De Vierdaagsche afstandsmarschen - De opstand in Spanje
HET HELSCH COMPLOT
77ste Jaargang
LEIJDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
FEUILLETON.
DB OPSTAND IN SPANJE. Het Catalaansche regeeringsgebouw in Barcelona,
dat door de artillerie der militaire opstandelingen
gebombardeerd werd.
J. H. CRAWFORD EN V. MC. GRATA (AUSTRALIË)
die baron von Cramm en Henkel (Duitschland) sloegen
in het dubbelspel in de inter-zöne-finale te Wimbledon,
DE OPSTAND IN SPANJE. De
nieuwe Spaansche minister-presi
dent Giral, de derde binnen 24 uur.
GENERAAL GODED de lei-
der van den opstand in Barce
lona, die zich overgegeven1
zou hebben.
UIT ALLE DEELEN VAN ONS LAND
om deel te nemen aan den Vierdaagsche.
dam, waarbij zich ook de 75-jarige J.
is oud en jong naar Nijmegen getogen
Het vertrek van een groepje uit Amster-
Held uit Beemster bevond (rechts).
IIET NIEUWE POLITIEBl RE VU TE ALKMAAR dat geheel in
ouden stijl is opgetrokken, is bijna gereed. Het politiebureau naast da
oude St. Laurenskerk.
POLITIEMANNEN MET HET NIEUWE GAS-MASKER - waarmede
in tal vam plaatsen inrEn geland demonstraties voor
het publiek zijn gegeven'.
AAN DEN VOORAVOND VAN DE VIER
DAAGSCHE AFSTANDSMARSCHEN. - De
vlaggemparade op het Molenveld te Nijmegen
Vrij naar het EngeLsch
door ANNIE S. SWAN.
19)
Ze liet den brief uit haar hand op den
grond vallen en zat doodstil in de heldere
vlam van heb vuur te staren. In stilte ging
ze de afgeloopen jaren na en herinnerde
zich weer, hoe twijfelachtig haar vader
tegenover haar engagement gestaan had
en hoe hij in zijn laatste uren in zijn
bezorgdheid over haar toekomst, nooit aan
Stanley gedacht had.
Ze nam den ring van haar vinger, een
ouderwetschen ring met een opaal, die in
een cirkel van kleine roze diamantjes ge
zet was.
,.De Colne is me te ver", zei ze tegen
zich zelf. Maar dit zal wel evengoed zijn".
Toen boog ze zich vastberaden voorover
en liet den ring ln den vuurgloed vallen.
Daarna bukte zij zich, raapte den brief op
en na hem in kleine stukjes gescheurd te
nebben, verbrandde zij hem eveneens.
„Onder die bladzijde uit mijn leven kan
'k dus een streep zetten", zei ze bij zich
zelf. „Wat nu?"
Het gedempte geluid van een bel scheen
naar te beantwoorden en ze sprong op,
alsof zb tot een vergeten plicht terug
geroepen werd.
Toen glimlachte ze bitter.
„Ik heb geen dienst en niemand beeft
We noodig", mompelde ze en wierp zich
zelf op bed en begroef haar gezicht in de
kussens.
Ze wist zelf niet, hoe waanzinnig moe
ze was. Niemand kon meer verbaasd ge
weest zijn dan zijzelf, over de snelheid,
waarmede de slaap haar overmande.
Toen ze weer wakker werd, was ze stijf
en pijnlijk, maar wonderlijk opgefrischt.
Ze bemerkte, dat het vuur uitgegaan was
en dat de klok op den schoorsteenmantel
4 uur aanwees.
HOOFDSTUK XII,
De uachtwakc.
Maar, terwijl Alice sliep, waren er ande
ren klaar wakker in het oude huis.
Om half elf gingen de drie dienstmeis
jes naar hun eigen kamers. De kokkin had
een kamer voor zich alleen op de vierde
verdieping, Grace Jervis, het dienstmeisje
en Christina Caldwell deelden samen een
grootere kamer. Ze konden niet goed met
elkaar opschieten. Jervis was, wat men
noemt, een ervaren dienstmeisje en had
'n grenzenlooze minachting voor Chris
tina. Toen ze kwam. had Jervis eerst ge
weigerd een kamer met haar te deelen en
om den vrede te bewaren, had Alice hun
aparte bedden gegeven. De kamer was
oorspronkelijk de kinderkamer van het
huis geweest en erg ruim en het was een
zwijgend bewijs van de gespannen ver
houding tusschen de twee jonge vrouwen,
dat hun bedden in de uiterste hoeken van
het vertrek gezet waren, zoo ver mogelijk
van elkaar. Wanneer ze toevallig samen
ln de kamer waren, wisselden zij nooit
een woord met elkaar Als een soort sar
castische tegenprestatie van de overdre
ven exclusiviteit van Jervis, had Christina,
die niet van humor ontbloot was, met be
hulp van een droogrek een scherm om
haar eigen bed gemaakt, zoodat haar ge
deelte van de kamer als een klein hokje
van de rest afgeschut was.
Ze gingen als gewoonlijk naar hun ka
mer en voor elven ^ras Jervis vast in slaap.
Achter het scherm had Christina slechts
gedaan alsof zij zich uitkleedde, maar
was in werkelijkheid geheel gekleed op
bed gaan liggen onder haar sprei. Toen
Jervis sliep, stond ze heel voorzichtig op
en liep op haar teenen naar de deur.
Ze deed de deur zachtjes achter zich
dicht en sloop de trappen af, terwijl ze
haar beide ooren inspande om het minste
geluid op te vangen. Het was nogal een
stormachtige nacht, zoodat het huis vol
krakende geluiden was, die allen Chris
tina's plan om, zoo mogelijk, uit te vin
den, wat er in de ziekenkamer voorviel,
begunstigden.
Heel voorzichtig bereikte ze het portaal
voor de ziekenkamer en ging toen verder
door het nauwe gdngetje, dat naar de
kleedkamer leidde. Het was daar pikdon
ker en daar ze zoo verstandig geweest was
om haar witte schort af te doen. werd ze
spoedig door de algeheele duisternis op
geslokt.
De deur van de kleedkamer was wijd
open en het volgende oogenblik was ze er
binnen en achter het scherm verborgen.
Een flauw lichtschijnsel drong vanuit de
ziekenkamer tot de kleedkamer door. Het
verbaasde Christina, dat in de kamer van
miss Dempster alle lichten brandden. Ter
wijl ze nauwelijks adem durfde te halen,
dook ze op den grond achter het scherm
ineen en luisterde. Eenmaal knapte het
vuur en de asch viel met een zacht gerit
sel op den haard. Daarna hoorde zij in
eens een ander geluid, dat veel weg had
van het geknars van een sleutel, die in
een slot omgedraaid wordt.
Onmiddellijk hief Christina haar hoofd
op en zag met groote belangstelling en
verbazing, dat Dalglëish, met haar rug
naar de kleedkamer gekeerd, blijkbaar
drukke pogingen aanwendde om de kast
deur open te krijgen. Ze probeerde een
ontelbaar aantal sleutels met een voor
beeldig geduld, een betere zaak waardig.
Tenslotte werd haar moeite beloond; een
krakend geluidje, een ruk en de kast was
open. Het was een gewone linnenkast,
met drie diepeplanken, die ze dikwijls
van binnen aanschouwd had. Nu echter
staarde zij er in, alsof ze het ding nog
nooit eerder gezien had en verwachtte er
ongehoorde schatten in te vinden. Er
stonden een paar f lesschen en twee doozen
in. Dalglëish nam ze er een voor een uit
en bekeek ze met de grootste belangstel
ling.
Ze werd in haar bezigheid gestoord door
het geluid van de voordeurbel. Onmiddel
lijk dook Christina ineen en hield haar
adem in. Maar Dalglëish duwde haastig de
kastdeur dicht en ging door de deur van
de ziekenkamer naar buiten, zoodat ze
niet zoo dicht in de nabijheid van Chris
tina kwam, als deze verwacht had.
Het duurde twee minuten, voordat zij ze
samen naar boven hoorde komen en de
kamer binnengegaan op dezelfde wijze,
als waarop Dalglëish haar verlaten had.
Zonder ook maar een blik op het bed te
werpen, liep Rüthven naar de kast en
gooide de deur open. Ook hij nam de
fleschjes er één voor één uit en bekeek
hun inhoud zorgvuldig. Die was echter
heel onschuldig. Een fleschje bevatte een
soort toiletwater, een ander eau-de-
cologne en het derde cognac. Toen tilde
hij er een klein mahoniehouten medi
cijnkistje uit en droeg het naar het licht.
Vanuit Christina's schuilhoek kon zij
de helft van den kamer overzien, waar
onder ook den haard. Het licht hing bo
ven den haard en de dokter stond er bij.
Het was een keurig, klem kistje, dat in
vele Indische plaatsen dienst gedaan had
en deel uitmaakte van de weinige bezit
tingen van haar vader, welke Alice be
houden had. Het bevatte minstens een
dozijn kleine fleschjes en een paar
laatjes, waar verschillende geneesmidde
len in bewaard werden. Ruthven berook
en bekeek ze allemaal.
„Dit staat me heelemaal niet aan, mrs.
Dalglëish. Alles kan wel in zoo'n ding be
waard worden, of er uit komen. We moe
ten haar in de gaten houden, dat wil ik
u wel verzekeren. Miss Harman heeft me
verteld, dat ze het grootste gedeelte van
haar leven in Indië doorgebracht heeft
en van de inboorlingen daar heeft ze
waarschijnlijk heel wat over geheime en
gevaarlijke bedwelmende middeltjes ge
leerd."
Dalgleish's mond ging open van ver
bazing.
„Ik zeg je," herhaalde hij, „dat we haar
gangen nauwkeurig na moeten gaan. Ik
ben er bijna zeker van, dat zij de oude
dame verboden dingen gegeven heeft.
Kon ik dit kistje maar meenemen en den
inhoud er van grondig onderzoeken."
„Kuit u de fleschjes niet om en om
meenemen?" opperde Dalgeish sluw. „Ik
heb den sleutel en u zoudt er eiken nacht
één om kunnen ruilen."
Ruthven schudde zijn hoofd.
(Wordt vervolgd).