De Duitschers komen naar Londen Spelling-Marchant wordt weer gewijzigd. 77ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 18 Maart 1936 Derde Blad No. 23307 De Duitsche minister van buitenlandsche zaken heeft gisteren den secretaris-generaal van den Volkenbond, Avenol, te Londen, het volgende telegram gezonden „Ik bevestig met dank de ontvangst van uw telegram van 16 Maart en heb de eer mede te deelen, dat ambassadeur von Ribbentrop de Duitsche regeering in den Volkenbondsraad zal vertegen woordigen bij het onderzoek van de door de Belgische en Fransche regeering opgeworpen kwestie. Hij zal vanaf Donderdagmorgen in Londen ter beschikking staan". DE OORLOG IN ABESSYNIE. ONS PARLEMENTAIR OVERZICHT. yWlBERT CORRESPONDENTIE. Britsch carantic-voorstel aan Frankrijk en België. Men meent te weten, dat het voorstel, dat gistermorgen door den Engelschen minister van buitenlandsche zaken. Eden, is overhandigd aan de Fransche en Bel- gisohe delegaties, inhoudt een samenwer king in twee fases van Groot-Brittannië met de garant-Staten, Frankrijk en België. In het eerste stadium dezer samenwer king tusschen de drie mogendheden zou ■het doel zijn, den internationalen toe stand, die door den „coup de force" van Duitschland getroffen is, te herstellen. Wanneer dit resultaat zal zijn verkre gen, zou een permanente garantie door Groot-Brittannië gegeven worden ten be hoeve van de onschendbaarheid van de Rijn-grens. Het desbetreffende accoord zou dan zonder twijfel voor Duitschland open staan. Naar Reuter meent te weten, heeft Flandin onmiddellijk na de gistermorgen gehouden zitting der Locarnolanden met Sarraut en den Quai d'Orsay getelefoneerd Flandin heeft niet aan de lunch aan gezeten, zooals was afgesproken, teneinde de besprekingen met zijn Fransche col lega's te kunnen voortzetten. Voor de bijeenkomst der vier mogend heden, had Grandi, de Italiaansche am bassadeur te Londen, een langdurig onder houd met den. Franschen minister van buitenlandsche zaken, Flandin. De Duitsche delegatie. De Duitsche delegatie, welke naar Lon den zal vertrekken ter bijwoning van de Volkenbondsraadszitting en onder lei ding zal staan van Joachim von Ribben trop, zal als volgt zijn samengesteld: Heinrich Dieckhoff, afdeelingschef van het ministerie van buitenlandsche zaken; dr. Ernest Woermann, legatieraad, aan de delegatie toegevoegd als juridisch des kundige; dr. Oscar Wingen, van de eoonomische afdeeling van het ministerie van buiten landsche zaken; dr. Ernst Boettinger, perschef van Von Ribbentrop; Von Schlieden, legatieraad; Paul Schmitt, officieel translateur van het ministerie van buitenlandsche zaken. In totaal zal de Duitsche delegatie uit vijftien a twintig personen bestaan, secre tarissen, tolken etc. inbegrepen. In twee speciale vliegtuigen vertrekt de delegatie vandaag uit Berlijn naar Lon den. Speciaal afgezant van Hitier naar Londen? Hertog Ernst van Saksen-Koburg-Gotha ts gisteravond per speciaal vliegtuig naar Londen vertrokken. Hij is verwant met de Engelsche koninklijke familie. De hertog zou door den kanselier met een geheime zending zijn belast en op treden naast van Ribbentrop. Overleg tusschen Londen en Berlijn. Omtrent de onderhandelingen, welke tot de bereidwilligheid van Duitschland om naar Londen te komen, hebben geleid, wordt het volgende vernomen: Onmiddellijk na afloop van de vergade ring der Locarno-mogendheden gister ochtend heeft Eden zich in verbinding gesteld met het Duitsche ministerie van buitenlandsche zaken, dat intusschen met de rijksautoriteiten het antwoord van den Volkenbondsraad op de bekende voor waardelijke aanvaarding van Duitschland, om aan de volkenbondsraadszitting deel te nemen, had kunnen bestudeeren. Het bleek onmiddellijk, dat Berlijn in principe bereid was, de uitnoodiging om aan de debatten over het Fransch-Bel- gische verzoek deel te nemen, te aan vaarden. Het schijnt, dat de rijksregeering, al vorens definitief haar toestemming te geven, nog enkele nadere inlichtingen ge vraagd heeft omtrent de zinsnede in het telegram van den Volkenbondsraad, welke luidt: „het behoort niet tot de bevoegd heden van den raad, de Duitsche regee ring de verzekeringen te geven, die zij verlangt", welke zinsnede, zooals men weet, betrekking had op het openen van de door Berlijn verlangde onderhande gen over de voorstellen van Hitier. Berichten uit Berlijn duidden er op, dat de Duitsche regeering, na dit antwoord van den V.B.-raad, ook tevreden zou zijn met een verklaring van de Britsche regee ring, dat deze, wat haar betreft, zou trachten de kwestie van Hitler's vredes voorstellen in" haar geheel te doen be spreken, en de Britsche regeering heeft daarop de Duitsche rijksregeering een dergelijke verklaring doen toekomen. De verklaring werd gistermiddag aan den Duitschen ambassadeur te Londen overhandigd. Zij luidt, dat „de Britsche regeering al het mogelijke doet en zal blijven doen, om een middel te zoeken, om een vreedzame en bevredigende regeling van alle actucele moeilijkheden tot stand te brengen. Het is de Britsche regeering duidelijk, dat de voorstellen van den Duitschen rijkskanselier, evengoed als de voor stellen, welke door de andere belang hebbende partijen worden gedaan, te gelegener tijd moeten worden besproken. De Duitsche regecring zal er zich intusschen rekenschap van dienen te geven, dat het voor de Britsche regeering op dit oogenblik onmogelijk is, 'n meer uitdrukkelijke verbintenis aan te gaan". Bij het afleggen van deze verklaring drong Eden er bij den ambassadeur op aan, dat hij zijn regeering zou adviseeren zoo spoedig mogelijk haar vertegenwoor digers te zenden. t Om kwart over vier gistermiddae werd het officieele antwoord van de Duitsche regeering op het secretariaat van den Volkenbond ontvangen. Verwacht wordt, dat de Duitschers mor genvoormiddag in den Volkenbondsraad hun standpunt zullen uiteen zetten en dat de volkenbondsleden zich het recht om op de Duitsche zienswijze te antwoorden zullen voorbehouden. Men meent te weten, dat in ieder geval de Roemeensche minister van buitenlandsche zaken, Ti- tulescu, zal antwoorden. Zittingen van den Volken- bondsraad. In den namiddag Is een geheime zitting van den Volkenbondsraad gehouden. Besloten werd. dat de raad terstond de openbare besprekingen zou hervatten en dat heden opnieuw een openbare zitting zal gehouden worden. De stemming over de Fransche resolutie, waarin de overtre ding van Duitschland wordt geconstateerd zal gehouden worden morgen tijdens een openbare zitting, waaraan de Duitsche delegatie deelneemt. Flandin denkt Donderdagmiddag naar Pariis terug te keeren. Om 17 uur 40 werd de openbare zitting geopend, waarin Stanley Bruce, de raads voorzitter. het Duitsche antwoord voorlas en zeide dat hij den Duitschen ambassa deur. namens den Volkenbondsraad had verzocht aan de besprekingen als waar nemer deel te nemen, indien zijn regee ring hem hiertoe machtigde. Dit schijnt echter niet te zijn geschied. In openbare zitting was het eerst het woord aan Roesjdi Aras, den gedelegeerde van Turkiie, die in zijn rede er op wees, dat de Volkenbondsraad de taak van ar biter moet vervullen, welke twee andere plichten met zich brengt: dien van be middelaar en dien van garant der veilig heid. Vervolgens verkreeg de Sovjet-Russische gedelegeerde. Litwinoff. het woord, die een overzicht gaf over de gebeurtenissen, welke zich de afgeloopen achttien maanden hebben voorgedaan, waarbij hij er aan herinnerde, dat de Volkenbondsraad in die periode heeft moeten behandelen: I. De schending door Duitschland van de militaire clausules van het verdrag van Versailles: II. Het Italiaansch-Abessynisch conflict; III. De eenzijdige schending door Duitschland van het verdrag van Versail les en het Locarno-pact. Litwinoff wees er op. dat Sovjet-Rus land. hoewel het bij deze drie aangelegen heden niet rechtstreeks betrokken was, daardoor niet verhinderd werd zich te scharen aan de ziide van die raadsleden, die op de meest besliste wiize hun ver ontwaardiging te kennen geven over de schending der internationale verplichtin gen. deze schending veroordeelen en hun steun verleenen aan de meest doeltreffen de maatregelen, om in de toekomst der gelijke tekortkomingen te verhinderen. In het verder verloop van zijn rede ver klaarde Litwinoff. dat men niet kan strij den voor de organisatie der collectieve veiligheid zonder het treffen van collec tieve maatregelen tegen tekortkomingen inzake de internationale verplichtingen. Indien het gewoonte wordt, dat de aan valler de aanbevelingen van den Volken bond negeert, zal de Volkenbond nooit ernstig worden genomen. Een dergelijke bond zou een gevaar worden, daar bij de waakzaamheid dér naties zou doen insla pen en illusies zou verwekken, welke de staten zouden verhinderen de noodzake lijke maatregelen te treffen voor hun ver dediging. De verantwoordelijkheid van den Vol kenbond en den raad is te grooter naar mate de schending der internationale verplichtingen welke thans besproken wordt duidelijker is. Het karakteristieke van de drie door spreker genoemde gevallen is volgens hem juist hun eenvoud. Het vaststellen van het feit der schending zelf levert geen enkele moeilijkheid op en kan geen aanleiding zün tot disputen of meenigsverschillen. De Chileensche gedelegeerde die ver volgens het woord voerde, verklaarde, dat Chili zijn plicht zou doen. inclien de raad besliste dat het Locarno-pact was ge schonden. De raadszitting werd hierop verdaagd tot vanmiddag half vier. Bijeenkomst Locarno- mogendheden. De vertegenwoordigers van de mogend heden van Locarno zijn. zooals was aan gekondigd. gisteravond om 10 uur in zit ting bijeengekomen. Van Engelsche zijde namen aan de zit ting deel. behalve minister Eden, Ramsay MacDonald en de minister van Financiën. Neville Chamberlain. Om half een vannacht was de zitting geëindigd. Bij aankomst in zijn hotel verklaarde Flandin. dat de afgevaardigden der Lo- carno-staten vanmiddag kwart over twaalf opnieuw bijeen zouden komen. De Fransche delegatie keerde opgeruimd in het hotel terug en verklaarde dat eenige vooruitgang was bereikt, ofschoon nog niets was geregeld. Algemeen heeft men den indruk dat de atmosfeer tegen het einde van den avond was opgeklaard. Groote slag gaande bij Amba AladzjL Intensief ItaJiaansch luchtbombardement in 't Zuiden. Te Addis Abema deelt men mede, gelijk reeds gemeld, dat niet ver van den Amba Aladzji een hevige slag woedt. De keizer voert persoonlijk het bevel over de Abes- sijnsche troepen. Aan weerszijden moeten de verliezen ernstig zijn. De correspondent van Reuter-A.N.P. te Addis Abeba seint voorts, dat men in de Abessijnsche hoofdstad officieel heeft medegedeeld, dat aan bijna het geheele Zuidelijk front een hevig luchtbombarde ment is ingezet. In Abessijnsche kringen gelooft men, dat dit het voorspel is van een nieuw offensief van de troepen van generaal Graziani. Een Fokker-vliegtuig, dat door den kei zer ten geschenke was gegeven aan het Abessijnsche Roode Kruis en dat gewoon lijk werd bestuurd door den Zweedschen baron von Rosen is te Kworam door bom men en mitrailleurvuur uit Italiaansche vliegtuigen vernield. De beide vleugels van het toestel vertoonden duidelijk de onderscheidingsteekenen van het Roode Kruis. De correspondent van Reuter-A.N.P. bij de Italiaansche legers in het Zuiden seint, dat aan het Zuidelijk front een groote activiteit heerscht, zoowel bij de strijd krachten te land als bi] de luchtmacht. Men bereidt een offensief voor. Aan den uitersten' lihkervleugel in den sector van Neghelli is de tactiek der Ita lianen het den Abessijnen moeilijk, zoo met onmogelijk, te maken troepen te ver- z amelen Generaal Grazinanl heeft generaal Borgonzoli, den commandant van den sector Neghelli medegedeeld, dat Neghelli een versterkt kamp en een depot is ge worden, maar dat de troepen er niet voor een langdurig verblijf mogen worden on dergebracht. Derhalve moeten dagelijks vliegende colonnes vertrekken. Zoodra de Abessijnen het geringste teeken van een concentratie geven, worden zij uit de lucht aangevallen. Voor den derden keer tijdens de cam pagne is Wadara, dat op 130 KM. ten Z.O. van Alatta en op 360 KM. ten Zuiden van Addis Abeba is gelegen, bezet. Er worden verkenningen gedaan in het hooggelegen gebied van de Ganale Doria en ten Noor den van deze rivier. Ook uit het versterk te kamp van Malkagoega. aan de rivier Dawa Parma, vertrekken voortdurend af- deelingen. Mega is gebombardeerd en de karava nen. die de Abessijnsche krijgers ravitail leerden, zijn in het merengebied door mitrailleurvuur uit vliegtuigen bestookt. Antalo is herhaaldelijk door de Italianen, die de Abessijnen niet tot rust laten komen, gebombardeerd. In den middel sten sector zijn Italiaansche patrouilles doorgedrongen tot achter de stellingen van den Abessijnschen generaal Beyene- mered en Magalo, dat een sleutelpositie vormt aan den directen verbindingsweg met Addis Abeba, is eveneens hevig ge bombardeerd. De correspondent van Reuter-A.N.P te Addis Abeba meldt, dat in een Abes- sijnsch communiqué categorisch wordt ontkend, dat de keizer vredesonderhande lingen zou willen aanknoopen. Abessynië zal dergelijke onderhandelingen afwijzen, tenzij ze gebaseerd zouden zijn op het Handvest van den Volkenbond. Rickett, de Engelsche financier, die houder is van petroleum-concessies, is per vliegtuig uit Kartoem te Dzjiboeti aangekomen. Hij wordt thans te Addis Abeba verwacht, waar men zegt, dat hij met een diplomatieke missie zou zijn be last. Zijn bezoek zou evenwel slechts be trekking hebben op de petroleumconces- sies. (Copyright Reuter-A.N.P. i Italiaansch monument op den Amba Aladji. De zesde groep van het stormbataillon zwarthemden heeft op den top van den Amba Aladji een marmeren monument opgericht, aldus meldt Stefani, ter herin nering aan den heldenmoed van majoor Toselli, den heldhaftigen verdediger van den Amba Aladji in 1885 tegen de Abes sijnen, die hem met zijn mannen hebben afgemaakt. Het monument, dat uitgevoerd is door het bataillon „Vespri", bestaat uit een buste van Mussolini en een plaquette met opschrift, waarin vreugde van het Ita liaansche leger wordt geuit, dat de dood van Toselli thans is gewroken. Aan de onthulling van het monument ging een mis vooraf, die in een carré van zwart hemden gecelebreerd werd. De zwarthem den juichten daarbij onder het zwaaien hunner dolken voor koning en Duce. Na de onthulling van het gedenkteeken werd een weg ingewijd van 10 KM. lengte en zes meter breedte, die in veertien dagen naar den top van den Amba Aladji was aangelegd door de zwarthemden. Bindende regels betreffende de naamvallen noodzakelijk. Minister Slotemaker de Bruine is over zijn beleid en zijn begrooting aan het woord geweest. Natuurlijk heeft hij in zijn rede opnieuw de noodzakelijkheid van bezuiniging, ook op het lager onderwijs, in het licht ge steld. Om de grootste waarde te behou den, moeten andere zaken wel eens wor den opgeofferd. De Lager-Onderwijs-wet 1920 aldus de Minister is tot stand gekomen in een tijd, toen alles kon, maar thans moet de Overheidsbemoeiing wor den ingeperkt om het belangrijke te kun nen handhaven. Daarom kan b.v. ook aan uitbreiding van den leerplicht op 't oogen blik niet worden gedacht. Over den geest in het lager onderwijs heeft de Minister verschillende opmerkingen gemaakt, en daarbij den nadruk gelegd op de karak ter-vorming. Intellectualisme is niet alles; het komt vooral op de vorming der per- soonllijkheid aan. Dat het lager onderwijs op de openbare school een nationaal ka rakter moet dragen, stemde de Minister volkomen toe, maar hij constateerde dat men er niet in geslaagd is actueele feiten te noemen ten bewijze, dat daarop inbreuk wordt gemaakt. Zoowel in als bulten de school moet de onderwijzer doen wat een goed onderwijzer betaamt. En het volks lied moet natuurlijk op school tot zijn recht komen. Inzake de vraag van het Bijbelsch on derricht op de openbare school maakte de Minister de opmerking, dat, eer het zoo ver komt, de onderwijzers voor die taak geestelijk geschikt moeten worden ge maakt. Deze zaak is zoo delicaat en zoo heilig, dat men ze niet zonder meer aan alle handen kan toevertrouwen. Met de neutraiteit der school en met de paeda- gogie is het geven van Bijbelsch onderwijs zeker niet in strijd. Wat de spelling-kwestie betreft is de Minister nog eens de motieven nagegaan, welke zijn voorganger tot ingrijpen had den bewogen; de chaos op spellings-ge- bied, de tuchteloosheid in het bezigen van de spelling, het winnen van tijd voor an der onderwijs, en het bereiken van vrede op spelling-gebied Wat deze beide laatste motieven betreft was de Minister van oordeel, dat de vereenvoudiging lang niet zoo groot is als men wel beweerde en dat vrede en eenheid op spelling-gebied niet zijn bereikt. Toen de Minister optrad, was die eenheid er nog volstrekt niet.. In bij zonderheden en met een gedetailleerde bespreking van enkele spellingregels be toogde de Minister, dat er daarom bij zijn optreden nog iets gebeuren moest inzake de spelling. Moest hij aan den Minister raad voorstellen, om de nieuwe spelling ook in de regeeringstukken in te voeren? Dit heeft hij niet kunnen doen, alvorens de gevolgen van die spelling hem duidelijk voor den geest zouden staan. Die gevol gen en de consequenties der spelling heeft hij van de commissie-Van Heeringen ge leerd; toen zag hij, dat de consequenties, met name van den 5en en 6en regel van dien aard waren dat hij ze niet voor zijn verantwoording zou kunnen nemen. In zake het geslacht en de voornaamwoorde lijke uitdrukkingen zou er een vrijheid zijn, die gelijk zou staan met taai-split sing. en hierdoor zou ook de geestelijke discipline worden aangerand. Als er geen bindende regels zijn. weten wij tenslotte niet waar wij terechtkomen. De Minister kwam tot de conclusie, dat de opdracht aan de commissie- Van Haeringen moest worden gewij zigd; dat er overeenstemming met België moet worden gezocht (reeds hebben 22 leden der Koninklijke Vlaamsche Academie zich tegen de beide bedoelde spellingregels ver klaard); dat er bij de te nemen beslis- Minister Slotemaker de Bruine. sing ook aan Indië moet worden ge dacht; dat er inzake school- en kin derboeken overleg moet worden ge pleegd met de uitgevers en boekdruk kers over het eventueel resultaat van nieuwe wijzigingen (reeds is een rapport te dier zake ontvangen). Zoo dra alle gegevens binnen zijn, zal hij spoedig een beslissing nemen, want - riep de Minister - er moet een spoe dige zekerheid komen. In ieder geval valt uit dit alles deze conclusie te trekken, dat de spelling- Marchant op eenige punten zal wor den gewijzigd. De Minister heeft ook zijn standpunt op onderwijsgebied afgebakend en verdedigd tegenover de nationaal-socialistische theo- rien van den heer de Marchant et d'An- sembourg. In het bijzonder weersprak hij daarbij de stelling, dat de openbare school den godsdienstzin zou hebben aangerand en dat de N.S.B. noodig was, om de revo lutie-beginselen van 1789 op onderwijs gebied te bestrijden, want deze zijn be streden door staatslieden uit vrijwel alle partijen. Maar aldus de Minister wat zijn we gevorderd, als de tyrannie van het begin der negentiende eeuw thans vervan gen zou worden door de tyrannie van de N.S.B. en door dezelfde gedwongen jeugd beweging voor allen? Hij verklaarde zich te zullen blijven verzetten, wanneer men godsdienst en kerk aan een willekeurig eenheidsstreven ondergeschikt wil maken, ondergeschikt ook aan een dictatuur. De Minister heeft nog enkele speciale punten besproken. Zoo bleek hij er niet voor te gevoelen, aan het leerplan van bepaalde scholen het vak „economische kennis" toe te voegen. Het onderwijs is toch al overladen zei hij en de tijd is voorbij dat het „kennis is macht" (ken nis hier bedoeld als een zoo groot moge lijke hoeveelheid parate kennis) zonder meer werd gehuldigd. Wel bleek de Minis ter bereid, zooveel mogelijk bij het hooger onderwijs te werken in de richting van gecombineerde leer-opdrachten aan de zelfde personen voor verschillende univer siteiten, maar zoo zuchtte hij dit is niet altijd gemakkelijk. Bij de bespreking (en afwijzing) van het denkbeeld, om al len gemeenten te verzoeken opdrachten aan schilders te geven, deelde de Minis ter mede dat in 92 gemeenten kunstenaars wonen. Wij zouden wel eens willen weten, welk criterium hier bij het begrip „kun stenaar" is aangelegd en waar en hoe de grens is getrokken. De replieken leverden niets meer op. Al leen verklaarde de Minister nogmaals, dat hij spoedig zijn beslissing inzake de spel- ling-regels zal nemen, en dan aan den Ministerraad zal voorstellen die in te voeren. Afwachten HAGENAAR. HOLLANDSCHE BETON MIJ. Dividendvoorstel gewone aandeelen 10 (v. j. 15) pet. In de gisteren gehouden vergadering van commissarissen der Hollandsche Beton Maatschappij N.V. te 's-Gravenhage, is besloten, aan de in het begin van Mei op te roepen algemeene vergadering van aan deelhouders voor te stellen, over het boek jaar 1935 een slot-dividend van 3 pet. uit te keeren op de cumulatief preferente aandeelen, makende met het op 2 Januari J.l. betaalbaar gestelde, een dividend van 6 pet. (onv.) en een dividend van 10 (v.J. 15» pet. op de gewone aandeelen. N.V. VER. KON. PAPIERFABRIEKEN FIRMA VAN GELDER EN ZONEN. Aan het jaarverslag der firma Van Gelder en Zonen is het volgende ontleend: De winst- en verliesrekening wijst, na een totaal-afschrijving van f. 1.549.014 (1.592.568) op terreinen, gebouwen, machi nes, woningen, vervoermiddelen enz. een nadeelig saldo aan van f. 133.046 (1.449.130). Voorgesteld wordt: le het verliessaldo ad f. 133.046 ten laste van het reservefonds te brengen: 2e op de Cum. Pref. aand. 6 pCt. (onv.) uit te keeren en het hiervoor benoodtgde bedrag, inclusief dividendbelasting, even eens wederom van het reservefonds af te schrijven. Het reservefonds werd door ioevoeging van 4 pCt. rente (v.j. 5) of f. 23.244 (117.108) verhoogd tot f. 604.346 (2.471.885). Indien onze voorstellen worden aangeno men zal het reservefonds na aftrek van het verliessaldo ad. f 133.046 (1.449.130) RECLAME. 460 m VERZORG uwSTEM VERZORG uw KEEL! WYBERT-TABLET- TENhef pracht- middel voor regel matige verzorging f van-ikeel en stem. organen V WYBERT-SIROOP tegen verkoud- heid, grjep, bron chitis, kinkhoest Flaconi 1 1.S0 en 90 et P P. te L. Het heeft geen zin daar over verder te discussieeren. J. J. S. te L. Wij raden u aan de kwestie alsnog met de directrice van het Leidsche Volkshuis te bespreken, wij zijn ervan overtuigd, dat een voor beiden be vredigende oplossing wordt bereikt. de uitkeering aan houders van cum. pref. aandeelen ad f. 405.000 (onv.) en de divi dendbelasting ad f. 40.702 (onv.) en de dividendbelasting ad f. 40.702 (36.652) pro resto f. 25.597 (581.102) bedragen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 9