De Duitschers komen naar Londen
Spelling-Marchant wordt weer
gewijzigd.
77ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 18 Maart 1936
Derde Blad
No. 23307
De Duitsche minister van buitenlandsche zaken
heeft gisteren den secretaris-generaal van den
Volkenbond, Avenol, te Londen, het volgende
telegram gezonden
„Ik bevestig met dank de ontvangst van uw
telegram van 16 Maart en heb de eer mede te
deelen, dat ambassadeur von Ribbentrop de Duitsche
regeering in den Volkenbondsraad zal vertegen
woordigen bij het onderzoek van de door de Belgische
en Fransche regeering opgeworpen kwestie.
Hij zal vanaf Donderdagmorgen in Londen ter
beschikking staan".
DE OORLOG IN ABESSYNIE.
ONS PARLEMENTAIR
OVERZICHT.
yWlBERT
CORRESPONDENTIE.
Britsch carantic-voorstel aan
Frankrijk en België.
Men meent te weten, dat het voorstel,
dat gistermorgen door den Engelschen
minister van buitenlandsche zaken. Eden,
is overhandigd aan de Fransche en Bel-
gisohe delegaties, inhoudt een samenwer
king in twee fases van Groot-Brittannië
met de garant-Staten, Frankrijk en
België.
In het eerste stadium dezer samenwer
king tusschen de drie mogendheden zou
■het doel zijn, den internationalen toe
stand, die door den „coup de force" van
Duitschland getroffen is, te herstellen.
Wanneer dit resultaat zal zijn verkre
gen, zou een permanente garantie door
Groot-Brittannië gegeven worden ten be
hoeve van de onschendbaarheid van de
Rijn-grens. Het desbetreffende accoord
zou dan zonder twijfel voor Duitschland
open staan.
Naar Reuter meent te weten, heeft
Flandin onmiddellijk na de gistermorgen
gehouden zitting der Locarnolanden met
Sarraut en den Quai d'Orsay getelefoneerd
Flandin heeft niet aan de lunch aan
gezeten, zooals was afgesproken, teneinde
de besprekingen met zijn Fransche col
lega's te kunnen voortzetten.
Voor de bijeenkomst der vier mogend
heden, had Grandi, de Italiaansche am
bassadeur te Londen, een langdurig onder
houd met den. Franschen minister van
buitenlandsche zaken, Flandin.
De Duitsche delegatie.
De Duitsche delegatie, welke naar Lon
den zal vertrekken ter bijwoning van de
Volkenbondsraadszitting en onder lei
ding zal staan van Joachim von Ribben
trop, zal als volgt zijn samengesteld:
Heinrich Dieckhoff, afdeelingschef van
het ministerie van buitenlandsche zaken;
dr. Ernest Woermann, legatieraad, aan
de delegatie toegevoegd als juridisch des
kundige;
dr. Oscar Wingen, van de eoonomische
afdeeling van het ministerie van buiten
landsche zaken;
dr. Ernst Boettinger, perschef van Von
Ribbentrop;
Von Schlieden, legatieraad;
Paul Schmitt, officieel translateur van
het ministerie van buitenlandsche zaken.
In totaal zal de Duitsche delegatie uit
vijftien a twintig personen bestaan, secre
tarissen, tolken etc. inbegrepen.
In twee speciale vliegtuigen vertrekt de
delegatie vandaag uit Berlijn naar Lon
den.
Speciaal afgezant van
Hitier naar Londen?
Hertog Ernst van Saksen-Koburg-Gotha
ts gisteravond per speciaal vliegtuig naar
Londen vertrokken. Hij is verwant met
de Engelsche koninklijke familie.
De hertog zou door den kanselier met
een geheime zending zijn belast en op
treden naast van Ribbentrop.
Overleg tusschen Londen
en Berlijn.
Omtrent de onderhandelingen, welke
tot de bereidwilligheid van Duitschland
om naar Londen te komen, hebben geleid,
wordt het volgende vernomen:
Onmiddellijk na afloop van de vergade
ring der Locarno-mogendheden gister
ochtend heeft Eden zich in verbinding
gesteld met het Duitsche ministerie van
buitenlandsche zaken, dat intusschen met
de rijksautoriteiten het antwoord van
den Volkenbondsraad op de bekende voor
waardelijke aanvaarding van Duitschland,
om aan de volkenbondsraadszitting deel
te nemen, had kunnen bestudeeren.
Het bleek onmiddellijk, dat Berlijn in
principe bereid was, de uitnoodiging om
aan de debatten over het Fransch-Bel-
gische verzoek deel te nemen, te aan
vaarden.
Het schijnt, dat de rijksregeering, al
vorens definitief haar toestemming te
geven, nog enkele nadere inlichtingen ge
vraagd heeft omtrent de zinsnede in het
telegram van den Volkenbondsraad, welke
luidt: „het behoort niet tot de bevoegd
heden van den raad, de Duitsche regee
ring de verzekeringen te geven, die zij
verlangt", welke zinsnede, zooals men
weet, betrekking had op het openen van
de door Berlijn verlangde onderhande
gen over de voorstellen van Hitier.
Berichten uit Berlijn duidden er op, dat
de Duitsche regeering, na dit antwoord
van den V.B.-raad, ook tevreden zou zijn
met een verklaring van de Britsche regee
ring, dat deze, wat haar betreft, zou
trachten de kwestie van Hitler's vredes
voorstellen in" haar geheel te doen be
spreken, en de Britsche regeering heeft
daarop de Duitsche rijksregeering een
dergelijke verklaring doen toekomen.
De verklaring werd gistermiddag aan
den Duitschen ambassadeur te Londen
overhandigd.
Zij luidt, dat „de Britsche regeering
al het mogelijke doet en zal blijven
doen, om een middel te zoeken, om een
vreedzame en bevredigende regeling
van alle actucele moeilijkheden tot
stand te brengen.
Het is de Britsche regeering duidelijk,
dat de voorstellen van den Duitschen
rijkskanselier, evengoed als de voor
stellen, welke door de andere belang
hebbende partijen worden gedaan, te
gelegener tijd moeten worden besproken.
De Duitsche regecring zal er zich
intusschen rekenschap van dienen te
geven, dat het voor de Britsche regeering
op dit oogenblik onmogelijk is, 'n meer
uitdrukkelijke verbintenis aan te gaan".
Bij het afleggen van deze verklaring
drong Eden er bij den ambassadeur op
aan, dat hij zijn regeering zou adviseeren
zoo spoedig mogelijk haar vertegenwoor
digers te zenden. t
Om kwart over vier gistermiddae werd
het officieele antwoord van de Duitsche
regeering op het secretariaat van den
Volkenbond ontvangen.
Verwacht wordt, dat de Duitschers mor
genvoormiddag in den Volkenbondsraad
hun standpunt zullen uiteen zetten en dat
de volkenbondsleden zich het recht om
op de Duitsche zienswijze te antwoorden
zullen voorbehouden. Men meent te
weten, dat in ieder geval de Roemeensche
minister van buitenlandsche zaken, Ti-
tulescu, zal antwoorden.
Zittingen van den Volken-
bondsraad.
In den namiddag Is een geheime zitting
van den Volkenbondsraad gehouden.
Besloten werd. dat de raad terstond de
openbare besprekingen zou hervatten en
dat heden opnieuw een openbare zitting
zal gehouden worden. De stemming over
de Fransche resolutie, waarin de overtre
ding van Duitschland wordt geconstateerd
zal gehouden worden morgen tijdens een
openbare zitting, waaraan de Duitsche
delegatie deelneemt.
Flandin denkt Donderdagmiddag naar
Pariis terug te keeren.
Om 17 uur 40 werd de openbare zitting
geopend, waarin Stanley Bruce, de raads
voorzitter. het Duitsche antwoord voorlas
en zeide dat hij den Duitschen ambassa
deur. namens den Volkenbondsraad had
verzocht aan de besprekingen als waar
nemer deel te nemen, indien zijn regee
ring hem hiertoe machtigde.
Dit schijnt echter niet te zijn geschied.
In openbare zitting was het eerst het
woord aan Roesjdi Aras, den gedelegeerde
van Turkiie, die in zijn rede er op wees,
dat de Volkenbondsraad de taak van ar
biter moet vervullen, welke twee andere
plichten met zich brengt: dien van be
middelaar en dien van garant der veilig
heid.
Vervolgens verkreeg de Sovjet-Russische
gedelegeerde. Litwinoff. het woord, die een
overzicht gaf over de gebeurtenissen, welke
zich de afgeloopen achttien maanden
hebben voorgedaan, waarbij hij er aan
herinnerde, dat de Volkenbondsraad in
die periode heeft moeten behandelen:
I. De schending door Duitschland van
de militaire clausules van het verdrag
van Versailles:
II. Het Italiaansch-Abessynisch conflict;
III. De eenzijdige schending door
Duitschland van het verdrag van Versail
les en het Locarno-pact.
Litwinoff wees er op. dat Sovjet-Rus
land. hoewel het bij deze drie aangelegen
heden niet rechtstreeks betrokken was,
daardoor niet verhinderd werd zich te
scharen aan de ziide van die raadsleden,
die op de meest besliste wiize hun ver
ontwaardiging te kennen geven over de
schending der internationale verplichtin
gen. deze schending veroordeelen en hun
steun verleenen aan de meest doeltreffen
de maatregelen, om in de toekomst der
gelijke tekortkomingen te verhinderen.
In het verder verloop van zijn rede ver
klaarde Litwinoff. dat men niet kan strij
den voor de organisatie der collectieve
veiligheid zonder het treffen van collec
tieve maatregelen tegen tekortkomingen
inzake de internationale verplichtingen.
Indien het gewoonte wordt, dat de aan
valler de aanbevelingen van den Volken
bond negeert, zal de Volkenbond nooit
ernstig worden genomen. Een dergelijke
bond zou een gevaar worden, daar bij de
waakzaamheid dér naties zou doen insla
pen en illusies zou verwekken, welke de
staten zouden verhinderen de noodzake
lijke maatregelen te treffen voor hun ver
dediging.
De verantwoordelijkheid van den Vol
kenbond en den raad is te grooter naar
mate de schending der internationale
verplichtingen welke thans besproken
wordt duidelijker is.
Het karakteristieke van de drie door
spreker genoemde gevallen is volgens hem
juist hun eenvoud. Het vaststellen van het
feit der schending zelf levert geen enkele
moeilijkheid op en kan geen aanleiding
zün tot disputen of meenigsverschillen.
De Chileensche gedelegeerde die ver
volgens het woord voerde, verklaarde, dat
Chili zijn plicht zou doen. inclien de raad
besliste dat het Locarno-pact was ge
schonden.
De raadszitting werd hierop verdaagd
tot vanmiddag half vier.
Bijeenkomst Locarno-
mogendheden.
De vertegenwoordigers van de mogend
heden van Locarno zijn. zooals was aan
gekondigd. gisteravond om 10 uur in zit
ting bijeengekomen.
Van Engelsche zijde namen aan de zit
ting deel. behalve minister Eden, Ramsay
MacDonald en de minister van Financiën.
Neville Chamberlain.
Om half een vannacht was de zitting
geëindigd.
Bij aankomst in zijn hotel verklaarde
Flandin. dat de afgevaardigden der Lo-
carno-staten vanmiddag kwart over twaalf
opnieuw bijeen zouden komen.
De Fransche delegatie keerde opgeruimd
in het hotel terug en verklaarde dat eenige
vooruitgang was bereikt, ofschoon nog
niets was geregeld.
Algemeen heeft men den indruk dat de
atmosfeer tegen het einde van den avond
was opgeklaard.
Groote slag gaande bij Amba
AladzjL Intensief ItaJiaansch
luchtbombardement in 't Zuiden.
Te Addis Abema deelt men mede, gelijk
reeds gemeld, dat niet ver van den Amba
Aladzji een hevige slag woedt. De keizer
voert persoonlijk het bevel over de Abes-
sijnsche troepen. Aan weerszijden moeten
de verliezen ernstig zijn.
De correspondent van Reuter-A.N.P. te
Addis Abeba seint voorts, dat men in de
Abessijnsche hoofdstad officieel heeft
medegedeeld, dat aan bijna het geheele
Zuidelijk front een hevig luchtbombarde
ment is ingezet. In Abessijnsche kringen
gelooft men, dat dit het voorspel is van
een nieuw offensief van de troepen van
generaal Graziani.
Een Fokker-vliegtuig, dat door den kei
zer ten geschenke was gegeven aan het
Abessijnsche Roode Kruis en dat gewoon
lijk werd bestuurd door den Zweedschen
baron von Rosen is te Kworam door bom
men en mitrailleurvuur uit Italiaansche
vliegtuigen vernield. De beide vleugels
van het toestel vertoonden duidelijk de
onderscheidingsteekenen van het Roode
Kruis.
De correspondent van Reuter-A.N.P. bij
de Italiaansche legers in het Zuiden seint,
dat aan het Zuidelijk front een groote
activiteit heerscht, zoowel bij de strijd
krachten te land als bi] de luchtmacht.
Men bereidt een offensief voor.
Aan den uitersten' lihkervleugel in den
sector van Neghelli is de tactiek der Ita
lianen het den Abessijnen moeilijk, zoo
met onmogelijk, te maken troepen te ver-
z amelen
Generaal Grazinanl heeft generaal
Borgonzoli, den commandant van den
sector Neghelli medegedeeld, dat Neghelli
een versterkt kamp en een depot is ge
worden, maar dat de troepen er niet voor
een langdurig verblijf mogen worden on
dergebracht. Derhalve moeten dagelijks
vliegende colonnes vertrekken. Zoodra de
Abessijnen het geringste teeken van een
concentratie geven, worden zij uit de
lucht aangevallen.
Voor den derden keer tijdens de cam
pagne is Wadara, dat op 130 KM. ten Z.O.
van Alatta en op 360 KM. ten Zuiden van
Addis Abeba is gelegen, bezet. Er worden
verkenningen gedaan in het hooggelegen
gebied van de Ganale Doria en ten Noor
den van deze rivier. Ook uit het versterk
te kamp van Malkagoega. aan de rivier
Dawa Parma, vertrekken voortdurend af-
deelingen.
Mega is gebombardeerd en de karava
nen. die de Abessijnsche krijgers ravitail
leerden, zijn in het merengebied door
mitrailleurvuur uit vliegtuigen bestookt.
Antalo is herhaaldelijk door de Italianen,
die de Abessijnen niet tot rust laten
komen, gebombardeerd. In den middel
sten sector zijn Italiaansche patrouilles
doorgedrongen tot achter de stellingen
van den Abessijnschen generaal Beyene-
mered en Magalo, dat een sleutelpositie
vormt aan den directen verbindingsweg
met Addis Abeba, is eveneens hevig ge
bombardeerd.
De correspondent van Reuter-A.N.P te
Addis Abeba meldt, dat in een Abes-
sijnsch communiqué categorisch wordt
ontkend, dat de keizer vredesonderhande
lingen zou willen aanknoopen. Abessynië
zal dergelijke onderhandelingen afwijzen,
tenzij ze gebaseerd zouden zijn op het
Handvest van den Volkenbond.
Rickett, de Engelsche financier, die
houder is van petroleum-concessies, is
per vliegtuig uit Kartoem te Dzjiboeti
aangekomen. Hij wordt thans te Addis
Abeba verwacht, waar men zegt, dat hij
met een diplomatieke missie zou zijn be
last. Zijn bezoek zou evenwel slechts be
trekking hebben op de petroleumconces-
sies.
(Copyright Reuter-A.N.P. i
Italiaansch monument op den
Amba Aladji.
De zesde groep van het stormbataillon
zwarthemden heeft op den top van den
Amba Aladji een marmeren monument
opgericht, aldus meldt Stefani, ter herin
nering aan den heldenmoed van majoor
Toselli, den heldhaftigen verdediger van
den Amba Aladji in 1885 tegen de Abes
sijnen, die hem met zijn mannen hebben
afgemaakt.
Het monument, dat uitgevoerd is door
het bataillon „Vespri", bestaat uit een
buste van Mussolini en een plaquette met
opschrift, waarin vreugde van het Ita
liaansche leger wordt geuit, dat de dood
van Toselli thans is gewroken. Aan de
onthulling van het monument ging een
mis vooraf, die in een carré van zwart
hemden gecelebreerd werd. De zwarthem
den juichten daarbij onder het zwaaien
hunner dolken voor koning en Duce. Na
de onthulling van het gedenkteeken werd
een weg ingewijd van 10 KM. lengte en
zes meter breedte, die in veertien dagen
naar den top van den Amba Aladji was
aangelegd door de zwarthemden.
Bindende regels betreffende de
naamvallen noodzakelijk.
Minister Slotemaker de Bruine is over
zijn beleid en zijn begrooting aan het
woord geweest.
Natuurlijk heeft hij in zijn rede opnieuw
de noodzakelijkheid van bezuiniging, ook
op het lager onderwijs, in het licht ge
steld. Om de grootste waarde te behou
den, moeten andere zaken wel eens wor
den opgeofferd. De Lager-Onderwijs-wet
1920 aldus de Minister is tot stand
gekomen in een tijd, toen alles kon, maar
thans moet de Overheidsbemoeiing wor
den ingeperkt om het belangrijke te kun
nen handhaven. Daarom kan b.v. ook aan
uitbreiding van den leerplicht op 't oogen
blik niet worden gedacht. Over den geest
in het lager onderwijs heeft de Minister
verschillende opmerkingen gemaakt, en
daarbij den nadruk gelegd op de karak
ter-vorming. Intellectualisme is niet alles;
het komt vooral op de vorming der per-
soonllijkheid aan. Dat het lager onderwijs
op de openbare school een nationaal ka
rakter moet dragen, stemde de Minister
volkomen toe, maar hij constateerde dat
men er niet in geslaagd is actueele feiten
te noemen ten bewijze, dat daarop inbreuk
wordt gemaakt. Zoowel in als bulten de
school moet de onderwijzer doen wat een
goed onderwijzer betaamt. En het volks
lied moet natuurlijk op school tot zijn
recht komen.
Inzake de vraag van het Bijbelsch on
derricht op de openbare school maakte de
Minister de opmerking, dat, eer het zoo
ver komt, de onderwijzers voor die taak
geestelijk geschikt moeten worden ge
maakt. Deze zaak is zoo delicaat en zoo
heilig, dat men ze niet zonder meer aan
alle handen kan toevertrouwen. Met de
neutraiteit der school en met de paeda-
gogie is het geven van Bijbelsch onderwijs
zeker niet in strijd.
Wat de spelling-kwestie betreft is de
Minister nog eens de motieven nagegaan,
welke zijn voorganger tot ingrijpen had
den bewogen; de chaos op spellings-ge-
bied, de tuchteloosheid in het bezigen van
de spelling, het winnen van tijd voor an
der onderwijs, en het bereiken van vrede
op spelling-gebied Wat deze beide laatste
motieven betreft was de Minister van
oordeel, dat de vereenvoudiging lang niet
zoo groot is als men wel beweerde en dat
vrede en eenheid op spelling-gebied niet
zijn bereikt. Toen de Minister optrad, was
die eenheid er nog volstrekt niet.. In bij
zonderheden en met een gedetailleerde
bespreking van enkele spellingregels be
toogde de Minister, dat er daarom bij zijn
optreden nog iets gebeuren moest inzake
de spelling. Moest hij aan den Minister
raad voorstellen, om de nieuwe spelling
ook in de regeeringstukken in te voeren?
Dit heeft hij niet kunnen doen, alvorens
de gevolgen van die spelling hem duidelijk
voor den geest zouden staan. Die gevol
gen en de consequenties der spelling heeft
hij van de commissie-Van Heeringen ge
leerd; toen zag hij, dat de consequenties,
met name van den 5en en 6en regel van
dien aard waren dat hij ze niet voor zijn
verantwoording zou kunnen nemen. In
zake het geslacht en de voornaamwoorde
lijke uitdrukkingen zou er een vrijheid
zijn, die gelijk zou staan met taai-split
sing. en hierdoor zou ook de geestelijke
discipline worden aangerand. Als er geen
bindende regels zijn. weten wij tenslotte
niet waar wij terechtkomen.
De Minister kwam tot de conclusie,
dat de opdracht aan de commissie-
Van Haeringen moest worden gewij
zigd; dat er overeenstemming met
België moet worden gezocht (reeds
hebben 22 leden der Koninklijke
Vlaamsche Academie zich tegen de
beide bedoelde spellingregels ver
klaard); dat er bij de te nemen beslis-
Minister Slotemaker de Bruine.
sing ook aan Indië moet worden ge
dacht; dat er inzake school- en kin
derboeken overleg moet worden ge
pleegd met de uitgevers en boekdruk
kers over het eventueel resultaat
van nieuwe wijzigingen (reeds is een
rapport te dier zake ontvangen). Zoo
dra alle gegevens binnen zijn, zal hij
spoedig een beslissing nemen, want
- riep de Minister - er moet een spoe
dige zekerheid komen.
In ieder geval valt uit dit alles deze
conclusie te trekken, dat de spelling-
Marchant op eenige punten zal wor
den gewijzigd.
De Minister heeft ook zijn standpunt op
onderwijsgebied afgebakend en verdedigd
tegenover de nationaal-socialistische theo-
rien van den heer de Marchant et d'An-
sembourg. In het bijzonder weersprak hij
daarbij de stelling, dat de openbare school
den godsdienstzin zou hebben aangerand
en dat de N.S.B. noodig was, om de revo
lutie-beginselen van 1789 op onderwijs
gebied te bestrijden, want deze zijn be
streden door staatslieden uit vrijwel alle
partijen. Maar aldus de Minister wat
zijn we gevorderd, als de tyrannie van het
begin der negentiende eeuw thans vervan
gen zou worden door de tyrannie van de
N.S.B. en door dezelfde gedwongen jeugd
beweging voor allen? Hij verklaarde zich
te zullen blijven verzetten, wanneer men
godsdienst en kerk aan een willekeurig
eenheidsstreven ondergeschikt wil maken,
ondergeschikt ook aan een dictatuur.
De Minister heeft nog enkele speciale
punten besproken. Zoo bleek hij er niet
voor te gevoelen, aan het leerplan van
bepaalde scholen het vak „economische
kennis" toe te voegen. Het onderwijs is
toch al overladen zei hij en de tijd
is voorbij dat het „kennis is macht" (ken
nis hier bedoeld als een zoo groot moge
lijke hoeveelheid parate kennis) zonder
meer werd gehuldigd. Wel bleek de Minis
ter bereid, zooveel mogelijk bij het hooger
onderwijs te werken in de richting van
gecombineerde leer-opdrachten aan de
zelfde personen voor verschillende univer
siteiten, maar zoo zuchtte hij dit is
niet altijd gemakkelijk. Bij de bespreking
(en afwijzing) van het denkbeeld, om al
len gemeenten te verzoeken opdrachten
aan schilders te geven, deelde de Minis
ter mede dat in 92 gemeenten kunstenaars
wonen. Wij zouden wel eens willen weten,
welk criterium hier bij het begrip „kun
stenaar" is aangelegd en waar en hoe de
grens is getrokken.
De replieken leverden niets meer op. Al
leen verklaarde de Minister nogmaals, dat
hij spoedig zijn beslissing inzake de spel-
ling-regels zal nemen, en dan aan den
Ministerraad zal voorstellen die in te
voeren.
Afwachten
HAGENAAR.
HOLLANDSCHE BETON MIJ.
Dividendvoorstel gewone aandeelen
10 (v. j. 15) pet.
In de gisteren gehouden vergadering
van commissarissen der Hollandsche Beton
Maatschappij N.V. te 's-Gravenhage, is
besloten, aan de in het begin van Mei op
te roepen algemeene vergadering van aan
deelhouders voor te stellen, over het boek
jaar 1935 een slot-dividend van 3 pet. uit
te keeren op de cumulatief preferente
aandeelen, makende met het op 2 Januari
J.l. betaalbaar gestelde, een dividend van
6 pet. (onv.) en een dividend van 10 (v.J.
15» pet. op de gewone aandeelen.
N.V. VER. KON. PAPIERFABRIEKEN
FIRMA VAN GELDER EN ZONEN.
Aan het jaarverslag der firma Van
Gelder en Zonen is het volgende ontleend:
De winst- en verliesrekening wijst, na
een totaal-afschrijving van f. 1.549.014
(1.592.568) op terreinen, gebouwen, machi
nes, woningen, vervoermiddelen enz. een
nadeelig saldo aan van f. 133.046
(1.449.130).
Voorgesteld wordt:
le het verliessaldo ad f. 133.046 ten laste
van het reservefonds te brengen:
2e op de Cum. Pref. aand. 6 pCt. (onv.)
uit te keeren en het hiervoor benoodtgde
bedrag, inclusief dividendbelasting, even
eens wederom van het reservefonds af te
schrijven.
Het reservefonds werd door ioevoeging
van 4 pCt. rente (v.j. 5) of f. 23.244
(117.108) verhoogd tot f. 604.346 (2.471.885).
Indien onze voorstellen worden aangeno
men zal het reservefonds na aftrek van
het verliessaldo ad. f 133.046 (1.449.130)
RECLAME.
460
m
VERZORG uwSTEM
VERZORG uw KEEL!
WYBERT-TABLET-
TENhef pracht-
middel voor regel
matige verzorging
f van-ikeel en stem.
organen V
WYBERT-SIROOP
tegen verkoud-
heid, grjep, bron
chitis, kinkhoest
Flaconi 1 1.S0 en 90 et
P P. te L. Het heeft geen zin daar
over verder te discussieeren.
J. J. S. te L. Wij raden u aan de
kwestie alsnog met de directrice van het
Leidsche Volkshuis te bespreken, wij zijn
ervan overtuigd, dat een voor beiden be
vredigende oplossing wordt bereikt.
de uitkeering aan houders van cum. pref.
aandeelen ad f. 405.000 (onv.) en de divi
dendbelasting ad f. 40.702 (onv.) en de
dividendbelasting ad f. 40.702 (36.652) pro
resto f. 25.597 (581.102) bedragen.