De schoenindustrie in nood >SCH DAGBLAD - Derde Blad Zaterdag 9 Mei 1936 een moordende londerlinge concurrentie. HISTORISCHE FIGUREN. 1JN/T INIETTERIN LUCHTVAART- INDISCHE KRONIEK. |Reeds vijftien fabrieken gesloten. iGebrek aan export schept (Van onzen relsredac teur Onrustbarende berichten komen uit de krlnfen der Nederiandsche schoen industrie: in de laatste maanden zijn talrijke fabrieken tea loten, andere wachten weer op een failliet-verkla ring of hebben surséance van betaling aangevraagd, waar nog gewerkt wordt geschiedt dit met verminderde capa citeit en bijna nergens kan worden gesproken van een ioonend bedrijf. Het is snel berg-af gegaan met onze schoenindustrie en het laagtepunt schijnt nog op geen stukken na te zijn bereikt. Speciaal de Langstraat, het klassieke Poordbrabantsche centrum der schoen- Itn lederindustrie heeft onder dezen mlse- liabelen toestand te lijden, al ls het el- |ders vaak waarlijk niet veel beter gesteld. We zijn daarom eens op onderzoek uit ge veest en hebben ons tot verschillende llabrlkanten om Inlichtingen gewend, ten leende een Indruk te krijgen van de moei lijkheden, waarmede dit bedrijf thans te Ti pen heeft. Noodtoestand. Men kan gerust zeggen, dat de schoen industrie hier te lande ln een noodtoe- Istand verkeert. Ben der fabrikanten .noemde ons den toestand zóó schrikba rend slecht en catastrophaal, dat hij, paar zijn zeggen, er geen woorden voor |kon vinden, om die te beschrijven. Sinds nenschcnheugenis is het bedrijf er niet o slecht aan toe geweest. De bedrijfs- lasultaten zijn allerbedroevendst. Zeker lreen tien fabrieken zijn er, waar nog iets Verdiend wordt, en de meesten zijn al heel I biii. wanneer ze rente en aflossing eruit I tanen halen. Met tal van fabrieken is het nog erger gesteld. In de laatste maanden zijn er ha totaal vijftien stopgezet moeien worden. Sommige werken nog door met sterk verminderd personeel, bij velen wordt maar halve weken ge werkt en in de laatste weken zijn de ontslagen niet van de lucht geweest. Teekenend is het, dat in dezen tijd tus- .'dien Paschen en Pinksteren, een tijd die I aiders door extra groote drukte wordt I «kenmerkt, het bedrijf slapper is dan Ieoit. Het voorjaarsseizoen kan als volko- I men mislukt worden beschouwd, hetgeen I het ergst ls, wat den fabrieken kon over- llomen. Steeds vormde tot voor kort dit pizoen een lichtpunt te midden van de I donkere dagen, doordat de vraag naar I Jomerschoelsel weer eenige opleving I hacht. Terwijl de meeste fabrieken anders met overuren werkten, is nu het aantal I irbeldsuren minder dan in den slapsten I tijd van het vorige jaar. Als zóó de goede I hid is, dan is het duidelijk, dat men met Angst en beven de toekomst tegemoet gaat w. «n opeenvolging van sluitingen, fall- bssementen en liquidaties voorziet. Gedaalde export. Het is hier alweer niet anders, dan overal elders bij onze Industrie. De export is geweldig teruggeloopen en thans vrij wel tot nul gereduceerd. In 1928 bedroeg de uitvoer nog 660.000 paar voor 'n waarde van ongeveer f. 4.000.000. Deze cijfers zijn In de daarop volgende jaren teruggegaan °P de wijze als het hieronder opgenomen staatje laat zien: 550.000 paar, waarde f. 3.400.000 450.000 paar, waarde 2.600.000 350.000 paar, waarde 1.600.000 76.000 paar, waarde 280.000 68.000 paar, waarde',, 225.000 32.000 paar, waarde 117.000 45.000 paar, waarde 120.000 Zooals men ziet, was het Jaar 1935 weer beter dan het eraan voorafgaande, doch thans, in 1936, is de export, naar ons werd verzekerd, practisch niets meer. Hoe zit dat hu met het buitenland? De grootste fabrikanten houden er geregeld voeling mee om te trachten er nog een «zetgebied te vinden, hetgeen nu vol komen onmogelijk blijkt, omdat overal het «oderlandsche product, ondanks de scherpste calculatie te duur is. In Enge land kunnen de eigen fabrieken nauwe lijks aan de vraag voldoen. In de Scan dinavische landen is de productie toege nomen, doch de Import eveneens. Niet Jij™' hit Nederland, doch hoofdzakelijk om Duitschland, dat met een export- Pcmie van 30 "U werkt. Naar Duitschland 1930 1931 1932 1933 1934 1935 kan men nu ln het geheel niet exportee- omdat, naar een bestuurslid van de Meratie van Schoenfabrikanten ons mededeelde, in de clearlngovereenkomst Plaats zou zijn ingeruimd voor «hwnleverantles doe ?lporb hit vreemde landen wordt t°r oe contlngenteering weliswaar ge- ptU, I1 men beschouwt de werking tii»" i H niet als voldoende. Het con- °en* bedraagt 35 "/o van het gemiddelde C..ÏÏ basisjaren 1929, 1930 en 1931. nss.i.7 d komt daar met zijn export dat ederland echter ver bovenuit, om- deic™an dat land b'J afzonderlijke han- top'ï'oreenkomst extra contigenten zijn gestaan. Zwitserland mae hier prac tisch gebruik Zwitserland mag hier prac- vrij importeeren en heeft daarvan Semaakt door in het afgeloopen over j paar in te voeren, waartegen- oberland maar 1500 paar naar wrland heeft uitgevoerd. Binnenlandsche concurrentie. do» ?®?erlaadsche schoenfabrieken zijn fcidsrt, a"es uitsluitend op de binnen roe markt aangewezen. De productie is daardoor echter veel te groot en de on derlinge concurrentie heeft daardoor zulke vormen aangenomen, dat van een ioonend bedrijf bijna nergens sprake ls. Er zijn de laatste Jaren verschillende kleine bedrijfjes ontstaan, die den anderen een moordende concurrentie aandoen en zelf al evenmin het hoofd goed boven water kunnen hou den. Deze kleine bedrijfjes leven van den hand ln den tand; zij moeten verkoopen om te kunnen leven en doen dat dan ook voor uiterst lage prijzen. Andere bedrijven hebben zich daaraan moeten aanpassen en hebben zich uitgebreid om den kostprijs te kunnen drukken. Het gevolg is, dat ons land overstroomd wordt met goedkoop schoenwerk. In geen land in Europa zijn de schoenen zoo goedkoop als ln Nederland. In geen land ook, aldus een onzer zegslieden, laat men zich zulke minderwaardige producten in de handen stoppen, waar men in het buitenland feestelijk voor bedanken zou. De vraag naar goedkoop schoeisel heeft geleld tot een grootscheepsche verknoeiing van een belangrijk deel van het eens zoo beroemde vaderlandsche product. De bedrijven, waarvan we hier spreken, werken met uiterst goedkoope krachten. De kleine zijn ongeorganiseerd en betalen lage loonen, meestal ook aan Jeugdige ar beidskrachten en ver beneden die van de gevestigde fabrieken. De groote hebben vrouwen en Jeugdig personeel in dienst, die de loonuitgaven tot een minimum beper ken. Dit hebben de voornaamste werkge vers steeds kunnen tegenhouden, doch zij zullen noodgedwongen moeten overgaan tot ontslag van ouderen en ln dienstne ming van goedkoope krachten. Het collec tieve arbeidscontract ls tegen Juli a.s. op gezegd, omdat men tegen dé ongeorgani seerde minderheid niet opgewassen bleek. Verlangens. Wat moet er gedaan worden, om ln deze Industrie een débècle te voorkomen? Op het oogenbllk voltrekt zich ln de schoen industrie een proces van „uitzieken", dat de sterksten alleen (en dat beteekent niet de besten, wegens de reeds gesignaleerde tendenzen naar prysverlaglng) doet over blijven. Dit ls niet ln het belang van de Nederiandsche industrie, noch in dat van de werknemers, wier loonen tot het uiterste worden verlaagd, of die geheel op straat komen te staan. Men vraagt nu ln de Langstraat allerlei maatregelen, die aan dit ontbindingsproces een einde moeten maken. In de eerste plaats wil men vestigingseischen voor de industrie, waaromtrent nu een wetsontwerp in de maak ls. Men meent echter, dat dit zal blijken te laat te komen, tenzij er krasse maatregelen worden genomen. Steeds dringender wordt de eisch tot verbindend verklaring van collectieve arbeidscontracten. ^Wanneer de over- groote meerderheid van werkgevers en werknemers de ongeorganiseerden zou i kunnen dwingen gelijke arbeidsvoor waarden in te voeren, zou de onder linge concurrentie minder verwoestend zijn. De regeering verzet zich daar echter tegen met de argumentatie, dat de aanpassing daardoor in het alge meen wordt tegengewerkt. Men is in de schoenindustrie slecht te spreken over de regeering, omdat ze naar het oordeel der betrokkenen te weinig doet om een débacle te verhinderen. De tegen stelling tusschen den gesteunden landbouw en de „aan haar lot overgelaten" In dustrie kan men er ln alle toonaarden hco- ren bezingen. Als er geen devaluatie kan komen (een panacee, die men in deze krin gen hartstochtelijk aanprijst), laat de re geering dan tenminste exportpremies ge ven, om de binnenlandsche markt te be vrijden van de producten, die door de vroe ger exporteerende industrie worden ge maakt. Zoo zou er althans naar de mee- ning van velen althans iets worden ge daan. om verlichting te brengen. Het wachten ls nu op Den Haag, dat op al deze verlangens uitsluitsel moet geven.... OSWALD SPENGLER OVERLEDEN. In den ouderdom van 55 jaar ls te Mün- chen overleden Oswald Spengler. Hij werd op 29 Mei 1880 te Blankenburg ln den Harz geboren en is beroemd geworden door zijn boek „Der Untergang des Abend- landes", dat in 1918 het licht zag en bij zijn verschijnen groot opzien baarde. In dit werk, dat in de wetenschappelijke we reld vele heftige bestrijders, maar ook enthousiaste voorvechters vond, toont Spengler zich de schepper van de idee eener vormleer der geschiedenis. Volgens dezen geleerde is er geen continuïteit ln de beschavingsgeschiede nis der menschheid, maar zijn de culturen als bloemen of planten, die naast en na elkaar bloeien, en hun gelijkvormige ken merken van opkomst, bloei en verval hebben. De West-Europeesch-Amerikaan- sche cultuur zou ln het stadium van civi lisatie verkeeren, en gedoemd zijn te ver dwijnen en spoorloos onder te gaan, zoo als eens de Egyptische, de Perzische, klas sieke, Indische en andere culturen. Een korte samenvatting van dit lijvig en van groote universeele kennis en be- iezendheld getuigend werk gaf Spengler in zijn onlangs ook in Nederiandsche ver taling verschenen „Mensch und Ma chine" „de mensch en de techniek". WEEKBLADEN. Mr. Colo Debrot schrijft in de We reldkroniek over: Ons Verre Westen. Tien kamp de zwaarste athletische proef is het sportartikel van Sprint. In de filmrubriek wordt: Hoe leven we in 2036? van H. G. .Wells besproken. IWAN DE VERSCHRIKKELIJKE. Men heeft mij boosaardig en op vliegend genoemd. Ik loochen niet dit te zijn. Doch zoo men mij vraagt, tegen wie ik boosaardig ben en op wie ik mijn wreedheid koel. dan antwoord ik: „op de boosaardigen". Rusland staat midden ln de wereld politiek onzer dagen. We bemerken dat aan de dagbladen met hun artikelen over internationale staatkunde en aan andere lntellectueele uitingen. Ik zag een zeer belangrijke film. die ons een blik veroor loofde on de lichamelijke opvoeding der Russische jeugd. Daarbij werden de ge dachten der toeschouwers zeker herhaal delijk gesteld tegenover het feit der on metelijkheid van dit riik „van alle Rus landen" dat met zijn macht aan bevol king aan bodemriikdom. aan industrleele exploitatie in de toekomst een geweldige factor zal zijn in de wereldpolitiek. Bij de film, die ongedacht grootsche Jeugdsoelen en sportieve oefeningen te zien gaf binnen de kilometers lange muren van het Kreml, trof herhaaldelijk het sierlijk toren-com plex der kathedraal van den Heiligen Basilius. gebouwd in de 16e eeuw, ter her innering aan de overwinning van Kasan door Iwan den Verschrikkelijke. Een Rus sische dame vertelde mij. dat. naar gezegd wordt. Iwan den architect de oogen liet uitsteken om hem te beletten ooit iets dergelijks of iets beters te bouwen. Daar mede gaf zij mli als het ware een onder werp aan voor miine historische rubriek. De gruwelijke de gecompliceerde, de moei lijk te begrllcen figuur van den vierden Iwan. wien ziin tiidgenooten en het nage slacht hebben geteekend ln den bijnaam „de Verschrikkelijke", wil ik in een paar korte artikelen bespreken. Hij is de Rus sische heerscher, op wien wel bijzonder een volkslied schijnt te doelen, dat zegt: Toen werd de Moskwastad van steen. Geiyk tot steen verwerd des tsaren hart. De geschiedenis kent enkele namen, aan welke het begrip wreedheid onverbrekelijk ls verbonden. Nero en Iwan de Vierde hebben dien treurigen roem. Maar Nero is niet alleen wreed en Iwan niet utslultend een monster. In dezen laatste ls een ver bijsterend' samengaan van misdadige, waanzinnige hartstochten en een teerheid, althans een tot berouw, ootmoed en schuldbesef geneigde zin. die den navor- scher van zijn leven voortdurend in ver warring brengen. Hij is moedig en wreed, wijs staatsman en bloeddorstig in het ver volgen zijner tegenstanders, aestheticus en vandaal administrateur van groote gaven en ontwrlchter van economische even wichten een naar zlin eigen inzicht voor God met afschuwelijke schuld bevlekte en een kinderlijk geloovige die zich buigt voor wat zelfs hli zelfs hll als macht boven zich erkent met heete tranen van boetedoening. Heden ten dage. waarin wU anders wel gewend worden aan machts- ultlngen zou zulk een man op geen troon meer geduld kunnen worden. Een sanato rium voor zlelskranken zou zich over hem ontfermen. In de zestiende eeuw en in Moskou kan hij zlin woede uitrazen tot zijn ongelukkig einde, in een toestand van er- barmelflke inzinking Dhysiek door zijn uitspattingen ondermijnd, gekweld door angst en wroeging, zich trachtend te red den door de meest minutieuze devotie, die alles weer goed moet maken, wat hli mis deed. misdoet en het volgend oogenblik opnieuw misdoen zal. Wreedheid en wraakneming, het eene aangeboren, het andere een gevolg daar van. drukken haar stempels op dit vor stelijk bestaan. In eigen oog is hij een slachtoffer van anderen van menschen en omstandigheden. BH ziin geboorte, op 15 Augustus 1530. dondert en bliksemt het. alsof de wereld zal vergaan. Het is een slecht voortceken. beweren hoogwijze merischen. voor het zich openende leven. Trouwens er waren andere dingen, die deze voorspelling konden rechtvaardigen evenals hun voorhoofd-fronsen. De om geving van het koninklijk kind. de naaste kring, is een terrein van intrige en cor ruptie .waar de moeder. Helene Gllnski, een gToote rol speelt Weldra, wanneer de vader sterft, zal zich haar geest open baren in al zlin bedriegellikheld en wree- Iden aard. In het kind zitten, bit erfelijk- Vheld van hoevele geslachten, de kiemen 'van ontstellende passies. Iwan is nauwlijks vier Jaar oud. als zlin. Vader sterft. Wassilll m. grootvorst van Moskou, heeft tegen Polen-Llthauen ge vochten Pskow onderworpen. Hij laat een ïlch sterk voelend rijk aan zijn zoon :hter. De moeder aanvaardt het regent- hap over het minderjarige kind. maar fier jaar later wordt zij vergiftigd, uit aak voor al de moorden op bloedver- .nten gepleegd, en haar ontrouw tijdens :t leven van haar man wordt nu gewro ken aan den minnaar, prins Telepnov. Telepnov's zuster wordt, evenals de broer, gevangen genomen en opgesloten in een der kerkerholen van het Kreml. Mèt dit laatste werd echter ook de kleine Iwan getroffen. Hli was haar ter opvoeding toe vertrouwd en had zich innig aan haar gehecht. Vroegrijp als hli was: ver zijn leeftijd vooruit in gevoel en inzicht der dingen, maakt deze scheiding zlin eerste jeugdjaren droevig en donker. Zij bil),ven in zijne herinnering vastzitten en aan hen ontleent hij wellicht ziin eerste gedachten van wraak en moord. De Bojaren, de hoog adellijke familiën. tegen welke de heer- schers van het riik herhaaldelijk een fei len kamp hebben te voeren, hernemen hun invloed om den troon omringen den min derjarigen vorst, geven hem speelgenooten. die hem het kwade, wat te leeren is, al spelende bijbrengen. De nieuwe omgeving put zich uit in vleierij en wanneer Iwan's wreede aard zlin zin om dieren te mar telen. om grijsaards en vrouwen door zijn fel gezweepte paarden te verschrikken en zoo mogelijk te doen vertraocen zich in feiten verraadt, gaat er een koor van loftuitingen oo Dat belooft een groot heer scher te worden! Maar de innerlijke ge dachte was. dat met zulk een aanleg bij den toekomstigen vorst de kans vermeer derde op verwarring waaruit rijke munt was te slaan. Met zulk een regeerder zou de toekomst der Bojaren gunstig ziin. DE „HINDENBURG" ONDERWEG. Volgens de van de „Hindenburg" ont vangen berichten kan de „Hindenburg" vanochtend 8 uur pl. tyd (dat ls 13.20 Am- sterdamsche tijd) te New-York verwacht worden. In den nacht van Donderdag op Vrijdag heeft het luchtschip een storm doorge maakt, die geen moeilijkheden heeft opge leverd. Te Lakehurst zijn reeds alle maatrege len getroffen voor de landing. Om 13 uur M.E.T. gisteren ontmoette de „Hindenburg" een reusachtigen ijsberg. Kapitein Lehmann stuurde wat bij, zoo dat de opvarenden van de L. Z. 129 den ln de zon glinsterenden ijsberg goed kon den waarnemen. De snelheid van het luchtschip bedroeg vrij geregeld meer dan 100 KM. per uur. Gisteren werd te Eindhoven tusschen 3 en 4 uur een kortegolfreportage opgevan gen van het luchtschip „Hindenburg". Na dat de Dultsche kortegolfzender, die op 16,89 meter door een oproep in 't Duitsch en in het Engelsch er in geslaagd was een radioverbinding met de „Hinden burg" te verkrijgen, verzocht men den zich aan boord van het luchtschip bevin denden Journalist Max Jordan een radio reportage voor de Amerikaansche zen ders door te geven. Het verslag van dezen journalist in het Engelsch werd in New- York opgevangen en door het station Wayne met de roepletters w2xe op 16.89 M. gerelayeerd. De reportage uit het luchtschip kon, onóanks vele atmosferische storingen goed ontvangen worden. Ongetwijfeld werden met deze interes sante reportage de belangrijke mogelijk heden aangetoond, die voor den kortegolf- lulsteraar zijn weggelegd. Het luchtschip „Hindenburg" is om 9.20 uur (Amst. tijd) boven New-York ver schenen. o DE „GRAF ZEPPELIN". Het luchtschip „Graf Zeppelin" is giste ren met 22 passagiers aan boord vlot in Friedrichshafen geland. Op de terugreis uit Zuid-Amerika vloog ihet luchtschip na de voorziene tus- schenlanding in Sevilla over de Middel- landsche Zee en Zuid-Frankrijk. BIJ de landing in Rio de Janeiro den 2en Mei j.l. was het geraamte van het luchtschip licht beschadigd. Deze averij werd voorloopig ter plaatse gerepareerd. Na den start in Sevilla had het lucht schip met zware stormen te kampen. Toen bovendien van de „Deutsche Seewarte" bericht werd ontvangen, dat boven de Golf van Biscaye een hevige Noord-Oosten wind woei. besloot kapitein von Schiller over de Middellandsche Zee te vliegen. De opgeloopen averij zal morgen geheel hersteld zijn, zoodat de „Graf Zeppelin" Maandag voor de vierde maal in dit jaar naar Zuld-Amerika zal kunnen vertrek ken. o DE VEERTIENDE DOUGLAS NAAR ONS LAND. Hedenavond a.s. loopt de ..Statendam" van de Holland—Amerlka-ltin de Maas binnen met het gedemonteerde Douglas- toestel aan boord voor de K.L.M.. de twee de van de laatste bestelling. Als deze Dou glas DC 2. de „Edelvalk" zal zii in de volière van de K.L.M. heeten. in dienst zal zlin gesteld, heeft de K.L.M. al 14 van de 15 Amerikaansche vogels binnen. Maandagavond zal het toestel worden gelost. Met denkt het in den loon van den volgenden dag naar Waalhaven over te brengen. 3352 Inmiddels is Rusland, onder het bestuur van Iwam's voogden, een tooneel van voortdurende anarchie. De Jonge prins is echter niet blind voor wat er om en bij ■hem gebeurt. Nog heeft hij niet de macht in handen maar hij weet. dat hli die wel dra zal hebben. Zlin maohtsbewustzljn is groot: hli wacht slechts op een gunstig oogenblik om toe te slaan, zich te ont doen van personen, die hll haat. lucht te maken in de zware atmosfeer, die hem omringt Hij ziet met klare oogen het marionettenspel der zoogenaamde vrien den. Hij doorziet hun doel en hij is hun superieur in de kunst van verzwijgen en veinzen. Op een goeden dag nóg is hij een kind; nóg heeft hli de teugels der macht niet in zUn forsche handen be gint hit schoon schip te maken. Ettelijke zoogenaamde vrienden worden verbannen. Doch één hunner, prins Schoeisky. dien hij feller haatte dan alle anderen, laat hli in het openbaar op een plein van Moskou door de hondenslagers geeselen en ten slotte dooden. Men schrikte op; men zag met angst en beven naar dat kind. dat moreen Rusland's heerscher zou ziin en nu. in weerwil van zijn veertien jaren, bleek een man te ziin. een man met ver schrikkelijke krachten en onstuimige hartstochten en die reeds helpers bezat om zlin wil uit te voeren. Men zou haast denken aan eene won derbare bescherming dit kind naast veel kwaads te beurt geva'len dat het hem gelukt, den troon te bestijgen. In een land en eene omgeving, waar moord, in het geheim en in het openbaar, waarlijk niet zeldzaam was. scheen elke voetstap naar den troon een nieuwe bedreiging naderbij te brengen. Het is inderdaad onverklaar baar. dat zooveel haat niet in staat was ziin troonsbestijging te beletten. Doch in dit spel der begeerten om de macht wegen de Dartlien ongeveer teren elkaar op. Het zal de rechtmatige troonopvolger, do onder voogdij staande heerscher zijn die h-et soel zal winnen. Nog is hli geen acht tien iaar of hij grijpt naar de macht, 'aat zich kronen en met een verwonderlijke energie vangt hll zijn regeering aan. Rus land heeft weer een vorst: Iwan de Vierde. (Slot volgt). A. J. BOTHENIUS BROUWER. DE RADIO. Over de radio-uitzendingen naar Neder land, die daar dan gerelayeerd worden, ko men gunstige berichten binnen. Er schijnt tamelijk algemeen naar geluisterd te wor den en nu doet zich het verschijnsel voor, dat hetgeen in het moederland het meeste waardeerlng gevonden Iheeft, hier als het minstgeslaagd beschouwd wordt. Wij luisteren hier natuurlijk mee uit pure nieuwsgierigheid om te weten, wat aan Nederland omtrent Indië verteld wordt. Dat die waardeering zoo verschillend is, mag niet vreemd worden genoemd. Neder land moet beter op de hoogte komen van hetgpen hier leeft en geschiedt en veel van wat de radio overbrengt, is voor ons oude kost. Maar voor Holland is het nieuw en de uitzendingen, welke hier waardee ring vinden, zijn mogelijk voor Holland wat te „geleerd". Een van de moeilijkheden, bij deze poging tot instructie ondervonden, ligt dan ook in het vinden van geschikte on derwerpen. Het is uiterst moeiiyk een onderwerp zoo te behandelen, dat er ook sfeer in wordt gevoeld. Op die sfeer komt 't in vele gevallen echter jui6t aan. Men schen zijn steeds menschen, waar men ze ook plaatst, met menschelijke behoeften en verlangens, doch de wijze waarop deze tot uiting komen, wordt bepaald door de levensomstandigheden, door gewoonten, klimaat, maatschappelijk milieu wat te- saam een levenshouding doet ontstaan, welke soms scherp afsteekt tegen die van het land. dat als bakermat van de men schen en de gebruiken te beschouwen is. Die sfeer in een redevoering leggen, waar bij nog het nadeel bestaat, dat het publiek den spreker niet ziet, kan alleen een redenaar en zooals elk land, ls ook Indië daar niet ruim van voorzien. Sprekers hebben wij evenals Holland, te veel en om de microfoon voor uitzendingen naar Holland, begint al een bedenkelijk gedrang te ontstaan, wat een nog scherpere selectie noodig maakt. Het gaat om hetgeen ver teld wordt, niet om den verteller. Er is ontzettend veel in Indië om over te praten. Wat kan er b.v. niet gezegd worden over sawahbeplanting, over de wijze, waarop de tani zijn bedrijf uitoefent, maar wie zich geen voorstelling kan maken van wat een sawah is, zal voor de bewerking ervan weinig aandacht hebben. Het leven in de kampong. Daar kan uren over gepraat worden en wat een misver standen zouden niet uit de wereld te rui men zijn, indien de Hollander zich maar een denkbeeld kon vormen van aard en inrichting van een kampong, die hij, uit volkomen begrijpelijke redenen, zoo'n beetje zal beschouwen als een wat dicht opeengebouwd, wat slordig Hollandsch dorp waar inlanders wonen. De Europeesche woning, zoolang de zon schijnt. Daar zijn blijspelen en drama's van te maken. Het huishouden in Indië. Hoe instructief zou dat nfet zijn voor de jonge vrouw, die naar Indië komt en zich met den besten wil van de wereld geen zuivere voorstelling kan maken van het omgaan met inlandsche bedienden, die goed geïnstrueerd en goed behandeld, alles op geoliede rolletjes doen loopen, zoolang zij maar weten, dat de nonja elk oogen bllk kan komen controleeren. De vrouwe lijke baar begrijpt aanvankelijk niets van de geheel andere dagindeeling, zij staat verbaasd over hetgeen op het gebied van levensmiddelen te krijgen valt en over hetgeen daar soms ontbreekt. Hoe nuttig zou het zijn een verstandige goed door gefourneerde huisvrouw voor de microfoon te plaatsen om den goeden en ook den kwaden kant van een Indisch huishouden te belichten. Het onderwerp voor Holland kan eigen lijk niet eenvoudig genoeg genomen wor den, niet gewoon genoeg. Alles komt echter op het vertellen aan en waar steeds een geschikten spreker of spreekster vandaan te halen? Het is zoo ontzettend jammer, dat een Indisch filmjournaal ontbreekt en zal blijven ontbreken, zoolang geen subsidie voor het samenstellen verleend wordt, want de afzet ts hier te lande veel te ge ring om de kosten goed te maken. Zien is zooveel meer instructief dan hooren. Er zouden eigenlijk specifiek Indische lilms gemaakt moeten worden, om die dan in Holland in een schoolbioscoop voor volwassenen te vertoonen. Maar waar moet het geld hiervoor vandaan komen? Hol land heeft het niet en Indië nog veel min der. De directeur van financiën loopt al maanden naar een 20 millioen te zoeken. Belasting opvoeren behoort tot de onmo gelijkheden alleen aan inkomstenbelas ting betalen de middelmatige inkomens meer dan 10 procent en de bezuiniging staat vrijwel met de rug tegen den muur. Over het doen van niet dringend nood zakelijke uitgaven wordt niet eens ge dacht. Het is zoo jammer, dat Holland Indiö niet een aantal jaren door de tekorten heen kan helpen Op den duur komt een aanzienlijke vermindering van lasten. Het zooveel kleinere aantal ambtenaren, met hun enorm veel lagere salarissen, zal binnen afzienbaren tijd de post pensioe nen met millioenen verminderen. Het aan tal wachtgelders, aan wie in totaal vijf jaar uitkeering wordt gedaan, neemt nog steeds toe en aangezien het op ruimt schaal op wachtgeld stellen eerst in 1933 begonnen is, toont het uit te keeren be drag een stijgende lijn. Een financieele statisticus heeft uitgerekend, dat indien de wachtgelden wegvallen en de eerste, lagere pensioenen worden verleend, bin nen een halven pensioensleeftijd zooveel minder te betalen zal zijn, dat tegen over de tegenwoordige ontvangsten met 'n voordeelig saldo zou worden gesloten. Maar de kas van het moederland is te slecht voorzien voor een aderlating van enkele millioenen per jaar voor Indië en zoo staat de regeering hier voor de taak meer te bezuinigen dan in de toekomst noodig zal blijken. 3—C

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 11