De verdediging van Indië
Hollanders uil Berlijn uilgewezen
0! die zenuwhoofdpijn!
AKKERTJES
77,le Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 26 Augustus 1936
Derde Blad
No. 23441
Geen nieuwe kruiser
Aanschaffing van klein materiaal
voor de zeemacht
Bommenwerpers voor de landmacht
GEMENGD NIEUWS.
Repressaille van de Duitsche regeering
jegens de Nederlandsche
Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi
ging en verhooging van het dertiende
hoofdstuk der rijks begrooting voor 1936.
Hierbij wordt de post „tegemoetkoming
aan Nederlandsch-Indië in de bestrijding
ran de uitgaven voor de Marine" verhoogd
met f. 1 millioen, terwijl als nieuwe post
wordt opgenomen „vergoeding aan Neder
landsch-Indië van rente en aflossing van
kapitaal, opgenomen voor bekostiging van
materieel voor de weermacht", waarvan
J. 35.000 voor rente en een memoriepost
voor aflossing.
Bij deze gelegenheid geeft minister Co-
lijn levens gevolg aan zijn toezegging om
nog voor het einde van dit zittingsjaar
mededeeling te doen van de voornemens
der regeering met betrekking tot de In
dische defensie.
Na' de conclusies der twee stroomingen
ln de commissie-Kan te hebben gememo
reerd, zegt de minister, dat de vraag, of
de eene of de andere dezer meeningen zal
moeten worden gevolgd, er mede een is
van financieelen aard. Het zal zelfs vooral
van de ontwikkeling van den financieelen
toestad in de naaste toekomst afhangen,
in hoeverre op den duur in de exploitatie
eener vloot en luchtmacht van een bepaalde
samenstelling zal kunnen worden voorzien.
Uiteraard zal daarbij mede van invloed
lijn, in hoeverre men er in zal kunnen
slagen de exploitatiekosten door het tref
fen van maatregelen op het stuk der per
soneelsvoorziening in gunstigen zin te
beïnvloeden. Het nemen van een beslissing
dienaangaande is thans nog niet noodig,
omdat, hoe die beslissing ook uitvalt, in
de naaste toekomst op het stuk der krui
sers toch geen bijzondere maatregelen be
hoeven te worden genomen, daar de „Java"
en .Sumatra" eerst in 1925/26 in dienst
zijn gesteld en de ,X>e Ruyter" pas in
dezen nazomer aan de vloot zal worden
toegevoegd.
Op stapel zetten van een nieuwen
kruiser behoeft op dit oogenblik der
halve niet overwogen te worden. De
regeering acht het daarom doelmatig
de in het licht der tegenwoordige in
ternationale verhoudingen, urgente
versterking der Indische maritieme
defensie allereerst te doen plaats heb
ben door voort te gaan met den aan
bouw van het kleine materiaal, dat,
onverschillig of men de meerderheid
of de minderheid der commissie-Kan
volgt, er in ieder geval zal moeten zijn.
Dit kleine materieel, waarvan de
sterkte volgens beide plannen dezelfde
Is, betreft 12 jagers en 18 onderzee-
booten.
Indien men dit kleine materiaal eind
1940 op sterkte wil hebben moeten er vóór
(ten tijd vier nieuwe jagers en negen on-
derzeebooten waarvan de K. 19 en 2ü
reeds op stapel staan voltooid zijn.
Intusschen verdient het, vooral met hei
oog op de personeelsvoorziening, geen aan
beveling om het totaal der ontbrekende
vaartuigen dadelijk en dus met eenige
overhaasting op stapel te zetten. Voorzich
tigheid hierbij is mede geboden wijl zoo
weinig zekerheid bestaat met betrekking
tot de financieele perspectieven.
Het is in verband met deze overwegin
gen, dat de regeering voor het oogenblik
niet verder wenscht te gaan dan te beslui
ten tot aanbouw van twee jagers en vier
onderzeebooten (boven de reeds in aan
bouw zijnde K. 19 en 201 waarvoor de noo
dige gelden echter eerst in 1937 beschik
baar behoeven te zijn.
De toestand van de luchtmacht is
in menig opzicht ongunstiger dan die
van de scheepsmacht. In den loop van
de vier jaren is nagenoeg algehcele
vernieuwing van het luchtmaterieel
der zeemacht noodzakelijk, terwijl dat
van de landmacht uitbreiding behoeft.
Afgezien van de vraag, aan welke zijde
Bon de grootste waarde voor de weer-
Bacht zal hebben te zoeken kruisers of
SWote gevechts-vliegtulgen (bommen
werpers) zoolang er groot bovenwater-
Bateriaal in dienst gehouden wordt en dat
dat fe op het oogenblik het geval, kan aan
de aanschaffing van een zoo omvangrijke
Bchtvloot niet gedacht worden, terwijl
eok de opleiding daarvoor in korten tijd te
«oge eischen zou stellen. Echter kunnen
ae bommenwerpers voor de landmacht in
"ederlandsch-Indië ook niet ten eenen-
Bale achterwege worden gelaten, wijl zij
aak voor de maritieme defensie vooral
B de min of meer blootgestelde gebieden
jan dan buitenomtrek van Nederlandsch-
indië en meer in het bijzonder voor de
rerdediging van belangrijke, afgelegen
™iecten onmisbaar zijn te achten.
hi verband daarmede is gedacht
aan de geleidelijke aanschaffing van
rioote gevechtsvliegtuigen (bommen
werpers) voor de Indische landmacht,
voorioopig tot een aantal van 3 maal
19 is 39.
JkhVijl in 1930 nog aan 72 groote zee-
erkenners gedacht werd en er, uitgaande
/b dit aantal, voor einde 1940 niet min-
udari 54 vernieuwd moeten worden, ver-
de regeering, in verband met de
aanschaffing van bovenbedoelde gevechts
vliegtuigen voor de landmacht, mét een
kleiner aantal vermoedelijk een 60-tal
groote zeeverkenners te kunnen vol
staan. Daarvoor is onlangs, gebruik ma
kende van een principepost van f. 10.000
op de Indische begrooting, een bestelling
van 6 Dorniers geplaatst. Het ligt in het
voornemen om boven dat aantal dit jaar
nog 12 zeeverkenners te bestellen en de
voorbereidingen te treffen voor de bestel
ling in 1937 van een verdere groep van
18 dergelijke verkenners, waarvan een deel
hier te lande zal kunnen worden gebouwd.
Ter voorziening in de behoefte aan
groote gevechtsvliegtuigen voor de land
macht laat de Indische begrooting voor
1936 slechts ruimte voor de aanschaffing
van 7 Glenn Martin-bommenwerpers. Toen
de Indische regeering evenwel, in verband
met de ontwikkeling der internationale
omstandigheden, verzocht om een bestel
ling van 13 dezer vliegtuigen te plaatsen,
heeft de minister daaraan gevolg gegeven,
ook wijl daardoor de prijs per vliegtuig
niet onbelangrijk daalde. Voor 6 dezer
vliegtuigen zullen derhalve nog de noodige
gelden bij suppletoire begrooting zijn aan
te vragen, evenals voor de hooger bedoelde
6 Dorniers.
Boven hetgeen reeds door den begroo-
tingswetgever werd beschikbaar gesteld
voor den aanbouw van de K. 19 en 20 en
voor de aanschaffing van 7 Glenn Martin
vliegtuigen, zullen de gelden voor de uit
voering van 't bovenuiteengezet bouwplan,
behoudens een bedrag van f. 4.000.000 voor
vliegtuigbouw, dat suppletoir zal worden
aangevraagd op den dienst 1936, achter
eenvolgens worden gebracht ten laste van
de dienstjaren 1937 tot en met 1940.
Voor de financiering van deze uitgaven
is de regeering te rade geworden, dat het
aanbeveling verdient, gezien den budgetai-
ren toestand zoowel van Nederlandsch-
Indië als van Nederland, die uitgaven te
brengen ten laste van den buitengewonen
dienst der Indische begrooting met vergoe-
ring van rente en aflossing althans zoo
lang de financieele toestand van Nederl.-
Indië dit noodig maakt ten laste van de
Rijksbegrootlng.
Het wordt juister geacht deze kapitaals
uitgaven niet dadelijk in haar volle zwaarte,
doch eerst geleidelijk ten laste van den ge
wonen dienst te brengen, waarbij door een
regeling van de amortisatie in overeen
stemming met den gebruiksduur van de
verschillende soorten van materieel er
voor gewaakt dient te worden, dat uit dien
hoofde geen lasten meer op den gewonen
dienst zullen drukken wanneer tot vervan
ging van dit materieel moet worden over
gegaan. De hiervoor aan te nemen amor
tisatie-termijnen zijn 7 jaar voor de ge
vechtsvliegtuigen van de landmacht, 10
jaar voor de zeeverkenners en 16 jaar voor
de torpedojagers en onderzeebooten, zul
lende de eerste termijn ingaan met het
jaar volgende op dat van indienststelling.
De regeering acht het gewenscht deze
regeling al dadelijk te doen ingaan voor
het bedrag van f. 4.000.000, dat alsnog op
de Indische begrooting voor 1936 suppletoir
moet worden uitgetrokken voor de zeever
kenners en bommenwerpers, welke zoo
als boven reeds werd vermeld zijn of
moeten worden besteld boven het aantal
van respectievelijk 6 en 7. waarvoor op de
loopende begrooting de noodige fondsen
beschikbaar zijn.
De voorgestelde regeling van de finan
ciering der kapitaalsuitgaven voor het hoo.
ger aangegeven Indische defensie-materieel
zal in afwachting van een nieuwe rege
ling komen naast de in de Memorie van
Toelichting bij het 11de hoofdstuk der
rijksbegrooting voor 1935 ontvouwde rege
ling van verdeeling der kosten van de ma
ritieme Defensie van Indië tusschen de
Rijksbegrooting en de Indische begrooting.
Volgens deze regeling worden de bedoelde
uitgaven in haar geheel gebracht ten laste
van de Indische begrooting met een bij
drage ten laste van de rijksbegrooting.
waarvan het bedrag telken jare door den
begrootingswetgever wordt bepaald met
inachtneming van den financieelen toe
stand van beide deelen van het koninkrijk,
behoudens dat ten minste 50 »/o dier uit
gaven aan Indië zal worden vergoed.
Op dezen voet bedroeg de bijdrage van
Nederland in 1935 f. 12.000.000, terwijl voor
1936 een gelijk bedrag werd uitgetrokken,
doch indirect de bijdrage met f. 2,000.000
werd verhoogd, doordat de op de Indische
begrooting uitgetrokken gelden voor den
2den termijn van aanbouw van de K 19 en
20 niet besteed behoeven te worden, aan
gezien daarin werd voorzien door de be
grooting van het Defensiefonds.
Als gevolg van een en ander bleven in
1935 van de netto f. 18 millioen bedragende
uitgaven voor de zeemacht in Indië per
saldo rond f. 6 millioen op de Indische be
grooting drukken (voorloopige uitkom
sten), terwijl de raming voor 1936 een
stijging van dit laatste bedrag tot f. 8,7
millioen te zien geeft. Daarbij is evenwel
nog geen rekening gehouden met de te
verwachten stijging van de bedrijfsuitga-
ven als gevolg van eenige maatregelen, die
geen uitstel kunnen lijden, waartoe de
regeering zich in verband met den inter
nationalen toestand onlangs genoopt ge
zien heeft. Het komt den minister redelijk
voor, dat Nederland 80 °/o van die meer
dere uitgaven, welke op f. 1.250.000 wor
den geraamd, door verhooging van de bij
drage voor zijn rekening neemt. In ver
band hiermede is in het ontwerp een ver
hooging van de moederlandsche bijdrage
van f. 1 millioen opgenomen. Tegenover
deze verhooging kan echter een verminde
ring van personeeluitgaven worden ge
steld op de defensiebegrooting voor 1936
ad f. 355.300. Een wetsontwerp tot verla
ging van deze begrooting is in voorbe
reiding en zal zoo spoedig mogelijk bij de
Staten-Generaal worden ingediend.
NEDERLANDSCH REISGEZELSCHAP IN
DUITSCHLAND ZIEK GEWORDEN.
Nog tien patiënten worden te
Honnef verpleegd.
Vrijdagavond J.I., toen een reisgezelschap
van de N.R.V. onder leiding van den heer
J. Schreuder te Groningen, bestaande uit
dertig personen, zich te Honnef bij Keulen
bevond, werd een der reisgenooten plotse
ling ernstig ongesteld, zoodat overbren
ging naar een ziekenhuis gewenscht was.
Zaterdagochtend openbaarden zich in min
dere of meerdere mate dezelfde verschijn
selen: buikpijn, diarrhee en koorts, bij het
grootste deel van 't gezelschap. Op last van
den geneesheer werden negen van de ern
stigste patiënten naar het ziekenhuis ver
voerd. terwijl aan de overige twintig per
sonen verboden werd te vertrekken, zoo
dat het laatste deel van het programma,
bestaande uit wandeltochten in den om
trek, niet kon worden uitgevoerd.
Het bacteriologisch onderzoek wees ge
lukkig uit, dat men hier niet met een
kwaadaardig geval van besmetting te doen
had, zoodat de deelnemers, die zich goed
genoeg gevoelden, hun reis konden vervol
gen en Zondag met den leider naar Ne
derland mochten vertrekken.
Wat de oorzaak van de vergiftigingsver
schijnselen was, is nog niet vastgesteld
kunnen worden. De andere gasten in het
hotel, waar het gezelschap vertoefde en
waar zich de vergiftigingsverschijnselen
openbaarden, bleven allen gezond. Onder
weg hadden de meeste leden van het gezel
schap slagroomgebak gebruikt. Onmiddel
lijk is een onderzoek in die richting inge
steld, maar het resultaat daarvan was den
leider nog niet bekend. De tien zieken die
nog te Honnef worden verpleegd, zijn bui
ten gevaar. De leider zelf ondervindt nog
de naweeën van de vergiftigingsverschijn
selen.
FAMILIE DOOR BIJEN OVERVALLEN.
Een Amsterdamsche familie, die haar
vacantie op de Veluwe doorbrengt is gister
middag een onaangenaam avontuur over
komen. De familie, dr. Weydland. zijn echt-
genoote en hun vijfiiarie dochtertje, maak
ten per auto een uitstapje naar de om
geving van Teriet, waar men ging pick
nicken.
Op haar wandeling over de heide is de
familie plotseling overvallen door een biien-
zwerm die door een of andere oorzaak, die
onbekend is gebleven, woedend was en de
drie vacantiegasten te liif ging Ieder van
de slachtoffers kreeg een 60-tal bijen
steken
Een Amsterdammer, die toevallig per
auto passeerde, heeft de drie slachtoffers
in ziin auto onmiddellijk naar het Diaco-
nessenhuis te Arnhem vervoerd, waar hun
toestand dusdanig ernstig bleek te ziin, dat
opneming noodzakelijk was. Vooral het
dochtertje is er vrii ernstig aan toe. Ge
lukkig was de toestapd gisteravond van
alle drie de slachtoffers vrii gunstig al
zullen zii nog geruimen tijd verpleging
in het ziekenhuis behoeven.
„Tel."
MOTORDRIEWIELER RAMT EEN
WINKELPUI.
Od het Purmerplein in Tuindorp Nieu-
wendam te Amsterdam heeft een motor
driewieler in de winkel „Het Noorden"
gisteravond vrii groote schade aangericht.
Doordat de zadelbrug van het voertuig
brak, raakte de bestuurder de macht over
het stuur kwiit. De wagen reed met groote
vaart tegen het trottoir op. tegen de etalage
van de zaak in huishoudelijke artikelen.
Door den schok ging de groote vensterruit
in scherven en de in de uitstalling gelegde
artikelen ondervonden daarvan de nadee-
lige gevolgen.
Een achttienjarig meisje uit „s Zomers
Buiten" dat op het trottoir liep te wan
delen. werd door den driewieler gegrepen
en tegen den grond geworpen. Zii bleek er
echter vrii goed afgekomen te ziin. De ge
neeskundige dienst heeft het slachtoffer
naar het Binnengasthuis gebracht, waar de
beenwonde, welke het meisle had opge-
loopen, is gehecht. Later is zij naar haar
woning vervoerd
EEN BRANDSTICHTER IN EEN
KLOOSTER.
Dezer dagen brak voor de derde maal in
enkele weken tiids brand uit op de ter
reinen van het Trappistenklooster De Kie
viet te Schijf bti Zundert. Ditmaal ging op
nieuw een groote houtmijt van 2000 tak
kenbossen in vlammen op. aldus de Tel.
In dit verband werden ook na de brand
stichtingen van eenige dagen geleden de
onderzoekingen in een andere richting ge
leid en wel met een voorioopig verrassend
resultaat.
Vanzelfsprekend trokken deze herhaalde
brandstichtingen ten zeerste de aandacht
en werden tal van veronderstellingen ge
opperd. Aanvankelijk was het algemeene
oordeel, ook van de politie-autoriteiten, dat
deze herhaalde brandstichtingen op reke
ning geschoven moesten worden van min
der goed-willende elementen van het nabij
gelegen Sint Willibrord. of wel het Heike.
Deze Heikemenschen zouden dan uit wraak
handelen, omdat hun. in verband met ver
schillende wandaden, door den prior van
het klooster de toegang tot de landerijen
van het klooster was ontzegd.
Hoe de justitie echter ook speurde,
eenigerlei bewijs kreeg men in deze rich
ting niet. terwijl het daarenboven vreemd
aandeed, dat de bewoners van St. Willi
brord, dat nog eenige K.M. van het klooster
afligt, zouden weten wanneer precies het
klooster niet bewaakt werd door de mare
chaussees.
Het schünt n.l. dat zich onder de leden
van het kloostergemeenschap een „pyro
maan" bevindt, die de kloostereigendommen
als doelwit van ziin abnormale neigingen
zou gebruiken. Wel heeft de man nog geen
bekentenissen afgelegd en heeft men nog
geen positieve bewiizen tegen hem doch
het onderzoek in deze richting wordt voort
gezet. terwijl maatregelen ziin getroffen,
dat niet een vierde maal een brand met
wellicht noodlottige gevolgen zou worden
gesticht
o
De regeeringspersdienst meldt:
In den loop der laatste jaren hebben
de Nederlandsche autoriteiten zich
meermalen genoopt gezien, hier te
lande gevestigde Duitschers uit te
wijzen, daar zij bleken te hebben ge
handeld in strijd met de regelen die
de regeering had gesteld ten aanzien
van de organisatie van vreemdelingen
hier te lande in verband met het te
hunnen aanzien geldend verbod van
politieke actie.
Kortelings moesten op dezen grond
weder vier Duitschers, werkzaam bij de
steenkolenmijnen in Limburg, uit het land
worden verwijderd. Voordat aan het be
sluit tot uitwijzing gevolg was gegeven,
werden door het Duitsche gezantschap bij
het Ministerie van Buitenlandsche Zaken
stappen ondernomen, strekkende om de
uitzetting te doen opschorten en een nader
onderzoek terzake te doen instellen.
Er zouden wellicht termen zijn geweest
om aan dit verzoek tot een nader onder
zoek te voldoen, ware het niet, dat van
Duitsche zijde de bedreiging werd geuit
dat, werd niet aan het verzoek voldaan,
vier willekeurige Nederlanders uit Duitsch-
land zouden worden uitgewezen. De ambte
naar van het Ministerie van Buitenland
sche Zaken bij wien de démarche werd ge
daan, had nog, alvorens de regeering met
den Duitschen stap in kennis te stellen, er
met nadruk op gewezen, dat de bedreiging
wel haast onmogelijk zou maken, het
Duitsche verzoek in overweging te nemen,
doch men bleek te Berlijn niet bereid die
bedreiging terug te nemen.
De Nederlandsche Regeering harer
zijds was niet bereid, onder bedreiging
verdere besprekingen te voeren, en de
uitzetting van Duitschers uit Neder
land heeft hierna conform het besluit
plaats gevonden.
De uitwijzing van Nederlanders te Ber
lijn is dus als een represaille op te vatten,
als hoedanig zij ook door de Duitsche
regeering ter kennis van de betrokken
Nederlanders is gebracht.
Aan Hr. Ms. Gezant is opgedragen te
Berlijn tegen de voorgenomen uitzetting,
als zijnde in strijd met de bestaande ver
dragen, te protesteeren en op intrekking
ervan aan te dringen.
De namen van de vier Nederlanders
aldus vernemen wij nader van wien is
aangezegd Duitschland te verlaten, zijn:
A. Hes, tandarts. W. de Heer, accountant,
P. E. Peters, kunsthandelaar en E. F. L.
van Lith Harrebomee, redacteur-vertaler
van het Niederiandisches persbureau te
Berlijn, allen woonachtig te Berlijn.
Het bevel tot uitwijzing heeft volgens de
„Tel." uit den aard der zaak bij de Neder
landsche kolonie veel opzien gebaard en
een zekere nervositeit veroorzaakt.
Het dagelijksch bestuur van ..Hollandia"
te Berlijn heeft reeds een onderhoud ge
had met den Polizeiprasident, den heer
Koek.
Het bestuur zou den indruk gekregen
hebben, dat het besluit niet als onherroe
pelijk moet worden beschouwd.
De vier uitgewezenen zijn, behalve de
heer Hes, die Israëliet is, allen „Ariërs".
De heer P. E. Peters drijft den bekenden
kunsthandel op den hoek van de Fried-
richstrasse en de Leipzigerstrasse te Ber
lijn. Hij is tot de Deutsche Kulturkammer
toegelaten. De galerij „Pepeters" geldt als
een van de drukste kunsthandels te Ber
lijn.
De heer W. A. H. de Heer was in Neder
land op kunstgebied werkzaam, behaalde
de akte M. O. boekhouden en vestigde zich
als accountant te Berlijn. Hij was o.m.
accountant van het Mansfeld Concern en
leidde de reorganisatie van deze Duitsche
kopertrust. De heer De Heer, die aan den
Kaiserdamm zijn kantoor heeft, wordt ge
noemd als de propagandaleider van de
N.S.B. te Berlijn.
De heer S. van Lith Harrebomée is de
zoon van een Nederlandschen zeeofficier
en sedert 1934 tweede secretaris van de
Ned. Staatsburgersvereeniging „Hollandia".
De heer A. Hes is een van de talrijke
Nederlandsche dentisten, die naar Duitsch
land trokken om een eigen praktijk uit
te oefenen. Hij is reeds vele jaren te Ber
lijn gevestigd.
ONREGELMATIGHEDEN OP EEN
NOTARISKANTOOR.
Omtrent de onregelmatigheden op een
notariskantoor te Princenhage verneemt de
N.R.Crt. dat gisteren een arrestatiebevel
tegen den notarisklerk, die in het buiten
land vertoeft, is uitgevaardigd. Bebleken is
dat deze klerk, verschillende hypotheek-
acten valschelijk heeft opgemaakt en de
aldus ontvangen gelden te eigen bate heeft
aangewend De zaak kwam uit toen tijdens
afwezigheid van den notaris iemand uit
Breda zich bii den eersten candidaat ver
voegde en zijn verwondering te kennen gaf
dat hem de rente van een bepaalde hypo
theek niet was overgemaakt. Toen den
candidaat bleek, dat deze hypotheek niet
in de boeken voorkwam, vroeg hij de acte
ter inzage. Daarbij bleek dat deze geheel
en al valsch was en dat ook de handtee-
keningen van den notaris en de getuigen
valsch waren. Hij waarschuwde onmiddel-
lilk den notaris, die zijn reis onderbrak en
naar Princenhage terugkeerde. Inmiddels
waren nog andere gevallen van fraude ont
dekt. Notaris E. heeft onmiddellijk maat
regelen genomen en heeft de valsche acten.
voor zoover deze op dit oogenblik bekend
zijn. ingenomen en de gedupeerden volko
men schadeloos gesteld. Hoe groot het
totale bedrag van de fraude is. is op het
oogenblik nog niet bekend. De gelden, die
tot op dit oogenblik ziin terugbetaald, be-
loopen een bedrag van ongeveer f. 10.000.
WIELRUDSTER DOOR AUTOBUS
GEGREPEN.
Gistermiddag is tijdens een verkeers
opstopping te Ede de ongeveer 15-jarige
mej. Anbeek uit Veenendaal uit de file
van wielriiders geraakt en tegen een auto
bus. welke naar het station ging. gebotst.
Zit werd ernstig gewond naar het Juliana
Ziekenhuis te Ede vervoerd, alwaar zii kort
daarna aan de gevoleen van het ongeluk
is overleden.
BUITENLANDSCH GEMENGD.
DE ONTPLOFFING AAN BOORD VAN DE
„GORIZIA".
Met betrekkina tot de ontploffing aan
boord van het oorlogsschip „Gorozia" is een
officieel communiqué uitgegeven, waarin
wordt meegedeeld, dat in den voorsteven
een ontploffing heeft plaats gevonden,
waarschiindlik in de benzine-opslagplaats.
De bepantsering werd daarbij beschadigd,
doch het schip kon oo eigen kracht naar
Gibraltar opstoomen.
De Britsche admiraliteit heeft daar de
hulp van het arsenaal ter beschikking ge
steld. Na voorloooig herstel zal het schip,
dat via Tanger uit Kiel oo weg naar Italië
was. ztin basis in de Tyrrheensche zee
weer bereiken. Bij de ontploffing vonden
geen persoonlijke ongelukken plaats
AUTO-ONGELUK.
Tengevolge van een botsing tusschen een
autobus met deelnemers aan een uitstapje
en een particuliere auto bij Chambery, in
Frankrijk, is de bus ln brand gevlogen.
Naar tot nu toe vernomen werd zijn acht
personen omgekomen en een dertigtal
gewond.
Tusschen Bautzen en Dresden is een
auto die mei groote snelheid een bus voor
bijreed, daarmee in aanraking gekomen
en omgeslagen. Van de vier inzittenden
zijn drie gedood, de vierde gekwetst.
maar daartegen zijn immers die
"AKKERTJES" een ware uitkomstl
Ondervindt 't zelf en neem 1 of 2
Volgens recept van Apotheker Dumont
8103 (Ingez. Med.)
Overzicht onzer belangrijkste
Veemarkten.
De slachtveehandel is deze week weer
tamelijk vlot ingezet en nog steeds ziin de
korte aanvoeren oorzaak van „hooge" prii-
zen. Het ziin uitsluitend de slagers en de
vleeschgrossiers die klagen over de hooge
slachtveepri.izen. We hoorden dan ook thans
van deze ziiden dat de 10 extra crisis
belasting nu buitengewoon drukt od het
slagersbedrijf en een behoorlijke winst
marge momenteel niet is te maken. Door
de besturen der organisaties wordt dan ook
te Den Haag een vergadering gehouden
waaroD de ministers van Landbouw en
Sociale Zaken ziin uitgenoodigd. teneinde de
slechte toestand in het slagersbedriif uit
een te zetten en eenige verlichting te ver
krijgen van drukkende lasten. Zoo zien we
dus de rollen omgekeerd Het vorige iaar
nog abnormaal lage veeprijzen en alar-
meerende boeren, thans behoorlijke vee-
prijzen en alarmeerende slagers Of de
crisisheffing on rundvleesch echter direct
zal worden opgeheven is zeer twijfelachtig,
maar mogelijk wordt ze met de helft ver
laagd Intusschen is er deze week over de
geheele linie nog een kleine verhooging en
ook het gebruiks- en weidevee was flink
prijshoudend, a] verliep de markt in het
algemeen weer stroef.
De vette kalverenmarkt was zeer kalm
gestemd, met iets gedrukte prijzen. Nuch
tere kalveren bii zeer korte aanbiedingen
vlugge handel en flink prijshoudend. Ook
het wolvee kan weer vlot en tot hooeere
orlizen worden verkocht. Er werd veel ge
ëxporteerd. De varkensmarkt toonde zich
ook tamelijk vast in prijs. De goede soorten
deden 19'/- ct. enkele 20 cent oer pond en
de lichtste soorten lS'/i19 ct. per pond
levend.
TREIN RIJDT DOOR STATIONSMUUR.
Naar de bladen melden ziin in het
station Opatowitz. nabij Koeniggraets
(Tsjecho-Slowakiiei rangeerende goederen
wagens door een stootblok gereden en door
den muur van een goederendepot gedron
gen.
Er bevonden zich in deze ruimte iuist
een aantal soldaten, van wie er vier zwaar
en een aantal lichter gewond werden.
GEVANGENISOPROER.
Een aantal gevangenen in de gevangenis
te Milledheville (Georgia V. St.) heeft
vannacht gepoogd uit een slaapzaal uit te
breken door onder luid rumoer de zaal
deuren met lizeren 'cedstiilen in te slaan
cn de zaal in brand te steken De cipiers
schoten oo de gevangenen met schroot,
daarbij één hunner gedood en 15 gewond
werden.