ZATERDAG 17 OCTOBER 1936 No. 23486 Spannend opruimingswerk te Woerden De herziening der Grondwet EERSTE NEDERLANDSCHE N.v. Im. NOOMEN HET VOORNAAMSTE NIEUWS VAN HEDEN Verkeersovertredingen in beeld '77ste Jaargang DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Veertigduizend kilo ijzer en staal uil een sloot geheschen Dit nummer bestaat uit ZES bladen EERSTE BLAD. Telefoon 302 STADSNIEUWS LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER ADVERTENTIES: 30 ets. per regel voor advertenties uit Lelden en plaatsen waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere advertenties 35 ets. per regel Voor zakenadvertenties belangrijk lager tarief. Kleine advertenties uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 ets. bij maximum aantal woorden van 30. - Incasso volgens postrecht. Voor opzending van brieven 10 ets. porto te (betalen. - Verplicht bewijsnummer 5 ets. Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postchêque.' en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden en gemeenten, waar agentschappen gevestigd zijn; per 3 maanden f. 2.3S Der week T per week f.0.1» per 3 maanden4- portokosten.! (voor binnenland f.0.80 per 3 rnnd.) Franco per post f. 2:35 HET MOMENT, WAAROP HET ENORME ONDERSTEL VAN DE LOCOMOTIEF UIT DE SLOOT IS GELICHT. (Speciale Berichtgeving) WOERDEN, 17 October. Eindelijk is men er met veel moeite in geslaagd de locomotief van den personentrein, die met een goederentrein verongelukt is, uit dc sloot te halen en naar het wagendepot in Utrecht te vervoeren. Vannacht om twee uur kwam de ketel van de locomotief op een platten wagen terecht en om kwart voor vier mocht men het genoegen smaken, ook het on derstel, dat wel een meter ver in den modder gezakt was, op den beganen grond te brengen. Tot hedennacht vier uur hebben wij het opruimingswerk, dat zoo langzamerhand ten einde loopt, bijgewoond en wij zijn daar getuigen geweest van de vele en oogen- schijnlijk vaak onoverkomelijke moeilyk- heden. welke op bewonderenswaardige wijze werden overwonnen en opgelost. Nauwelijks was de laatste personentrein van den Vrij dag het baanvak gepasseerd, toen de nach telijke werkzaamheden begonnen. Locomo tieven en kraanwagens stonden reeds onder stoom en waren gereed om op elk bevel on middellijk weg te rijden. Alhoewel er thans reeds veel wagens zijn weggehaald, maken de resten, welke er nog liggen, haast een nog mistroostiger indruk. Alles ligt schots en scheef door elkaar, óveral vindt men brokken hout en stukken ijzer, glas en do vernielde overschotten van goederen, welke zich in de verongelukte treinen bevonden, Het was dan ook verre van prettig in deze sombere omgeving, welke verlicht werd door eenige acetyleen-lampen, den nacht door te brengen, doch toen de kraanwagens on der luid geratel de kabels lieten zakken en zware sterke banden rond de machine wer den geslagen, was de chaos al spoedig ver gelen en alle onprettige gevoelens maakten plaats voor spanning. Niet minder dan drie en twintig duizend Kilo ijzer moest er door één kraanwagen uit de sloot getrokken worden. Heftig sissend en stoomend pro beerde de kraanwagen of hij het vrachtje houden kon en zelden had men zon'n mee valler als ditmaal. Bijna twee uur lang was men bezig geweest met alle voorberei dingen. Een baan moest gedeeltelijk schoon gemaakt worden, hout en ijzer, dat langs het spoor lag, moest worden verwijderd, slechts met de grootste voorzichtigheid konden de zware kraanwagens over de rails voortschuiven, terwijl herhaaldelijk gestopt moest worden omdat de montagewagens uitsteeksels hadden, welke onmogelijk langs cenige wagen heen konden. Steeds dacht men dat men kon beginnen, doch elk oogen- blik weer kwamen er nieuwe tegenvallers voor den dag. Toch liet men zich niet ontmoedigen, integendeel met de tanden op elkaar werd er weer opnieuw begonnen. Eindelijk was men dan op de plaats gekomen welke men zoo gaarne wenschte in te nemen, bij de machine. Van een locomotief kon men niet meer spreken. Het geheeie voertuig was ontmanteld, schoorsteen en alles wat buiten den romp van een locomo tief steekt, was gedemonteerd, een ge weldig monsterachtig voorwerp stak r?'er,.sehebP af tegen den zwarten nacht. ln een oogenblik van tijd lagen de kabels om het bovenstuk heen en tien minuten later rees langzaam maar zeker de ketel omhoog ten aan- schouwe van tallooze gezichten waar van men de voldoening kon lezen. Nie mand had ook maar even liet vermoe den gekoesterd dat het zóó gemakke lijk zou gaan. Nu kwam echter nog het zwaarste werk, het ophijschen van het onderstel van de locomotief. Dit leek oppervlakkig een on begonnen werk. Minstens een meter diep zat het in den grond, of beter gezegd: in den bodem van de sloot. Men begreep dan ook wel dat het onderstel er met geen mogelijkheid met één kraan zou zijn uit te lialen en onmiddellijk werd dan ook de tweede kraanwagen uit het depot Nijme gen in bedrijf gesteld. Het duurde vrij lang voordat men de veiligste en doeltref fendste bevestigingsplaatsen had gevon den, omdat met het ophijschen van het onderstel de grootste voorzichtigheid ge boden was. Want dit onderdeel van de lo comotief woog niet minder dan veertig duizend kilo. Het was werkelijk even ang stig toen de kranendrijvers de handles in werking stelden waarmede het onderstel moest worden opgeheschen. Zouden de ka bels het houden? En als zij het niet hiel den, wat gebeurde er dan? Men bleef dan ook zooveel mogelijk uit de buurt van de kranen en het onderstel, maar toch ook weer niet zoover, dat men niets meer kon zien. Daarvoor was dit onderdeel van het opruimingswerk te spannend, daarvoor was men te veel onder den indruk gekomen van de geweldige kracht, welke de hijschkranen ontwikkel den. En weer had het personeel van de Spoorwegen geluk. Want wat niemand had verwacht gebeurde; als een kind in een schommel, zóó rustig hing het onderstel tus- schen de lange kabels van de beide kranen. Langzaam maar zeker en zonder schokken of stooten gleed het uit den modder. Steeds I hooger en hooger ging het onderstel en bin- nen vijf minuten hing het zeker twee meter boven de sloot. Van het onderstel kwakten groote klodders modder en van alle kanten kwam het water er uit en er af loopen en kletterend viel het terug in de sloot waarin een week lang vrijwel geen water meer te zien was geweest. Toch was men alle moeilijkheden nu nog niet te boven. Thans moest er op een on gelooflijk handige en voorzichtige wijze ge manoeuvreerd worden om 't onderstel tus- schen de vrij smalle ruimte, welke de kraanwagens van elkaar scheidde te halen. Dan moest de eene kraanwagen trekken en de adere .meeloopen" en dan weer omge keerd. Dik besmeurd met modder en rot tend riet, vies lekkend, maakte het onder stel, hangend in de lucht en spaarzaam verlicht door de kraanlampen en acetyleen- licht, een huiveringwekkenden indruk. Als hulpeloos hingen tien wielen er onder aan. maar dit alles vergat men weer spoedig want nu was het zaak deze ijzer- en staal- massa op het treinspoor te krijgen. Ook dit lukte wondervlug en toen kon men direct weer doorgaan om te probeeren den tender te lichten. Het werk stond evenals de vorige nach ten onder leiding van ir. Vinke van den Dienst van Tractie bij de Nederlandsche Spoorwegen. Tot diep in den nacht waren tientallen menschen bij het opruimingswerk gebleven. Nu men dit zware materiaal naar Utrecht heeft kunnen vervoeren zal het overige op ruimingswerk nog maar een kwestie van enkele dagen uitmaken. In het Voorloopig verslag dor Tweede Kamer over het wets ontwerp tot herziening der Grondwet, wordt vrijwel alge meen vastgesteld dat de Kamerleden de beteekenis van de verschillende voor stellen niet zeer groot achten. Een onderzoek op breedere basis had men beter geacht. Niettemin ziet men hierin geen reden om de voorgestelde herziening als geheel af te wijzen. Voor nadere bijzonderheden zie men het 5e Blad. Als ge vrouw en kinderen hebt voor wie gy arbeidt en zorgt, is voor U de ideale vorm van levensverzekering te vinden in de Familie-polis van de BIJKANTOOR LEIDEN. BREESTRAAT 10a Na 6 uur 2479. 701 (Ingez. Med.) PROF. DR. C. C. UHLENBECK. Wordt morgen 70 jaar. GOUDEN DOCTORAAT. Dinsdag a.s. zal het 50-jaar geleden zijn, dat dr. C. Winkler te 's-Gravenhage, gepro moveerd inspecteur bij den geneeskundigen diienst in Ned.-Indië, aan de Leidsche Universiteit promoveerde tot doctor in de geneeskunde. LEIDSCHE INDOLOGENCLUB. In café „De Oude Vink" heeft gister middag en -avond de inauguratie plaats gevonden van twintig novieten der Leid sche Indologenclub. DR. H. B. G. CASIMIR BENOEMD TOT CONSERVATOR. Bij beschikking van den minister van Onderwijs, K. en W. is tijdelijk benoemd tot conservator bij de natuurkunde aan de Rijksuniversiteit alhier, dr. H. B. G. Casimir. thans assistent aan het Kamer- lingh Onneslaboratorium. STEDELIJK MUSEUM „DE LAKENHAL". Aanwinsten. Het stedelijk museum „de Lakenhal" alhier kwam door schenking in het bezit van een schilderij van den jong-gestorven Leidsohen schilder Adriaan van Winter, geboren te Leiden 1796 en overleden aldaar 1820, wiens schilderijen zeldzaam zijn. Het zeer harmonieus en gevoelig geschil derd paneel geeft een stalinterieur met een witte en een roodbonte koe. Door aankoop verkreeg de Lakenhal een werk van Bakker Korff met de zeldzame uitbeelding van een jonge vrouw, bezig met het poetsen van metalen voorwerpen. Het paneeltje, van geringe afmeting, vertoont al de schitterende hoedanigheden van het beste werk van den meester. INLEVERING VAN MILITAIRE UITRUSTING. De dienstplichtigen der landmacht van de lichting 1921, die hun militaire uitrus ting moeten inleveren, moeten zich van die verplichting kwijten op Dinsdag a.s., tus- schen des voormiddags 9 uur en des mid dags 12 uur, in het gymnastieklokaal in de Doelenkazerne alhier. ACADEMISCHE EXAMENS. Bevorderd is tot doctor in de rechts geleerdheid, op proefschrift getiteld: „Be stuursvormen en bestuursstelsels in de Minahassa", de heer M. Brouwer, geboren te Amsterdam. Geslaagd voor candidaatsexamen ge schiedenis de heer W. P. van Dijl (Den Haag)idem theologie de heer W. van Bergen (Boskoop) en voor het doctoraal examen rechten mej. L. Lagers (Den Haag). HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL. Wijziging: Eerste Algemeene Protestant- sche Begrafenis Associatie, Hooftstraat 90, Alphen a. d. Rijn. Bovengenoemde vennootschap onder fir ma is door faillissement van den vennoot J. van Scherpenzaal ontbonden. De zaak wordt voortgezet door den over- blijvenden vennoot: D. Kruyt, als eenig eigenaar, onder den ouden naam. BINNENLAND. Mr. Hugenholtz over de nieuwe wettelijke regeling inzake koop en verkoop op afbe taling (3de Blad). De Tweede Kamer over de herziening der Grondwet (5de Blad). Overdracht in dc St. Janskerk te Gouda van de gerestaureerde glazen; onthulling van het tweede gedenkraam (Binnenland, 2de Blad). Het viaduct te Oegstgeest krijgt twee Zuidelijke afritten (Binnenland, 2de Blad). Nachtelijk opruimingswerk te Woerden; hoe het onderstel der locomotief uit de sloot werd geheschen (1ste Blad). Honderdjarige Zondagsschoolarbeid in de Pieterskerk herdacht (Stadsnieuws, 1ste Blad). BUITENLAND. De wijziging in de Belgische politiek. (Buitenland, 4de Blad). Austen Chamberlain over de democratie in Europa (4de Blad). Een waarschuwing van Churchill (Buitenland, 4de Blad), Overleden is de Abessijnsche legeraan voerder Ras Nasiboe (Buitenland, 4e Blad). Prof, dr. C. C. Uhlenbeck. Morgen viert prof, dr. C. C. Uhlenbeck, rustend hoogleeraar te Amersfoort, zijn zeventigsten verjaardag. Dr. Christianus Cornelius Uhlenbeck werd 18 October 1866 te Voorburg geboren Hij studeerde aan de Rijksuniversiteit alhier, waar hij in 1886 promoveerde tot doctor in de Ned. letteren op een proefschrift ge titeld: „De verwantschaps-betrekkmgen tusschen de Germaansche en Baltoslavische talen". Na eerst werkzaam te zijn geweest aan het gymnasium te Leeuwarden en de H.B.S. alhier, trad prof. Uhlenbeck 26 Sep tember 1892 op als buitengewoon hoog leeraar aan de Gem. Universiteit te Am sterdam om onderwijs te geven in het Sanskrit, Gotisch, Angelsaksisch, Russisch en de vergelijkende grammatica, zijn inauguratie doende met een rede getiteld: „De plaats van het Sanskrit in de Indo- Men zie voor dc Bioscoop-verslagen pag. '3 van het 2e Blad. Germaansche taalwetenschap". In 1899 volgde zijn benoeming tot gewoon hoog leeraar aan de Leidsche Universiteit in ae Oud-Germaansche talen en de vergelij kende taalwetenschap. In 1926 legde hij zijn hoogleeraarsambt neer en vestigde zich metterwoon te Amersfoort. Prof. Uhlenbeck, die in 1910 en 1911 taalkundige onderzoekhrgsreizen deed naar de Blackfeet van Montana is een geleerde van uitnemende reputatie op het gebied van de Indo-Germaansche en Baskische taalwetenschap en heeft in zijn onder scheiden publicaties de resultaten van zijn wetenschappelijk onderzoek neergelegd. We noemen van zijn pennevruchten: Kurzge- fasstes Etymologisches Wörterbuch der Gotischen Sprache, idem der Altindischen Sprache, verschillende omvangrijke ver handelingen over Inheemsche talen van Noord-Amerika en over het Baskisch in werken dér Kon Academie van Weten schappen. Het aantal overtredingen, dat dagelijks tegen de verkeersregels wordt begaan, is legio. Alleen in onze stad worden te dezer zake jaarlijks ruim vierduizend processen- verbaal opgemaakt en wanneer de politie onverhoopt er eens toe zou overgaan om alle voorkomende overtredingen met een bekeuring af te straffen, dan vreezen wij, dat er hinnenkort maar heel weinig Leide- naars met een blanco-verkeersstrafregister meer zou rondloopen! Het is niet moeilijk uit te maken aan welke overtreding de twee bovenstaande wielrijders zich schuldig maken: beiden verzuimen hun linkerhand uit te steken ten teeken, dat zij linksaf slaan! Men meene overigens niet, dat men ten opzichte van zichzelf en van andere weg gebruikers geheel en al verantwoord is, wanneer men slechts zijn arm uitsteekt om te toonen, dat men een bepaalde richting wil inslaan. Men ziet soms fietsers plotseling hun linkrear muitsteken en meteen daarop linksaf slaan zonder zich ook maar iets aan te trekken van het achteropkomend verkeer. Het deert hun niet, wanneer zij een autobestuurder, die juist wilde passee- ren, voor de vaak onmogelijke taak stellen hun wagen tijdig tot stilstand te brengen teneinde een aanrijding te voorkomen. Niet de autobestuurder is in dat geval debet aan de aanrijding, maar de wielrijder, die wel zijn arm uitstak, maar zich geen be wust weggebruiker toonde. Veilig verkeer is alleen mogelijk, wanneer alle weggebruikers bewust de regels van het verkeer in toepassing brengen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 1