Herdenking sterfdag generaal van Heutsz - Recordvlucht naar Australië HET HELSCH COMPLOT 77sle Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. Vrij naar het Engelseh door AHNXE 6. SWAN. 11) Miss Dempster voelde de verborgen tee- derheid van haar stem en blik en het was, alsof zich iets in haar ontspande. Ze keek bijna aandoenlijk gretig naar het meisje op. „Ik vind het prettig om jou in mijn ka mer te hebben. Zeg aan miss Alice, dat, wanneer zij me alleen moet laten, jij bij me moet blijven inplaats van Dalgleish. Die moet niet meer bij me komen. Ze past alleen maar bij gezonde menschen. Zelfs haar rokken maken geluid." Het zou niet prettig voor mrs. Dalgleish geweest zijn. als ze deze woorden, die sta melend en met lange tusschenpoozen uit gesproken werden, gehoord had. Maar, of schoon ze aan den buitenkant van de deur met haar oor stijf tegen het sleutel gat gedrukt stond, kon ze wel de stem van Christina verstaan, maar van miss Demp ster vernam ze slechts een vaag ge mompel. Tot wanhoop gedreven, opende ze haas tig de deur en ging opnieuw de kamer binnen. Voor zoover zij wist, was dit de eerste keer sinds vele dagen, dat haar meesteres bij het bewustzijn was. Miss «atman had dienzelfden ochtend nog met durdqlijike bezorgdheid gezegd, dat die voortdurende bewusteloosheid haar ern stig verontrustte. Nu zag ze haar kans gekomen om haar macht te doen gelden en Christina Caldwell voorgoed te ver slaan. Ze had het recht om dat te deen, want. zooals ze zelf gezegd zou hebben, had ze miss Dempster de laatste twintig jaren trouw gediend. „O, mevrouw, wat doet het me goed, dat ik zie, dat u weer uzelf bent!" zei ze. „Is er iets, wat ik voor u kan doen? U weet, dat u op uw arme, oude Dalgleish kunt rekenen, die zoo lang bij u gediend heeft. Het heeft me pijn gedaan, mevrouw, meer dan ik kan zeggen, om opzij geschoven te worden door menschen, die op zijn zachtst gesproken, niet eens mijn meerdere zijn. Zelfs de kasten worden afgesloten, zoodat ik nergens meer bij kan." „Wie heeft de kasten afgesloten?" vroeg miss Dempster, terwijl er iets, dat veel van een glimlach weg had, om haar lip pen speelde. „Miss Harman en ze laat dat meisje hier, die nuttelooze, luie meid bij u op passen, inplaats van mij, Dalgleish, die hier al in betrekking was, toen zij nog geboren moest worden. Het is meer dan een mensch kan verdragen, mevrouw en lk hoop, dat u haar een goed standje wilt geven, want dat verdient ze en dan weet ze meteen haar plaats en kan trachten zich daar aan te houden." „Als miss Harman de kast afgesloten heeft. Dalgleish, dan kun je er zeker van zijn, dat ze daartoe een reden had," was het onverwachte antwoord van de oude vrouw. „Je kunt nu naar beneden gaan. Dit meisje blijft bij me, tot miss Alice terug komt." Voor den tweeden keer, en nog duide lijker, werd Dalgleish door haar eigen meesteres opzij geschoven en dat in te genwoordigheid van een, die ze zoo hart grondig verachtte. „Is dat nu de dank, die ik voor al mijn trouwe diensten krijg, mevrouw?" zei ze stijfjes. „Dan blijft er me niets anders over dan mijn koffers te pakken en te vertrekken." „Zooals je wilt, Dalgleish, als je het op die manier opneemt. Miss Harman zal wel zoo vriendelijk willen zijn je te betalen, wat ik je nog schuldig ben. Maar ga nu. Je bent een goede kamenier voor gezonde menschen, niet voor zieke. Zelfs je kleeren brengen onrust in de kamer." Dit deed de deur dicht. Opnieuw storm de Dalgleish de kamer uit. Zelfs Christina had met haar te doen en vermeed het haar aan te zien, toen ze langs haar liep. Dalgleish durfde de deur niet in het bij zijn van haar meesteres dicht te slaan, maar ze ging naar Meikle's provisiekamer en stortte bij hem haar hart uit. Toen beklaagden zij zich er samen over, hoe zij, die door hen de indringster ge noemd werd, groote veranderingen in het huis teweeg gebracht had, hoe zij hen van hun plaats gedrongen had, zichzelf in de gunst van miss Dempster had weten te dringen en dat alles met bedoelingen, die zeker niet goed konden zijn. Temidden van hun sombere overpein zingen ging de bel van de voordeur. „Als dat de dokter is," zei Dalgleish, tot het uiterste gedreven, „laat hem dan in de ontbijtkamer, Meikle en zeg hem, wat wij denken Mischien is hij in staat een stokje voor de plannen van de juffrouw te steken." Meikle knikte en haastte zich naar de voordeur. De stemmen weerklonken nog steeds in de eetkamer, zoodat het nu of nooit voor hen was. Meikle's uiterlijk was het omgekeerde van dat van mrs. Dal gleish. Hij was een klein, verschrompeld mannetje, met een fretachtig gezicht. Zijn livrei hing slobberig om zijn mager lichaam en in zijn geheele houding lag iets kruiperigs, wat een teeken was van een laag karakter. Dergelijk soort man nen bezit echter dikwijls een groote vol harding tot het verkrijgen van dingen, die ze wenschen te hebbenook zijn ze erken de grootmeesters in de kunst van het haten. Hij liet niet openlijk merken, dat hij tegen Alice Harman was en daardoor was hij in werkelijkheid een gevaarlijker vijand dan Dalgleish, die zich te veel bloot gaf. „Dokter, zoudt u misschien een oogen- blik in de ontbijtkamer willen komen voordat u naar boven gaat?" vroeg hij onderdanig, terwijl hij den jongen man uit zijn jas hielp. „Mrs. Dalgleish zou u graag even onder vier oogen spreken en boven is daar nooit kans toe." Rubhven knikte begrijpend en er lag een verborgen voldoening in zijn oogen, toen hij Meikle toestond hem uit zijn jas te helpen. Hij was er heelemaal niet afkeerig van een gesprek met mrs. Dalgleish te heb ben, want hij wist, wat voor een uiterst gevaarlijk spelletje er in het huis ge speeld werd en wilde juist erg graag weten, wat zijn aandeel erin was. Hij verkeerde in groote moeilijkheden en kon zich niet veroorloven eenige hulp, hoe gering die ook was, van de hand te wijzen. Er lag een gretige blik op zijn gezicht, toen hij de ontbijtkamer binnenging en haar goedendag zei. HOOFDSTUK VII. Beraadslagingen. „Het gaat over miss Harman, dokter," zei mrs. Dalgleish zuur. „Mr. Meikle en ik hebben met elkaar gesproken en we vin den dat er in dit huis dingen gebeurëfi, waarvan u in kennis gesteld moet wor den." „Mijn lieve hemel! En wat kunnen die dingen wel zijn?" vroeg de dokter op den schertsenden toon, die hij soms aannam, als hij zijn werkelijke gevoelens wenschta te verbergen. „Miss Harman schijnt toch heel welmeenend, ofschoon ik moet toe geven, dat ze me erg streng lijkt en moei lijk om mee om te gaan." „O. dokter, ik geloof dat ze veel kwader is," riep mrs. Dalgleish opgewonden uit. „Om mijn arme, lieve mevrouw in haar klauwen haar klauwen!" herhaalde zij, terwijl ze haar vuist schudde, „te zien is meer dan ik verdragen kan. Ik heb ge zworen dat ik het u vertellen zou en ik doe het ook." „Kunt u niet duidelijker zeggen, wat u bedoelt?" zei Ruthven kalmeerend, terwijl hij trachtte zijn belangstelling te verber gen. De twee bedienden voor hem had den er geen idee van, hoeveel waarde hij aan hun woorden hechtte en hoe ze hem in de kaart speelden. (Wordt vervolgd). NIEUWE RECORDVLUCHT NAAR AUSTRALIË. Lord Sempill zal trachten den afstand Engeland—Austra lië door de lucht in recordtijd af. te leggen. De start* te Hanworth van het vliegtuig .,,Monospar Croydon". In 3 dagen zal getracht worden Port Darwin te bereiken. AMY MOLLISON de eenige vrouwe lijke deelnemer aan de wedvlucht om den King's-Cup. In. stroomenden regen op weg naar het vliegtuig. DE NIEUWE GROOTE POLDERMOLEN IN DEN OBDAMMERPOLDER is de eerste molen in ons land, welke voorzien is van de z.g. Bilan-wieken. Dit zijn wieken met scharnierende windborden. DE OPENING VAN HET KANAAL KOLKOM-SGHAGEN- INTERNATIONALE GOLF KAM PIOENSCHAPPEN STOLPEN. TE VALKENSW7AARD op de banen van de Eind- i hovensche golfclub. De Kampioen der Baskische kust De schoolkinderen aan boord van de ,,Stierop vermaken zich best A de Forest aan slag HERDENKING 10DEN STERFDAG GENERAAL VAN HEUTSZ. Gisteren werd op de Oosterbegraafplaats te Amsterdam ter gelegenheid van den lOden sterfdag van ge neraal van Heutsz door de Stichting Fonds Ridderdagen" een krans gelegd op het graf van den generaal. Luit.-gen. Swart voor 't graf, achter hem de heer L. J. Saron. AANKOMST AAN HET CENTRAAL STATION VAN DEN WERELDBEKENDEN BRIDGE-SPELER ELY CULBERTSON. V.l.n.r. de Leeren Culbertson, Blij- denstein, mr. Levenhach en Schelfhout.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 5