De man met de kap 77tte Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 17 Juli 1936 Vierde Blad No. 23407 EEN VEILING BIJ CHRISTIE. PARLEMENTAIR OVERZICHT SPREEKCEL. 99 99 de collectie oppenheimer. (Van onzen correspondent.) Londen 15 Juli. Langzaam, stuk voor stuk gaat een van de grootste particuliere kunstverzamelin gen ter wereld in andere handen over. Het is de beroemde Londensche „Oppenheimer- collectle", die bij Christie's onder den hamer komt. Het is een wonderlijk soort menschen, de kunstverzamelaars, waarvan men in het dagelijksche leven niet veel hoort; de een beweert, dat het ras uitsterft niet zoo zeer door economische omstandigheden als wel door de sterk verstrooide belangstel ling van onzen tijd een ander wijst op de reusachtige belangstelling waarin de kunsthandel staat, niet het minst van de Amerikanen. Dit zal de oplossing wel zijn, dat de verzamelaars zich verplaatsen. Hier in Engeland en Schotland zijn zeer waar devolle collecties te vinden in de hulzen der oude families; het aantal hiervan neemt echter af. Het collectioneeren is trouwens altijd select onder het selecte geweest men moet er niet alleen enkele slordige millioe- nen voor hebben, maar tevens smaak. En smaak bezat Oppenheimer in hooge mate. De honderden die de gelegenheid hebben aangegrepen om gedurende de kijkdagen een eersten en laatsten blik op „Londons leading unofficial museum" te slaan, heb ben slechts spaarzaam voorwerpen aange troffen die ongetwijfeld meer kostbaar dan artistiek waren en die hadden nog recht op hun belangstelling als curiosa. Een internationaal publiek bevond zich in de zalen van Christie's. Engelschen kwamen op Gainsborough en Reynolds af; druk ratelende Franschen taxeerden Fousquets en Wattcaus. Nederlanders, in luimen ge tale vertegenwoordigd, drukten hun neus op Rembrandts, Rubens's en van Dijcks. Rondwandelende komt men kunstwerken tegen, die reeds lang oude bekenden zijn, door afbeeldingen in kunstgeschiedenissen of tijdschriften; die men echter nooit in een particuliere verzameling gezocht zou hebben, maar in een of ander roemruchtig museum. Louvre of Mauritshuis: een tlrieksche faun, het kleine figuurtje van een van leven tintelenden Florentijnschen acrobaat. Of die kleine primitieve Bambino uit het „Ospedale degli Innocente", door zijn devotie tot een artistiek evenement verheven. Hier liggen op lange tafels zware map pen met roodkrijtteekeningen en etsen, die de beroemdste namen dragen, al bladeren de heeft men werk van Bartolommeo, Raphael of Leonardo in handen, terwijl een knecht van de firma aan den anderen kant van de tafel, verveeld, half slapend oplet. ZIJ DURFDE BIJNA NIETS ETEN. altijd indigestie totdat zij een ontdekking deed. „Ik kan Kruschen Salts niet hoog genoeg roemen, want ik leed langen tijd aan indi gestie; op 't laatst durfde ik bijna niets meer te eten. Eenige maanden geleden be gon ik Kruschen Salts te nemen, niet meer dan eiken ochtend een beetje ln mijn eersten kop thee, en dit bleek werkelijk een prachtige kuur te zijn. Ik ga door met Kruschen Salts, en heb nu geen Indi gestie meer, ik kan weer gewoon mee eten en voel mij veel beter'. Mej. A. P. te S. Indien Uw voedsel niet snel en .geregeld door Uw inwendige organen wordt ver werkt, begint het te gisten, er ontstaan gassen en zuren, welke maagpijnen of onpasselijkheid e.d. veroorzaken, zoodat elke voeding een bron van ellende wordt. Bovendien hoopen zich afvalstoffen in Uw lichaam op, welke de algeheele gezond heid schaden. De zes minerale zouten, waar uit Kruschen Salts is samengesteld, hebben de eigenschap Uw inwendige organen aan te sporen tot snelle en geregelde werking. De afvalstoffen zullen zich daardoor niet meer kunnen ophoopen en worden geregeld verwijderd. Zoodoende wordt ook de oor zaak van Uw onpasselijkheid en Uw maag- bezwaren weggenomen. Slechts de kleine dagelijksche dosis in Uw eersten kop thee of koffie op de nuchtere maag, en alle spijsverteringsklachten behooren tot het verleden. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en erkende drogisten a f. 0.40, f. 0.70 en f. 1.60 per flacon, omzet belasting inbegrepen. Let op, dat op het etiket op de flesch, zoowel als op de buitenverpakking de naam Rowntree Han dels Maatschappij, Amsterdam, voorkomt. 6678 (Insez. Med.) Een opmerkelijk beeldje. Tusschen het aardewerk, dat de aan dacht van niet-gespecialiseerden meestal niet zoo vermag te trekken als schilder- of beeldhouwwerk, fascineert de buste van een oude vrouw. Een klein stukje w"-k, misschien vijfentwintig centimeter h,_jg, maar welk een juweeltje. Het gelaat is ver trokken als door paralyse, ln een grijns, de rechterschouder komt krampachtig naar voren, en tusschen de machtelooze lippen steken een paar brokkelige tanden naar buiten. Zoo realistisch is 't oude heksje, vierhonderd jaar geleden door den Italiaanschen artist weergegeven, dat de hier rondslenterende 20e eeuwer er op slag door wordt gebiologeerd; en er half in adoratie, half in afgrijzen naar staren moet. Henry Oppenheimer Esq. Oppenheimer heeft een collectie teeke- ningen bijeengebracht, die door weinig musea wordt geëvenaard. Geboren in Washington, kwam hij reeds vroeg naar Europa, ontving zijn financieele opleiding in Frankfurt, trok hierop naar Londen en maakte fortuin door de „Underground" te financieeren. Omstreeks het begin dezer eeuw begon hij in ernst te verzamelen, wat een rage van hem werd. Zijn geweldige huis in Kensington Palace Gardens ver anderde in een museum, slechts het hoogst noodzakelijke meubilair was voorradig de rest was kunst! Kenners en museum directeuren waren bij hem te gast. Nu, na zijn dood, spat dit alles uiteen. Indien hij een museum gesticht had, zou zijn naam onsterfelijk zijn geworden. Iedereen kent natuurlijk het flauwe grapje van den man, die alleen door met zijn hoofd te knikken tijdens een verkoop bij Christie's plotseling eigenaar wordt van een wereldberoemd schilderij voor een kosmisch bedrog. In werkelijkheid gaat het natuurlijk niet op en de bezoeker mag hier even nadrukkelijk knikken als de Javaan op het bekende zendingsspaarpotje wanneer men er geld in doet, hij heeft geen succes zoolang de veilingmeester hem niet kent. Het wereldje der bona-fide kunst- koopers is klein; en het puikje hiervan is in de ongezellige zaal bij Ohristie aan wezig. Er wordt een teekening of beeldje op de tafel voor de tien rijen stoelen gezet en óp gaat de prijs! Een klem werkje van Leonardo da Vinei, een ruiterfiguurtje, vliegt omhoog van tien tot 4300 pond. Een Hollander, Dirk Bouts, davert met een prentje van tien centimeter in het vierkant er achter aan en haalt ongeveer denzelfden prijs: 4000 guineas. Rembrandt uit de mode? Rembrandt blijkt plots uit de mode echter. ConsternatieDe markt is over voerd, en een van zijn prenten gaat weg voor het bagatel van twintig guineas! O gruwel een Rembrand, een echte origi neel? Rembrandt voor een prijsje waar men nog geen behoorlijken tweedehandsch wagen voor krijgt! Lord Du veen koopt voor zichzelf. De sensatie van de veiling brengt lord Duveen, de cynische oude heer, die na een wel doorsjacherd leven in de internationale pers de schandalen van den kunsthandel openbaart. Tien minuten voor het portret van Jehap Foucquet of Tours aan de beurt is slentert hij binnen, neemt losweg op een tafel tusschen het nieuwsgierige publiek plaats, jaagt het portret op en wil niet zeggen, dat men met brutaliteiten verder komt. Vérre van dat! Maar laat je niet te- gauw afschrikken! James Cagney kon een baantje krijgen als figurant. De balletr?gisseur vroeg hem, of hij dansen kon. James haastte zich dit te bevestigen, alhoewel hij geen wals van een foxtrot kon onderscheiden. Al Jolson hoorde de roepstem van het Fortuin op een nacht in San Francisco, toen ihij in een cabaret werkte. Die roep stem kwam uit den mond van een ouden negerbediende, die hem adviseerde, zich zwart te schminken, indien hij wilde, dat het publiek meer om hem zou lachen. „De menschen lachen altijd om negers, waar om?" ,AI" nam den raad ter harte en eenige maanden later was hij over heel Amerika beroemd om zijn „blackface"- nummer. Pat O'Brien werd naar Hollywood geroe pen om de rol van Hildy Johnson, een ver slaggever, te vervullen, in de film „The Front Page", Men verkeerde n.l. in de fou tieve veronderstelling, dat Pat op Broad way dezelfde rol had gespeeld. Dit was echter niet waar; Pat had de rol vervuld van den uitgever, welke ln de film uitge beeld werd door Adolplie Menjou. Pat hield echter wijselijk zijn mond en ver tolkte de ongewone rol zoo goed als hij kon. Het werd een doorslaand succes en Pat kreeg dan ook een contract bij Warner Bros. Bette Davis stond op het punt naar New. York terug te keeren, na een mislukte poging een rol te krijgen in een film. George Arliss overreedde haar nog eens een laatste test te nemen voor de vrouwelijke hoofdrol in de film „The man who played God". Zij deed het en kreeg de rol. Had zij dat niet gedaan, dan was er misschien voor de filmindustrie een groot talent ver loren gegaan. Wij herinneren u slechts aan haar brillante vertolking van Joyce Heath in „Dangerous" (Een fatale vrouw), een rol, die haar de hoogste onderschei ding bracht, die een filmster te beurt kan vallen, n.l. die van de „Acadmy of Motion Pictures Arts and Sciences". Honderden jonge menschen komen jaar lijks naar Hollywood, in de hoop carrière te maken. Hoevelen van hen slagen echter? Slechts enkelen. En dit zijn degenen, die hun kans grijpen, of zichzelf een kans scheppen en deze dan uitbuiten. Is men daartoe in staat, dan kan men slagen, al is de mogelijkheid er altijd, dat gebrek aan talent nog de oorzaak is van het falen. Maar vóór alles: „Grijpt uw kans!" de „vijflingen" op het witte doek. „In de hoofdrol: Annette. Cecilie, Mary, Eilie en Yvonne Dionne, de Canadeesche vijflingen". Dat is een aankondiging, die zelfs in Amerika een groote sensatie be- teekent! „The Country Doctor" heet deze film, waarin weliswaar Harold Hershol de titelrol speelt, maar waarin de vijf babies, wier levensgeschiedenis hier. met humor en roerende episodes vermengd, verteld wordt, de grootste rol spelen. Men heeft de stof aan de werkelijkheid ontleend en niet ver zuimd de geschiedenis te kruiden met veel sentimentaliteit en er een happy-end aan te maken. Hoewel sommige scènes voor onze begrippen veel te sentimenteel zijn, vergeet men alles, zoodra de vijf aardige, verwonderde gezichties d-e sprekend op elkaar gelijken, op het witte doek verschij nen: men is verrukt over dit wonder dei- natuur dat de camera met veel technische handigheid in verschillende situaties heeft opgenomen. EERSTE KAMER. landbouw-crisisfonds Wij hebben gisteren het een en ander vermeld over het debat bij de begrooting van het Landbouwcrisisfonds. Wij gaven een bloemlezing uit de vele onderwerpen, die, voor de zooveelste maal, ook in deze Kamer werden aangeroerd; gisteren ging het in denzelfden geest voort. Minister Deckers heeft getracht zich door dit bosch een weg te banen en leder het zijne te geven. Als algemeen doc-1 der regeerings-po'itiek schetste hij het stre ven, om land- en tuinbouw voor finaie in zinking te behoeden. Dit zou voor heel ons volk een geweldig nadeel zijn en daarom achtte hij het verantwoord, dat iedereen tot de bereiking van dat doel zijn deel bij draagt. In het algemeen was de Minister van oordeel, dat het crisis-apparaat, het welk gebezigd wordt, deugdelijk is: er wordt hard gewerkt, al is er natuurlijk wel kaf onder het koren De juridische vormen van de verschillende diensten heeft de Minister verdedigd; hoe men over dien vorm ook denke, de verantwoordelijkheid der Regeering tegenover de Staten-Gene- raal is onaangetast gebleven. Dat som mige maatregelen den landbouw in zijn vrijheid belemmeren, noemde de Minister niet meer dan natuurlijk. De Minister gaf toe, dat men, als de lange duur van de crisis voorzien ware, de organisatie wel licht anders zou hebben gemaakt. Intus- schen zal hij er naar blijven streven, den landbouwer datgene te geven waarop hij recht heeft. Als er gestreefd wordt naar vermindering van steun, zal dit geschie den zonder den landbouw te schaden. De Minister heeft zijn tevredenheid te ken nen gegeven over de werking van den cri sis-accountantsdienst en allerlei klachten behandeld omtrent het optreden van be- azijn-extract. Een lezer dringt met het oog op de onge vallen die plaats vinden met azijn-extract er op aan dat de huismoeders het gebruik daarvan zullen staken om alleen aziin door reincultuur verkregen, te bezigen. koopt het voor 10.200 guineas een zachte 78.500 gulden! „Wat een prachtig stuk", zegt hij naief. „ik koop het voor mijzelf!" En hoe beleefd zijn zijn collega's. Zij doen net of zij hem gelooven! GERH. VAN EIJSSELSTEYN. paalde ambtenaren. Breedvoerig besprak hij ook het bekende ontslag der vier ju risten, zijn beleid in deze zaak krachtig verdedigend. Voorts heeft Zijne Excellentie over ver schillende bijzondere punten en verlan gens en wenschen een enkel woord gezegd Zoo acht hij verplichte veiling van tuin bouwproducten juist; kon hij geen toezeg ging doen omtrent afschaffing van de om zetbelasting op .fruit; verdedigde hij en kele maatregelen met betrekking tot de margarine genomen (meedeelend dat er met dit artikel door enkelen zeer groote crisis-winsten zijn behaald); achtte hij geen vrees aanwezig voor een tekort aan margarine of vet; beloofde hij de belangen der kleine boeren te zullen behartigen (de stichting van een afzonderlijken dienst voor hen is bijna gereed); betoogde hij dat de gekozen tarwe-richtprijs juist was (eind September wordt een nieuwe prijs vastgesteld); enz. enz. enz. De Minister verklaarde, dat er altijd wel klachten zullen blijven, maar er is veel te vredenheid onder de boeren, al doen, als steeds, de ontevredenen zieh het luidst hooren. Hij zal in het belang van land en tuinbouw blijven werken, ook bij de onderhandelingen met het buitenland. Men was in de Kamer over 's Ministers rede zeer voldaan; hij werd zelfs gecom plimenteerd. Zij keurde de begrooting goed. industrie-financiering De Kamer is voorts het wetsontwerp in zake de industrie-financiering gaan be handelen: de oprichting van een naam- looze vennootschap voor dit doel. Drie sprekers hebben er het woord over gevoerd. Van hen verklaarde de sociaal democraat Danz zich voorstander. Het ligt op den weg der Overheid, werkgele genheid te scheppen, maar de uitvoering van het ontwerp zal eerst dan tot haar recht kunnen komen, wanneer de Regee ring inderdaad alle kracht inspant om de nieuwe instelling groot en krachtig te ma ken. De christelijk-historische heer ter Haar en de liberale heer Gelderman spra ken in anderen geest. Zij voelen er wei nig voor, hun steun aan het ontwerp te geven. In de eerste plaats achten zij het verkeerd, dat het geen tijdelijk karakter draagt. Vervolgens was de heer ter Haar van oordeel, dat het niet op den weg van bank-instellingen ligt, aan de industrie credieten op langen termijn te verstrek ken, en betoogde de heer Gelderman, dat de Overheid zich niet te veel met de uit breiding der werkgelegenheid moet be moeien; overigens zouden meende hij kleine credieten uit het Werkfonds ver leend kunnen worden en zouden groote credieten voor industrieën bij het parle ment kunnen worden aangevraagd. Intusschen kan men er van op aan, dat de Kamer heden het ontwerp zal aan vaarden. HAGENAAR. jan kiepura in „triomf der liefde". [Vrouwe Fortuna, die hem een kans in den schoot wierp. Toen Joe E. Brown voor het eerst in de 1 lilmkolonie kwam. was hij een gevierd ac- teur op Broadway. Toen na eenige dagen 'de film-aanbiedingen uitbleven, nam Joe maatregelen. Hij was met de directie van de F.B.O.-studio's overeengekomen, dat hij een film zou maken, maar het leed geen twijfel, of hij zou nog eenige weken of maanden in zijn hotel moeten blijven wachten, voordat hij een rol zou krijgen. [Daarom deed hij de F.B.O.-officials een voorstel. „Laat mij een rol in een andere film spelen", stelde hij voor, „hindert niet welke." „Sorry," bromde de directeur, „maar de eenige film, die nu gedraaid wordt is „Crooks can't win" en daarin is geen plaats voor een komiek." „Er móét een plaats zijn," hield Joe vol, „zou u geen rol kunnen laten schrijven voor een verslaggever.een komische verslag gever?" „Kost te veel", was het antwoord. „Maar het kist niet zoo veel," pleitte Joe, die zijn kans voelde komen. „Ik wil de rol spelen voor 500 doll., hóé groot zij ook zijn mag!" Aldus geschiedde en Joe werkte vier weken voor 500 doll, en deed de film-ervaring op, die hij voelde noodig te hebben, voor hij een belangrijkere rol zou kunnen vervul len. Zoo begon hij zijn financieele sneeuw bal en nu is hij een der best betaalde ac teurs van filmland! Hierboven de bekende Poolsche tenor Jan Kiepura als „de zingende visscher" in zijn nieuwste film „Triomf der Liefde", waarin hij samen speelt met Gladys Swarthout. „Triomf der Liefde" is een mooi voorbeeld van „componeèren-voor-de-film". De ly rische nummers zijn doelbewust in het Z-S- „populaire" genre gehouden, waarbij echter de platheid die, muzikaal gespro ten althans, zoo dikwijls dergelijke pogin gen kenmerkt, op gelukkige wijze is ver meden. De muziek wordt gedragen door het talent van een componist (O'Sullivan), ó'e nieuwe muzikale waarden heeft toege voegd aan de nieuwe kunst van het „componeeren-voor-het-witte-doek". „GRIJPT UW KANS!" Het motto voor toekomstige filmsterren. „Iedere soldaat heeft den maarschalk s-af in zijn ransel!" verklaarde Napoleon. Met een variatie op dit gezegde kan men °ok beweren: „Ieder jongmensch kan zich een succesvolle filmcarrière scheppen". Mits jjy (Jij) dan ook zijn kans grijpt en goed oenut. Menig acteur van tegenwoordig nee?t zijn huidigen roem te danken aan Toen Dick Powell zijn eerste film maakte, „Blessed Event", gebruikte hij al zijn vrijen tijd, om zich zooveel mogelijk vrien den te verwerven en spoorde hen aan hem veel z.g. „fan-mail" te sturen, waar hij, eerlijk gezegd, zelf ook een steentje toe bij droeg. Hij vond, dat het geen kwaad kon, dat de studio-leiding zou weten, hoeveel vrienden en bewonderaars hij had. Hij was nu eenmaal in Hollywood en wilde er graag blijven. De stem des volks is de stem der Goden, dacht Dick en schreef zichzelf nóg meer „fan-mail". Nu beschouwt hij „Bles sed Event" nog steeds als een keerpunt in zijn leven. Als hij niet zoo zijn best had gedaan zich populair te maken, stond hij misschien nu nóg door een megafoon in een of andere nachtclub te zingen.... De belangrijkste dag in Kay Francis' car rière was misschien wel die, waarop zij de vrouwelijke hoofdrol vroeg in „Gentleman of the Press". Zij wist echter, dat de rol voor een blondine was. Desondanks kréég zij de rol. Als zij de moed had gemist om het te vragen, zou zij nu waarschijnlijk niet de succesvolle actrice geweest zijn, zooals wij haar' kennen uit zoovele Warner films. In de levensgeschiedenissen van de meeste sterren komen haast altijd zulke toevalligheden voor: „kansen, die gegrepen en goed benut werden!" Oók durf speelt een groote rol. Men moet niet te beschei den zijn, als men het ver wil brengen; dat Hierboven twee der hoofdpersonen uit de film „De man met de Kap", spelend in het vreemdelingenlegioen, n.l. Kaissa Roba en Jean Toulout. De dorpsdokter is niemand anders dan dr. Alan Roy Defoe, die immers ook een onbekende en weinig-vermogende dorps dokter was. voordat de vijflingen door ziin hulp het levenslicht aanschouwden De in houd van de film is natuurlijk niet heele- maai gelijk aan de werkelijkheid; de film be gint op het moment dat de dokter een vertwijfelde strijd voert met het gemeente bestuur om een verbetering van de hygië nische toestanden op het platteland. Er ontbreekt een hospitaal, er ontbreken apo theken er is gebrek aan geschoolde ver pleegsters. Een tegenstander van den dokter maakt bekend, dat de man 35 iaar geleden practijk heeft uitgeoefend zonder vergun ning. Men begint tegen hem te procedeeren en dreigt met de gevangenis. Dan komt als Deus ex machina de vader van een kinder rijke familie, wiens vrouw weer de gebooTte van een baby tegemoet ziet. De vader staat erop. dat men hun eigen dokter tot hun beschikking stelt. De dokter wordt vrijge laten en neemt ziin plichten waar. Hij helpt echter niet één baby op de wereld, maar vijf! En dan bemoeit de geheele wereld zich met het lot van den onrecht vaardig behandelden dokter: men draagt hem in triomf door de straten en viert hem op zoodanige wijze, dat zijn tegenstanders hem niet meer durven tegen te werken. Door dit eenvoudig verhaal heeft men het leven van de viiflingen geweven.: men ziet hoe zü slapen, hoe zii eten hoe zii spelen, hoe zii lachen, hoe zii hun eerste pogingen doen om te loopen. hoe zii krui pen en gewasschen worden hoe zij ernstige gezichten zetten en het mondje vertrekken om te gaan huilen. Er ziin veel aardige episodes uit het onbekommerde leven van deze kleine aardbewoners die heel echt en natuurlijk ..spelen" Daarbii kan hun in komen zich meten met dat van iederen be roemden filmster. Dr. Defoe verklaarde, dat de viiflingen dank zii de voorbeeldige ver pleging en voeding dikwiils worden gezocht voor reclame-foto's voor kindervoedsel. Het inkomen, dat zii hiermede verdienen plus dat van de film. bedraagt meer dan 60.000 pond. Vorig jaar kwamen er 400.000 men schen naar Canada om de viiflingen te zien en zii bezorgden het vreemdelingen verkeer een ware goudregen. De maatschappij, die het filmrecht voor het volgend iaar heeft gekregen, liet het leven van de vi.tf baby-stars bi.i Lloyds ver zekeren voor 50.000 pond. De viiflingen zijn net twee jaar geworden. De film ,The Country Doctor" heeft in Amerka veel publiek getrokken; allen wa ren even verrukt over de kleine .stars". garbo-populariteit. De populariteit van Garbo kent geen grenzen Uit Cair komt een uitstekende film- anecdote: Een Engelschman. die op reis was. en genoeg had van het Westen, ziin lawaaiige steden, ziin filmbedrijven en alles, wat daarmee samenhangt, vluchtte naar het verre en zonnige Oosten. Maar helaas: ner gens vond hij volkomen eenzaamheid en de rust. waarnaar hii zoo verlangde. Overal, waar menschen woonden, waren ook films, die hem weer deden herinneren aan het geroezemoes der groote stad tot zelfs in de kleinste steden van het mysterieuze Oos ten. Ten slotte besloot hij. ziin tent midden in de Sahara op te slaan, want daar waande hii zich toch wel veilig En dus besteeg hij een kameel en liet zich. begeleid door een kameeldrijver naai de woestijn leiden. Toen ze al een flink stuk hadden afgelegd, wendde hii zich voor den eersten keer tot den kameeldrijver: „En. vertel mij eens. hoe heet die kameel eigenlijk?" Waarop de man antwoordde: „Greta Garbo".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 13