Zware fabrieksbrand te Gouda - Aankomst Dan den Negus te Haifa
DIE HOUTEN KLAAS
77ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
DE GEWELDIGE BRAND IN DE STEARINEFABRIEK TE GOUDA DE LAATSTE W0RKZAA1DB NIBÜWE waalbrug
FEUILLETON.
DE BLUSSCHING DER BRANDENDE FABRIEKSCOMPLEXEN Het wegdek wordt in orde gebracht.
DE STELARINEFABRIEK TE GOUDA DOOR BRAND VERWOEST.
Vannacht is de grootste industrieele onderneming van Gouda, de Vereenigde Fabrieken van Stearinekaarsen en Chemische
Stoffen, afgebrand. Het gebouwencomplex als één laaiende vuurzee.
DE AANKOMST VAN DEN NEGUS TE HAIFA.
Met den Britschen kruiser „Enterprise" arriveerde de keizer
te yaïfa.
DE LAATSTE DAG VAN DE DAVIS CUP WEDSTRIJDEN IN DE
RESIDENTIE. Op de tribune volgden een viertal bekende sportmen de verrich
tingen van Hugiban en Boussus. V.l.n.r. Timmer, Scheurleer, Staatsraad
Kan en dr. de Mol van Otterloo.
Naar het Engelsch
van CHARLOTTE M. YONGE
door J. I. en E. A. H.
59)
Eveneens zond hij een beridht aan ver
schillende nieuwsbladen, waarin hij
mededeelde, dat de „Honourable Michael
ronton Morton van wiens verdwijnen
mdertijd wel degelijk melding was ge
maakt inderdaad slechts weggevoerd
jvas door een vorig kindermeisje en dat
mj terecht gekomen was in het Armhuis
Too .LlverP°°l. waar hij weergevonden
v,^rd',.dank zij het edelmoedig optreden
^..zhn neef, Herbert Morton, Esquire."
hij hoopte, dat dit alle verdenking zou
kol jn van Ida' ^ie nog altijd zóó suk-
j. mnd was, dat haar moeder er naar ver
sa» met haar buitenslands te kunnen
St, ,°mdat verandering van omgeving
^«rschijnlijk gunstig op haar werken
vüïank raadpleegde mr. Halles, of de
hee^Sp?e<^^'e nu °P Northmoor begon te
huls hem rechtvaardigde, om het
mil "1 Westhaven van zijn schoonzuster
er te nemen en het als dankoffer tot
van S^hirie te maken voor het district
a?" V James. Deze verhuizing scheen
jfhmerkelljk mee te werken, om mrs.
Herhüü verzoenen met het idéé, dat
öaar hi Canada zou blijven, te meer
21J' noch Ida veel lust gevoelden, om
zijn verontwaardiging te dragen, of om
hem te laten hooren, wat Westhaven zei.
Bovendien was zij één en al verlangen, om
Ida mee naar het buitenland te nemen.
Het stond echter bij Flank vast, dat hij
toch niet den zoon van zijn eenigen
broer, den jongen, dien hijzelf haast als
zoon had beschouwd en die zooveel had
verloren bij het weervinden van het kind,
zóó in ballingschap kon laten, als hij zich
niet eerst persoonlijk had overtuigd van
de deugdzaamheid van Herbert's nieuwe
vrienden. Dit was reden genoeg voor hem,
om zelve naar het transatlantische North
moor te gaan, om daar schikkingen te
maken voor zijn neef. Bovendien had hij
dit bezoek graag achter den rug, eer mrs.
Bury en Bertha zouden weerkeeren, want
voor haar waren opzettelijk de namen
„Adler" en „Northmoor" in de opgetogen
brieven achterwege gelaten.
Mr. Hailes had volkomen bevestigd,
hetgeen lord Northmoor gehoord had van
lady Adela, een geschiedenis, die de oude
heer in zijn kiesohheid hem nooit ver
teld had van de beide jongelui, die hem
zeer dierbaar waren.
Hij deelde dan mee, dat de arme Arthur
Morton in een slechten kring was ge
raakt veelal tengevolge van hetgeen de
lust en het genot van zijn vader uit
maakte en lady Adela was bijna nog
een kind geweest, toen ze met hem ge
trouwd was door een familiebeschikklng,
die zeer afkeurenswaardig was te noemen.
Kapitein Adler had ook tot dien kring
behoord, ofschoon hij eigenlijk te goed
daarvoor had geleken. Ongetwijfeld had
den hij en Bertha veel liefde voor elkaar
gevoeld, maar er viel zeker heftig verzet
te duchten van haar vader; zelfs haar
broer had wel te kennen gegeven, hoe hij
vond, dat de kapitein niet het recht had
om te dingen naar de hand van zijn zus
ter. Bovendien bleek later, dat Adler
zware Schulden had aan Arthur Morton.
Onder deze omstandigheden gebeurde
het ongeluk. Bertha hadden de ooren en
de oogen van het paard niet aangestaan
en hij had haar broer gesmeekt er niet
mee te rijden, maar die had haar slechts
wat geplaagd met haar ongewone vrees.
Bij den eensten schok had het heftige
jonge meisje bittere woorden gesproken,
waarbij ze hem verantwoordelijk stelde
voor het ongeluk. Hoe deze precies had
den geluid, wist noch mr. Hailes, noch
iemand anders, maar ze hadden den ka
pitein diep getroffen.
Toen Arthur in zooverre hersteld was,
dat hij weer bij bewustzijn was gekomen,
werd er een poging in het werk gesteld
om kapitein Adler te vinden, maar hij
had het leger verlaten en ofschoon even
daarna het volle bedrag van de schuld
wesd betaald, werd dit gedaan op een ma
nier, waardoor de afzender niet makke
lijk uit te vinden zou zijn; daarbij kwam
nog, dat Arthur op dit oogenblik zoo min
was, dat er ook geen pogingen in het
werk werden gesteld om het adres te
weten te komen van een, die beter ver
geten werd.
Toen wist men nog niet, hoe Bertha's
leven vernietigd zou zijn onder dat be
wustzijn van bedreven wreedheid en on
rechtvaardigheid, noch hoe diep de
liefde voor dien man bij haar gegaan
was, maar lady Adela en mr. Hailes had
den wel opgemerkt, dat zij nooit meer
dezelfde was geweest, sinds die minuut
van hartstochtelijke droefheid en beschul
diging en de oude heer was er van over
tuigd, dat, wat er ook van komen mocht,
de gelegenheid, om haar verkeerdheid te
bekennen en om wat af te weten van het
lot van haar vroegeren verloofde, het
eenige zou zijn, dat haar haar gemoeds-
evenwicht zou kunnen terugschenken en
dat de wonde bij haar zou kunnen heelen.
Van zijn vroegeren werkgever, mr. Bur-
ford, wist Frank den nog ontbrekenden
schakel te krijgen voor den opbouw van de
geschiedenis van miss Morton en kapi
tein Adler, Mr. Burford had namelijk de
opdracht gekregen van een van zijn
cliënten, om een landgoed aan te koopen
van de familie Adler, op een tijdstip, dat
vrijwel samenviel met den dood van
Arthur Morton en de afdoening van de
schuld. Er was een tweede termijn van
betaling, die moest voldaan worden aan
een Bank in Quebec.
Dit was al wat er vernomen werd, maar
intussohen ging het hoe langer hoe vas
ter staan bij lord Northmoor, dat het het
beste zou zijn om den kapitein te spre
ken, waardoor hij veel verklaren kon van
hetgeen Adler indertijd zoo diep gegriefd
had. Met een mondeling onderhoud toch
kon veel meer bereikt worden dan met
een brief en de plannen van Herbert op
zlchzelve immers gaven al voldoende aan
leiding tot een reis naar Winnipeg.
Natuurlijk was het hard voor hem, om
zijn vrouw en zijn pas-weergevonden
zoontje te verlaten, maar als hoofd van
de familie voelde hij zich als 't ware ver
plicht het bedreven kwaad recht te zet
ten, terwijl de mogelijkheid, dat ook
Bertha er geestelijk door gebaat kon zijn,
den doorslag gaf.
Frank zei Ijler fflaai Deel weinig van en
even kalm, of hij vertelde, dat hij naar
een van de zittingen te Colbeam ging,
deelde hij mee, dat hij zich verplicht
achtte, naar zijn neef in Canada te gaan.
En zocdra hij het gezelschapje thuis
gebracht had en hij zijn zoontje weer
veilig en wel in de kinderkamer wist,
vertrok hij en liet Mary en lady Adela
zich verdiepen in allerlei gissingen om
trent de mogelijke gevolgen van de reis.
HOOFDSTUK XLH.
Zoete broodjes bakken.
Bertha was juist teruggekeerd van haar
reis, want ze was ijlings naar huis ge
gaan, toen ze gehoord had van een ver
deeldheid tussohen de doktoren en de
zusters van haar lievelingshospitaal en za
was dadelijk op Northmoor aangegaan,
om zich van den steun van haar neef te
verzekeren.
Ze zat bij den haard, bij lady Adela,
zeer teleurgesteld, toen ze hoorde, dat zijn
lordschap nog niet thuis was, ofschoon
hij iederen dag verwacht kon worden.
„Waarvoor zou hij naar Canada zijn
gegaan? Me dunkt, hij moest blij zijn,
dat hij nu eens thuis kon blijven, nu hij
toch al dien tijd verloren heeft door zijn
ziekte. O, ja. ik weet het, dat het on
dankbaar klinkt, omdat het alles is naar
aanleiding van hetgeen hij voor mijn
kleine Cea heeft gedaan. Dat zal ik heel
mijn leven nooit vergeten, maar toch
moest hij thuis zijn, als hij daar noodig
is, en het verwondert mij, dat nij lust
voelde, om weer dadelijk weg te gaan, nu
hij pas zijn kleinen jongen terug had
„Hij deed 't ook niet voor zijn genoe
gen, maar achtte het zijn plicht."
.(Wordt vervolgd).