\etov/fo/ Het Koloniale Vraagstuk De strijd in Spanje LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 5 November 1936 Derde Blad No. 23502 PARLEMENTAIR OVERZICHT BI-ARLITA" Het vliegveld Getafe bezet 77sfe Jaargang door Prof. Dr. B. Schrieke EERSTE KAMER. Dokters-patiënt ]Vn patent PHILIPS' VRAGENRUBRIEK FAILLISSEMENTEN X. Economisch-historische achtergrond. (Speciale Berichtgeving) In de allerlaatste jaren is het Ko loniale Vraagstuk plotseling weer ac tueel geworden. Italië, Duitschland en Japan stellen met nadruk eischen van expansie. De stabilisatie, die het Vredesverdrag van Versailles beoogd had te brengen, is verbroken. Europa is in rep en roer. Met bezorgdheid vraagt men zich af of een nieuwe we reldoorlog op til is. Bij velen echter is de wensch tot een vreedzame oplos sing van de tallooze problemen, die Europa verscheuren, sterk. Men zint op de mogelijkheid ook van de afwik keling van de Koloniale kwestie op vredelievende wijze. Om den toestand niet nog gecompliceerder te maken dan hij al is, wil men het Koloniale Vraagstuk isoleeren en tot dc eigenlijk gezegde „koloniën" terugbrengen. Is dat mogelijk? Is dat juist? Het Koloniale Vraagstuk heeft zijn up's en down's gekend in den loop der eeuwen. Het gouden tijdperk was, toen Engel- schen, Hollanders, Franschen, Denen en zelfs Pruisen het voorbeeld van Spanjaar den en Portugeezen volgden, nieuwe we relden ontdekten, onbekende veroverden en koloniën stichtten. Koloniën beteeken- den in die dagen rijkdom. De handel in koloniale producten bloeide. In de tweede helft van de 18de eeuw werd dat echter I anders. De handel werd minder winst gevend; de concurrentie leidde tot over productie; monopolies werden verbroken; koloniaal beheer leed onder corruptie; ko loniale oorlogen en koloniale defensie kostten schatten en de Engelsche kolo niën in Noord-Amerika bevochten hun I vrijheid. Dit laatste voorbeeld volgden in de eerste helft van de 19de eeuw de meeste Spaansche en Portugeesche koloniën in Zuid- en Midden-Amerika. Er kwam een kentering in de stemming ten aanzien van 1 de koloniën. Leidende geesten als Adam Smith, James Mill en Jeromy Bentham 1 graken zich openlijk tegen het bezit van I lioniën uit. Het Engelsche parlement I inklaarde zich tegen verdere uitbreiding I un het koloniaal bezit. Zelfs de latere f Britsche imperialist Disraeli voorzag, be- I rustend, de onafhankelijkheid van Canada, dat hij aan zijn lot wilde overlaten, en rek overigens bepleitte "hij beperking van verplichtingen. Engeland weigerde niet eéns, maar herhaalde malen aangeboden protectoraten ln verschillende werelddee- I len. Hetzelfde deed Duitschland onder Bismarck, die tot 1878 was was van alle koloniale expansie. In Frankrijk kostte de eerste expeditie naar Tunis aan Jules 1 Ferry zijn ministerzetel. Het oude mercan tilisme behoorde tot het verleden, het I was de era van den vrijhandel. De En gelsche industrie was vóór alle andere tot ontwikkeling gekomen. Overal kon zij haar producten afzetten; waarom was het dan noodig om uitgaven te doen voor kolo niën, wanneer men ook zonder deze van den bloei zijner handelsbetrekkingen was verzekerd? Vandaar dat alle groote voor vechters van free trade: John Bright, Richard Cobden, Gladstone enz. in kolo niën meer een last dan een voordeel zagen. Het getij keerde, toen het economisch nationalisme zijn intree deed. In de Vereenigde Staten, in Duitsch land, in Rusland en in Frankrijk waren jonge industrieën ontstaan, die om be scherming tegen haar oudere (Britsche) zuster vroegen. De Ver. Staten gaven het voorbeeld door nog gedurende den Bur geroorlog (18611865) protectioneele ta rieven in te stellen; de andere genoemde landen volgden. Behalve om protectie voor hun ontluikende nijverheid was het hun te doen om afzetgebieden, waarin zij. door ze onder hun gezag of invloed te brengen, zich een bevoorrechte positie konden ver zekeren. Dat waren o.m. de koloniën, maar wij doen goed ons thans reeds te realisee- ren, dat dergelijke gebieden zich niet tot de eigenlijk gezegde koloniën beperken. Waar toch begint het begrip „kolonie" en waar eindigt het? De Britsche koloniën cp de Oostkust van Noord-Amerika con stitueerden zich na den Vrijheidsoorlog als cc Ver. Staten en waren sedert dien een onafhankelijke staat in politieken zin. doch economisch beschouwd, bleven zij tot diep In de 19de eeuw een „kolonie" van West- Europa. Zij waren een immigratiegebied voor kolonisten, die er zich ieder jaar bij honderdduizenden kwamen vestigen; ze leverden de grondstoffen voor de Europee- sche industrieele naties; ze waren een ge heid beleggingsveld voor Europeesch ka pitaal; ze waren het afzetgebied voor de auropeesche nijverheidsproducten. Het zelfde kan tot op den huidigen dag gezegd worden van verschillende Zuid-Amerl- kaansche en Midden-Amerikaansche repu- oueken, die al een eeuw lang politiek „on afhankelijke" staten zijn. Nadat sedert 1876 de nieuwe belang stelling voor koloniaal bezit in West- Europa was ontwaakt, ontwikkelde zich ven ware wedijver onder de mogendheden m brokken van Afrika te bemachtigen Tunis werd een Fransch protectoraat; Tripolis en Cyrenaika een Italiaansche Kolonie onder den naam van Libia; Egypte kwam practisch onder Britsch opperge zag; Klein-Azië werd het object van on derhandelingen over „invloedssferen". Per- Prof. Schrieke. zië, Afghanistan, Tibet en Siam onder gingen ieder weer op andere wijze den invloed van den 19en eeuwschen drang tot expansie. Spanje verloor Cuba, Portorico en de Philippijnen aan de Ver. Staten; Cuba werd een „onafhankelijke" staat, maar de Amerikaansche marine had er een vlootbasis en Amerikaansche mari niers stellen er herhaaldelijk „orde op zaken". Hetzelfde geschiedde in Haïti en Nicaragua. De onafhankelijke staat Uru guay kwam onder Britschen invloed tot stand, de republiek Panama dankte haar ontstaan aan de Ver. Staten; buiten- landsch kapitaal en de opeenvolgende Amerikaansche regeeringen hadden de hand in de revoluties van Mexico. En zoo kunnen wij doorgaan, doch voldoende schijnt thans wel aangetoond, dat histo risch en economisch' gesproken, het begrip „kolonie" niet bij de eigenlijk gezegde ko lonies ophoudt. Waar begint het en waar eindigt het? Australië, Tasmanië en Nieuw Zeeland waren oorspronkelijk „ko loniën": het zijn vestigingsgebieden ge worden van Europeanen; de oorspronke lijke bevolking is grootendeels uitgeroeid. Als dominions zijn zij nu zelfstandige on- derdeelen van het Britsche wereldrijk. De Ver. Staten gaan er prat op vrijwel geen eigenlijk gezegde „koloniale oorlogen" te hebben gevoerd, maar bij de „expansie naar het Westen" en de „verovering van het continent" hebben de Amerikaansche kolonisten zich niet om leven en eigendom der Indianen bekommerd: ze hebben pre cies hetzelfde gedaan als de Engelschen in Australië en Nw-Zeeland. De wijze, waarop Texas en later Arizona, Nw Mexico en Californië aan Mexico zijn afhandig gemaakt, onderscheidt zich in geen enkel opzicht van de klassieke koloniale prak tijk. Luisiana is van Frankrijk. Florida van van Spanje gekocht, zooals later de Vir- gineilanden van Denemarken. Nu zijn Texas, Arizona, New Mexico, Californië, Louisiana en Florida alle staten van de Unie; zij vormen geen deel van het „kolo niale Vraagstuk" meer, evenmin als de Waar >n een anderen vorm openbaarden wh diezelfde drang en wedijver ten aan zien van Zuid-Amprika. Dat dit wereld- niet evenals Afrika onder de mo- sendheden werd verdeeld, moet in de a» x» plaats worden toegeschreven aan J "Whroe-leer, waardoor de Ver. Staten rlciL Europeesche naties een halt toe- Chi lot van Afrika scheen ook ov™3 te bedreigen, maar hier was het de -P°°te naijver, tusschen de Europee- stpia jChten, die China in de gelegenheid spele den 0en tegen den ander uit te vloerif zo°dat men met concessies en In- het 4 ren genoegen moest nemen Op tedwche rijk van vóór den wereld brokd ï!;r('en beide methoden toegepast "tukken werden ervan afgesneden „onafhankelijke" staten, wier onafhanke lijkheid zoover gaat als hun economische structuur toelaat. Duitschland koloniseerde Polen en het Szaristische Rusland vond in Siberië het terrein voor zijn koloniale expansie. Dezelfde imperialistische poli tiek past nu de U.S.S.R. onder een ande ren naam toe. Van de randstaten maakt zij „Soviet republieken". Het keizerrijk Annam en het koninkrijk Cambodja zijn protectoraten van Frankrijk en maken o.a. met de kolonie Cochinchina deel uit van het door een Gouverneur-Generaal be stuurde Fransche Indochina. Het tot An nam behoorende Tonkin Is tot een af zonderlijk „protectoraat" verklaard, waar van de Fransche resident superieur op treedt als „onderkoning van Annam". Waar dus, economisch gesproken, de lijnen tusschen koloniën en vele „onafhanke lijke" staten vervagen en tevens verschil lende zelfstandige staten uit koloniën zijn voortgekomen, Is het daar wel juist om den momenteelen status als uitgangs punt te nemen en de eigenlijk gezegde „koloniën" als een afzonderlijke grootheid te beschouwen? Immers, ook ln de huidige „koloniën" is nog steeds een groei in po litieken zin waarneembaar! Reeds het eco nomisch nationalisme van de laatste de caden der 19de eeuw, dat zich aan een wilde jacht naar koloniaal bezit overgaf, en zijn materieele drijfveren niet ver bloemde. werd niet geïnspireerd door louter economische motieven. Een even reëel element daarin, dat aan velen, die aan die koloniale expansie medewerkten bezielingskracht gaf, was een idealisme hetwelk eenerzijds voortkwam uit een na tionaal superioriteitsbewustzijn. waaraan de dragers het besef van de rechtmatig heid van hun handelen ontleenden en anderzijds gevoed werd door een cultureele roeping om misstanden uit te roeien en de zegeningen van eigen beschaving te brengen. Vandaar het groote aandeel dat èn liberalen èn Roomsch-Katholieke èn Protestantsche zending in de koloniale ex pansie hebben gehad. Het besef van een cultureele en mo- reele taak te vervullen is gegroeid: opvoe ding van de koloniale volkeren werd de rechtvaardiging van het koloniaal bezit. Dit besef zag men na den wereldoorlog be lichaamd in het mandatenstelsel dat deze taak als een verplichting op de mandaatmogendheid legde, terwijl de Permanente M;mdatencommissie toezag, dat die verplichting werd nagekomen. Hoe onvolmaakt de bevoegdheden van die com missie ook zijn. de door haar aangegeven richtlijnen hebben niet nagelaten invloed te oefenen op het beheer van koloniaal gebied buiten de eigenlijke mandatensfeer. Maar ook afgezien daarvan, kan men in de meeste „koloniën" in den loop der laatste decenniën een groeiende mate van medezeggingsschap in het beheer der za ken des lands bij de inheemsche koloniale bevolkingen (naar gelang van hun ont- wikkelingstrap) onderkennen. Het Brit sche mandaat Irak (Mesopotamië) werd tot een onaf hankelti ken" staat; het Fransche mandaat Syrië is op den weg daarheen: sinds de oorlog verwierf Egypte geleidelijk zelfbeschikkingsrecht. In ver schillende Franscli'e- koloniën kreeg locale autonomie meer en meer inhoud en be- teekenis. In de staatsrechtelijke structuur van Briiseh-Indic hebben zich nrincipieele wijzigingen voltrokken. De Philiooijnen bereiden zich voor op onafhankeliikheid. De regeling van „de inwendige aangelegen heden" in Nederlandsch-Indië berust thans bij Gouverneur-Generaal en Volksraad. Daarom, houdt men rekening met de werkelijkheid dan geeft de term „kolonie" geen houvast meer: men ziet „onafhankelijke" staten, die in wezen „koloniën" zijn; staten zelfs, waar vreemden douane- en politiefuncties uitoefenen, regeeringen afzetten of instellen. Aan den anderen kant ziet men koloniën alle mogelijke vormen aannemen en zich tot zelfstandige staten ontwikkelen. Noch van een hi storisch, noch van een economisch standpunt kan men de „koloniën" als een afzonderlijke grootheid isoleeren en als een speciale quaestie trachten te behandelen en af te doen. MECHANISATIE SIGAREN- INDUSTRIE EN RIJTIJDEN- WET. De Senaat heeft gisteren een tweetal wetsontwerpen behandeld. In de eerste plaats dat tot beperking van de mechanisatie in de sigaren-industrie. In het debat bleek men omtrent het te ver wachten effect over het ontwerp nog al verdeeld: de heer Andriessen meende dat nog andere maatregelen noodig zijn om het bedrijf te saneeren; de heer De Jong wenschte een tijdelijk verbod van machi nes; de heer Knottenbelt oordeelde dat door dit tegengaan van mechanisatie de werkloosheid niet beduidend zal worden verminderd en de heer de la Bella, of schoon ook nog al matig geestdriftig, juichte het ontwerp toe, omdat de Over heid nu medezeggenschap krijgt bij de mechanisatie. Minister Gelissen heeft er in zijn nadere toelichting op gewezen, dat mechanisatie noodig zal blijven en den kostprijs verlaagt, hetgeen al dadelijk met het oog op de internationale concurrentie van belang is. Maar beperking is in de sigaren-industrie, met het oog op de ver ontrustende werkloosheid, wenschelijk, en wanneer mocht blijken, dat men ook :n andere bedrijven met de mechanisatie te ver gaat, dan zoo zei de Minister zullen ook voor die bedrijven maatregelen worden voorgesteld. De Minister deelde in- tusschen mede, dat er in het Nederland- sche bedrijfsleven opleving te constateeren valt. Zonder hoofdelijke stemming is tenslotte het wetsontwerp aangenomen. Tegen het tweede ontwerp, dat inzake het tegengaan van oververmoeidheid van chauffeurs, kwamen nog al bezwaren. Vol gens den heer Ter Haar gaat het veel te ver en had men kunnen volstaan met de regeling der werktijden van het personeel van middelen van vervoer. De Arbeidswet had de bestuurders voldoende kunnen be schermen. Ook de heer Janssen de Lim- pens was van oordeel, dat het ontwerp over het doel heenschiet, al achtte hij in be ginsel maatregelen tegen oververmoeidheid wel noodzakelijk. Maar die van het ont werp gaan te ver. Dit was ook de meening van den heer Kropman. Daarentegen ging den heer Moltmaker het ontwerp niet ver genoeg; wil men werkelijke verkeers-vei- ligheid bereiken, dan had men. volgens hem, nog verder moeten gaan, te meer, daar deskundigen 20 a 25 der ongeval len wijten aan vermoeidheid der chauf feurs. De heer Van Asch van Wijck was echter van oordeel, dat het zeer lastig zal blijven oververmoeidheid werkelijk te con stateeren, en meende dat er veel macht aan de Regeering wordt gegeven op dit terrein, een opvatting, welke door den heer Droogleever Fortuyn werd gedeeld, evenals door den heer Van Citters, die ronduit verklaarde er niet aan te zuilen medewer ken, dat de Staten-Generaal, anders dan bij dringende crisis-maatregelen, meer en meer worden uitgeschakeld bij het treffen van allerlei regeringen. Zoo waren de ernstige bezwaren van tweeërlei aard: Zij betroffen'niet alleen de regeling zelf, die velen te ver ging, maar ook het feit, dat het ontwerp te veel bevoegdheid geeft aan de uitvoerende macht, met uitschake ling van de Staten-Generaal. Dc Regeering zal vandaag nog heel wat moeite hebben al die bezwaren te over winnen. HAGENAAR. ^^Jecovilol levertraan weten- ^^■schappelijk de beste lever- troon voor U on Uw kind. Verkrijgbaar bii apothekers en drogisten öfó.75 p.fjocon 1671 (Ingez. Med.) Hoofdpijn, gevoel van onbe hagen, snelle vermoeidheid bij avondwerk, verdwijnen in menig geval, wanneer de huisverlich ting verbeterd wordt. Contro leert toch of het middenlicht van al Uw vertrekken wel een Philips' Bi-Arlita'Mamp van minstens 150 dekalumen bevatl Neemt de moeite ons gratis boekje Van het Wondere Zien" eens aan ie vragen I 1661 (Ingez. Med.) J- M. V. te L. Een arsenaal is een op slagplaats voor wapenen en munitie. En- ktie woordenboeken geven als vertaling ook .tuighuis". Wat nu echter de juiste be- teekenis is van den naam van bedoelde Engelsche voetbalclub is ons onbekend. Uitgesproken: M. van Dop. aannemer te Nootdorp. R.-c. mr. A. J- Paulus, Cur mr. W. K. N. Henge- veld. Voorburg. P. T. Gevers, boekhandelaar, destijds te Hillegom thans te Den Haag. R.c. mr. E. W. J. Top, Cur- mr. T. A. M. A. van Löben Seis, Haarlem (na intrekking der verleen de surseance van betaling). Gedurende de maand October werden bij de gezamenlijke griffies in Nederland ge deponeerd 252 crediteurenlijsten met een totaal passief van f. 4.075.424.46'/:, waarvan preferent f. 1.018.891.61. Sedert 1 Jan- 1936 werden in totaal gedeponeerd 1768 credi teurenlijsten met een totaal passief van f. 28.018.685.49, waarvan pref f. 5.751.392.93' 's Vernietigd bij arrest van het Gerechts hof te Amsterdam: W. v. Dongen, Hillegom. Opgeheven wegens gebreken aan actief: H J. Konings te Wassenaar. D. Koster, Alphen. Om kwart over vier gistermiddag zijn de nationalistische colonnes Getafe binnengetrokken na een hevig artil lerie- en machinegeweervuur op de eerste huizen van het dorp, waar eenige honderden roode miliciens den terug tocht trachtten te dekken. Om half vijf stonden de benzine-reser voirs van het vliegveld in brand. Een dichte zwarte rookzuil steeg eruit op. Om drie uur hadden de volksfronters Getafe dat op slechts dertien kilometer van het centrum der hoofdstad aan den grooten verkeersweg is gelegen, geheel verlaten. Hier en daar werd nog slechts een geweer schot gelost. Generaal Varela verklaarde aan de journalisten: „Gij kunt de geheetc wereld ervan in kennis stellen, dat Madrid nog deze week zal worden in genomen" Inmiddels meldt een correspondent van het Duitsche Nieuwsbureau uit Mostoles, een plaatsje ten Zuid-Westen van Madrid, dat nationalisten ook Alcorcon. dat nog dichter bij het centrum van de hoofdstad ligt dan het vliegveld Getafe. hebben be zet De inneming geschiedde door twee natlonal'stische afdeelingen welke uit Villa Viciosa en Mostoles waren opgerukt De linkschen trachtten eerst een legen- aanval te ondernemen met viiftien Russi sche tanks. Door het hevige vuur van de ter tot mislukking gedoemd. Vier tanks werden buiten gevecht gesteld. De volksfronters moesten ten slotte hun stellingen ontruimen en ook hun artillerie nam de vlucht in'de richting van Madrid, terwijl de bii Mostoles en Vila Viciosa in stelling gebrachte nationalistische batterijen dichter naar de hoofdstad werden ver schoven. Van regeeringswege worden deze tegen slagen erkend. De nationalistische bommenwerpers en jachtvliegtuigen bleven de vijandelijke linies bombardeeren en zaaiden paniek on_ der de in wanorde terugtrekkende troepen. Twee schepen opgebracht. Inmiddels komt uit Noord-Spanje het bericht, dat eenige nationalistische pa trouillebooten aan de Spaansche noordkust twee stoomschepen van de Madrileensche regeering die met wapens munitie, kolen en levensmiddelen waren geladen in volle zee hebben aangehouden en naar de kust gebracht hebben, waar de bemanning werd gearresteerd. De schepen kwamen, naar men zegt. uit Engeland. Spionnage-centrale te Bilbao ontdekt. Te Bilbao is een zeer ernstige spionnage- affaire ontdekt Het te Bilbao verschijnend dagblad La Tarde oub'iceert een liist. met namen van personen die bii deze affaire betrokken zouden zijnde consul van Oostenrijk de consul van een Zuid-Amerikaansche repu werden ervan afgesneden: Inationalisten werd hun aanvalspoging ech- bliek, de majoor der infanterie Anclada, dë kapitein der genie Murcga. een advocaat, een bankier en de directeur van een ven nootschap zouden volgens het regeerings- gezinde blad van hun functies en betrek kingen misbruik hebben gemaakt om pas poorten af te geven aan verdachte perso nen. die door de politie werden gecontro leerd wegens hun sympathie met de nationalisten. Voorts worden deze lieden er van be schuldigd handel te hebben gedreven in valsche identiteitspapieren en op clande stiene wijze zeer belangrijke geldbedragen tot schade van de zaak der regeering te hebben verzonden. Toen een Engelsch schip uit d? haven van Bilbao vertrok, ontdekte men in de door diplomatieke stukken gedekte bagage docu menten welke gericht waren aan de Junta van Burgos. Voorts waren er tal van brie ven bii. welke inlichtingen bevatten over de verschillende stellingen van het front der regeeririgstroepen en eveneens aangaande manoeuvres welke de kapitaalsvlucht heb ben bevorderd Een der beschuldigden heeft bekend, terwijl de Baskische regeering in deze aangelegenheid over bewijzen beschikt, waaruit duidelijk de schuld der gearresteer de personen bliikt aldus .La Tarde". De non-interventie. Gemeld wordt, dat oo de zitting der non- interventiecommissie de Duitsche gedele geerde gesteund door Grandi gedurende vijf uur het Russische antwoord oo de Duitsche beschuldigingen punt voor ount heeft bestreden. Tevoren had de commissie het voorstel tot instelling van een controlecommissie, die den invoer van oorlogstuig in Spanje zou moeten verhinderen, besproken en be sloten. de meening te vragen van de leden der commisise die geen lid van de sub commissie zijn. Maiskv heeft het secretariaat het Rus sische antwoord oo de Britsche beschuldi- Tncen overhandigd. Ook eenise punten van het Russische antwoord oo de Italiaansche beschuldigin gen. waarvan sommiee ook in de Duitsche nota voorkomen, werden besproken. Grandi bestreed daarbij de Russische uiteenzettin gen. De commissie kwam tot de conclusie, dat eenige Italiaansche en Duitsche be schuldigingen niet bewezen zijn: betreffen de andere zullen opnieuw inlichtingen aan de Russische regeering gevraagd worden. De aanvankelijk voor heden vastgestelde zitting van de subcommissie is geannuleerd en uitgesteld tot 9 dezer, terwi.il de com missie zelve 12 Nov weer bijeenkomt. De niet-inmengingscommissie heeft haar vergadering om kwart over tien verdaagd. Maiskv constateerde, dat Duitschland zijn zaak tegen de Soviet-Unie zoo zwak ver dedigd had. dat ziin vertegenwoordigers gedwongen waren om in Duitschland nieuwe getuigenissen aan te vragen ter ondersteuning van hun beweringen Maisky moet z'ch in de vergadering met groote heftigheid hebben uitgelaten. Overval op Spaanzch zaak gelastigde. De Spaansche zaakgelastigde te Berlijn, Rovira is door twee Spaansche uitgeweke nen overva'len toen hii te voet naar huis ginï. De daders ontrukten den zaakgelastigde een actentasch waarin zich een aantal di plomatieke documenten bevond en verwond, den Rovira licht Zii wisten met hun buit. zonder herkend te ziin te ontkomen. De Duitsche min'ster van buitenlandsche zaken heeft den zaakgelastigde ziin leed wezen over het gebeurde betuigd. De oo'itie stelt een onderzoek in. Nieuwe regeering te Madrid. De samenstelling van de nieuwe Spaan sche regeering is overeenkomstig de alge- meene verwachting. Twee ministers ver tegenwoordigen de provincies, welke auto nomie verkregen en die het volksfront steunen. Dat ook de C N. T. (de anarchistische vereeniglng), zitting neemt in de regeering is een groote gebeurtenis. Het is de eerste keer. dat de C N T. afwijkt van haar a-politieke" leerstelling en verantwoor- j delijkheid op zich neemt. Zelfs heeft de j C. N. T. tot nu toe geweigerd candidaten te 1 stellen voor de Cortes.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 9