De oorlog in Abessynië
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 21 April 1936
Derde Blad
No. 23334
Resolutie van den Volkenbondsraad.
Groote rede van Eden.
DAGBLADRECLAME
IS NIET TE VERVANGEN
VRAGENRUBBIEK.
FINANCIEN.
Tl*** Jaargang
Bij de hervatting van de zitting van den
Volkenbondsraad gistermiddag protes
teerde baron Alolsi op felle wijze tegen de
„insinuatie" van den Abessijnschen gede
legeerde, volgens welke de Italiaansche
regeering „zou willen trachten een ruil
handel tot stand te brengen door In het
Europeesche geschil steun aan te bieden".
„Indien de verzoeningsprocedure mis
lukt", zeide hij, „komt dit door het stand
punt, dat een der partijen heeft ingeno
men. Door de verzoeningspogingen te doen
mislukken, vertraagt men de Italiaansche
medewerking aan het Europeesche pacifi-
catiewerk, dat zal moeten volgen op de
regeling van het Italiaansch-Abessijnsch
conflict, dat nooit bulten het strikt ko
loniale kader uit had moeten gaan".
Het woord was daarop aan Eden, Hij
zeide, dat het de plicht van de Vol
kenbondsleden is de bestaande sanc
ties te handhaven. De Engelsche re
geering is gereed en bereid om tezamen
met de andere leden van den Volken
bond het opleggen te bestudeeren van
alle verdere sancties die noodig ge
acht mochten worden en doelmatig ter
nakoming van de verplichtingen, die
alle leden dragen met betrekking tot
het Abessijnsche conflict.
Wanneer als uiteindelijk resultaat van
dit geschil het gezag van den Volkenbond
als het beste instrument voor de hand
having van den vrede in twijfel mocht
worden getrokken, moeten de volken elk
afzonderlijk de politiek overwegen, die het
hun plicht zou zijn ten uitvoer te leggen.
Overgaande tot bespreking van de ge
schiedenis der verzoeningspogingen, zeide
Eden, dat het ongelukkig was, dat het be
roep op staking der vijandelijkheden niet
ontvangen is in den geest, waarin het
werd opgesteld. De Britsche regeering
heeft getrouwelijk ernaar gestreefd haar
verplichting na te komen tot deelneming
in de maatregelen, waartoe collectief be
sloten was volgens het handvest. In dezen
geest is de Engelsche regeering bereid
voort te gaan met de sancties tegen den
staat, die het handvest heeft geschonden.
Woordelijk zeide Eden: „wij waren en zijn
bereid dit te doen, ofschoon wij ons steeds
bewust zijn geweest van de grenzen, die
de Volkenbondsactie gesteld zijn, gren
zen. die het gevolg zijn van de onvolledig
heid van het lidmaatschap van den Vol
kenbond De verplichting moest ten uit
voer worden gelegd, zelfs al kon niemand
zeggen of de uitvoering snel genoeg, of
doelmatig genoeg zou zijn om een beslis-
senden Invloed te doen gelden tusschen
aanvaller en aangevallene.
De Britsche regeering is zich altijd be
wust geweest van de beperktheid der
Volkenbondsactie. Iedere actie, die door
oen bond wordt ondernomen moet col
lectief zijn. Hierin lag de kracht en de
zwakheid van den bond. De maatregelen
en de vorm van iedere collectieve actie
moeten derhalve tot zekere hoogte een
compromis vertegenwoordigen. Wat som
migen te langzaam kan voorkomen, kan
anderen te vlug schijnen. Het heeft geen
zin feiten over het hoofd te zien. De ern
stige consequenties voor den Volkenbond
van de gebeurtenissen der laatste zeven
maanden kunnen nauwelijks worden over
dreven. Het vertrouwen, dat de leden van
den bond zich gerechtigd zouden voelen in
de toekomst in deze organisatie te stel
len, moet in hooge mate beïnvloed worden
door een succes of een falen bij dit tegen
woordige geval. Op dit plechtige uur moe
ten de regeeringen bereid zijn verantwoor
delijkheden op zich te nemen en duidelijk
de politiek te kennen te geven, die zij be
reid zijn ten uitvoer te leggen."
Zijn rede voortzettende, zeide Eden: Ik
kan niet zwijgend voorbijgaan aan het ge
bruik, dat naar gezegd wordt, van gifgas
sen gemaakt wordt. Het is niet aan mij te
analyseeren, welk effect het gebruik van
gas kan hebben op de militaire positie der
oorlogvoerenden. Naar het oordeel van de
Engelsche regeering echter is het onmo
gelijk geen rekening te houden met de be
staande wijzen, die aantoonen, dat gifgas
sen door de Italiaansche legers gebruikt
zijn in hun veldtocht tegen de Abessijnen,
b'o zelf volstrekt ontbloot zijn van alle
middelen van verdediging tegen deze me
thode van oorlogvoering, die door de vol
den buiten de wet is geplaatst. Niet al
leen deze twee oorlogvoerenden, maar bij
na alle naties ter wereld zijn partners van
net gasprotocol van 1925. Dit protocol
beeft betrekking op inwoners van iedere
groote stad 'ter wereld, het is voor hen een
oorkonde tegen uitmoording.
IV ai meer een conventie als deze
naar willekeur verscheurd kan wor
den, zal ons volk, dat leeft in de
groote steden van West-Europa of in
de minder dicht bevolkte streken el
ders, vragen wat de waarde is van een
internationaal instrument, dat hun
vertegenwoordigers met nun naam
hebben bekrachtigd. Hoe kunnen zij
vertrouwen hebben, dat zij, ondanks
dat plechtig onderteckende protocol,
niet later in stukken gescheurd, ver
blind en in een vreeselijken doodsstrijd
vermoord zullen worden?
Dit zijn de problemen, die ieder lid van
oen Raad zich vandaag stelt. Voorzoover
Oe Britsche regeering aangaat, zij voelt
zoo diep het gevaar, dat ik den raad vraag
ogenblikkelijk formeel ieder lid van den
'oikenbond en iederen onderteekenaar
an het protocol van 1925 de verplichtin
gen in herinnering te roepen, die door dat
Piotocol aanvaard zijn.
h„i-aL toekomst van den Volkenbond
ïï™:'n verband met het resultaat van
voit !Fe Seschil, zeide Eden, dat er geen
'5 ?en Volkenbond is vertegenwoor-
«"ga, dat niet te eeniger tijd de bescher
ming van het handvest kan noodig heb
ben. Hoezeer kan de doelmatigheid van die
bescherming niet afhangen van het uit
eindelijk resultaat der huidige crisis? De
Volkenbond, zoo vervolgde Eden, bevindt
zich vandaag in moeilijkheden, en het is
in moeilijke tijden dat men het meest zijn
vrienden noodig heeft. Wanneer de idea
len, waarop het handvest is gebaseerd,
zich nog niet hebben vastgezet als alge
meen in acht genomen regels voor inter
nationaal gedrag, is 't toch mijn diepe over
tuiging, dat zij niet gedood kunnen wor
den. Zij mogen dan nog niet te allen tijde
de handelingen der regeeringen leiden, zij
leven toch ongetwijfeld in de harten der
menschen. Laat mij daarom zonder dub
belzinnigheid verklaren, dat de Britsche
regeering haar vertrouwen in den Volken
bond handhaaft als in het beste instru
ment, dat thans ter beschikking staat ter
handhaving van den internationalen vrede.
Het Is deze overtuiging en deze overtuiging
alleen, dat het motief geweest is en zal
blijven voor haar geheele optreden in het
tegenwoordige conflict. Zij is bereid op te
treden in overeenstemming met die poli
tiek, thans en in de toekomst, zoolang
andere naties dit ook doen en niet langer.
Wanneer tengevolge van het uitein
delijke resultaat van dit geschil het
gezag van den Volkenbond zoodanig
geschokt mocht worden, dat zijn nut
als beste instrument ter handhaving
van den internationalen vrede in
twijfel zou worden getrokken, zouden
wij elk afzonderlijk de politiek moeten
overwegen, die het onder die omstan
digheden onze plicht zou zijn ten uit
voer te leggen. Dit is geen profetie,
maar een uiting van ongerustheid.
De ernst daarvan behoort zeker nadruk
te leggen op de verantwoordelijkheid, die
op elk van ons rust, ten einde de zekerheid
te geven, dat wij ons uiterste bijdragen, en
binnen de limieten, die door het handvest
zijn voorgeschreven, voor de collectieve
ondersteuning van het gezag van den
bond. Alleen op deze wijze kunnen wij ten
slotte hopen, in de wereld de heerschappij
van orde te vestigen, waarin aanval geen
voordeelen oplevert.
Na Eden sprak Paul Boncour, die ver
klaarde, dat alles ondergeschikt moet wor
den gemaakt aan het herstel van den
vrede, waartoe slechts één middel bestaat:
collectieve veiligheid.
Ook Potemkin, de Russische gedelegeerde
sprak de hoop uit, dat een regime van col
lectieve veiligheid tot stand zou komen.
Daarop spraken riog de meeste verte
genwoordigers der kleinere staten zich uit
voor Eden's standpunt, hoewel uit Zuid-
Amerika ook klanken tegen de sancties
werden gehoord.
Voor de schorsing van de raadszitting
las de Italiaansche gedelegeerde nog een
korte verklaring voor, in antwoord op de
verklaringen van den Britschen gedele
geerde betreffende het gebruik van gifgas
sen door de Italiaansche troepen. Hij her
innerde eraan, dat de Italiaansche regee
ring zich beklaagd heeft over door de
Abessijnen bedreven wreedheden, en vroeg
waarom deze aanklacht een doode letter
bleef. De Abessijnsche gedelegeerde ver
klaarde daarop, dat hij schriftelijk op de
beweringen van den Italiaanschen gede
legeerde zou antwoorden.
De schorsing werd benut voor het op
stellen van een resolutie, die gisteravond
met algemeene stemmen is goedgekeurd,
waarna de zitting is verdaagd.
De resolutie.
De Volkenbondsraad, acte nemend van
het rapport van de raadscommissie van
dertien,
keurt goed en hernieuwt het beroep, dat
de raadscommissie tot de twee partijen
gericht heeft om binnen het kader van
den Volkenbond en in den geest van het
Volkenbondsverdrag te komen tot een
spoedige staking der vijandelijkheden en
tot herstel van den vrede;
stelt vast, dat de Abessijnsche regeering
op 5 Maart, in antwoord op dit beroep zich
bereid verklaarde onderhandelingen te
beginnen, daarbij acte er van nemend, dat
de raadscommissie van dertien zich op het
standpunt had gesteld, dat deze onder
handelingen geschieden zouden in den
geest van het Volkenbondsverdrag en bin
nen het kader van den Volkenbond;
stelt eveneens vast, dat de Italiaansche
regeering op 8 Maart, in antwoord op dit
bericht, zich in beginsel bereid verklaarde
onderhandelingen te beginnen betreffende
de oplossing van het geschil;
betreurt, dat uit de door den voorzitter
van de raadscommissie van dertien en den
secretaris-generaal van den Volkenbond
ingewonnen inlichtingen volgt, dat de ver
zoeningspoging van de raadscommissie
van dertien, overeenkomstig de woorden
van haar beroep tot de twee partijen, niet
is gelukt;
betreurt, dat onder deze omstandigheden
de staking der vijandelijkheden niet is
kunnen worden verwezenlijkt en dat de
oorlog voortduurt in omstandigheden, die
verklaard zijn in strijd te zijn met het
Volkenbondsverdrag en die met zich
brengt de uitvoering van de verplichtin
gen, die in dit geval voor alle leden van
den Volkenbond door het Volkenbondsver
drag zijn voorzien;
richt tot Italië een laatste beroep, opdat
dit land in de tegenwoordige omstandig
heden, die de samenwerking van alle vol
keren vereischen, bij zal dragen tot de op
lossing van haar geschil met Abessynië, in
den geest, dien de Volkenbond het recht
heeft te verwachten van een lid, dat een
zijner oprichters is geweest en dat een per
manent lid van den Volkenbondsraad is;
herinnert er aan, dat Italië en Abessy
nië gebonden zijn door het protocol van
Genève van 17 Juni 1925 tot gebruik van
gifgassen en door de conventies over de
wijze van oorlogvoering en vestigt met
nadruk de aandacht op het groote belang,
dat alle staten aan deze documenten toe
kennen.
VAN HET FRONT.
Op den weg tusschen Dessie en Addis
Abeba vooruitgeschoven Italiaansche af-
deelingen rukken voortdurend op. Volgens
berichten uit Erythreesche bron zouden
zij zelfs reeds meer dan de helft van den
weg hebben afgelegd.
In Ogaden nadert generaal Grazianl na
zijn overwinning van de vorige week op
den rechtervleugel van het leger van ras
Nassiboe, Harrar en volgens sommige be
richten zou er kans bestaan dat de rest
van het leger van ras Nassiboe gedwongen
zal zijn terug te trekken. Eveneens uit
Erythreesche bron ontvangen berichten
melden, dat de Italiaansche voorhoede, die
langs de Oostelijke route oprukt, zich zou
bevinden op 150 kilometer ten Noorden van
Nudsabeba, ter hoogte van Makfoed en
Abonsa. Dit laatste plaatsje ligt aan de
rivier Kobi, een zijstroom van de Hawasj.
Ondanks het feit, dat vandaag de telefo
nische verbinding met Afden en Ankobar
met Addis Abeba hersteld is, waaruit
blijkt, dat de Italiaansche geruchten over
een bezetting van deze belangrijke centra
onjuist zijn, houdt men deze bezetting van
Erythreesche zijde vol. Intusschen zijn de
Italianen in het Noorden nog nergens op
Abessijnschen tegenstand gestuit. Wel zijn
uit Addis Abeba langs den keizerlijken weg
eenige duizenden krijgslieden en recruten
in Noordelijke richting vertrokken, welke
te elfder ure en gewapend met ouderwet-
sche geweren in dienst genomen zijn, om
te trachten de hoofdstad te beschermen,
maar men is van meening, dat deze laatste
wanhopige poging slechts een vertraging
met enkele dagen van den val der hoofd
stad tengevolge kan hebben.
De keizer schijnt zich met de resten van
zijn leger in het bergachtige gebied van
Amhara te bevinden.
De correspondent van Reuter-A.N.P. te
Addis Abeba meldt, dat de voornaamste
groep der Britsche ambulance thans in
Addis Abeba geconcentreerd is en dat een
der vooruitgeschoven eenheden, welke on
der leiding staat van dr. Melley zich nog
op ongeveer 150 km. ten Noorden van de
Abessijnsche hoofdstad bevindt, waar hulp
gebracht is aan drie leden van het Neder -
landsche Roode Kruis, welker vrachtauto
in den modder was vastgeloopen.
Uit Djiboeti vertrokken reizigers, die uit
Hawasj naar Addis Abeba zijn gegaan,
zifn op normale wijze aldaar aangekomen,
waaruit blijkt, dat de spoorweg nog steeds
goed functioneert.
In een tweede telegram seint de corres
pondent van Reuter A.N.P.: mij is officieel
medegedeeld, dat de draadlooze verbin
ding met Djidjiga nog op normale wijze
werkt, zoodat deze stad zich nog in handen
van de Abessijnen moet bevinden.
Opgeschrikt door per radio uitgezonden
dreigementen volgens welke de Italianen
heden Addis Abeba binnenrukken zullen,
zijn duizenden rijke Abessijnen en rijke
vreemdelingen uit de hoofdstad gevlucht,
waar thans stilte heerscht. Tal van win
kels zijn gesloten, vele huizen zijn verla
ten. Het kabinet heeft besloten alleen de
verste buitenzijden van de hoofdstad te
verdedigen en wanneer de Italianen des
ondanks oprukken, zal in de hoofdstad
zelf geen enkel gevecht worden geleverd.
Voorloopig blijft de zetel der regeering in
Addis Abeba gevestigd.
Naar van Abessijnsche zijde nog wordt
medegedeeld, zijn Italiaansche aanvallen
aan het Zuidelijk front welke geleid heb
ben tot verbitterde gevechten van man
tegen man met de voorhoede van het leger
van ras Nassiboe, met zware verliezen voor
de Italianen ten Noorden van Wardere af
geslagen. De Italianen hadden tanks,
vliegtuigen en cavallerie in het veld ge
bracht, doch deze konden de door de Abes
sijnen aangelegde fortificaties niet pas-
seeren.
Verder wordt gemeld, dat de Italianen
ook twee vliegtuigen en drie tanks hebben
verloren, welke laatste kapotgeschoten
voor de fortificaties zijn blijven liggen.
Volgens Abessijnsche mededeelingen
heeft de keizer zich met de legers van ras
Kassa, ras Seyoem en ras Imroe, alsmede
met de reservetroepen naar het Westen
van Abessynië teruggetrokken.
De sterkte dezer afdeelingen wordt op
150.000 tot 200.000 man geschat. Het leger
aan het Zuidelijk front zou 150.000 man
sterk zijn en tusschen Harrar, Ghigner,
Goba en Allata liggen.
De totale verliezen aan Abessijnsche
zijde sedert het uitbreken der vijandelijk
heden worden op ongeveer 50.000 man ge
schat. Vijftienduizend menschen, van wie
5000 burgers, zouden het slachtoffer van
gifgasaanvallen geworden zijn.
J. N. O., te K. De becijfering van Uw
aanslag personeele belasting is juist.
Mobilairwaarde werd geschat op f. 200.
J. F. J. G., te L. U werd geacht in
West-Indië te wonen, terwijl het geheele
inkomen aldaar belast was. Het bedrag,
hetwelk U over moest maken voor onder
houd van Uw gezin, was hier te lande niet
belast. Wij beschikken niet over de tarie
ven van de Indische inkomstenbelasting,
zoodat wij de juistheid niet kunnen beoor-
deelen.
U is verplicht deze belasting te betalen.
Abonné, te L. De belastbare op
brengst, zoowel gebouwd, als ongebouwd,
kunt U o.a. vinden op uw aanslagbiljet.
Herschatting (ten koste van ongelijk)
kan alleen worden gevorderd binnen
dertig dagen na den dag der afkondiging.
J. v. d. H., te V. Kooknat van de
hoofdkaas, gruttenbloem of meel, noot-
muscaat, peper, kruidnagelpoeder, zoo
noodig zout. De bouillon aan den kook
brengen en al roerende zooveel grutten-
meel of bloem in laten loopen tot men een
dikke brij krijgt, waarin de lepel blijft
staan. Deze brij overdoen in een groote
kom of schaal en koud laten worden. Den
volgenden dag den vorm keeren, de brij in
vingerdikke plakken snijden, deze in
bloem wentelen en in reuzel of boter bruin
bakken.
f^/edeXmi\
ï\W bewondekt de
WVAMom)
(TëINT!\
2328
Palmolive zeep maakt
Uw huid zachter, bekoorlijker!
Denk niet: „mijn teint kan ik tóch niet verbeteren!"
Vele vrouwen op wier mooie huid U jaloersch
bent, hebben deze te danken aan de dagelijksche
Palmolive-behandeling. Een van de beroemdste
natuurlijke schoonheidsmiddelen is geraffineerde
olijfolie, welke op lichaamstemperatuur „smelt".
Cleopatra kende reeds haar cosmetische waarde.
Doktoren gebruiken ze voor de teere huid der pas
geborenen; en meer dan 20.000 schoonheidsspecia
listen bevelen thans Palmolive aan, de zeep waarin
olijf- en palmoliën op bizondere wijze vermengd zijn.
Wasch Uw gezicht met Palmolive en gebruik
Palmolive ook voor Uw bad. U zult zien hoe
anders haar overvloedig, fluweelzacht schuim is.
Palmolive maakt de huid zacht als satijn, bekoorlijk!
Masseer Uw gezicht 's morgens en 's avonds met
het verjongende schuim van Palmolive: de lieve-
lingszeep van iedere
vrouw, die prijs stelt op
haar uiterlijk, van hoofd
tot voeten. Want ook
de voeten hebben recht
op regelmatige verzor
ging. Neem daarom re
gelmatig dagelijks een
Palmolive voetbad!
Dit houdt Uw voeten in
goede conditie. En de
kosten zijn zoo gering I
(Ingez. Med.)
KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE
STOOMBOOT-MAATSCHAPPIJ.
Overeenstemming inzake de voor te
stellen reorganisatie.
Naar wij vernemen is tusschen het be
schermingscomité voor obligatiehouders
der Koninklijke Nederlandsche Stoom
boot Maatschappij N.V.en het bestuur
dier vennootschap overeenstemming be
reikt inzake de voor te stellen reorgani
satie. Hierbij zullen obligatiehouders voor
elke obligatie, groot 1000 gulden vierhon
derd gulden in geld en vijfhonderd gulden
in aandeelen ontvangen.
Het bestaande aandeelenkapitaal wordt
op vijfduizend gulden preferente aandee
len na, geheel afgeschreven. De oude aan.
deelhouders ontvangen voor elk aandeel
groot vijfhonderd gulden een amortisatie-
bewijs, hetwelk uit de overwinst aflosbaar
is met vijftig gulden.
Gisteren verleende de president van de
Rechtbank te Amsterdam de door de
Maatschappij gevraagde goedkeuring om
een vergadering van houders van te harer
laste uitstaande obligaties te houden,
waar deze voorstellen in behandeling
zullen komen.
VAN VOLLENHOVENS BIERBROUWERIJ
Verliessaldo f. 90.922.
Aan het verslag over 1935 van Van Vol-
lenhovens Bierbrouwerij ontleenen wij
het volgende:
Voor de eerste maal sedert vijf jaar ver
toont de bruto-winst weder een geringe
stijging en dit zou op zichzelf een reden
tot verheugenis kunnen zijn. Daar echter
deze vermeerdering uitsluitend het ge
volg is van uitgevoerde bezuinigingen en
niet van een verbetering van het bedrijf
in het algemeen, kunnen wij, wat de. toe
komst betreft, nög niet optimistisch ge
stemd zijn.
De in het vorig jaarverslag vermelde
belemmerende factoren zijn alle blijven
bestaan en soms is hun nadeelige werking
nog toegenomen. Door den slechten gang
van zaken in het café. en restaurantbe
drijf worden ook onze belangnemingen, al
dus de directie, bij die bedrijven er niet
beter op.
De export gaf in het afgeloopen jaar
een kleine stijging te zien, doch de te be
halen prijzen zijn over het algemeen zeer
laag. In verscheidene overzeesche gebie
den is echter een verbetering van den
toestand te constateeren, die, naar men
hoopt, ook op den export een gunstigen
invloed zal hebben.
De bruto-winst gaf een vermeerdering
te zien: zij bedroeg f. 239.034 (f. 137.080).
Voor afschrijvingen op gebouwen, inven
taris, debiteuren en filialen is een be
drag benoodigd van f329.956, na aftrek
waarvan een verlies blijft van f. 90.922,
dat uit de reserve is gedekt.
In verband met de minder gunstige
resultaten zal geen dividend uitgekeerd
worden, noch op de gewone, noch op de
prioriteitsaandeelen, noch op de cumula
tief preferente aandeelen.
De verlies- en winstrekening staat debet
voor: algemeene onkosten f. 215.650
(f. 239.840), pensioenen f. 48.692 (f 48.256),
interest f. 82.355 (f. 78.023). afschrijvingen
f. 329.956 (f. 395.981), en credit voor: saldo
exploitatierekening f. 522.202 (f. 469.674),
diverse baten f. 33.530 (f.33.526), afschrij
vingen f. 329.956, bruto winst f. 239.034,
verliessaldo f. 90.922.
NEDERL. GIST- EN SPIRITUSFABRIEK,
In het jaarverslag der Nederlandsche
Gist- en Spiritusfabriek over 1935 wordt
medegedeeld, dat niet alleen de expl.-
ontvangsten uit België tengevolge van de
Belga-devaluatie in gulden omgerekend
sterk zijn gedaald, doch tengevolge van
toenemende concurrentie, nog een verdere
daling van het reeds lage prijspeil op de
gistmarkt intrad. De lage valuta-koersen
drukten eveneens de export-opbrengst.
De binnenlandsche afzet wordt steeds
moeilijker door den hoogen accijns op ge
distilleerd.
Dank zij verdere besparingen en ratio
nalisatie kon desondanks na afschrijving
van f566.390 (v.j. f. 761.543) een hoogere
netto-winst worden behaald, nl. f 2.289.017
(f. 2.264.721). Op de prior, aandeelen wordt
onveranderd 6 en op de gew. aandeelen
5'/i (als v. j.) dividend betaald.
GROOT-NOORD-HOLLAND SCHE
VAN 1845.
Ondanks de ongunstige omstandigheden
is de netto-winst der „Groot-Noord-Hol-
landsche van 1845" licht gedaald; ze
bedroeg f. 372.569 (f. 385.225). Het verze
kerd kapitaal steeg met ruim f. 1,3 mill,
tot bijna f. 48 millioen.
VERZEKERINGSBANK „DE NIEUWE
EERSTE NEDERLANDSCHE" N.V.
Aan het verslag van de directie van de
Verzekeringsbank „De Nieuwe Eerste
Nederlandsche" N.V. over 1935 ontleenen
wij het volgende:
Het jaar 1935 heeft zich gekenmerkt
door een nog steeds voortschrijdende da
ling der premie-noteeringen. In de bran
che automobiel-verzekering kan met recht
gesproken worden van een algeheele ont
wrichting van de markt. Aan pogingen,
om hier weder orde te scheppen, en aldus
te geraken tot een verbetering van het
bedrijf, heeft het niet ontbroken, tot dus
verre echter nog zonder resultaat. De toe
komst zal moeten leeren of assuradeuren
er nog eens toe zullen komen de handen
ineen te slaan.
De winst was, de huidige toestanden in
het bedrijf in aanmerking genomen, noch
tans alleszins bevredigend. Zij beliep
f. 290.308.95 (v. j. f. 310.527.42).
Op uit. 1935 omvatte de o.w.-portefeuille
5281 (v. j. 5406) contracten, de b.o.v.-porte-
feuille 73.787 (v. j. 72.7201 contracten.
Het premie-inkomen beliep in 1935
f. 3.388.886.21 (v. j. f. 3.572.478.31). Hiervan
werd f. 899.925.80 (v. j. f. 943.401,26) aan
herverzekeraars afgestaan. De premie voor
eigen rekening beliep dus f. 2.488.960.41 (v.
j. f. 2.629.077,05).
EERSTE NED. VERZEKERING-MAAT
SCHAPPIJ OP HET LEVEN EN
TEGEN INVALIDITEIT N.V.
In de heden te Den Haag gehouden al
gemeene vergadering van aandeelhouders
van de Eerste Nederlandsche verzekering
maatschappij op het leven en tegen inva
liditeit N.V. te 'sGravenhage bracht de
directie verslag uit over het op 31 Decem
ber 1935 geëindigde boekjaar.
De bedrijfsuitkomsten waren wederom
zeer gunstig. De verlies- en winstrekening
sluit met 'n batig saldo v. f. 1.580.030,27'A.
Hieruit wordt f. 929.133,38 aan de extra
reserve toegevoegd. Oan de met aandeel
in de winst verzekerden wordt f. 278.750
uitgekeerd. Aan aandeelhouders komt een
dividend van 30 pet. (als vorig jaar).