DE NACHTMERRIE VAN GENEVE
77ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 26 September 1936
Derde Blad
No. 23469
dBUITENL, WEEKOVERZICHT
Een booze droom
Een kwaad geweten
IIMGIZIMEN
/TUKKIN
GEMENGD NIEUWS
O
SPREEKCEL
"pVAM
RECHT EN REALITEIT.
Genève is steeds een instrument geweest,
dat het tegenovergestelde deed van het
geen men verwachtte. Thans was men er
vrijwel van overtuigd, dat de Abessijnsche
aangelegenheid in den doofpot zou worden
gestopt teneinde het Italië mogelijk te
maken weer ongestoord deel te nemen aan
het Volkenbondswerk. Was de secretaris
van den Volkenbond, Avenol, er niet met
opzet voor naar Rome gëweest?
En zie, Genève kwam bijeen en.... liet
Abessynië wederom toe tot de vergadering!
De grootste stoot daartoe is ontegenzegge
lijk gegeven door de kleinere staten. Zij
stelden zich op zuiver formeel juridisch
standpunt, hetgeen voor hen, die ln de
zelfde positie van het onder den voet ge-
loopen Abessynië kunnen komen te ver-
keeren, zeer gemakkelijk is te verdedigen.
Zelfs zou men, altijd van formeel juridisch
standpunt uit, zich kunnen verbazen, dat
er nog gediscussieerd behoefdte te worden
over de vraag, of de Negus nog wel zijn
land kon vertegenwoordigen. Al was Abes
synië geheel bezet, dan was het nog buiten
goedkeuring van den Volkenbond en bleef
bij de wettige vertegenwoordiger van zijn
land volgens inzicht van Genève.
Op juridische gronden is de beslissing
volkomen logisch en niet te betwisten.
Aanvankelijk leek het er op, dat men de
beslissing zou overlaten aan het Haag;sche
Hof, doch men hield dit lichaam liever
buiten de politiek en bovendien, Italië
wilde ook daarvan niet weten en dus had
deze geste geen zin meer. Toen viel de be
slissing maar in gemelden geest, waarbij
Litwinoff het zijne bijdroeg om Frankrijk
en Engeland tot meegaan te bewegen.
Gevolg: Italië zal niet ter Volkenbonds
vergadering verschijnen en trekt zich ook
bij wijze van protest terug van onschuldig
werk als ln de radio commissiemaar bedan
ken voor den Volkenbond ligt niettemin
blijkbaar toch niet ln de bedoeling en
waarom ook? Wanneer het mocht meenen,
dat het afbreken der betrekkingen beter
is. kan het dat immers altijd nog doen?
Naast de juridische zijde van het vraag
stuk staat echter een andere: die der mo
gelijkheden oftewel der realiteit en, spe
ciaal in het onderhavige geval moet deze
van meer belang worden geoordeeld.
Wanneer de Negus een beroep doet op
den Volkenbond, pleit hij voor een recht
vaardige zaak en wanneer van den beginne
af aan. daarbij het juridische op den voor
grond had gestaan en daaraan de hand
was gehouden, zou het nog anders zijn,
maar de Volkenbond zelf heeft de hand
gelicht met het hoog-houden van het recht
Hij moge dit nu betreuren er is niets
meer aan te doen. Abessynië is verloren,
Italië zal zich niet meer terugtrekken uit
het met geweld veroverde wingewest, al
leen voor sterker macht zou het slechts
wijken. En wie zal voor Abessynië thans
een oorlog willen wagen?
Zoo is nu eenmaal de realiteit en niet
anders. Hoezeer men het mag betreuren,
dat de Volkenbond zoover heeft gefaald,
dat de tot aanvaller verklaarde als over
winnaar te voorschijn ls getreden.
Gezien de groote spanningen In ons we
relddeel was het dientengevolge van groo
te beteekenls geweest, dat Italië weer vol
ledig had deelgenomen aan de besprekin
gen zoowel te Genève als daarbuiten. In
zake Abessynië had dit gekost een hand-
lichten met de rechtvaardigheid, doch
Abessynië gewordt immers toch geen ge
noegdoening meer! In politicls moet het
zwaarste wegen, wat het zwaarste is; is de
politiek niet terecht genoemd: de kunst
van het bereiken van het meest mogelijke?
Dientengevolge had men verstandiger ge
daan over het echèc van Abessynië de
spons te halen en kalm verder te gaan, in
de hoop dat de tijden eens rijper zullen
blijken voor een juister ageeren van den
Volkenbond
De huidige gang van zaken beteekent
opnieuw zeer kostbaar oponthoud! En nu
moge waar zijn, dat Locarno toch nog
grondige voorbereiding eischte, zoodat aan
een spoedig bijeenkomen niet behoefde te
v/orden gedacht, de stemmingen zijn door
deze onpractische gebeurtenissen in de
Volkenbondsstad nog ernstiger bedorven
dan zij reeds zijn en dat mag niet te licht
worden aangeslagen.
Alles op haren en snaren zetten kan zijn
nut hebben, doch dan moet dit geschieden
op het psychologisch juiste moment en dat
heeft de Volkenbond reeds lang laten ver-
loopen.
In afwezigheid van Duitschland. Japan
en Italië zal de Volkenbond thans beraad
slagen over een hervorming! Welk nut kan
dit afwerpen, vooral ook waar daarbij een
viertal stroomingen valt te onderkennen,
zoowel tot versteviging als tot losser maken
van de banden? Wij vermoeden dan ook
dat de zoo belangrijke reorganisatieplannen
wel zullen worden aangehouden tot een
volgende zitting waar de Abessijnsche
kwestie dan weer storend zou kunnen
werken op dezelfde wijze.
Hoever in Europa de oude bondgenoot-
schaps-politiek al is herleefd, zij het offi
cieel zonder bondgenootschap, ls tevens
nog eens bewezen te Genève bij het Jongste
geschil. Wie stemden tegen de toelating
der Abessijnsche delegatie? Oostenrijk,
Hongarije en Albanië, gezwegen dan van
een Zuid-Amerikaanschen staat, dus juist
die landen, die zich geheel op Rome heb
ben georiënteerd. En wie heeft Frankrijk,
dat Italië liever vandaag dan morgen
weer ziet terugkeeren In de gemeenschap
der staten, bewogen om accoord te gaan
met de toelating: Sovjet-Rusland, dat zoo
doende als het ware wees op het gesloten
bondgenootschap en dit doordreef.
En tusschen dit alles drijft Engeland
een politiek op eigen houtje, die men mo
menteel het beste kwalificeert door: zich
op alles voorbereiden. Duidelijk was de
verklaring van Sir Samuel Hoare na zijn
'inspectie-tocht door de Middellandsche
Zee, dat Engeland niet aarzelt om zich
daar aldus te versterken, dat zijn positie
onaantastbaar is. Italië kan het zich voor
gezegd houden! In dit verband trekt het
aangekondigde bezoek van den Turkschen
premier aan Londen de volle aandacht.
En te midden van dit alles, golft in
Spanje de strijd voort met de nationalisten
iets in de meerderheid, blijvend een ge
vaar te meer in de Europeesche verwar
ring.
-o-
AUTO-ONGELIJK BIJ HOOG-KEPPEL.
Gistermiddag is op den Rijksstraatweg
te Hoogkeppel een ernstig auto-ongeluk
voorgevallen.
Een personenauto, bestuurd door den
heer J G. v. d. A slipte op de niet-bestrate
trambaan langs den weg en botste vervol
gens tegen eenige boomen. Van de beide
inzittenden bekwam de bestuurder een
zware hoofdwonde, terwijl de andere pas
sagier met een zware hersenschudding en
een gebroken arm in bewusteloozen toe
stand moest worden opgenomen.
Beide personen zijn naar het ziekenhuis
te Doetinchem overgebracht. De auto,
welke een kalmen gang had, werd zwaar
beschadigd.
o
DUIZEND GULDEN IN PLAATS VAN
HONDERD.
Bij het wisselen van geld ten kantore
van de verbruikscoöperatie te Tegelen, ont
ving een vrouw dezer dagen een bankbiljet
van f. 1000, terwijl zij slechts op f. 100 recht
had. Zij gaf het. biljet echter niet terug.
Toen men bij de coöperatie de vergissing
bemerkte, heeft men de vrouw verhoord.
die echter ontkende het biljet van f. 1000 I
te hebben ontvangen. Om dit te bewijzen
loonde zij een biljet van f. 100, dat zij bij
de coöperatie gekregen zou hebben.
Bij nader onderzoek is gebleken, dat dit
biljet nooit bij de vereeniging Is geweest
en toen bekende de vrouw het biljet van
hoogere waarde te hebben ontvangen. Zij
wilde echter niet zeggen, wat zij er mee
gedaan had. Bij huiszoeking heeft haai
man aan de politie bekend het biljet achter
een schilderij te hebben verborgen, waar
het inderdaad werd teruggevonden
De man en de vrouw zijn door de politie
aangehouden.
AUTO DOOR DEN TREIN GEGREPEN.
BUITENLANDSCH GEMENGD.
DADERS VAN SPOORWEGAANSLAGEN
GEARRESTEERD.
De Weensche politie heeft vier jongelie
den gearresteerd, die ervan verdacht wor
den, de bomaanslagen op het Westersta
tion in Weenen en op de lijn Weenen-
Semmering te hebben gepleegd.
De arrestanten hebben geen politiek ver
leden en ontkennen alle schuld De politie
meent evenwel voldoende aanwijzing te
hebben tegen hen.
COMMUNISTISCHE AANSLAGPOGING
IN ESTLAND.
(Buiten verantwoordelijkheid der Red.)
Copie van de al of niet geplaatste
stukken wordt niet teruggegeven.
DE SCHILDERIJEN IN DE LUTHERSCHB
KERK.
Mijne Heeren,
In uw blad verschenen reeds meerdere
malen berichten omtrent in de Luthersche
Kerk ontdekte schilderijen.
Mag ik U er opmerkzaam op maken,
dat die schilderijen niet zijn ontdekt,
want ze hingen Jaar en dag in de kerk
voor iedereen zichtbaar.
U deelde voorts als de groote verrassing
mede, dat er schilderijen van de hand zijn
van Joris van Schooien. Dit is geen ver
rassing, want het was al jaren bekend
bij hen, die in de schilderkunst belang
stellen.
Nu zijn deze paneelen gerestaureerd en
het resultaat is droevig. Een tweetal, dat
het er nog tamelijk afbracht, uitgezon
derd, zijn ze in den grond bedorven, de
onderschildering is hier en daar zelfs ver
dwenen en het hout is op vele plekken
zichtbaar. De retouche is verschrikkelijk.
Nu heeft men de gelukkige! gedachte,
die schilderijen verspreid in de kerk op te
hangen.
Alleen reeds door de opvolgende voor
stelling, die begint met Adam en Eva en
eindigt met het laatste oordeel, behooren
deze schilderijen bij elkaar te blijven.
Als mooie afsluiting van de galerij, waar
voor ze bedoeld zijn, dienen ze te worden
gehandhaafd en bovendien, ls er een
mooier kader denkbaar dan de prachtig
gesneden Renaissance omlijsting?
Zij zullen dan ook niet zoo licht worden
verwijderd, zooals blijkens de mededeelln-
gen van den predikant der Luthersche
Kerk in 1866 gebeurde met predikants
portretten en koperen kronen.
Verschilt onze tijd, gezien wat hier nu
gebeurde, echter in zooveel opzichten van
die van het „rampjaar", zooals dominé
het jaar 1866 noemde?
L. VERKOREN
Leiden.
Onze medewerker teekent hierbij aan:
Ik ben het met den heer Verkoren eens.
dat de schilderijen niet in letterlijken zin
zijn ontdekt. Iedereen, die de Luthersche
Kerk wel eens had bezocht, kon weten,
dat er geschilderde paneelen tegen de ga
lerij onder het orgel zaten.
Ontdekt werd alleen, dat er achter de
zwarte verf van twee paneelen ook nog
schilderijen verborgen zaten. Ontdekt werd
ook bij andere schilderijen de eigenlijke
beteekenis der voorstellingen, die hier en
daar achter stof en vuil onherkenbaar
was geworden. Ontdekt werd ten slotte, dat
de negen paneelen, waarvan een aantal
gesigneerd, uit het atelier van Joris van
Schooten afkomstig waren. Het is natuur
lijk zeer goed mogelijk, dat reeds zeer
lang geleden enkelen, die er studie van
hadden gemaakt, dat wisten. Dan blijft het
jammer, dat zij hun wetenschap niet vroe
ger wereldkundig hebben gemaakt en steed3
in kleinen kring hebben bewaard.
Over de restauratie loopen de meenin
gen uiteen. Doch als de werken inderdaad,
zooals de heer Verkoren opmerkt, in den
grond bedorven zijn, dan gelooven wij toch
niet, dat hiervoor de laatste restaurateur
aansprakelijk moet worden gesteld, doch
wel iemand, die reeds zeer lang geleden
hier en daar op de paneelen de verf en
de onderschildering heeft weggekrabd,
zoodat de voorstelling in verschillende
partijen onherkenbaar is geworden.
Met de beide, die naar het oordeel van
den heer Verkoren het minst hebben ge
leden, zullen waarschijnlijk die twee zijn
bedoeld, die men vroeger gemakshalve
maar zwart had geverfd
De schilderijen naast elkaar vormen
inderdaad een mooie afsluiting van de
galerij. Doch het. is ook waar, dat ze daar
ver boven oogshoogte geplaatst zijn en
moeilijk te beschouwen, terwijl juist de
details soms zoo buitengewoon interessant
zijn. Het is uit deze overweging, dat men
ze ingelijst lager tegen de muurvakken wil
hangen, waar ze zonder twijfel goed zul
len uitkomen, terwijl de paneelen zelf door
een goede omlijsting winnen. De volgorde
kan toch nog wel in acht worden genomen.
o
3 OCTOBER OPTOCHT.
Naar aanleiding van het Ingezonden
Stuk van den heer De Jong een enkele
opmerking. Grootendeels ben ik het met
den geachten schrijver eens, maar waar hij
zegt. dat dit speciaal een Leidsch verschijn
sel is, ben ik het niet eens. De geachte
schrijver zal toch niet denken, dat het
allen Leidenaars zijn, die deze fout be
gaan, maar dat hieronder zich ook dui
zenden vreemdelingen bevinden.
Deze week heb ik ditzelfde ondervonden
in Scheveningenbij den rijtoer die ge
maakt werd door H M. de Koningin, werd
kort voor de stoet in aantocht was, de weg
behoorlijk vrij gemaakt door de motor
politie. Zoodra de motor voorbij was, ging
alles weer vooruit, zoodat toen de stoet
aankwam alles achteruit moest en dé
meeste menschen hun plaatsen kwijt waren.
De optocht op 3 October wordt gewoonlijk
geopend door zes bereden politieagenten;
een prachtig gezicht!
Wanneer nu inplaats van zes, vier rui
ters den stoet openden en de andere twse
ruiters tot op 500 meter den weg vrij
maakten, door heen en weder te rijden,
om zoodoende de menschen te dwingen
te blijven staan, misschien zou men dan na
dezen optocht geleerd hebben hoe het be
hoort. Ik weet natuurlijk niet of dit door
den commissaris van politie wanschelijk
geacht zal worden, of dr^t dit onuitvoerbaar
is. Het is natuurlijk maar ren gedachte
van ondergeteekende.
UEd. dank zeggende voor de verleende
plaatsruimte, verblijf ik
Hoogachtend.
J. W. v. d. W.
Op den onbewaakten overweg aan de
Molenstraat te Bellen is gistermiddag een
personenauto door den sneltrein die om
streeks half drie uit Groningen vertrekt,
gegrepen, hetgeen den bestuurder van den
wagen het leven kostte.
De auto kwam uit de richting Beilen,
het uitzicht in die richting wordt eenigs-
zins belemmerd door enkele huizen.
De bestuurder van de auto. die lang
zaam reed, was, toen hij den sneltrein
zag naderen, zoo onthutst, dat hij midden
op de spoorbaan den wagen tot stilstand
bracht Het. gevolg was, dat de auto in de
flank werd gegrepen en een eind verder
versplinterd in de spoorsloot terecht kwam.
De bestuurder van den wagen moet op
slag gedood zijn. Het is de 41-jarige A. B
uit Winschoten.
Naar vernomen wordt, hebben commu
nisten getracht het electrische net van
Kivioll in Estland te beschadigen. Een ern
stig onderzoek werd ingesteld. Een groote
hoeveelheid dynamiet werd gevonden in de
electrische centrale en de politie heeft een
aantal arrestaties verricht.
DE TAPTOE OP 2 OCTOBER.
Een deelnemer aan de taptoe, op den
vooravond van 3 October wekt alle stad-
genooten vereenigingen enz. op om mas
saal deel te nemen aan dezen lichtstoet.
oodat hij minstens net zoo lang zal worden
als die ter eere van de verloving van
Prinses Juliana.