Grenadiers en Jagers en 4e reg. Infanterie voor de Koningin DIE HOUTEN KLAAS 77ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. Naar het Engelsch van CHARLOTTE M. YONGE door J. I. $n E. A. H. Toen de bezoekster in de andere kamer afscheid nam, werden duidelijk de woor den gehoord: „Jou sluw, listig schepsel, dat je bent! Je schijnt er op uit te zijn om hem tot den ondergang te brengen!" HOOFDSTUK VII. De Mortons en hun manieren. „Onzin!" riep mrs. Charles Morton, toen ze den brief van haar zwager gelezen had. „Denkt hij, dat een moeder zich zoo mak kelijk laat afschepen?" Dus kleedde zij zich in het zwart met schitterende gitten en wuivende veeren en reisde per trein naar Hurminster, om haar rechten te verdedigen en die van de kin deren, gewapend met een zwarte parasol en drie zakdoeken. Ze droeg niet altijd rouw, maar dit was een soort „adellijk" vertoon. Op haar verschijnen kwam Frank Mor ton in zijn zitkamer in een oud kantoor jasje, er bleek en vermoeid uitziend. Ze begroette hem met een kus ter geluk- wenschlng. „Ik kon mijn oogen haast niet gelooven, toen ik het nieuws las!" „Ik evenmin." „En de kinderen dan!O, als je beste broer nu nog eens in leven was!.We verlangden er zoo naar om er eens alles van te hooren," zei ze en nam plaats in den ouden armstoel, die nog een aanden ken aan zijn moeder was. Hij herhaalde wat hij Mary had ver teld van de familie, het park en het huis in Londen. „Er zijn zeker heel wat bedienden en rijtuigen?" „De bedienden zullen weggestuurd wor den. Wat de rijtuigen en de rest van het persoonlijk bezit betreft, dit vervalt alles aan mrs. Morton, maar de executeurs zul len het zoo schikken, dat ik het meubilair, dat ik graag zou hebben, weer zal kunnen koopen." „En de juweelen?" „Er zijn enkele familiestukken, maar ik heb ze niet gezien. Hoe maken de kinde ren het?" „Best. Ze zijn ook heel blij voor je. Her- bert is toch zoo'n flinke jongen!Hij was nu klaar om de volgende drie maanden zijn studies aan de Zeevaartschool te be ginnen, maar nu hoeft dit natuurlijk niet meer." ,,'t Is jammer voor hem, omdat hij toch zoo graag naar zee gaat, dat hij te oud is om cadet bij de marine te worden." „Als hij over het geheel een betrekking moet hebben, dan moet hij bij de land macht dienen; dit is de aangewezen weg voor een edelman." „Ik moet er in de eerste plaats op be dacht zijn, wat het beste is voor hem." „Ja, mylord." (Dit met grooten nadruk). „Ik hoop, dat ik eens van je hooren mag wat je van plan bent te doen voor de wee zen van je geliefden broer." Reeds bracht zij den zakdoek naar de oogen. „In ieder geval hoop ik Herbert een eerste-klas opvoeding te geven en zijn zusjes naar goede scholen te sturen. Hoe maken die het?" „Ida is al zoo knap, dat zij enkel Fran- sche lessen en muzieklessen noodig heeft. Bovendien is zij heel teer van gestel. Conny zit altijd in de boeken; zij wil vast nog eens een examen doen. Maar ik zou haar liever onmiddellijk afnemen van zoo'n doodgewone inrichting." „Het is een goede school en zij zal er degelijk onderlegd worden. Ik zal wel eens overdenken, wat het beste is voor hen alle drie." „En Je zult toch de familie van je ge liefden broer in staat stellen haar stand op te houden?" „Ik ben van plan te doen, wat in mijn vermogen is, daar kan je zeker van zijn, maar het is mij nog onmogelijk eenig be drag te noemen. Ik weet op het oogenblik niet, welk inkomen ik zelve zal hebben, zoomin als ik weet, wat mijn uitgaven zullen zijn. Ik was van plan bij je te ko men, zoodra ik je iets bepaalds kon mede- deelen, maar gedurende dit eerste jaar zal ik zelf minder ontvangen dan later." „Nu, in dien tusschentijd kan ik mij ook wel met wat minder behelpen, maar de weduwe en de kinderen van je geliefden broer zullen toch wel allereerst in aan merking komen. Zelfs een ongetrouwd edelman kan toch niet zooveel uitgaven hebben." „Ik zal niet lang ongetrouwd blijven," antwoordde hij met schuchtere vastbera denheid. „Mgar, lord NorthmoorüJe bent toch hiet van plan om dat belachelijk en gagement voort te zetten? Als je over het geheel al trouwt, moet dit toch wezen met iemand, die aardig wat inbrengt." „Eens en vooral, Emma, wil ik je dit wel zeggen, dat ik van dit onderwerp nooit meer iets verlang te hooren. Een verlo ving, die al twintig jaar is voortgezet, wordt niet lichtvaardig verbroken." „Zoo'n ongelukkig onderwijzeresje!" be gon ze, maar haar werd het stilzwijgen opgelegd: „Houd nu goed in het oog, dat ik hier niet meer van hooren wil; dat het in je eigen belang is, om van verdere beleedi- gingen van mijn aanstaande vrouw en mij af te zien." Toch kon ze niet nalaten te prevelen: „Wel hard voor ons! En ze is niet eens knap van uiterlijk!" „Dat is een zaak van smaak," zei hij, bij zichzelven een vergelijking makend tus- schen de opzichtige verschijning daar voor hem en het bescheiden, totaal niet in het oog vallende persoontje, dat hij boven alles lief had, en toen hij iets hoorde, dat het midden hield tusschen een minach tend neusophalen en een snik, voegde hij er bij„Ze hebben mij op het kantoor noo dig, dus als je mij niets van belang meer te zeggen hebt, dan moet ik gaan. Hannah zal je thee geven." „O! O! Dat je de weduwe van je armen broer nu zóó achterlaat!" En ze barstte in tranen en snikken uit. „Ik kan er niets aan doen, Emma," zei hij, versteld en verbaasd. „Ze hebben mijn aanwijzingen noodig betreffende een zaak van mr. Claugton en ik kan ze niet langer laten wachten. Dit zijn kantooruren, zie je. Drink nu eerst wat thee en dan zal ik bij je terugkomen." Zoodra hij weg was, hield mrs. Emma op met snikken en in plaats van op de thee te wachten, begaf ze zich naar miss Lang. Daar vroeg ze naar miss Marshall en werd in den salon gelaten, waar, na een paar minuten wachten, terwijl zij haar best deed haar verontwaardiging warm te houden het tengere per soontje verscheen, dat ze onverwijld aan sprak op deze minvriendelijke wijze: „Als ik het wel heb, miss Marshall, dan is u dus van plan zich in te dringen in de familie van zijn lordschap." Overrompeld als Mary zich voelde, ant woordde ze toch heel politiek: „Ik kan niet anders doen dan wat hij- verlangt." „Dat is een uitvlucht van niets! Het ver wondert mij, dat u zich niet schaamt om zoo te speculeeren op zijn eenmaal gege ven woord, nu u weet, dat alles veranderd is en dat het belachelijk, ja zelfs ontee- rend zou zijn voor een Pair van Engeland om een arm onderwijzeresje tot zijn echt- genoote te maken!" „Dat is het ook," gaf Mary toe en keerde toen terug tot haar vorige uitspraak: „maar ik kan niet anders doen dan wat hij verlangt." „Als hij nu zoo dwaas op u gesteld is, om vol te houden, dat het zijn verlangen is, dan kan ik u wel vertellen, dat het eenvoudig uw plicht is om hem zijn vrij heid terug te geven." (Wordt vervolgd). H.M. DE KONINGIN WOONDE GISTE REN IN HET KAMP WAAESDORP DE OEFENINGEN BIJ van de eerste in- fanterie-brigade, bestaande uit de regi menten Grenadiers en Jagers, en het 4e reg. infanterie uit onze stad. H.M. slaat met belangstelling het verloop gade. WE8ER, VERDEDIGT ZIJN HEILIGDOM in den wedstrijd tusschen het voor- loopig Nederlandsche elftal en Nottingham Forest, gisteren op het Sparta-terreig te Rotterdam gespeeld en door de Engelschen met 10 gewonnen'. HOE LONDEN O.A. GEALARMEERD WORDT BIJ EEN GASAANVAL. De man met gasmasker op, op de fiets, waar schuwt den Londenaren door middel van een luidspreker voor dreigend gevaar. MET DE „DEMPO" VAN DEN ROTTERDA MSCHEN LLOÏÜ ZAL HET 01 DE ZES- METERJACHT „DE RLYTER", in plaats van de nieuwe ,,de Ruyter", welke bij storm weer vernield werd, deelnemen aan de wedstrijden te Marseille. Het transport naar het mailschip. HET DEFILE VOOR H.M. DE KONINGIN DOOR DE REGIMENTEN GRE NADIERS EN JAGERS EN HET 4e REGIMENT INFANTERIE, na afloop der oefeningen in het kamp van Waalsdorp. MINISTER SLOTEMAKER DE BRUiNE OPENDE DE NIEUWE HUISHOUD- SCHOOL TE SNEEK. Leerlingen' bieden thee en gebak aan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 5