sloep der Marine gerestaureerd Nida Senff leert vliegen - Koninklijke HET HELSCH COMPLOT LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad 11ste Jaargang FEUILLETON. ONTSMETTEN VAN POOT-AARDAPPELEN VOOR HET VOLGENDE JAAR. In de omgeving RINGRIJDERIJ IN ZAANDAM, van Lamgedijk is men te velde getrokken tegen de steeds tevugkeerende aardappelziekte. Met een georganiseerd door de Zaandamsche harddraverij-vereeniging. Foto, genomen tijdens den kamp. sublimaat-oplossing worden de poot-aardappelen voor deze gevreesdeziekte immuun gemaakt. Om raak te steken was heel wat behendigheid noodig. Vrij naar het Engelsch door ANNIE S. SWAN 571 Hierop barstte de menigte in luide toe- Juichingen uit. Protesten en scherpe ver uiten waren tevergeefs. De gelukkige en opgewonden menschenmassa moest even 'Po gang gaan. Vrouwen en zelfs sterke ™nnen huilden, als zij persoonlijk bij de opspraak geïnteresseerd waren. Het was ooi tooneel, dat in de annalen van het oMe, grijze gerechtshof nog nooit voorge komen was en degenen, die er getuige van "Men, zouden het nooit vergeten. Tenslotte gebood de rechter de voor dat Ogenblik passende stilte. Het was een zeer fopaan mensch en hij had gezien dat de oitoundigheid van de menigte zijn ont daan vond in de beste en meest bewonde- «nswaardlge eigenschappen van de ®Mschelijke natuur en dat hij haar, als «Manig even haar gang moest laten gaan. Jrust keerde weder en hij wendde zijn ffap gezicht in de richting van de be daagden-bank Nooit waren zijn strenge Biaatstrekken zoo door een gevoel van "willendheid ^verzacht geweest. Zijn ge zicht was bijna teeder van diepe ont roering. „Beklaagde, sta op." Ze deed het mechanisch, als iemand, die weinig wilskracht meer over heeft en haar smalle, witte handen grepen krampachtig den voorkant van de bank vast. „Alice Harman, na gepaste overweging en beraad, waarbij zij rekening gehouden heeft met alle getuigenissen, die hier van dag tot dag gehoord zijn, heeft de jury u van de gemeene en monsterlijke beschuldi ging, die door slechte personen tegen uw onberispelijk karakter ingebracht was, vrij gesproken. Met die uitspraak zal de geheele weield het eens zijn, die evenals wij. die er meer direct mee te maken hadden, gedu rende de gansche beproeving met u mee geleefd heeft. „Voordat gij dit gerechtshol met al zijn pijnlijke herinneringen verlaat, wil ik eerst nog de hoop uitspreken, dat het leven u vergoeding zal brengen voor het lijden, dat gij hier ondergaan hebt; dat groote en duurzame vreugden deze pijnlijke herinne ringen langzamerhand zullen doen ver flauwen. Om de een ot andere ondoorgrondelijke reden Iaat de Voorzienigheid soms toe, dat een dergelijk mysterieus lijden zijn schep selen overvalt. Dat Hij, in Wiens handen de uiteindelijke gerechtigheid berust, u troos ten mag en al het lijden, dat gij hier on dergaan hebt, vergoeden." Hij stapte met uitgestrekte hand op haar toe. Maar zij zag het niet. Zijn laatste woor den, met hun veelzeggende en aandoenlijks schoonheid, hadden haar ooren niet be reikt. Ze viel achterover in haar bank. Onmid dellijk was de trouwe Christina bij haar en het kleine gezelschap, dat haar lief had, omringde haar én droeg haar voorgoed uit alle nieuwsgierige blikken weg. Een Engelsch dienstmeisje in een nette, zwarte jurk en mousseline sohortje, stond aan de deur van een schilderachtig, klein, Zwitsersch chalet, dat hoog in de bergen van de Boven Engadin gelegen was. Het was een prachtige Junidag. De zon stond stralend aan een wolkloozen he mel en deed de besneeuwde bergtoppen schitteren en liet heele, vredige dal als ge polijst goud glanzen. Het was een eenzaam en prachtig plekje, ver van het lawaai van de wereld, waar een menschelijk hart zeker heling kon vinden in de onvergelijkelijke sohoonlieid van de natuur. Het meisje stond langen tijd uit te kij ken, alsof zij iets verwachtte. Tenslotte werd haar geduld beloond en zag zij in de verte de diligence verschijnen, die als een zwart stipje den berg opgereden kwam. Ze was heel jong en had een lief vrien delijk gezicht. Velen, die haar zagen, ver baasden zich over het grijze haar aan haar slapen en den bezorgden trek, die bij tijden op haar gezicht verscheen en een verbor gen verdriet scheen te verraden. Christina was nauwlijks hersteld van den schok en de spanning van dien verschrik- kelijken winter. Soms kon ze 's nachts wakker worden en uitroepen, dat zij haar meesteres niet kon redden. Soms was ze bang, dat ze haar tevergeefs gered had. Tot nu toe was Alice Harman nog niet tot haar normalen toestand teruggekeerd en betoonde zij weinig belangstelling voor wat er om haar heen gebeurde. Ze was nu al vijf weken in Zwitserland onder de hoede van haar goede vrienden de O'Briens en het was moeilijk te zeggen, wie van de drie het meest bezorgd voor haar was. Christina wachtte dien dag met een spe ciale bedoeling op de komst van de dili gence, want ze had op haar eigen houtje iets heel belangrijks gedaan. Ze had een brief naar Schotland geschreven, waar ze zekere dingen in verteld had en ze ver wachtte het antwoord in den vorm van een persoon. En ze werd hier niet in teleur gesteld. Toen de diligence voor de herberg een eindje verderop stil hield, holde ze naar beneden om de passagiers uit te zien stap pen. Er was er slechts één. een groote, breedgeschouderde man in een Tweed reis pak van het bekende Britsche maaksel. Toen ze hem zag, rolden tranen-van dank baarheid over de wangen van Christina Caldwell. Hij glimlachte, toen hij haar zag en na derde haar met uitgestoken hand. „Als ik kon,, zou ik ze zeggen, hoe dank baar ik je ben, meisje," zei hij eenvoudig. „Je hebt voor haar heel wat gedaan en nu voor mij ook weer." „O, ik heb heelemaal niet aan u gedacht, mijnheer, alleen maar aan haar!" ant woordde zij, met die openhartigheid, die haar dikwijls in moeilijkheden gebracht had. „Dat komt op hetzelfde neer dat hoop ik tenminste. Hoe gaat het nu met haar?" „Nog zoowat hetzelfde. Ze heeft nergens belangstelling voor. Er moest iets voor haar gedaan worden, ziet u. Dat vond Mrs. O'Brien ook. Maar zij deed niets, zoo dat ik de eenige was, die nog wat doen kon." „En een heele goede eenige was je, meisje," antwoordde hij. „Waar is ze miss Harman bedoel ik?" „In het boschje, achter het huis. Er is daar een bank, waar ze soms uren acther- een voor zich uit zit te staren zonder een woord te zeggen. Soms word ik er gek van, als ik haar zoo zie." „Ik zal zien, of ik haar aan het praten kan krijgen. Ze dachten dat het beter voor haar was, om er eens heelemaal uit te zijn, ver weg van ons allemaal." .(Slot volgt). DE „KONINKLIJKE SLOEP" DER MARINE is grondig nagezien en gerepareerd en ligt in de haven van den Helder gereed om op transport naar Amsterdam te worden gesteld. KID BERG de Engelsche EEN ZEVENMIJLSKLOMP op de jaarlijksche bokser met zijn vrouw uit klompenbeurs te St. Oedenrode. De inzender verwierf Amerika terug. met dezen klomp een eersten prijs. DE KLEINSTE AUTO TER WERELD. VAN HET WATER. ÜE LUCHT IN. Onze Olympische kampioene rugslag zwemmen, Nida Senff, heeft bij de Nationale luchtvaartschool op Schiphol een proefles gehad. Nida kreeg onderricht van den heer Sluyter, instructeur. DE WIJNOOGST BEGONNEN o

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 5