LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 25 September 1936
Derde Blad
No. 23468
HET ONTWERP-AUTOMATENWET
77ste Jaargang
BELANGRIJKE WIJZIGINGEN AANGEBRACHT
J\/J INISTER Gelissen heeft een aantal wijzigingen aange-
JN/T CNI!
CORRESPONDENTIE
BINNENLAND
x 7riet2
di&kehz stuM&tv
bracht in het ontwerp-automatenwet.
De meest ingrijpende zijn wel deze' dat z.g. automatische win
kels en open hallen met automaten binnen twee jaar zullen
moeten verdwijnen.
De verkoop van tabaksartikelen in restaurants en cafés wordt
zonder automaat ook mogelijk in den z.g. „gesloten tijd". Dus na
aen maaltijd zal de gast gewoon een sigaar of sigaret kunnen
koopen.
Automatische cafés voldoen aan een bewezen behoefte en aan
de exploitatie hiervan wil de minister niet tornen.
Het ontwerp laat bijvulling van eetwaren-automaten op Zondag
tweemaal en op werkdagen in den gesloten tijd éénmaal gedu
rende een korte periode toe.
Buiten de wet vallen automaten, in verband met verkeersbelan-
gen (perronkaartjes e.d.) postzegelautomaten e.d.
iVerkoop-automaten mogen slechts gebruikt worden bij een win
kel en moeten zoodanig zijn opgesteld, dat zij slechts van den
openbaren weg af gebruikt kunnen worden, en dat wel zonder
hulp van derden. Dit beteekent dus, dat automaten niet meer in
gesloten tijd in den winkel zelf mogen opgesteld zijn en dat zij
ook niet meer door den winkelier „bediend" mogen worden.
Hotels zullen geen buiten-automaten
meer mogen hebben, doch restaurants en
café's wel. mits de exploitatie beperkt blijft
tot den verkoop van spoedig aan bederf
onderhevige eetwaren. Daar deze beperking
medebrengt, dat geen rookartikelen na den
gewonen sluitingstijd verkrijgbaar zouden
zijn, stelt de minister zich voor den ver
koop hiervan na gesloten tijd toe te staan,
mits zij bestemd blijven voor gebruik ter
plaatse.
Automatische winkels.
Automatische winkels en open hallen,
welke alleen voor de exploitatie van auto
maten dienen, acht de minister uit den
booze; zij zijn geen verlengstuk van een
winkelbedrijf, dat de automatenwet juist
wil beschermen.
Om echter de exploitanten in de gelegen,
heid te stellen hun zaken te liquideeren, wil
de minister een ruimen overgangstijd:
twee jaren acht hij in dezen voldoende.
Winkelsluitingswet niet
toepasselijk.
De vrijstelling van de verkoop-automaten
van de regeling der Winkelsluitingswet, als
gevolg waarvan de winkel, waarin een ver
koopautomaat geplaatst is, te allen tijde,
derhalve ook gedurende den z.g. „gesloten"
tijd, mag geopend zijn voor den verkoop
door middel van dezen automaat, heeft tot
ontduiking van deze wet geleid.
De minister zegt nu in zijn Memorie van
Antwoord op het ontwerp-Automatenwet
daarvoor ais oplossing gekozen te hebben
schrapping uit de Winkelsluitingswet van
de bepaling, krachtens welke de automa-
tenverkoop buiten de toepassing dezer wet
gesteld wordt.
Als gevolg daarvan zal deze wet thans
zonder eenige beperking toepassing vinden
ten aanzien van allen verkoop, welke in
den winkel geschiedt, onverschillig, of deze
al dan niet door middel van een automaat
plaats heeft.
Anderzijds is het de bedoeling, dat ver
koop-automaten, buiten den winkel en het
daarbij behoorende winkelhuis of op of aan
voor het openbaar verkeer openstaande
land. en waterwegen geplaatst, uitsluitend
lullen vallen onder de Verkoopautomaten-
wet.
Waar nevens de gewone winkels ook
café's, restaurant en hotels onder het be
grip .winkel" der Winkelsluitingswet vallen
en deze ten aanzien van dergelijke inrich
tingen dus eveneens van toepassing is, zal
ook de verkoop door middel van binnen
deze inrichtingen geplaatste automaten
zich hebben te richten naar hetgeen de
Winkelsluitingswet bepaalt.
Voorts is de minister van meening, dat
het karakter van het restaurant en het
café en meer nog dat van het hoteï, zich
voor het gebruik van „buiten-automaten"
niet leent.
Het hotel is een zuiver binnenbedrijf, dat
bestemd is om in de behoeften van logeer
gasten te voorzien, doch dat niet in con
currentie met de gewone winkeliers het
buiten-publiek behoort te bedienen. In ver
band hiermede schrijft het gewijzigde ont.
werp thans voor, dat hotels geen „buiten
automaten" mogen hebben.
Dit geldt ook tot op zekere hoogte voor
restaurants en café's, doch hier doet zich
de omstandigheid voor. dat vele dier inrich
tingen zich allengs zijn gaan toeleggen op
de bediening van het publiek door middel
van automaten aan den openbaren weg,
waarbij dan meestentijds croquetten en
dergelijke eetwaren aan den man worden
gebracht. Doch bij dit soort van artikelen
moet het blijven. Café's en restaurants zul.
len dus alleen buiten-automaten voor der
gelijke eetwaren mogen hebben.
Echter zouden dus in het vervolg in den
z.g. „gesloten" tijd ook geen tabaksartike
len meer mogen worden verkocht, zooals
tot dusverre. Dit zou echter te ver gaan. De
minst bezwaarlijke oplossing, om den
restaurateur en den caféhouder tegemoet te
komen is, hun den verkoop van tabaksarti
kelen in den z.g. „gesloten" tijd in het al
gemeen toe te staan op denzelfden voet als
den verkoop van spijzen of dranken, d.w.z.
onbeperkt voor zoover betreft verkoop voor
verbruik ter plaatse van verkoop.
Dit geldt dan niet alleen voor den ver
koop door middel van automaten, doch ook
voor dien langs niet-au torna tischen weg,
aangezien het geen zin heeft, te dezen on
derscheid te maken. Een desbetreffende ré
geling is thans in het gewijzigde ontwerp
opgenomen.
De minister acht de vrees niet denkbeel
dig, dat, indien het exploiteeren van auto
matische winkels onbeperkt wordt toegela
ten, zich allengs een categorie van „winke
liers" zal gaan vormen, die feitelijk met
het normale distributiebedrijf niets te ma
ken heeft, en dat aldus het doel, dat de
wet zich wil stellen, niet zal worden be
reikt. De symptomen daarvan zijn reeds
aanwezig. Zoo treft men hier en daar reeds
open hallen aan, „winkels" in den zin der
Winkelsluitingswet, waarin niet anders dan
verkoopautomaten zijn geplaatst, zonder
dat daaraan feitelijk een winkelbedrijf an
nex is. Met den Middenstandsraad is de
minister van meening, dat deze wijze van
exploitatie niet in het belang is van den
middenstand, en dat er dan ook aanleiding
bestaat daartegen maatregelen te nemen,
zij het dan, dat uiteraard, door een behoor
lijke overgangsbepaling, met de belangen
van tegenwoordige exploitanten van zulke
gelegenheden moet worden rekening ge
houden.
Tegen een bepaalde categorie van deze
automatische „winkels", namelijk de auto
matische café's en restaurants, geldt het
hiervóór geschetste bezwaar niet of althans
in veel mindere mate. Van deze inrichtin
gen. die overigens in een bepaalde behoefte
voorzien, kan niet gezegd worden, dat zij
rechtstreeks den middenstand benadeelen.
en een maatregel om de exploitatie daar
van onmogelijk te maken acht de minister
dan ook niet op zijn plaats.
Bijvulverbod.
Handhaving van een algeheel bijvulver
bod zou wellicht tengevolge hebben, dat
de exploitatie van sommige loket-automa
ten onrendabel zou worden. Hierbij heeft de
minister meer speciaal die loket-automaten
op het oog, door middel waarvan aan spoe
dig bederf onderhevige eetwaren worden
verkocht. Mede omdat vele winkeliers zich
daarmede een niet onbeteekenend debiet
hebben weten te verschaffen, hetwelk door
een bijvulverbod ernstig zou worden getrof
fen, wil de minister door het openstellen
van een beperkte mogelijkheid van bijvul
ling ten aanzien van bovenbedoelde eet
waren tegemoet komen aan het bezwaar,
aan een algeheel bijvulverbod verbonden.
De mogelijkheid, den verkoop gedurende
den winkelsluitingstijd althans door middel
van automaten voort te zetten, werd bij
een algeheel bijvulverbod reeds niet geheel
uitgeschakeld en zal met de beperkte bij-
vulregeling, zooals die thans wordt voor
gesteld, in versterkte mate blijven bestaan;
slechts kan niet worden toegestaan, dat
de regeling van de Winkelsluitingswet,
krachtens welke den winkelier gedurende
bepaalde tijdvakken, rust gewaarborgd is,
langs een anderen weg geheel zou worden
teniet gedaan.
De minister is van meening, dat bij de
automatenwet de belangen van het publiek
niet uit het oog zijn verloren; deze belan
gen moeten echter, evenals bij de door de
Winkelsluitingswet geregelde materie, tot
op zekere hoogte achterstaan bij het zwaar
der wegende belang van derf winkelier. De
verschillende vrijstellingen en uitzonderin
gen houden overigens terdege rekening met
de belangen van het publiek.
Al deze wijzigingen houden dus verband
met het streven om den verkoop met auto
maten in handen te laten van den typi-
schen détailverkooper Als men de auto
maat als een „verlengstuk van den winkel"
beschouwt, ligt het voor de hand, ook dit
beginsel gelding te doen vinden bij de
soort van waren, welke door middel van een
automaat worden verkocht. Dit tot uiting
te brengen. Is mede het doel van de voor
gestelde wijzigingen.
WEEKBLADEN.
In de „Wereldkroniek" worden artikelen
gepubliceerd over: Oranje boven In Ber
lijn, De tragedie van Mayerling, Tranen
en enthousiasme in de sport. Een monteur
met negatieve caster en Kolibri's.
NIEUWE UITGAVEN.
Van het bestuur van het Jong-Llberaal-
Propagandafonds ontvingen wij een bro
chure, getiteld „Staatshervorming of
Grondwetsherziening".
Werklooze Leidenaar. Uw bedoeling is
ons alleszins sympathiek, doch voorbarig.
Vermoedelijk zult U over deze aangelegen
heid binnenkort wel meer hooren.
DE POSTCHEQUE- EN
GIRODIENST IN 1935.
WEDEROM GUNSTIGE RESULTATEN.
Aan het verslag van den directeur van den
postcheque- en girodienst wordt het vol
gende ontleend:
Bij een objectieve beschouwing van den
algemeenen economischen toestand in ons
land wordt de indruk verkregen, dat in
1935 daarin geen verbetering van eenige
beteekenis is gekomen. Bij de voortdurende
onzekerheid od politiek en monetair gebied
en de voortgaande bemoeilijking van de
internationale handelsbetrekkingen, waar
door de toestand van isoleering bestendigd
blijft, kon ook moeilijk worden ver
wacht. dat de liin van de algemeene con
junctuur zich od duidelijke zichtbare wiize
in eunstigen zin zou hebben bewogen. De
zoo zeer begeerde algemeene opleving is
helaas uitgebleven, zoodat in vele takken
van handel en bedrijf de ongunstige om
standigheden zich vrijwel onverminderd
hebben doen gelden.
Ondanks deze omstandigheden geeft de
postchèque- en girodienst over het afge-
loopen jaar wederom gunstige resultaten
te zien.
Het aantal postrekeningen bedroeg bii den
aanvang van het jaar 245.044. In 1935 wer
den 27.854 rekeningen geopend en 6508 op
geheven. Het aantal steeg derhalve met
21.346. zoodat er od 31 December waren
266.390. Gemiddeld bedroeg het aantal
nieuwe rekeningen per maand 2321 tegen
2190 in 1934.
In het aantal opgeheven rekeningen zün
er 301 begrepen, waarvan de opheffing
ambtshalve geschiedde overeenkomstig het
bepaalde bii artikel 41. lid ld. van het
girobesluit 1934.
De geldelijke omzet is in 1935 met 7.2 Vo
tot rond f. 14.190.000.000 gestegen, welke
stijging voor 6.8 komt op rekening van
het glroverkeer. Het totaal aantal boekin
gen od de postrekeningen vermeerderde met
9.8 "It tot rond 74.950.000. waarmede een
daggemiddelde van 244.943 werd bereikt.
Aan de rekeninghouders werden in to
taal 21.203.639 afrekeningen gezonden, dat
is gemiddeld Der werkdag 69.293. welke
cilfers in vergelijking met 1934 een ver
meerdering van 1.866.540 resp. 5685 doen
zien.
Op de postkantoren vonden plaats
15.139.568 stortingen tot een bedrag van
f. 1.360.633.110.59.
Uitbetaald werden:
4.516.324 post-
chèques. tez. f 849.649.600.02
1.297 reispost-
chèques. tez. 109.708.99
Totaal 4.517.621 uitbetalin
gen bedrag f- 849.759.309.01
zoodat de beschikbare gel
den vermeerderden met I. 510.873.801.58
Daartegenover vloeide af
naar de Nederlandsche bank.
de schatkist en het hoofd
bestuur der P.T.Tf. 523.795.761.07
De vermindering van de
beschikbare gelden bedroeg
per saldo derhalve f. 12.921.959.49
De exploitatie-rekening sluit met een
voordeelig saldo van ongeveer f. 3.785.000.
dat is f. 103.162 hooger dan dat over 1934.
Het personeel bij het centrale girokan
toor bestond od 31 December 1935 uit 1161
(332 mannelijke en 829 vrouwelijke) per
sonen.
o
PETROLEUM IN GELDERLAND EN
OVERIJSSEL?
De Bataafsche verricht een voor-onderzoek
Op de vragen van den heer Van der
Waerden in verband met het verzoek van
het Economisch Technologisch Instituut
van Overijssel om een vergunning tot het
opsporen van delfstoffen door middel "an
boringen in de provinciën Overijssel en
Gelderland, luidt het antwoord van den
minister van Waterstaat:
Op het bedoelde verzoek, alsmede op een
soortgelijk verzoek van andere zijde, wordt
heden afwijzend beschikt, onder verwijzing
naar de wet van 1 November 1933 (Staats
blad no. 568) tot tijdelijke beperking van
de vrijheid van opsporing van delfstoffen
door boringen, welke blijkens de memorie
van toelichting de strekking heeft door het
uitsluiten van concurrentie een stelselmatig
onderzoek naar het voorkomen van olie in
de door de wet genoemde provinciën moge
lijk te maken.
Inderdaad bestaat de mogelijkheid, dat
ontginbare afzettingen van aardolie of
aardgas in de provinciën Overijssel en
Gelderland voorkomen, doch die afzettin
gen zullen, indien zij al aanwezig zijn, in
elk geval op groote diepte liggen De mo
derne ontwikkeling van de diepboortech-
niek en ontginningsmethoden van petro
leum wettigen het instellen van een onder
zoek daarnaar, doch deze opsporingen zijn
uiterst kostbaar, met zeer onzekere uit
komst, zoodat het risico slechts kan wor
den aanvaard na een grondig en stelsel
matig, eveneens zeer kostbaar geologisch
en geophysch vooronderzoek.
Blijkens het ambtsbericht van den
hoofdingenieur der mijnen wordt zulk een
vooronderzeok thans op zeer deskundige
wijze verricht door de Bataafsche Petro
leum Maatschappij zooals reeds werd
medegedeeld bij de beantwoording van de
vragen, op 1 Februari 1.1. door den heer
Van der Waerden ingezonden welk
vooronderzoek, Indien de uitkomsten zulks
wettigen, naar mag worden aangenomen,
te zijner tijd tot het verrichten van de
vereischte boringen zal leiden.
Met verwijzing naar de bovengenoemde
wet vindt de minister geen vrijheid om in
dit stadium van bedoeld vooronderzoek aan
andere gegadigden een vergunning inge
volge artikel l dier wet te verleenen, te
minder, daar betwijfeld moet worden, of
dezen daarvoor inderdaad zoo volledig uit
gerust zouden zijn en of zij voor de uit
voering van zulk een kostbare en riskante
onderneming wel aangewezen moeten ge
acht worden.
Opmerking verdient, dat werkverruiming
van eenige beteekenis slechts verwacht
mag worden, indien de opsporingen zou
den leiden tot ontginning van petroleum-
afzettlngen. Zoowel het vooronderzoek als
de diepboringen, die daaraan moeten voor
afgaan, zullen slechts aan enkele personen
werk verschaffen.
GROENTE IN BUK.
DE MAATREGELEN TEGEN
VERNIETIGING VAN GROENTEN.
Od d,e vragen van mevrouw Bakker-Nort
betreffende het aan werkloozen uitreiken
van groenten, welke od de veilingen de mi
nimum-prijzen niet kunnen opbrengen
heeft de Minister van Sociale Zaken ge
antwoord
Inderdaad ziin den laatsten tiid nog al
en niet alleen te Venlo. doch ook wel op
andere veilingen groenten vernietigd
moeten worden.
De minister is van oordeel, dat vernieti
ging van groenten, voorzoover mogelijk,
dient te worden voorkomen. Zijnerzijds
werden daarvoor dan ook reeds voor eenigen
tiid maatregelen genomen. Het blijkt ech
ter onmogelijk geheel te voorkomen, dat
van tiid tot tijd een hoeveelheid noodwen
dig vernietigd moet worden De minister
meent goed te doen de oorzaak daarvan
in het kort uiteen te zetten.
De distributie van versche groenten kan
slechts beperkt ziin. omdat, indien in be
paalde gemeenten versche groenten worden
gedistribueerd, er voldoende zekerheid moet
bestaan dat het benoodigde quantum met
regelmaat beschikbaar, gesteld zal worden.
Er moet daarom mede worden rekening
gehouden .dat bii deze versche groenten-
distributie niet meer gemeenten worden
ingeschakeld dan de hoeveelheid groenten,
die in doorsnee z.g. „doordraait" toelaat.
Heeft er nu plotseling een buitengewoon
groote aanvoer van groente plaats, dan
bliift er steeds een hoeveelheid over. die
niet in de distributie kan worden opge
nomen.
Uit het oog moet niet worden verloren,
dat het niet vooruit bekend is. wanneer een
hoeveelheid groenten zal „doordraaien",
voorts dat versche groente een product is,
dat vrii spoedig aan bederf onderhevig is.
althans niet meer voor consumptie ge
schikt is.
Deze twee factoren maken het ondoenlijk
om het surplus te doen vervoeren naar ge
meenten, die niet bij de regelmatige distri
butie kunnen worden betrokken en daarom
niet over een behoorlijk distributie-appa
raat beschikken.
Waar derhalve naar andere maatregelen
moest worden omgezien, besloot de minister
voor eenigen tijd om de groente, die door-
draalde en niet in de versche-eroenten-
distributie kon worden opgenomen, voor
zoover deze daarvoor geschikt was. te doen
inblikken, daartoe in staat gesteld door den
Minister van Landbouw en Vlsscherij. die
deze groente ter beschikking van den Mi
nister stelde.
Practisch kan worden gezegd dat alle
groente, die in den laatsten tijd doordraaide
en voor conserveering geschikt was. voor de
distributie bestemd is geworden.
Behoudens enkele kleinere hoeveelheden
moeten dan ook de groenten, die in den
laatsten tiid ziin vernietigd, als ongeschikt
voor conserveering worden gequalificeerd.
Hierbij zii voorts opgemerkt, dat tomaten
en augurken niet tot de producten kunnen
worden gerekend, die voor distributie in
aanmerking komen
Van de doorgedraaide 'Sla is een hoeveel
heid geconserveerd om den komenden
winter te worden gedistribueerd.
„SPELLINGVREDE" BESTRIJDT HET
STELSEL-SLOTEMAKER DE BRUINE,
Iedere minister z'n eigen spelling?
Onder voorzitterschap van mr. dr. E. W.
Catz heeft het hoofdbestuur van „Spel-
lingvrede" te Amsterdam, bijna voltallig
vergaderd inzake de plannen van minis
ter Slotemaker de Bruine. De denkbeelden
van den huidigen bewindsman aan het de
partement van onderwijs, kunsten en we
tenschappen hebben in de vereeniging veel
critiek ontmoet. Gesproken werd over een
onafgerond stelsel over de „evident
manlijke" zelfstandige naamwoorden zal
een, nog niet eens benoemde, commissie
van deskundigen het eens moeten worden
dat practisch onuitvoerbaar zal blijken
en bovendien, door zijn gemis aan duide
lijkheid, tal van vragen opwerpt, waarop
vooraanstaande Neerlandici in ons land,
en anderen, reeds hebben gewezen. Ten
slotte zijn, te midden van de bekende spel
lingsantithese binnen onze landpalen
„kool" en „geit" al te zeer gespaard, aldus
de leden der vereeniging.
In het belang van het onderwijs, dat
weer wat de schrijfwijze betreft op
losse schroeven zou komen te staan, behoort
de methode-Slotemaker niet verwezenlijkt te
worden. De eenvoudige regels van het
compromis-Marchant hebben aldaar, in
elke beteekenis des woords, „school" ge
maakt en hun bruikbaarheid volkomen be
wezen. zonder de taal zelve te schaden.
Het bedrijfsleven neemt de schrijfwijze-
1934 evenzeer in toenemende mate op en
heeft zich tot dusver naar is komen
vast te staan weinig of niets aangetrok
ken van plannen, die behoudens de
raadselachtigheid van evldent-manlijke
substantieven veelal facultatief stellen,
hetgeen mr. H. P. Marchant obligatoir had
voorgeschreven. Bovendien maakt het
systeem „elke minister zijn eigen spelling"
te midden van de nooden en groote vragen
van onzen tijd, een pijnlijken, zelfs ont-
moedlgenden indruk.
Op die gronden is het hoofdbestuur van
„Spellingvrede" hoezeer het uiteindelijke
rust en stabilisatie zou toejuichen van
oordeel, dat zijn voorkeur voor de spelling-
1934 ongewijzigd dient te blijven. In dien
zin zullen derhalve leden en geestverwan
ten worden geadviseerd, terwijl met alle
gepaste middelen het gestelde doel zal
worden nagestreefd. De vereeniging con
stateert overigens met voldoening, dat in
alle „kampen" de wensch levendig is ge
worden de materie, althans in hoofdzaken,
neer te leggen in een wet, terwijl dan een
of meer koninklijke besluiten de bijzonder
heden zouden kunnen regelen. Staats
rechtelijk bezien is dat trouwens de voor
de hand liggende oplossing.
De gebruikelijke propagandabijeenkom-
sten zullen ook dezen winter voortgang
hebben, naar alle waarschijnlijkheid aller
eerst te Hilversum, waarvoor o.m. de taal
kundige adviseur der vereeniging, prof. dr.
N. J. H. Gerlaeh Royen O. F. M.. hoog
leeraar aan de rijks-universiteit te Utrecht,
als spreker zal worden uitgenoodigd. Het
standpunt van „spellingvrede" zal tijdens
dat samenzijn, en in vergaderingen elders,
nader worden uiteengezet.
«n Son ooo-tyeScAarJan
9600
(Ingez. Med.i
DE KONINKLIJKE FAMILIE TERUG
OP HET LOO.
Gistermiddag om half vier is de Konink
lijke Familie met een extra trein uit Nij
megen te Apeldoorn aangekomen. Bij het
station stond een auto gereed, die het
hooge gezelschap naar het Paleis op het
Loo bracht.
Daar de tijd van aankomst slechts wei
nigen bekend was, was er niet veel publiek
bij het station aanwezig.
ÉÉN BELASTINGPLAATJE VOOR DE
TANDEM.
Bij ontbreken echter dubbele boete.
Men vestigt er onze aandacht op. dat
voor een tandem slechts één rijwielbelas-
tingplaatje noodle Is. Ontbreekt het belas-
tingplaatje echter, dan worden beide be
rijders van het riiwiel bekeurd en is dus
een dubbele boete verschuldigd.
Hbld.
DE NIEUWE ELECTRIFICATIE DER
NED. SPOORWEGEN.
Onze spoorwegmedewerker schrijft:
Over een groot gedeelte tusschen Rot
terdam (Maas) en Gouda zijn reeds de
palen voor de electrificatie lanzs de spoor
lijn geplaatst. Daar op elke 7075 meter
twee palen komen te staan zullen voor de
nieuwe electrificatie ongeveer 7500 palen
noodig ziin behalve nog die welke op de
emplacementen zullen komen. Eerst wordt
het traject MaarnArnhem afgemaakt en
daarna zullen op dit baanvak de eerste
proefritten plaats hebben. Vervolgens wordt
het baanvak Den Haag s.s.. Gouda en Rot
terdam afgemaakt en zullen voor het begin
van den nieuwen zomerdienst tusschen 1
en 15 Mëi de eerste proefritten gehouden
worden.
o
DE TIENDE BOND3IDAG VAN HORECAF
TE GRONINGEN.
Na afloop van de middagvergadering van
den tienden bondsdag van Horecaf te Gro
ningen. werden de congressisten officieel
door het gemeentebestuur ontvangen. Des
avonds verzamelden zich de gasten aan een
gemeenschappeliiken maaltijd in huize
Maas.
Heden wordt een excursie door de pro
vincie Groningen gemaakt.
BOTERNOTEERING.
De commissie-noteering voor Nederland
sche boter is voor de week van 28 Sep
tember tot 3 October vastgesteld op 53
cent per kg.
VERSPREIDE BERICHTEN.
De gewone audiëntie van den minister
van Financiën zal op Maandag 28 Septem
ber niet worden gehouden.
UIT NED. OOST-INDIK.
AUTO IN RAVIJN GESTORT.
Twee dooden een zwaar gewonde.
MEN ADO, 24 Sept. CAneta). Bij Kota
Mobagoe is een auto in een ravijn van
circa 30 meter diepte gestort.
Hierbij zijn de Inzittenden, de techni
sche leider van de veldpolitie te Menado
J. K. L. Carstens, en de opzichter van de
landschapswerken te Belangmondow, de
heer Rombóuts gedood.
De radja van Belangmondow Is hierbij
zwaar gewond.
Een politieoppasser werd licht gewond.
EEN ALGEMEEN WEERMACHT-COMITÉ
GEVORMD.
BATAVIA, 25 Sept. (Aneta). In den loop
van deze dagen is in Ned.-Indlë een alge
meen weermacht-comité gevormd. Hierin
hebben zitting verschillende leidende figu
ren uit de Europeesche inheemsche en
Chineesche samenleving, zoodat de geheele
Indische burgerij hierin is vertegenwoor
digd, leiders van politieke partijen heb
ben in het comité echter geen zitting.
Het comité is voornemens tot de Staten-
Generaal en den Volksraad petitionnemen
ten te richten, waarin met klem wordt
aangedrongen om maatregelen te nemen,
teneinde de Indische weermacht zoo spoe
dig mogelijk in redelijke verhouding te
brengen tot den omvang en de beteekenis
van de zoo groote Nederlandsche en Ned.-
Duitsche belangen en met de internatio
nale positie van het rijk der Nederlanden.
Deze petitionnementen zijn heden in alle
Indische dagbladen op de frontpagina af
gedrukt.
De inzameling van de handteekeningen
geschiedt -door geheel Ned.-Indië en wel
door middel van gewestelijke en plaatse
lijke comité's.
Het comité zamelt ook persoonlijke bij
dragen in, welke de bedoeling hebben ge
tuigenis af te leggen van de ernst waar
mede de onderteekenaars zijn bezield.