DOOR EIGENWIJSHEID GEFOPT CORRESPONDENTIE GOEDE OPLOSSINGEN TWEE STROPPEN. looie ansichten in dank ontvangen van ntje Stikvoort uit „Artis" Amsterdam zonder mooi duidelijk die flamingo's), us de Geus (mooi gezicht in het bosch Ginneken), Kootje van Vliet (alleraar- st plaatje van een schelpenvisscher in irdwijk aan Zee). 'ie nieuwe raadsels en anecdotes heeft, ze nu gerust eens sturen; de vacantle oorbij, dus iedereen weer thuis en zal weer eens eerder tot raadsels oplossen inzenden komen. ree week nog niet veel brieven en niet er bij geschreven; iedereen heeft na- ■lijk nog van de laatste vacantiedagen iet mooie zomerweer willen genieten. li en Greta Varkevisser, ach Gré ik it dat jij met je moeder mee was ge- st; ik vond het al zoo prettig voor je. ie bent natuurlijk erg in je schik, dat iioeder weer thuis is en je hebt elkaar te vertellen van die weken. (esje Korenhof, zoo'n prettige vacantie ld? Dan ben je nu zeker weer met ier aan het werk. unie Werk, ik heb vroeger ook veel in :erdam gelogeerd en ging dan heel veel r de Diergaarde, dus ik ken die heel i Heb je prettig meegeloopen in den icht? tsiena Montenberg en Suze Redel, dank de anecdotes, die ik zeker eens zal tsen. )ba Verlind, ben je 9 jaar, dan hoor je een paar jaar tot de kleineren. Ja de ste 8 jaar ben ik heel veel ziek ge it; ik ben er al zóó aan gewend om ed te schrijven; ik schrijf nu ook weer cd. is Outshoorn, dat raadsel van de slak zijn eigen huis draagt, heeft er al in- aan; zoek maar wat anders, ne van der Pot, ik hoop dat je 31 istus prettig hebt meegezongen Ben ik naar het Schuttersveld gaan kijken'? ien en Bep Groenhuyzen, ja jullie zul- alles wel fijn boven uit het raam kun- kijken wat er op het Schuttersveld ge- t( en den heelen dag scheen dc ïjezon. dus echt mooi weer voor de lelijkheden. ap Kruit, Ja dat zie ik aan je brief, je weer terug bent en dus weer mee gaan doen. Was het zoo prettig in erdam? mus en Kees de Geus, je hebt zeker al m, dat ik je briefkaart heb ontvangen, heb je veel gezien op één dag, 't was een reisje hoor; je was 's avonds zeker wel moe toen je thuis kwam. os en Bep Bouter, dus nu allebei weer school en aan het werk. Groeit de al flink of is ze nog klein? meke Sloos, dat is toch prachtig, dat vergrootvader nog goed gezond is en in den tuin kan loopen. letal Laman, ik moest heel erg lachen wat er stond achter de oplossing 2 e varkens en wat daar volgde. Wie t dat grapje er achter geschreven? dia Botermans, dat is een aardige Juf- hoor. die haar heele klasse trakteert mee naar den speeltuin te gaan en dan ook nog te trakteeren. phietje de Ridder en Suze Labordus, il dat boomraadsel eens plaatsen, nneman Bronsgeest, ik begrijp best je het heel wat anders vindt om op ihoolbanken te zitten dan om heerlijk heelen dag aan zee te spelen; maar kan niet altijd duren, daar heb je gelijk in. da en Koosje Stikkelorum, is Alida i de derde klasse en een rapport met laai achten en negens, dat vind ik mooi hoor. ir zusjes Hartevelt, ja met die mooie n ben Ik iederen dag uit geweest; ik bier vlak bij mooie boschjes en laan. dus wc gaan niet- ver van huis. en hartelijk gegroet door lej. A. KOOPMANS VAN BOEKEREN, Haag, v, Beuningenstraat 42. Verhaaltje op rijm door JO DA EMEN. Er bloeide al heel veel in Marianne's tuintje. Alleen van Oma's zaad, dat later was geplant, Viel nog geen bloem te zien; wél kleine, groene blaadjes, Van grappig, rond model, met schulpjes uitgetand! En de vacantie kwam! Marjan ging uit logeeren. Toen het September werd, was Janneke terug. Ze dacht: „Zou er al bloem aan Oma's plantjes wezen?" -En liep het éérste naar haar tuintje, vliegensvlug! Het hééle tuintje vol oranje-gele kelken! De and're bloemetjes totaal er door verdrukt! Eén lange rank is om de zonnebloem gewonden, Eén greep de asters aan en heeft die neergeruktl Oost-Indisch' kers! Och, och! En dan te moeten denken, Hoe mooi die bonte pracht aan 't muurtje had gestaan,. 't Is eigen schuld, Marjan! Dat komt van eigenwijsheid; Die fopt ons dikwijls hoor! Denk daar nu voortaan aan! 'Nadruk verboden). Marjanneke had pas een eigen tuin gekregen; Gereedschap kreeg ze ook en nog wat bloemenzaad. „Wacht nu tot Zaterdag," zei Paps, „dan doen we 't samen En wijs ik je precies, waar alles 't beste staat". Maar 's Woensdags, toeD de zon zoo straalde in haar tuintje, Dacht ons Marjanneke, (dat wachten moeilijk vond:) „Het hindert immers niets, al weet ik nog geen namen!" En stopte al het zaad maar lukraak in den grond! Wat later kreeg ze ook van Oma nog weer zaadjes. „Die moeten bij den muur", zei Oma, „achteraan!" Marjan dacht eigenwijs: „Het lijkt me toch veel beter, Dat Oma's bloemetjes vóórin mijn tuintje staan!" GOEDE OPLOSSINGEN DER RAADSELS ONTVANGEN VAN: Annie Keyzer, Wim Keyzer, Rietje Key- zer, Piet Lagas, Kees de Geus, Dorus de Geus, Jo Wassenaar, Annie Schipper, An neke Sloos. Aaltje van Vliet, Boukje van Vliet, Adriaan van Vliet, Marietje van Vliet, Bernard van Vliet, Lydia Boter mans, Janneman Bronsgeest. Alida Stik kelorum, Geertruy de Groot, Emma de Groot, Rie Hartevelt, Prijna Hartevelt, Janny Hartevelt, Cootje Hartevelt, Henny van Vliet, Jaap Kruit, Wim Evers, Trie- neke van Manen. Rika de Graaf, Jan Chou- four, Paul Laman, Wim Laman, Rietje Laman, Ida Maria de Graaf. Marie Bro- kaar, Coba Vertind, Cor Spoelstra, Toos Bouter, Bep Bouter, Alida van der Holst, Dientje Olivier, Rietje Boom, Sophietje de Ridder, Suze Labordus, Ans Outshoorn. Jan de Graaf, Grietje de Graaf, Jo van Rijn, Willy van Rijn, Jannie van Biezen, Corrie Poeliejoe, Saartje Poeliejoe, Mien Groenhuyzen, Bep Groenhuyzen, Tine van der Pot. Coba Wassink, Ali Varkevisser, Greta Varkevisser, Jannie Werk, Niesje Korenhof, Josiena Montenberg, Suze Redel, Jo Pracht. Er waren eens twee kleutertjes. Jan Albert en zus Greetje. Die leken sprekend op elkaar. Dat bracht z'op een ideetje! Want weet je. wat ze deden, zeg. Die beide kleine stroppen! Om Moedertje op zeek'ren dag Eens o. zoo erg te foppen? Jan trok de jurk van Greetie aan. Gaf Greet zijn broeki' en ias. En samen gingen ze naar Moes. Die in de kamer was! O. o. wat liep die Moes er in! Ze noemde Greetie: Jan! En tegen Jantje zei ze: Greet! Wat zeg je daar wel van? Maar Moeder toch! riep Jan bedroefd U doet ons groot verdriet! U kent, 't is werk'lijk meer dan erg! Uw eigen kind'ren niet! Wat Moes toen schrok! Dat snap ie well Ze keek zoo diep ontsteld! Toen hebben die twee kleutertjes Haar gauw de grap verteld. (Nadruk verboden). R. WINKEL.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 15