het woord crisis krijgt lan- zamerhand een wat oneigenlijke beteeke- nis. De wereld gaat geheel andere toestan den tegemoet. Wij moeten ons aanpassen aan zich wijzigende omstandigheden, waar van de basis liggen zal op een plan, dat beduidend lager zijn zal dan zulks voor de geweldige depressie het geval is geweest!" De strijd tegen de werkloosheid. Voor het vreeselijke leed der werkloos heid zal slechts ten deele een remedie kun nen worden gevonden. Wel neemt zij blijk baar iets af en in de week van 9 tot en met 14 November was voor het eerst sedert heel langen tijd het percentage van de geheel werkloozen lager dan in de over eenkomstige verslagweek van het vooraf gaande jaar, maar de minister van sociale zaken heeft het nog onlangs noodig ge acht daarbij op te merken dat men on danks die iets betere vooruitzichten voor de naaste toekomst toch rekenen moet op een vrij constant blijven van den omvang van het werkloozenleger. Wie de vraag stellen wil of er in Neder land dan niets gedaan wordt tegen de werkloosheid, kan haar beantwoord vinden in het boek „Het werkende land" dat eenige weken terug met medewerking van de regeering het licht heeft gezien. Hij zal daaruit ervaren kunnen hoe er bij voortduring gestreefd wordt naar het uitbreiden van werkgelegenheid, zoo moge lijk in ieders normale beroep; hoe officieele instanties zich steeds beijveren voor het scheppen van nieuwen arbeid, hoe men zorgt voor geestelijke en lichamelijke in spanning voor de jeugd. Kapitalen werden er uit 't Werkfonds daarvoor reeds beschik baar gesteld: rond 2165 millioen gulden in de jaren van 19201936, terwijl nog in uit voering is, of binnenkort in uitvoering ko men zal, voor een bedrag van 383 millioen (waarbij wij o.m. denken aan de Zuiderzee werken, het kanaal AmsterdamBovenrijn, het Noordzeekanaal, dat verbreed zal wor den, den bruggenbouw, de spoorwegwerken, enz.) In 1934 hebben aldus 51000 menschen werk gevonden, in 1935 ruim 56.000 en over het thans afgeloopen jaar zullen die cijfers ongetwijfeld weer beduidend hooger zijn. Interessant is de berekening, welke het reeds eerder genoemde boek aan de hand daarvan geeft. De kosten om één arbeider één week te werk te stellen, zoo vertelt het (een zoogenaamde „man-week") bedragen f. 75 a f80, waarvan f. 25 loon en de rest voor kosten onteigening, materiaal, enz. Eén arbeider komt aldus 't Rijk per jaar op rond tweeduizend gulden. Wilde men nu alle werkloozen in Nederland aan den arbeid zetten (gerekend op 400.000) dan zou dit per jaar f.700 millioen gulden kosten Het besluit tot devaluatie. Is de werkloosheid, die de innerlijke ka rakter-eigenschappen van ons Volk dreigt te vernietigen, dus ook dit jaar weer een der grootste en meest ernstige moeilijkhe den, waarmede de regeering-Colijn te kam pen heeft gehad, ook naar andere zijden had dit kabinet, dat nu de verkiezingen in zicht zijn waarschijnlijk weldra heeft uitgediend, strijd te leveren! En sensatio neel werd het zelfs toen het ministerie, dat zoo lang en zoo nadrukkelijk het behoud van den gaven gulden verdedigd had, einde September plotseling gedwongen werd tot depreciatie, of zoo men wil: devaluatie, over te gaan. Frankrijk had het voorbeeld gege ven, na zich in het geheim daarop te heb ben voorbereid, Zwitserland volgde direct en in den vroegen ochtend van Maandag 28 September kwam dr. Colijn's radiorede ver tellen dat Nederland, als het eenig overge bleven goudland, niet langer op den ouden voet mocht blijven voortgaan, zoodat onze montaire politiek moest worden gewijzigd. Dat was een zwaar en pijnlijk besluit ge weest voor deze regeering, die thans nood gedwongen den gaven gulden als een der peilers van haar beleid zoo onverwacht ver dwijnen zag, doch het was het onvermijde lijk gevolg van een reeks van gebeurtenis sen, waarop dezerzijds geen enkelen invloed kon worden uitgeoefend. En al was deze koersverandering haar niet aangenaam, de regeering nam niettemin direct de maat regelen, welke noodzakelijk waren om een paniek te voorkomen en ongeoorloofde win sten te vermijden. Zij sloot tijdelijk de beurs, verbood den uitvoer van goud, deelde mede dat de prijzen der eerste levensbe hoeften niet verhoogd worden mochten en riep een egalisatie-fonds in het leven om de schommelingen, die het gevolg waren van het heen en weer trekken van het korte geld en van speculatieve operaties, zoo veel mo gelijk te voorkomen of op te vangen. Het Parlement betuigde oogenblikkelijk z'n in stemming en sloot zich geheel aan bij het bezadigde en rustige woord van den pre mier, die er op aandrong de hoofden koel te houden en er op wees dat het onmogelijk was dadelijk een nieuwe goudwaarde voor den gulden vast te stellen omdat de mone taire toestand te onzeker was en de gulden z'n eigen evenwicht vinden moet langs den weg van een geheel natuurlijke depreciatie! Van waarlijk groote onrust is daarna in het land geen sprake geweest. De gulden schijnt zich thans vast te zetten op een waarde-peil, dat ongeveer 20 pet. beneden 't oorspronkelijke ligt; diverse artikelen stegen in prijs, zij het meestal niet in dezelfde mate, en tegelijkertijd kwamen er als tegenwicht van genoemde nadeelen voor sommige bedrijven meer werk- en afzetmo gelijkheden. Of dit alles tegader een winst- dan wel een verlies-saldo opleveren zal, is na enkele maanden nog niet uit te maken, ook niet al wordt van meerdere zijden ge constateerd dat er van verruiming van het goederenvervoer tot nog toe weinig geble ken is. Niet ten onrechte merkte dr. Colijn on langs op dat er aan de gulden-depreciatie vóór- en nadeelen verbonden zijn en dat het vele maanden zal moeten duren voor dat uitgemaakt kan worden of het juiste economische inzicht gezocht moet worden bij de voorstanders der devaluatie, of bij de tegenstanders, die elkaar meer dan een jaar lang onafgebroken in vinnige redevoerin gen en scherp gestelde artikelen hebben be stookt, niet wetende dat tenslotte nog zoo onverwachts de proef op de som zou wor den genomen rj ïït J Regeeringsdaden Uit de reeks van rëgeerings-daden van dit ministerie dient allereerst naar voren te worden gehaald de poging tot versterking onzer weermacht. Indië, waar binnen vier jaren hgt luchtmaterieel vernieuwd moet worden, staat voorop met het oog op drei gende Conflicten in dén Pacific, maar ook voor pns land zijn tal van maatregelen in gevoerd of voorgesteld, welke alle verster king onzer verdediging beoogen. Dat de re geering niet zoo ver gaat als menigeen wil, is slechts gevolg van de moeilijke finan- cieele omstandigheden, die een daadwerke lijk deelnemen aan den huldigen bewape ningswedloop onmogelijk maken. Het kabi net kan overigens bij z'n voorstellen reke nen op de medewerking van de meerderheid der Staten-Generaal, waar het nog steeds groeiend nationaliteitsbesef zich ook meer en meer gevoelen doet, ja zelfs op den stem des heeren Wijnkoops. De wonderen zijn de wereld nog niet uit! Versterking der defen sie schijnt deze communist gunstig te ach ten voor de bestrijding van het fascisme. En daaraan kan men per saldo z'n „prin cipes" toch wel opofferen Over de spelling kwam nog nimmer een stemmigheid. Op 22 Juli berichtte de mi nister van onderwijs dat er voor de zoo- veelste maal een wijziging komen zou en twee dagen later kwam prompt daarop het antwoord van het kabinet; „dat het mini sterie zich er over beraden zou, maar dat voorloopig de zaak bij het oude bleef." De regeering beraadt zich nóg! Zij kwam ln- tusschen op 5 Augustus met voorstellen tot herziening der Grondwet, welke weinig om het lijf hebben; met een belangrijke wijzi ging van de motor- en rijwielwet, welke op 1 November ten deele van kracht is gewor den; met een verandering van het rijtijden besluit, die eveneens spoedig zal worden in gevoerd; bemoeide zich met de reorganisa tie der spoorwegen; schafte op 4 October den huurbijslag af, doch stelde er een over gangstoeslag voor in de plaats en zag het voors'el inzake de industrie-financiering door het parlement goedgekeurd op 17 Juli. Eenige Industrieën ondervinden sindsdien reeds steun, terwijl de scheepvaart rente- looze voorschotten kreeg. Een gevaarlijke kwestie, waarover reeds het vorige jaar een crisis ontstaan was: die der onderwijs-concentratie, heet inmiddels, naar de betreffende commissie heeft mede gedeeld. haar oplossing te hebben gevon den, terwijl een ander twistpunt, dat der vaste lasten, met 5537 stemmen door de Tweede Kamer verworpen werd, waarna de regeering het Introk zonder er verdere con sequenties aan te verbinden. Een ontwerp- Reisbelastingwet, in den aanvang van 1936 door minister Oud gepubliceerd, deed zulk een storm tegen dezen opsteken, dat hij weldra z'n pogingen om daartegen op te tornen staakte en het ontwerp naar de prullemand verdwijnen deed. Er werden verder maatregelen genomen ten aanzien van in ons land werkzaam zijnde buiten- landsche arbeidskrachten, er kwam een automaten-wet, waarvan zich voorloopig de gevolgen nog niet doen gevoelen en er wer den, met tot dusverre nog slechts zeer gering succes, pogingen aangewend om het vreemdelingenverkeer naar Nederland te bevorderen. Men mag in dit verband de bruggenbouw niet onvermeld laten. Want kwamen er in 1936 niet twee buitengewoon belangrijke verbindingen over de groote rivieren tot stand en heeft ons Volk niet door massale demonstraties getoond hoezeer het zich ver heugde over het openstellen van de brug bij Nijmegen op 16 Juni en van die bij den Moerdijk op 12 December j.l.?. Wat verder de aandacht trok. Er was veel meer dat in het afgeloopen jaar aller aandacht heeft gehad. Wij den ken aan de avonturen der Nederlandsche ambulance in Abessynlë onder leiding van dr. Winckel, waarbij men zich gelukkig prijzen mocht dat allen met uitzonde ring van dr. Van Schelven, die gewond werd heelhuids in het Vaderland terug keerden, waar zij op 19 Mei bij aankomst te Rotterdam door het Roode Kruis en haar presidente. Prinses Juliana, gehul digd werden. Wij denken daarnevens aan de bestuurswisseling in Indië (op 16 Sep tember droeg Jhr. De Jonge de regeering over aan Jhr. mr. A. W. L. J. Tjarda van Starkenborgh Stachouwerl, aan het eervol ontslag op 7 April aan den heer Van Slobbe ais gouverneur van Curasao en z'n ver vanging door den burgemeester van Eiber gen, den heer Wouters, en we roepen even eens in de memorie terug de ontbinding van het Nationaal Crisiscomité en de op richting van het Nationaal Fonds voor Bijzondere Nooden, dat nog juist dezer da gen weer een dringenden oproep om aller steun heeft gedaan. Ge wilt meerdere belangrijke feiten? Wij noemen de ingebruik-stelling op 4 April door minister De Wilde van het telex-net van het A. N. P., dat een zoo enorme wij ziging bracht in de dagelijksche nieuws berichtgeving; het beschikbaar stellen door Fokker van honderdduizend gulden voor een fonds voor opleiding van vlieg tuig-bestuurders; de plechtige onthulling op 4 Juni te Den Haag van het gedenk- teeken voor wijlen H. M. de Koningin- Moeder; de opening van de fraaie Avro- studio door ir. Damme op 2 Juli; de ope ning van het vliegveld Ypenburg op 29 Augustus; de ln-dienst-stelling van Hr. Ms. kruiser „De Ruyter" op den derden October door de Koningin; het plaatsen van orders op den 8sten November, door de Bataafsche Petroleum Maatschappij, bij Nederlandsche werven voor 11 a 12 mil lioen, en het aftreden van Sir Henry De- terding als directeur-generaal van De Ko ninklijke, alsmede z'n vervanging ingaan de morgen door it. J. E. F. de Kok. Sportieve glorie. Bovendien bracht 1936 een sportieve sen satie! Sport, hoezeer ook te waardeeren, is meestal voor het algemeen gebeuren van te weinig beteekenis om haar in een be knopt jaar-overzicht, als dit, een plaats toe te bedeelen. Men zou ons niettemin thans een zekere onvolledigheid verwijten kunnen indien wij niet even de successen in herinnering brachten, welke Nederland sche vertegenwoordigers bereikten bij de Olympische Spelen in Duitschland. Osen- darp. Kagchelland, van Beveren, Bob Maas Van Vliet, Rle Mastenbroek, Tine Wagner, Nida Senff, Willy den Ouden, Jopie Sel- bach, onze hockey'ers en ruiters hebben daar den naam van sportief jong-Holland op schitterende wijze hoog gehouden en zijn er door vele duizenden op hartelijke wijze toegejuicht voor hun weergalooze prestaties, die Nederland op zwemgebied zelfs aan den spits aller landen brachten, voor zoover het de dames betreft! Op luchtvaartgebied gingen Nederland en Indië rustig door op den ingeslagen weg, welke reeds tot zooveel glorie gevoerd heeft. Natuurlijk waren er tegenslagen en de vreeselijkste was die bij Croydon, waar een K.L.M.-machine brandend neerstortte en veertien menschen den dood vonden, doch het kon slechts een prikkel zijn tot nog meer inspanning, tot grootere bevei liging (bij sneller tempo) en tot het aan schaffen van nieuw materiaal, dat de vei- llgheidsfactor weer verhoogt en het reizen door de lucht eveneens economischer maakt, Indië kreeg daarbij haar nieuwe lijn naar Manilla, terwijl een dienst van Nederland naar West-Indië wel spoedig tot stand komen zal! Te land werd het verkeer bevorderd door voortdurende wegenverbetering, waarbij het slechts te betreuren valt dat er anderzijds op het verkeer zoovele nieuwe lasten ge legd worden, dat tallooze bedrijven erern- stlgen hinder van ondervinden, en tenslotte vertoont het verkeer te water, vergeleken bij het vorige Jaar, eenige opleving, spe ciaal wat het goederenvervoer aangaat. Amsterdam én Rotterdam hadden den laatsten tijd meer bedrijvigheid in hun havens dan in geruimen tijd het geval is geweest! De scheepsbouw-industrie mocht zich gelukkig prijzen in het verkrijgen van meerdere zeer belangrijke opdrachten uit binnen- en buitenland (we denken o.m. aan de order van de Bataafsche Petroleum Maatschappij) en het schijnt toch wel dat ook de gewone industrie zoo langzamer hand iets ruimeren armslag gekregen heeft, al blijven de export-mogelijkheden nog uiterst beperkt. Land- en tuinbouw, visscherlj, enz., openden eveneens iets hoopvoller perspectieven zonder dat zij echter tot dusverre de hulp der crisis maatregelen hebben kunnen ontberen. Ongelukken en rampen. Rampen van grooten omvang hebben ook dit Jaar weer ons land geteisterd, ter wijl er geen dag voorbij gegaan is of er vonden ernstige ongelukken plaats. Die, welke het meest de aandacht getrokken hebben, mogen hier in chronologische volg orde nog eens vermelding vinden. 9 Januari: Auto te Gorkum te water ge reden; twee van de zeven Inzittenden ver dronken; 24 Jan.: Militair vliegtuig geval len bij Waalhaven; twee dooden. 8 Februari: Brand in een perceel te Am sterdam, grenzende aan den O.Z. Achter burgwal en den Zeedijk; acht dooden en vier ernstig gewonden: 21 Febr.: Scheeps ramp op den Beneden Wezer; de Rotter- damsche lichter Dipping V geramd; 4 van de 5 opvarenden verdronken. 4 Maart: Auto bij mist gedurende den nacht te Sneek te water geraakt in de stadsgracht; de vijf inzittenden verdron ken; 24 Maart: Veilinggebouw te Eist af gebrand; 2 ,'s ton schade. 8. April: Vier perceelen te Roermond in de asch gelegd nabij het station; 11 April: het Chloago-theater te Eindhoven afge brand, nadat reeds meerdere branden had den plaats gevonden; korten tijd later werd' een man gearresteerd, die zich aan brand stichting bleek te hebben schuldig ge maakt; 13 April: Auto-ongeluk te Heesch; drie dooden; 15 April: Treinontsporing bij1 Woerden, drie lichtgewonden en groote materleele schade: Idem: Indisch leger vliegtuig op 70 K.M. van Bandoeng neer gestort; 3 der 4 inzittenden gedood; 17 April: Velllngsgebouw te De Lier afge brand. 1 Mei: Instorting in de Cunera-kerk te Rhenen; 11 Mei: De Goudsche kaarsen fabriek te Gouda afgebrand; 13 Mei; Groote brand in een papierfabriek te Nij megen; schade f. 150.000 22 Mei: Café- restaurant Suisse te Groningen uitge brand; de eigenaar om het leven gekomen; een kellner gewond. 3 Juni: Sportvliegtuig op Schiphol ver ongelukt; mr. A. J. van Hengel en een Oostenrijksch sportvlieger gedood; 21 Juni: Autobus bij Arnhem in botsing met een motor-rijwiel; 1 doode en 22 gewonden; 23 Juni: Zware brand in fabrieksgebouw aan den Velperweg te Arnhem: 29 Juni: Vijf menschen, w.o. drie te Nijeveen, door het noodweer gedood. 7 Juli: Opnieuw noodweer, waardoor zes personen om het leven zijn gekomen; 11 Juli: Het gebouw voor Kunsten en Weten schappen te Rotterdam in de asch gelegd; vier arrestaties onder verdenking van brandstichting; 15 Juli: Door den storm zijn drie menschen omgekomen; 16 Juli: De burgemeester en een wethouder van Beilen bij een auto-ongeluk te Assen ge dood. 4 Augustus: Roeiboot op de Lek door Rijnaak overvaren; drie van de acht in zittenden verdronken; 21 Aug.: Militair vliegtuig bij Hilversum neergestort; de sergeant-vliegers Koeze en Lemstra omge komen: 23 Aug.: Aardbeving in Indle; meerdere dooden. 7 September: Het Noorsche stoomschip „Sirenes" ln den storm bij Callantsoog ge strand; de opvarenden gered. 1 October: Locomotief en vrachtauto bij Berkum in botsing en in brand gevlogen; een doode en twee gewonden; heldhaftig gedrag der machinisten, die het vuur in de machine doofden ondanks gevaar voor eigen leven; 7 Oct.: Treinramp bij Woer den; 2 dooden; 19 Oct.: Het stoomschip „Van der Wijck" van de K.P.M. tusschen Soerabaja en Semarang vergaan; 14 Euro peanen en 42 inlanders verdronken; 20 Oct.: het Grieksche stoomschip „Okeanls' op de Noordzee in nood; de bemanning door sleepbooten gered; later werd ook het schip nog binnen gebracht; 27 Oct.: Sche- veningsche loggers 68 en 179 in den storm bij IJmuiden vergaan; van de Sch. 68 ver dronken vijf leden der bemanning, terwijl de 179 met man en muis verging; 31 Oct.: vreeselijke ontploffing te Schiedam, op een Grieksch stoomschip; 13 dooden. 25 November: Zware brand in de zaak van Perry en Co. te Amsterdam. 3 December: De sportvlieger M. A. G. van der Leeuw met z'n toestel ln de Waalhaven gestort en omgekomen; 9 December: het K.L.M.-vliegtuig De Lijster, bij Croydon di rect na den start tegen een huls gevlogen en verbrand; 15 van de 17 inzittenden ver loren het leven. Jubilea en belangrijke verjaardagen. Tal van vooraanstaande personen en be langrijke organisaties herdachten in 1936 een jubileum of vierden een verjaardag, welke om den persoon van den Jarige aan de vergetelheid dient te worden ontrukt, 10 Januari: dr. H. Lovmk, te Den Haag. oud-burgemeester van Alphen 70 jaar; 18 Jan.: gouden jubileum te Amsterdam ge vierd van den Alg. Ned. Metaalbewerkers- bond; 26 Jan.: ds. G. Posthumus Meyes, em. predikant te Ellekom, aanvaardde voor 40 jaar het predikambt; 27 Jan.: mevr. Louise van Korlaar, tooneelspeelster te Amsterdam, 80 jaar. 5 Februari: ds. J. G. Geelkerken, predi kant bij de Geref. Kerk in Hersteld Ver band te Amsterdam, aanvaardde 25 jaar geleden het predikambt; 6 Febr.: Henri ter Hall, te Rijswijk, 70 jaar; 8 Febr. mevr. Wynandts FranckenDyserinck, te Den Haag. 60 jaar; 24 Febr.: Ed. G. Schürmann, te Den Haag, voorzitter van den Kon. Ned. Middenstandsbond, 70 jaar; 26 Febr.: Dreves Ultterdljk, te Hilversum, de grond legger van de esperanto-beweging in Ne derland, 70 jaar. 1 Maart' W. Richter Uitdenbogaardt, te Scheveningen, een bekende figuur ln het haringvlsscherij-bedrijf, 70 jaar: 7 Maart: ds. F. W Drijver, de be!-"nde Naardensc ,e em. predikant, aanvaardde voor 50 jaar het predikambt in de Herv. Kerk; 8 Maart: dr. R. J. T. Meurer, te Amsterdam, kinder- 2—5

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 18