Feestelijke intrede van Nieuwveen's
Burgemeester.
77ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 17 April 1936
Derde Blad
No. 23331
Hartelijke begroeting van den heer J. A. Bakhuizen
Diverse welgemeende toespraken.
Vlot
en elegant
Kreymborg
KUN/T EN LUIEREN
£§IN
o
De heer J. A. Bakhuizen, burgemeester van Leimuiden en Rijn-
saterwoude, die heden tevens geïnstalleerd is als burgemeester van Nieuwveen. Mogen
deze drie plaatsen onder zijn bestuur een goede toekomst tegemoet gaan!
Na een vacature van. ongeveer 6
weken, kon men hedenmiddag te
Nieuwveen weer een burgemeester be
groeten en wel de heer J. A. Bakhui
zen, tevens burgemeester der gemeen
ten Leimuiden en Rijnsaterwoude, in
de omgeving reeds lang bekend ais een
doortastend en gaarne gezien ma
gistraat. De heer Bakhuizen werd met
ingang van 15 April j.l. benoemd tot
burgemeester van Nieuwveen, als op
volger van den heer J. W. Gcesink, die
sinds 14 Mei 1927 deze functie had
bekleed.
Ten teeken, dat de burgerij met dit
heuglijk feit van harte medeleeft, was
uit veler huizen de driekleur uitgesto
ken, zoodat de nieuwe Burgervader
feestelijk begroet kon worden!
Aan den ingang van het dorp, nJ. by de
Kattenbrug begroetten de wethouders, de
heeren H. S. Ran en D. T. Joha den
nieuwen burgemeester, diens echtgenoote
en dochter, waarna gezameniyk per auto
naar het Raadhuis gereden werd, waar de
kinderen der diverse scholen opgesteld
stonden. Deze zongen uit volle borst het
„Welkomstlied" en het „Wij willen Holland
houwen", waarna deze aardige en spontane
zanghulde besloten werd met het „Wilhel
mus". De burgemeester bleek deze attentie
reeds onmiddellijk op hoogen prys te stel
len!
Het Hotel Schreuder was voor dezen be-
langryken dag als tydeiyk Raadhuis om-
getooverd: men had een baldakyn voor
den ingang opgericht, waaruit reeds van
bulten bleek, dat er daar binnen iets ge
wichtigs te gebeuren stond.
De ruime zaal was by de aankomst van
den heer Bakhuizen reeds gevuld met een
groote schare genoodigden en leden van
het Comité van ontvangst.
Spoedig na de binnenkomst opende de
heer H. S. Ran als loco-burgemeester deze
buitengewone zitting van den Raad en
sprak ongeveer als volgt:
Rede van den heer H. S. Ran.
Edelachtbare heer Bakhuizen.
Nu het oogenblik is aangebroken, waar
op U het voorzitterschap van den Raad der
Gemeente Nieuwveen zult aanvaarden, wil
ik U nogmaals en ook namens den Raad
van harte gelukwenschen met Uwe benoe
ming tot Burgemeester van onze Gemeente.
En ook Mevrouw Uw echtgenoote en doch
ter, alsmede Uwe familieleden, vrienden
en kennissen bied ik onze welgemeende
gelukwenschen aan!
Het vreemde in deze benoeming is
voor ons alleen het feit, dat wy nu
een Burgemeester hebben, die niet in
de gemeente woont, hetgeen in de
historie van Nieuwveen, naar ik meen,
geheel nieuw is. Doch nieuwe tyden
brengen nieuwe dingen en aan het feit
dat U als onze Burgemeester niet op
het dorp zult wonen, zullen wy ons
ook weer wel weten aan te passen!
Intusschen hopen wy, dat deze om
standigheid niet zal leiden tot een
minder goede samenwerking, tot een
minder goed contact, of tot een slechts
gedeeltelyke toewyding.
Er gebeuren hier te Nieuwveen wel geen
Wereldschokkende gebeurtenissen, doch
het gaat er om, dat wij met U als Burge
meester op behoorlyke en regelmatige
wyze de belangen van onze Gemeente zul-
^h kunnen behartigen en de ingezetenen
voldoende in de gelegenheid zullen zijn,
.U hunne belangen te bespreken. En
uat U hiertoe Uwe volle medewerking zult
willen verleenen, hieraan twyfelen wy geen
oogenblik! U treft deze Gemeente aan in
goede omstandigheden. De belastingen zyn
nier u weet het zelf vry laag. De
Gemeente beschikt over een flink bedrag
algemeene reserve: het eenige bedrijf
E. B. levert regelmatig winst op
en Deschikt eveneens over een belangrijke
j?fïe- Onder leiding van Uw voorganger,
{:™„,?en. OP hot gebied van openbare wer-
sen kapitale verbeteringen tot stand en de
ritol n ke schuld is gering. Dat dus
(?em«6nte, financieel gesproken, vrij
auüvf i e andere gemeenten af-
aV—ipietaid. Niet uit zichzelf
foewlidéL, *\ee£t arbeid en jaren van
toewyding gekost;, en op dit resultaat zyn
trots. Ik wil u nu reeds er op wyzen
dat U een Raad krygt, die byzonder zui
nig van aard is en die alle niet zeer drin
gende uitgaven, zeker niet zal doen. Deze
eigenschap heeft de Raad niet. omdat hy
dat zelf zoo aangenaam vindt, doch de
bedoeling zit hierby voor, om door de
moeilijke tijdsomstandigheden heen te
komen op een wyze die aan de ingezetenen
de minst mogelijke lasten oplegt. Wy ver
trouwen dan ook, dat onze gunstige finan-
cieele positie ook onder Uw leiding zal
mogen voortduren. Ja zelfs zich nog zal
mogen verbeteren!
Wy treden U vol vertrouwen tege
moet an zeggen U onvoorwaardeiyk
onze volle werkkracht en steun toe.
Moge de goede verstandhouding en
aangename samenwerking, die in ons
midden bestaat, in de komende jaren
ook onder Uw beleid bestendigd bly-
ven.
Spr. richtte hierop het woord tot me
vrouw Bakhuizen.
Wij zyn er ons van bewust, zoo ver
volgde hy, dat door de taak, die Uw echt
genoot thans gaat aanvaarden, menig
maal een offer van U zal worden gevraagd
in den vorm van afwezigheid van Uw man.
Doch ik hoop, dat U zich spoedig gedragen
zult weten door de genegenheid van de
gemeente en dat prettige overdenkingen
van ondervonden vriendschap de uren van
afwezigheid van Uw Echtgenoot zullen
doen voorby snellen!
Vervolgens ging spr. over tot het om
hangen van den ambtsketen onder het
uitspreken van de bede, dat God den
burgemeester mag schenken de noodige
wijsheid, kracht en gezondheid en dat de
gemeente Nieuwveen onder zyn bestuur
rijk gezegend en tot grooten bloei moge
komen!
De heer Bakhuizen sprak daarna de na
volgende intreerede uit:
Rede van den heer J. A. Bakhuizen.
De heer Bakhuizen bracht eerst naast
God, zyn eerbiedigen dank aan H. M. de
Koningin voor het groote vertrouwen dat
Zy in hem heeft willen stellen, door hem
ook nog tot burgemeester van een derde
gemeente te benoemen. Tevens betoonde
hy zich zeer erkenteiyk jegens Zyne Excel
lentie den Min. v. Binn. Zaken en Zijne
Excell. den Minister van Staat, Commis
saris der Koningin in de provincie Zuid-
Holland voor de voordracht.
Waar echter in my, aldus spr., zoo'n
groot vertrouwen is gesteld, rust thans op
my de dure plicht dit niet te beschamen
en alles wat in mijn vermogen is, te doen
om my dit vertrouwen waardig te maken.
In den zomer van het jaar 1917, dus nu
bijna 20 jaren geleden, mocht ik myn in
trede doen in de voormalige gemeente
Spaarndam.
Bij die gelegenheid sprak ik over den
moeilyken tijd om een gemeente te be
sturen daar in die dagen de oorlogsfakkel
in Europa brandende was en allerlei inge
wikkelde vraagstukken om oplossing vroe
gen.
Nu nog steeds ondervinden wij de gevolgen
van dezen wereldbrand en wie onzer kan
zeggen, wat ons nog te wachten staat!
Wy leven in een zeer donkeren tyd. De
taak van een Gemeentebestuur is moeiiy-
ker dan ooit, velen worden reeds langen
tyd door den geesel der werkloosheid ge
troffen en daarnaast zyn er honderden
wier bestaan onvoldoende is. om zelfs te
voorzien in het allernoodzakelykste levens
onderhoud en daarom aangewezen zyn op
steun van Overheid en particuliere lief
dadigheid.
Zyh oprechten dank betuigde spr. den
heer Ran voor zyn hartelyke woorden; hy
Had naast een woord van dank, een woord
i)ah lof voor de uitstekende wyze waarop
déze het ambt van Burgemeester tydelijk
heeft waargenomen.
Spr. deed een ernstig beroep op de mede
werking der wethouders om met hem in
eblidracht en oprechte samenwerking
steeds de belangen van Nieuwveen te be
hartigen.
Ook den Raadsleden kon spr. verzekeren,
dat zijn ernstig streven zal zyn om de ge-
dachtenwisseling te leiden onafhankelyk,
met volle onpartydigheid en met waardee
ring voor ieders gevoelen, terwyi hij mede
zal werken om de te nemen besluiten strikt
onpartydig uit te voeren. Verschil van
meening zal ook onder ons wel eens voor
komen, zoo vervolgde spr.: dat echter
slechts één doel ons voor oogen moge staan,
n.l. „het waarachtig belang der gemeente
Nieuwveen."
Nu drie gemeenten door my moeten
worden bestuurd is er een zeer ernstig
gevaar te duchten en wel dit, dat door
my zoo gemakkeiyk kan vergeten
worden, dat iedere gemeente zyn eigen
aard heeft en dit dus wil zeggen dat
door my goed rekening moet worden
gehouden met den eigen aard en de
eigen zelfstandigheid van deze ge
meente.
Echter zou ik geen goed A.R. zyn, wan
neer dit door my uit 't oog zou worden
verloren. Want is het niet juist deze partij
die in haar gemeente-program o.m. als
grondslag heeft de eigen zelfstandigheid
van een gemeente, maar daarnaast ook
weder niet over het hoofd ziet het Natio
nale verband van alle gemeenten tezamen.
Daarom ook wy kunnen toejuichen het
optreden van de Landsregeering ten aan
zien van de gemeenten in onzen economi-
schen moeilyken tyd en dan ook de hulp
der Regeering beschouwen als een steun
voor de gemeentelyke autonomie.
Den Secretaris metwien spr. by na dage-
ïyks in aanraking komt en met wien een
goede verstandhouding een eerste ver-
eischte is, wenschte spr. onder zyn be
stuur een aangenamen werkkring toe. Spr.
hoopte, dat deze met al zyn krachten en
gaven zich zal toeleggen op zyn taak.
Alle ambtenaren in dienst dezer ge
meente gaf spr. de verzekering, dat indien
zij hun plicht verstaan, in hem een chef
zullen vinden, die zulks zal weten te waar-
deeren. Daartegenover staat, indien zy
zich mochten schuldig maken aan ver-
waarloozing van hun plichten, zy in hem
zullen vinden een persoon, die ook weet
op zyn tyd, dit ernstig onder 't oog te
brengen.
Het was spr. een groote eer ambtgenoo-
ten uit naburige gemeenten en van verre
aanwezig te zien.
Daar in dezen tyd hoe langer hoe meer
wordt gestreefd naar onderlinge samen
werking is een goede kameraadschap van
Collega's een belangryke zaak en daarom
is door spr. met vreugde gezien de oprich
ting van verscheidene burgemeesters clubs,
waar de zoo moeilijke vraagstukken van
den dag in vriendschappelijke verhouding
met elkander besproken worden. Spr. gaf
de verzekering, dat zy in hem een zeer
belangstellend collega zullen vinden.
De aanwezigheid van wethouders en
raadsleden uit zyn beide andere gemeen
ten stelde spr. op zeer hoogen prys; hy
memoreerde de hartelijke wyze, waarop
de zaken der gemeenten steeds behandeld
werden.
Alle overige aanwezigen werden harte-
ïyk dank gezegd voor hun belangstelling.
Spr. hoopte, dat de Almachtige God,
hem de kracht en de gezondheid moge
schenken het bestuur dezer gemeente
met aller medewerking zóó te verrich
ten, dat het allen tot rijken zegen
moge zyn. Geve Hij. die 's werelds lot
in handen heeft, dat ook nog eens een
tyd van welvaart en bloei moge aan
breken
Moge my en myn 'gezin ook een plaats
verkrygen in het hart van Uw burgerij,
de Heere zegene U en my en Hij behoede
ons voor alle kwaad, zoowel in Uw gezin
nen als in Uw bedrijven! aldus besloot spr.
Daarmee verklaarde de heer Bakhuizen
het Ambt van Burgemeester der gemeente
Nieuwveen van harte te aanvaarden!
Vervolgens was het woord aan 't raads
lid, den heer Vreeken.
Rede van den heer J. Vreeken.
Namens de A.R. fractie sprak deze een
woord van welkom. Dat H.M de Koningin
u uitverkoren heeft aldus spr., in dezen
moeilijken tyd nog een gemeente méér
onder uw hoede te nemen, is voor ons een
bewys, dat gij in ruime mate de capaci
teiten bezit om een gemeente te regeeren.
Want hoewel we niet kunnen zeggen dat
er iets is in dezen tijd, dat gemakkeiyk
valt, zeer zeker niet te regeeren, indien
men dit werkelyk wil doen tot welzyn van
datgene, waarover men gesteld is. Vol
maakt overbodig is het de moeiiykheden
te noemen, waarvoor men als hoofd eener
gemeente komt te staan, want uit eigen
ervaring zyn deze u voldoende bekend.
Want hoewel iedere gemeente zijn plaat-
seiyke moeilijkheden heeft, nood heerscht
overal. En nu is juist het byzonder moei
lijke ook in de gemeentehuishouding
eenerzyds. deze nood zooveel mogelijk te
lenigen en anderzyds een zoo gunstig mo
gelijk sluitende begrooting te verkrijgen.
Ziedaar een van de vragen waarvoor in
hoofdzaak gy u als hoofd der gemeente
geplaatst ziet En daar we weten dat het
kunnen van ieder mensch. ondanks zyn
capaciteiten, beperkt is. wenschen wij u
toe, dat ook uw zwakheid in Gods kracht
volbracht wordt. Indien ge werkelijk, wat
we van harte wenschen en vertrouwen,
zult regeeren in het belang van gemeente
en gemeentenaren en er steeds op bedacht
zyt onze gemeentehuishouding in goede
banen te lelden, ben ik er van overtuigd,
dat, ge de volle medewerking van het
Dag. bestuur en den Raad dezer gemeente
zult hebben. AanvankeHjk, en dit moet u
niet als iets tegen uw persoon beschouwen,
waren wy, toen uw benoeming bekend
werd, niet zoo heel enthousiast. Nieuw
veen. dat altijd zelf een burgemeester in
de gemeente heeft gehad, zou nu een bur
gemeester welke ln een andere plaats
woont, krijgen. Dat was voor ons eerst
moeilyk te realiseeren. Doch in aanmer
king genomen de richting waarin ln dit
opzicht de landsregeering gaat, hadden
wij moeilijk anders kunnen verwachten;
wy zullen ook daarmee wel verzoend raken
Tenslotte sprak de heer Vreeken den
wensch uit, dat de heer Bakhuizen met
hetzelfde voornemen bezield zal zijn als
eens Max Havelaar, waaraan onlangs een
schrijver herinnerde. Wanneer Max Ha-
velaar zy'n rede tot de hoofden van Lebak
houdt, en verklaart, wat hy als regent zyn
sal, dan zegt hy: „Ik wil zoo met u han
delen, dat men later myn kind met liefde
groeten zal, dat men de hand zal leggen
op zyn hoofd en spreken: „Zet u neder
aan ons maal, bewoon ons huls, want ik
heb uw vader gekend". Indien het ook
uw voornemen is, zóó leiding te geven,
dat men dit later ook van u kan zeggen,
dan is spr overtuigd, dat wy een periode
tegemoet gaan van vruchtdragenden ar
beid. wat leiden zal tot welzyn van onze
gemeente en haar inwoners.
Het woord was vervolgens aan den ge-
meente-secret«»Js <j£ heer J. J. .Roovers.
Rede van den heer J. J. Roovers.
Na hartelijk dank gebracht te hebben
voor de aangename woorden, welke de
burgemeester hem en de ambtenaren had
willen richten, feliciteerde spr., ook na
mens alle overige ambtenaren, den heer
Bakhuizen met de onderscheiding welke
hem te beurt is gevallen. Het verheugt ons
zeer, aldus spr.. in u een chef te zullen
hebben, die zelf over een uitgebreide
kennis van de gemeente-administratie be
schikt, die zelf weet wat van de ambte
naren in den tegenwoordigen tijd gevergd
wordt en die derhalve volkomen in staat
is ons werk te beoordeelen. Want op de
ambtenaren in het algemeen genomen is
nog steeds het aloude gedicht van vader
Cats van toepassing, n.l.:
„Die zorgt en waakt en slaaft en
[ploegt en zwoegt en zweet,
Ten oolrbaar van 't land een lastig
[ambt bekleedt,
En waant de menschen aan zich
[te verbinden,
Zal zich te jammeriyk in 't eind
[bedrogen vinden,
Van 't wispelturig volk, dat veel te
[los van hoofd,
Genoten dienst vergeet en 't ergste
[liefst gelooft".
Wy hebben als ambtenaar allen de
waarheden van dit gedicht menigmaal on
dervonden en zullen dit ongetwyfeld bly-
ven ondervinden. Doch niettegenstaande
dat alles, gaan wij verder met de meeste
toewijding onze taak zoo goed mogelijk te
vervullen. En onder uwe leiding zullen wij
dit blyven doen en zeggen u zonder eenig
voorbehoud onze volle werkkracht zeer
gaarne toe. Het is ons een begeerte u by
het volbrengen van uw taak zooveel mo
gelijk, naar de mate van de ons geschon
ken krachten, ter zijde te staan. Spr. hoop
te dat de onderlinge verhouding in het
belang van de gansche gemeente, bij
voortduring gedragen zal mogen worden
door een onmisbaar vertrouwen. Dat de
Alwyze u en ons de kracht en de gave
moge schenken, om op een eeriyke en
rechtvaardige wijze te arbeiden tot heil
van de gemeente Nieuwveen.
Hierop bood de heer Roovers namens de
ambtenaren een mooie bloemenhulde aan.
Als vertegenwoordiger van het Comité
sprak vervolgens de heer P. Sprey den
Burgemeester ongeveer als volgt toe:
Rede van den heer P. Sprey.
Als voorzitter van het comité rust op
mij de aangename taak u namens de bur
gerij van Nieuwveen. van harte welkom te
heeten. Namens de ingezetenen van
Nieuwveen wensch ik u van harte geluk
met uw benoeming. Wy hopen, dat God u
mag schenken lust en kracht en be
kwaamheid tot den arbeid, waartoe Hy u
roept. Hij make u getrouw in 't vervullen
van uw plicht en Hy geve u de noodige
wysheid. wanneer de moeiiykheden en
zorgen vermenigvuldigen.
Spr. verzocht hierop: doe 't ons niet
al teveel merken, dat wy één van de
drie gemeenten zyn waarover gij bur
gemeester zijt. Wij hopen, dat gij met
onze bevolking zult meeleven, als een
burgemeester, die de nooden en be
hoeften van zijn bevolking kent en zoo
noodig weet te lenigen.
Juist in deze tijden hebben wij noodig,
mannen, die toonen een warm hart te
hebben voor de nooden van het volk. maar
ook die weten, wat zij willen in 't belang
van de gemeente Het allen naar den zin
maken, daarmee vleien we ons niet, want
dat vermag niemand. Maar wél vragen we
van u, dat u 't gezag hoog houdt en recht
doet aan allen, zonder onderscheid. Wij
hopen, dat u voor de armen zult zyn een
„Burgervader" met een warm hart, die
zooveel in zyn vermogen is, hun nooden
lenigt, maar ook voor de belangen der
meergegoeden zorgt, zoodat zij door uw
beleid niet al te zwaar worden getroffen.
In verband met familieomstandigheden
heeft u ons verzocht de feesteiykheden
sober te houden. Aan uw verlangen mee-
nen wy te hebben voldaan.
Namens de burgerij bood spr. tenslotte
als blyk van sympathie een fraalen bloe
menmand aan en noodigde den heer Bak
huizen uit 's avonds de gast te zyn van
het Comité.
Ds. H. G. Brink, wilde eveneens gaarne
den Burgemeester toespreken, en deed
zulks ongeveer als volgt:
Rede van ds. H. G. Brink.
Hooggeachte heer burgemeester!
Het zy mij vergund, U een woord van
welkom toe te roepen. Als vertegenwoor
diger van de Nederl. Hervormde Gemeente
te Nieuwveen, spreek ik hier voor een be
langrijk gedeelte van de bevolking van
Nieuwveen. Onze Kerk stelt er een eere in,
krachtens hare organisatie de allures van
Protestantsche „Volkskerk" te kunnen
volhouden, omdat immers hare reglemen
ten binnen haar kerkverband plaats gun
nen aan Protestanten van zeer verschil
lende richting; van uiterst links tot uiterst
rechts! De volksmond in ons Vaderland
spreekt dan ook veelbeteekenend van „de
groote kerk", bedoelende daarmede de
Nederl. Hervormde.
Welnu, namens deze gemeente, heb ik de
eer U thans te mogen toespreken! Ik moge
U betuigen, dat, waar gy (wat wy gaarne
van U verwachten willen) „recht en ge
rechtigheid" by de uitoefening van Uw
ambt voor geheel de burgery zult hand
haven en bevorderen, gy ons bereid zult
vinden, U alle zedeiyke en daadwerkelyke
steun te verleenen in zoo sterke mate als
wy daartoe maar by machte zyn.
Als goede Vaderlanders, als zy die ge
hechtheid gevoelen aan het huis van
Oranje en byzonderlyk aan Onze geëerbie
digde Koningin en als burgers, die hart
hebben voor de eer en voor alle de geeste
lijke en de stoffelyke belangen van onze
dorpsgemeenschap, willen wy U eerbiedi
gen als onzen Burgervader! U worde van
Omhoog geschonken de wijsheid en de
kracht, de verdraagzaamheid en de mild
heid van- en de rechtheid en de louterheid
van Ziel, die gy van noode zult hebben,
om Uw hooge ambt naar den eisch uit te
oefenen! Daartoe geve de Almachtige U
zynen zegen, aan U en de Uwen schenke
Hy dien! Waarhjk, zoo zy het!
Alle bekende en beroemde merken:
Gabion, Falcon, Shelter, Growncoat
alle maten, alle prijzen, alle kleuren
Wollen of union gabardine
regenjassen in blauw en ^_J
beige reeds vanaf
7
2134
(Ingez. Med.)
Dan werd het woord gevoerd door ka
pelaan Nicolaas.
Toespraak van kapelaan W. A. Nicolaas
In tyden van uitersten is 't mogelijk, aldus
spr., dat er geroepen wordt; „Myn wil is
•wet", alsof gezag en macht vereenzelvigd
kunnen worden, en het gezag steunt op
de wil van één mensch. In een tijd van
uitersten is het niet minder onmogelijk,
dat alle gezag en macht door overmacht
wordt omvergeworpen, alsof een anarchie
een vorm van geordende samenleving mag
genoemd worden en willekeur van het
volk grond voor een gezag zou kunnen
zyn. De gemeentenaren waarover u zoo
Juist uw ambt hebt aanvaard, zyn in over-
groote meerderheid christehjke beginselen
toegedaan: dat is verheugend, zoowel voor
u. als voor de gemeente. Voor u. omdat u
reeds by het begin van uw ambtsperiode
de overtuiging met u meedraagt, dat uw
nieuwe gemeentenaren dit eene groote
principe als richtlijn voor hun maatschap
pelijk leven hooghouden: „Alle wettig ge
zag komt van God" Omdat gij óók weet,
dat voor uw gemeentenaren eerbiediging
van het gezag geldt als een elsch van ze
delijkheid, en zij dus, wanneer ze hun be
ginselen trouw beleven, er-prijs op stellen
goede burgers te zijn. De gemeente is
ehristelyk; we mogen dit feit eveneens
verheugend noemen voor de gemeentena
ren zelf. Omdat in een dergelyke gemeente
althans de grondslag aanwezig is, waarop
een rechtvaardige en zelfs een aangename
samenleving mogelyk blijkt te zijn. Het is
tenslotte voor de gemeente niet minder
verheugend dat u persoonlijk chr. beginse
len tot de uwe rekent, want daarin heeft zy
een waarborg dat in uwe handen gezag
cn macht op de juiste wijze bijeen zullen
komen, en dat de uitoefening van uw ambt
voor de geheele gemeente weldadig zal
zyn. Weest u overtuigd, zoo eindigde spr
van de gevoelens van eerbied waarmede
het Katholieke volksdeel u ontvangt. Een
katholiek immers behoort een goed
staatsburger te zyn omdat hy èn het gees
telijk gezag èn het wereldgezag van God
afkomstig weet, en dus als zoodanig zal
eerbiedigen.
Nog meerderen maakten van de gelegen
heid gebruik den Burgemeester te com
plimenteeren, waarna hedenavond nog de
door ons geannonceerde huldiging plaats
vindt ln Hotel Schreuder. waarby de bur
gery in de gelegenheid gesteld wordt met
den Burgemeester kennis te maken Velen
zullen daarvan zeker gaarne gebruik ma
ken! Op een en ander komen wy morgen
nader terug.
NIEUWE UITGAVEN.
Van de drukkerij S. C. van Wieringen te
Alphen aan den Ryn, ontvingen wij een
brochure getiteld: „Agrarische politiek",
door R. P. Sybesma.
Van de Algemeene Ned. Vereeniging
voor Vreemdelingenverkeer ontvingen wij
een tweetal reclamewerkjes, getiteld: ,Ost
Holland en Bonvenon en Holland.
De Kamer van Koophandel en Nij
verheid te Curacao zond ons: Colorful
Curacao, een reclame-uitgave voor West-
Indië.
DE „WIENER SANGERKNABEN".
De beroemde „Wiener Sangerknaben",
wier eerste groote film „Singende Jugend"
thans in ons land wordt vertoond, zullen
binnenkort wederom een groote tournée
door ons land maken en daarbij ook onze
stad bezoeken. Het door hen hier te geven
concert zal plaats vinden op Vrijdag
8 Mei.
o
IVEEKU» "■"u
„De Wereldkroniek" publiceert een
artikel van J. J. Moerman over „De Rol
zaal". E. J. Smetanic Klinsky schryft
over „De Pekineezen en wat de Chineezen
over hen zeggen".