De Leidsche Gemeentebegrooting voor 1936, 76ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 21 Februari 1936 Derde Blad No. 23285 B. EN W. ANTWOORDEN OP DE ALGEMEENE BESCHOUWINGEN. ANTWOORD VAN B. EN W. Wethouder Tepe. Wethouder TEPE spreekt namens B. en W„ hetgeen echter niet wil zeggen, dat het geheele college alles zal onderschrij ven. Gelet op de samenstelling van het college zijn er telkens afwijkingen, doch hij kan niet geregeld de minderheden noemen. Hoofdschotel van het debat was het voorstel tot salarisverlaging en daarmede zal spr. beginnen. Bestanddeelen van het voorstel waren: de finantieele toestand der gemeente en de circulaire van den minister, niet de laatste alleen. Reeds spoedig bleek, dat een sluitende begrooting niet mogelijk was zonder loonsverlaging tenzij door belastingverhooging. Doch salarisverlaging verdiende zeker de voorkeur! Dat de cir culaire van den Minister kwam, is natuur lijk van belang geweest, doch was slechts een steun voor de plannen van B. en W. Of het doen van meerdere concessies door het college die reeds gedaan zijn, door den minister zouden worden aan vaard, deze vraag heeft voor spr. een andere beteekenis dan voor vele raads leden. De concessies zijn gedaan om eenigszins tegemoet te komen aan betrokkenen en den raad gunstiger te stemmen, doch het waren de uiterste concessies, om de be grooting sluitend te houden. Verdere con cessies zouden een gat slaan in de be grooting en zoo goed als zeker leiden tot belastingverhooging, waartoe B. en W. niet willen meewerken. Men kan vragen of verlagingspolitiek te verdedigen is met het oog op de amb tenaren. Dat de koopkracht er door zou dalen is gedeeltelijk juist, daar het slechts één categorie betreft. De rest blijft dan nog gelijk of kan zelfs vooruit gaan. Be lastingverhooging treft de gansche burgerij Op zich zelf is er veel waars dat de las- aten der stad op de gansche burgerij moet drukken, doch omstandigheden kunnen dwingen tot andere houding. Totdusver zijn de ambtenaren plm. 10 pet. achteruit gegaan, doch kleine middenstand etc. verloor 25 pet. Bij een gelijkmatige druk- verdeeling moet daarmede toch ook reke ning worden gehouden. Vooral in deze omstandigheden is daarbij nog van be teekenis de zekerheid van betrekking dei- ambtenaren, met recht op pensioen etc. Een kleine verdere verlaging der amb tenaren is daarom een rechtvaardige daad, althans vooralsnog. Het ethisch mi nimum is gelukkig niet bereikt. Betrok kenen zelf beseffen tenminste voor een deel, dat gerechtvaardigde offers van hen worden geëischt. De gang van zaken in finesses uiteen te eetten oordeelt spr. onnoodig. De concessies door B. en W. gedaan. In het G. O. is volledige overeenstemming bereikt inzake de werklieden. Dat het G. O. een wassen neus zou zijn, is onjuist, tenzij de minister de concessie niet zou aanvaarden. Spr. gelooft dat niet en zeer zeker niet ten aanzien van de werklieden. De minister eischt aanpassing der loo- nen aan die in het part. bedrijf en ten slotte is deze bereikt na diverse bespre kingen, schavingen, wijzigingen, etc. Met de ambtenaren is geen overeen stemming bereikt. Zij wilden niet verder gaan dan 3 pet., terwijl B. en W. 4 pet. ver laging voorstaan. Een positief antwoord op de vraag of de minister, zoo 3 pet. werd aanvaard, 5 pet. zal eischen, kan spr. niet geven, doch die mogelijkheid is er en zelfs niet gering te achten. Dat zou dan een ver slechtering zijn! De minister neemt een rigoureuse hou ding aan, zie de jongste besluiten. Maar zelfs al zou de minister 3 pet. goed keuren, dan nog houdt spr. vast aan 4 pet. ter wille van de financiën. Die 1 pet. zou f. 20.000 kosten, terwijl het voorstel Eiker boutLombert (politie) nog zou vragen f. 7.500. Dat zou leiden tot belastingverhoo ging en dat zou, daar blijft hij bij, zeer funest werken, daar binnen korten tijd het hoofdpeil zou zijn overschreden. Destijds is de raad afgeweken van B. en W, Inzake de politie, met gevolg dat de minister een deel van 't raadsbesluit on gedaan maakte en gelet daarop, staat het bij hem vast, dat de minister in geen geval het voorstel Eikerbout zou aanvaarden. En dan zou de door B. en W. nog gedane con cessie aan de politie ook nog gevaar loopen. De politie-salarissen zijn hooger dan die der werklieden en de korting is reeds iets lager. Dat de heer Eikerbout behandeld is in het G.O. als een onmondig kind, is onjuist. Dat was pas later en toen volkomen ver diend. Spr. zet den gang van zaken uiteen ter verklaring hiervan. Ook het tijdelijk personeel zal onder de nieuwe regeling vallen, terwijl arbeidscon- tracters krijgen het loon van het vrije be drijf, doch B. en W. zullen trachten nog iets te doen zoo het blijkt dat er onbillijk heden intreden. Met de bezwaren tegen verlaging van het personeel van den Keuringsdienst van Waren zijn B. en W. het eens en het col lege heeft nog getracht deze te voorkomen, doch in den Haag was in dit opzicht niets te bereiken. Er valt niet aan te ontkomen. De opmerkingen betreffende enkele speciale categorieën van werknemers der gemeente werden door spr. vervolgens be antwoord. Over 't onderwijs is al heel weinig ge zegd. Wat betreft bezuiniging op het be- waarschoolonderwijs kan spr. nog niets mededeelen, alles is nog in voorbereiding. Naar rationeele concentratie wordt zooveel mogelük gestreefd, doch dan moet de be zuiniging vaststaan en het onderwijs niet worden geschaad. De heer v. Weizen had gelijk, dat er klassen zijn met meer dan 42 leerlingen lil) doch onder het regee- ringsmaximum van 48. doch spr. zet uit een, hoe het gemiddelde echter 33 be draagt. De VOORZITTER wijst er op, hoe op onderwijs zoo weinig is gezegd mede door afwezigheid van den heer Vos. Spr. meent, dat diens ziekte echter een goede keer heeft genomen, al zal hij tijdens de be grooting nog niet kunnen verschijnen. Hij spreekt voor den heer Vos de beste wen- schen uit (applaus). Wethouder TEPE vervolgt. Het voorstel v. d. Voort vraagt spr. in te trekken Tegengaan van cumulatie wil ook het college en daarom dringt hij aan op vertrouwen in B. en W. Natuurlijk kan er wel eens verschil van meening zijn in bij zondere gevallen. Men moet echter ook rekening houden met het feit, of er andere krachten beschikbaar zijn ja dan neen, en deze kwestie aan den raad te geven, zou leiden tot groote debatten van weinig vruchtbaarheid. B. en W. kunnen beter be slissen. Op verzoek van het college zal spr. ook antwoorden op het voorstel Beekenkamp, inzake stimuleering van het bedrijfsleven. Het Idee is ongetwijfeld goed, doch het is niet zoo eenvoudig en de tijd lijkt spr niet rijp daarvoor. Spr. vraagt dit voorstel voor- loopig terug te nemen. Aan het slot van zijn rede was spr. of niet of nauwelijks te volgen. WETHOUDER SPLINTER. Wethouder SPLINTER dankt voor de waardeering van den heer v. Eek Inzake het uitvoeren van werken. Tevreden w?.s deze echter nog niet en vandaar zijn wak- program. Niet meer te financieren '.it de reserves, doch uit leeningen. Uitvoer.ng zou dan moeten geschieden in werkverruiming, doch de werken uit het Werkfonds dan? De heer v. ECK: dat is toch geen werk verschaffing? De WETHOUDDER: neen, doch de loo- nen zijn dan toch ook lager! Spr. zet uiteen, hoe hier geregeld alles gedaan wordt, hetgeen kan en finantieel mogelijk is. Vorig jaar heeft hij ieder punt aangeroerd en aangetoond, waarom zij of finantieel of technisch niet mogelijk waren en hij heeft daaraan weinig toe te voegen. Wat er hier gebeurt? In 1935 is f. 738.655 verwerkt en 169 arbeiders hebben daaraan gewerkt. Dat komt ook uit met de verhouding bij de werken uit het werk fonds (f. 450.0001 en het aantal arbeiders (een 100). Men ziet daaruit, hoe door wer ken de werkloosheid niet is weg te werken. Dit jaar komt voor f.1 millioen in uit voering, het Werkfonds mede gerekend, doch buiten het Stadhuis om. Meer te doen, is z.i. in strijd met de finantieele mogelijkheid. Er zal al een f 3 milliopn geleénd moeten worden, zooals de heer Goslinga terecht uiteenzette, moet daarbij nog l'/s millioen bij worden geleend voor de werken van het soc.-dem. plan? Dat gaat onze draagkracht te boven. Lei den is naar verhouding een der plaatsen die het meeste doet. Vooruit te loopen op beslissingen is ge vaarlijk, zegt hij den heer Schüller. Zie b.v. naar de plannen van een bad op het Schuttersveld, waardoor het gansche uit breidingsplan daar zou wegvallen. En zoo is het ook met het andere, nader gaat hij daarop in. 1173 woningen staan hier leeg, dat be denke men bij den aandrang tot woning bouw en ruim 473 beneden de f. 6 huur. Zelfs bij woningbouwvereenigingen. Dat B. en W. niet gestreefd zouden hebben naar thans den moed gehad daarvoor uit te komen. Het is gemeen, hoe er om den per soon van dezen opzichter gekuipt is hoewel hij diens bekwaamheden prijst, hij heeft niets tegen hem) al maandenlang; er is een persoonlijke kwestie van gemaakt. De heer MANDERS protesteert heftig en noemt dit leugens. De VOORZITTER roept hem tot de orde. Ook de heeren SCHÜLLER en WILMER komen daartegen op. hoewel de laatste mee zal gaan met B. en W. trots deze slappe houding van den wethouder. De WETHOUDER zegt, dat het prestige van den directeur al ondermijnd is, daar de opzichter zich reeds als niet ontslagen beschouwt. Spr. gaat verder in op de aangegeven middelen van bezuiniging en de vergelij kingen met elders, doch dat alles is on vergelijkbaar. Gedacht wordt, dat nu de heer Pitlo als no 2 der voordracht werd benoemd, hij wordt weggewerkt, doch dat is onwaar. De directeur geeft zelfs goede rapporten over hem De heer' LOMBERT: waarom wordt hij door den directeur dan genegeerd? De WETHOUDER: daarvan weet ik niets en als dit waar zou zijn waarom heeft de directeur dan moeite gedaan hem elders geplaatst te krijgen? Dan had hij dat toch niet gedaan i Tusschen den heer Schuller en den wet houder wordt dan nog heftig gepolemi seerd over de benoeming van den heer Pitlo als no. 2 der voordracht) Het gezag moet worden hooggehouden, zegt men van alle zijden doch als dit voorstel wordt aanvaard, dan wordt het geza» ondermijnd dan werkt het door tot f-1nnhtav tnO te maken. Middelen om de kosten te be strijden der gedane voorstellen, heeft het college niet meer achter de hand en spr. is het eens met zijn collega Tepe, dat be lastingverhooging dan zou moeten worden toegepast, hétgeen spr. niet voorstaat al leen in personeelsbelang. De verantwoor delijkheid blijve aan den raad. Dan de reserves. In beginsel is er geen verschil tusschen college en opponenten. Natuurlijk ware het beter deze maatrege len achterwege te laten, doch nien hoede zich voor overdrijving. Vroeger zijn zulke maatregelen ook al toegepast zonder stoor nis voor de diensten. Spr. verwijst naar de bestaande omstandigheden en meent, dat uit het vernieuwingsfonds best geput kan j worden, evengoed als het verlagen van de storting in dat fonds van 2 tot 4*/s pet. Tegen bepaling op 1 pet. heeft spr. dit be zwaar. dat dan zou worden toegegeven, dat V* pet. niet verantwoord zou zijn, het geen alleszins het geval is. In 1928 f. 991.000 was het fonds voor de eleotrische centrale in 1935 f. 1.294.000! Dat de kaars aan 2 zijden brandt, zoo als de heer Goslinga zeide, is overdreven. Put men uit de algemeene reserve, dan wordt nog een 2e kaars aangestoken. Het geld moet er komen en of dat nu op de een of andere wijze geschiedt, komt op hetzelfde neer. Alleen de alg. reserve kan beter dienen voor stroppen in den gewonen dienst. Goud zal men echter niet kunnen putten uit de reserves. Het voorstel de Reede is in strijd niet de methodes van B. en W. tegenover blij vend verlaagde inkomsten blijvend ver laagde uitgaven te stellen. Vandaar ver lenging der afschrijvingstermijnen. De Leidsche Duinwater Mij. wordt niet RECLAME. alle "bedrijfsleiders. Spr. zegt echter toe: i h uitgebuit als men zou zeggen e zal trachten de belangen van B het colleu- den persoon te ontzien; hij doet die toe zegging namens het gansche college. Ge poogd zal wordén hem anders onder dak te brengen. De heer SCHULLER: 't gaat niet alleen om den persoon doch allereerst om den dienst.verzekerd, hij met cijfers aantoont. Misschien kan niet worden gereserveerd, doch zeker heid daaromtrent is er niet. De hoop is niet ongegrond, dat het zal meevallen, ook door het aanbrengen van besparingen. Mocht de taxatie van het grondbedrijf tegenvallen, dan zal dit gat gedekt moe ten worden, doch het voorstel-Goslinga PIJNEN ALS MESSTEKEN IN HAAR RUG. ZIJ SPREEKT NU VAN EEN WONDER. „Ik wil U toch schrijven, hoeveel goed Kruschen Salts mij gedaan heeft. Twee maanden geleden had Ik rheumatlsche pijnen als messteken in mijn rug. Ik was tenslotte volkomen hulpeloos. Ik kon niet staan en was toch ook weer bang om te gaan zitten. Toen zei iemand: „Neem toch eens een proef met Kruschen Salts". Ik besloot zijn raad op te volgen. Welnu, op het oogenblik zijn mijn rheumatische pijnen totaal verdwenen. Het is een won der. Ik raad Kruschen Salts aan al mijn kennissen, en wat mij zelf betreft, ik zal nimmer de dagelijksche dosis overslaan." Mevr. H. D. te S. De reden der rheumatische pijn is, dat zich in het lichaam afvalstoffen hebben opgehoopt, waaruit gevaarlijke stoffen als het urinezuur ontstaan. Dit urinezuur ver oorzaakt uiterst pijnlijke zwellingen in spieren en gewrichten, die de wetenschap kent als rheumatische pijnen. De zes zou ten, waaruit Kruschen Salts bestaat, spo ren de afvoerorganen aan tot krachtiger werking, waardoor de afvalstoffen worden verwijderd en het bloed van urinezuur i bevrijd wordt. Met de zuivering van het i bloed verdwijnen de pijnen, terwijl tegelij- kertijd de geheele gezondheidstoestand zal verbeteren. 9069 Kruschen Salts is uitsluitend verkrijg baar bij alle apothekers en erkende dro gisten a f. 0.90 er f. 1.60 per flacon, omzet belasting inbegrepen. Let op. dat op het etiket op de flesch, zoowel als op de bui- tenverpakking, de naam Rowntree Han dels Maatschappij, Amsterdam, voorkomt. ensr. i ten worden, doen net voursuu-uuoiin&a De WETHOUDER: die is varzekelf; suggereert, dat de taxatie niet meer deugt i larvoor Is de directeur garant. Het gaat en daarvall jj nog geen sprake: spr. is niet daarvoorj om den persoon. Zoo den directeur den hals te breken is spr. te erg. De heer SCHÜLLER: daarvan is geen sprake. Hierna 5.45 uur schorsing.. avondzitting. Wethouder SPLINTER neemt terug de woorden, die aanleiding hebben gegeven tot protesten. Het was niet zijn bedoeling te kwetsen. A De heer Schüller vroeg optreden tegen „opzetjes". Ook spr. is daartegen, doch uitsluiting voor bepaalden tijd gaat te ver. Het heft is altijd in handen van B. en W, die toch een herbesteding kunnen hou den. Uitvoering van straatwerk in eigen be heer ontraadt hij om dezelfde motieven als vroeger, nu de reorganisatie bovendien pas is doorgevoerd. Het vraagstuk van ordening in het bouw bedrijf is z. i. in hoofdzaak landelijk, doch hij wil het voorstel Schüller in dezen in praeadvies nemen, afwachtend tot de re geering haar standpunt heeft bepaald. De kwestie van huizen voor ouden van dagen wordt onder dogen gezien door de federatie van Woningbouwvereenigingen de zakelijke bedrijfsbelasting erkent spr doch de practijk bewijst het niet-waar- schijnlijke. In 1932 is hij daarom zelf voor het laatst daarmee gekomen. De bedrijven staan er hier niet rooskleurig voor. in 't algemeen en dat is doorslaggevend. Met belastingverhooging moet men in derdaad voorzichtig zijn, al dacht hij niet, dat men geheel uitgepraat is. Leiden en den Haag hebben nog de laagste opcenten op de personeele belasting in verhouding. Spr. vraagt hoe er nog Nederlanders zijn, die zich niet te Leiden vestigen. Getracht moet worden, dat te handhaven, al blijft in dit opzicht nog desnoods wat te halen, b.v. tot leniging van den nood van anderen Commissarissen der Lichtfabrieken, bijge staan door den directeur, hebben f- 35000 bezuiniging toegezegd Daaraan mag spr. zich toch houden? Twijfel daaraan deelt hij dus niet. De aandacht van het depar tement is gevestigd op de rente-verlaging der rijksverzekering en f. 17.000 is vrij wel toegezegd. Wat betreft" het leenen van 3 millioen, dat betreft alleen een crediet van die hoogte; de schuld stijgt niet ten w - volle daarmee. Dus moeten de financiën Het schoonmaken der schoolgebouwen j g0ed staan, zeker, doch dan moet men de is pas 1 Febr. uitbesteed. Klachten ver- j Zaken niet te slecht voorstellen, opdat de i TJ ol irovcnV) il ic Q l t il Tl i - j.i:_ij a a 7. ,.1,1- nog geen spraxe; spr is met reglement, dat 48 uur p. w. toelaat, dus zoo somber daaromtrent. De goede be- n0g bereikt wordt. Dat nu niet meer doelingen van den heer v. Weizen inzake nam spr. nog niet. Het verschil is altijd nog f. 3400 en wanneer voor 2 jaar was gegund, zou dit grooter zijn geweest, doch dit is express niet gedaan om eerst eens aan te zien. Uitbreiding der C. v. F. is onnoodig. De werkzaamheden zouden er maar door ge stagneerd worden. Waren we hier met z'n zessen geweest, dan was de begrooting al lang klaar. Bovendien, dan zou het nieuwe lid ook nog lid moeten worden van andere credietwaardigheid niet worde geschokt. Dat er geen vaste lijn is in de begroo ting, deze sluit, trots een aanvankelijk te kort van 8 ton! Dan mag men niet zeg gen, dat deze practisch niet sluit. Zoolang de regeering een aanpassingspolitiek voert, kunnen de gemeenten daar niet tegen in gaan. (De heer Romijn: ik hoop dat de S.D.A.P. zich daaraan houdt!) Wij moeten wachten op wijziging in de regeerings- politiek. commissies en zouden anderen ook wel nnrfeoi- 7ittine kunnen werschen Zooals 't nu Het P^an her S.D.A.P. is een en ondeel eaateaathe" =oed baari niet te scheiden! In zijn algemeen- T„ J|„ riz-htina Manriers znovepl more- he'd staat hij welwillend tegenover het de zuiveringsinstallatie, dat is onjuist er I" leiders te werk te' stellen wordt j werkplan der S.D.A.P.. dat goed is gekozen is gedaan, wat mogelijk was met mede- J gewerkt en hij zegt toe. daarbij zijn in het gemeeentebelang, doch moeilijk working met Rijnland. I -i__— tj-j „f I Ir a m nmHon nnfr.lrpnH Hat. Hp finant.ipn PPn kan worden ontkend, dat de finantiën een best te zullen blijven doen. Kunnen de af- Het gemiddelde woningoverschot is 5.35 £Chriivin"stermiinen tot de eerst bepaalde I hartig woordje meepraten. Spr. geeft een worden teruggebracht, dan zal dit niet i opsomming van wat er reeds geschiedt i v-N-l- ..„I rrnrrf C«V UOPCrf HoOvHil PPM Ml Q M 171"! ("11* PPM Snh pet., terwijl maar 2 pet. wordt gevraagd. 97 huizen staan leeg beneden de f.4, 111 beneden de f. 5 huur. Het rapport van den directeur van bouw- en woningtoezicht ontraadt daarom verderen bouw. Saneeringsplannen zijn niet zoo eenvou dig. We zijn met één plan bezig, waar een 100 woningen zullen komen (Paradijs- Bouwelouwesteeg). Dat kost ruim f.5000 aan vaste lasten p. j. Saneeren moet dus geleidelijk gaan. En dit wordt in de hand gewerkt door onbewoonbaar verklaren van woningen, niet hier een huisje en daar een, doch groepsgewijze. Is dat geschied, dan kan men verder gaan. Dat het noodig is in de oude stad woningen op te ruimen, dat staat vast, ook voor het college. Spr. dringt er op aan de gedane voorstellen na deze verklaring terug tc nemen. De heer SCHONEVILD: Waarom geen praeadvies? De WETHOUDEF '.Ve kunnen toch niet alles in praeadvies nemen. De heer SCHÜLLER: Er liggen er nog zoovele te wachten. De WETHOUDER: Van mij niet! Ook de voorstellen Schüller in deze wijst spr. af. De heele geschiedenis van „Ons Belang" zal spr. niet behandelen, daar spoedig een voorstel zal komen, dezen bouw van 43 woningen niet te doen plaats vinden. Wat Tuinstadwijk betreft, de klachten zijn onderzocht en juist bevonden. Naar alle bouwvereenigingen wordt nu een on derzoek ingesteld. In het openbaar wil spr. daarvan thans niet meer zeggen. Het opnemen van een bewoner der Ge meentewoningen in het bestuur is al een heel oud voorstel en hij wijst het af op bekende gronden. Spr. zal echter zitting nemen in het bestuur, zoo Is in het college besloten. Wat de taxatie inzake het Grondbedrijf betreft, de heer Huurman had altijd nog hoop te zullen herstellen, doch, helaas, is deze overleden. Maar de taxatie is vol gens B. en W. nog vrijwel juist en daarom stellen B. en W. voor f40.000 uit de reserve te nemen er blijft dan nog voldoende reserve over. Blijkt het niet te kunnen en zal weer een taxatie plaats vinden dan zal anders gevonden moeten worden. Volgt de kwestie van den Reinigings dienst. Spr. had destijds het oor moeten leenen aan den heer Bosman, die een 3de opzichter bij reorganisatie onnoodig oor deelde. Nu deze reorganisatie is doorge werkt blijkt dit volkomen duidelijk. Een van de bekwaamste bedrijfsleiders heeft worden nagelaten. Ook voor urinoirs zegt spr. aandacht toe. In de verkiezingscampagne zijn door de partij van den heer de Vries middelen ge bruikt. die niet precies door den beugel kunnen, ook voor spr. persoonlijk Zoowel als raadslid en als wethouder heeft hij nooit anders dan de belangen der ge meente gediend, nooit zijn eigen, anders had hij hier nooit zitting mogen nemen. Spr. zal blijven trachten weer te helpen het schip der gemeente te voeren door de zware branding naar veilige haven. WETHOUDER VERWEY. Wethouder VERWEY hoopt zooveel mo gelijk waarheid te kunnen schenken. Ten aanzien van de dekkingsmiddelen der be grooting moet hij wijzen op de herhaalde wijzigingen in de verhoudingen tusschen rijk en gemeente. Steeds weer heeft het rijk ingegrepen en voor de gemeentelijke financien is dat van zeer veel belang ge weest. Ook door beperking van de be lastingobjecten. De begrooting wees eerst een tekort aan van 8 ton. Hij werd dus wel voor een zware taak gesteld. Niemand wees daar op ln dit debat! De heer DE REEDE: ik heb dat betwist. De WETHOUDER: 2 ton werden direct gevonden, doch belemmerden de verdere dekking! Dit tekort was hoog en ernstig. Om dit te dekken waren ingrijpende maatregelen noodig. Toch zijn deze niet verwaarloosd. Hoe verder de crisis doorwerkt, valt het echter moeilijker te bezuinigen: le. omdat al zooveel daaraan is gedaan en 2e. omdat door de crisis zooveel te meer op de over heid wordt gesteund, hetgeen alleszins logisch is. Het verlagen der uitgaven moet dus voorzichtig geschieden. Een enkel woord over de salarisverla- ging.Wanneer de regeering een bepaalde koers volgt, dan is het lagere organen on mogelijk de gevolgen te ontloopen. Niet echter mag worden geconcludeerd, dat men het dan met den koers eens. Spr. is dat ook niet. doch kan er niets aan doen. Spr. heeft zich zooveel mogelijk wil len richten naar de resultaten van het G. O., niet deelend de opinie: de 5 pet. ver laging moet worden toegepast. Hetgeen ook in strijd zou zijn met de ministerieele circulaire, die eenige ruimte liet. Nu met de arbeiders 4 pet. is overeengekomen, dus voor de laagst bezoldigden, gaat het z. i. niet aan, voor de anderen een uitzondering spr. voegt daarbij een plan voor een Sport - fondsenbadAl deze werken zullen niet nalaten van Invloed te zijn op wat voor andere doeleinden moet worden geleend. Spr. onderschrijft, dat voor zoover de fi nanciën het toelaten, de werkverruiming moet worden geschraagd en het verheugt hem, dat uit den raad ook vrij algemeen in dien geest is geschreven. Alle werke loosheid op finantieel gebied verwerpt spr., trouwens de raad zal z.i. daarvoor ook niet opkomen. Niet verwerpen doet hij een ge zonde voortvarendheid, die geen enkelen bestuurder zou ontsieren. Hij geeft den heer van Eek in overwe ging zijn werkplan in te trekken om te voorkomen, dat het om bijkomstige rede nen wordt verworpen. Of toe te voegen: voor zoover de finantiën der gemeente het toelaten. De gezindheid van den raad is 'och gunstig en een eensgezindheid in een modus vivendi is volgens hem beter dan een vertroebelde stemming. Nog is onze positie goed, zoodat met succes een be roep op de geldmarkt is te doen. Nog enkele losse opmerkingen. Spr. zal trachten te voorkomen een concurrentie van de gemeente aan de 3 Octobervereeni. ging, doch laten de heer Coster c.s. niet al te gevoelig zijn. Bezuiniging op de vei ligheidspost beteekent bezuiniging op de politie, daar op de verlichting niet is te bezuinigen, want dat is rechtpr-ünker- broekzak. Dat er te veel dienstri,jwielen zouden zijn. betwist spr. na nauwkeurig onderzoek. Nog meer afschaffing zou geen bezuiniging zijn. want dan was meer per- I soneel noodig. De doode paarden zal hij van de balans laten afnemen. De elcctri- citeitstarieven worden onderzocht. Spr. hoopt duidelijk te zijn geweest en in het belang der Leidsche burgerij werkzaam te kunnen zijn. (Applaus.) WETHOUDER VAN STRALEN. Wethouder v. STRALEN dankt voor zoover hem lof ls gebracht voor zijn kort- i is toch Iets anders stondig beleid. Hij sluit zich aan bij zijn waarom hee partijgenoot Verwey voor wat betreft het deelnemen der soc.-dem. in het bewind. In M. H. werden vele overuren ge maakt; hoewel in perloden verklaarbaar, toch anderzijds overdreven. Met 1936 is het overwerk tegen betaling gewerkt, niet alle overwerk. Gemiddeld wordt nog 1 uur langer per dag gewerkt, hetgeen niet zoo erg is volgens 't ambtenaren- betaald wordt, is in overeenstemming met wat geschiedt in andere gemeente-dien sten. De proef der stopzetting heeft bewezen, dat misschien eenig personeel meer noo dig zal zijn, tenzij de dienst kan worden, ontlast van één afdeeling, die dan zal worden gebracht bij den dienst voor so ciale zorgen. De lage salarissen hebben wellicht, destijds mede tot de overuren ge leid, die nu nog wel bij den socialen dienst bestaan, doch waartegen hij ook zal optreden. Eenige salarisverhooging zal echter wel noodig zijn. Dat werkloozen bona-fide handelaren concurrentie aandoen, is reeds zeer be perkt en spr. zal deze kwestie nog nader onder de oogen zien. Uitbreiding van het aantal leden der soc.-dem. in M. H. zal bij vacatures worden bekeken. Persoonlijk is hij er voor. Inzake het stempelen moest er eenheid zijn, meende de meerderheid van B. en W. en vandaar weer 2 maal stempelen voor transportarbeiders. De motie van mevr. Braggaar over ver hooging der normen in M. H. lijkt hem op zich zelve gewenscht, doch hij stelt er prijs op. dat de raad nog geen beslissing neemt, opdat de kwestie eerst in M. H. zelf kan worden besproken. Hij dringt op voorloopige intrekking der motie aan. De werkinrichting is zeker niet ideaal, integendeel Leiden onwaardig. Over reor ganisatie zal het college spoedig nadere voorstellen doen in verband met een plan van het Leger des Heils. Inzake Blindenzorg, heeft de vereeniging met ijver gewerkt, doch ook z.i. zijn er fouten gemaakt. Bij het praeadvies over de motie De Cler inzake minderwaardige arbeidskrachten, zal daarmede rekening worden gehouden. Spoed kan hij echter niet beloven, er zitten zoovele kanten aan deze kwestie, dat het moeilijk is en ge makkelijker is het er zeker niet op ge worden. Spr. betreurt het stopzetten van het werk der blinden, het college staat daarbuiten. Of er behoefte ls aan een tehuis voor ouden van dagen, zal worden onderzocht. 132 worden er thans in ge stichten verpleegd, waarvan 76 via M. H., 't zij in of buiten de stad. In hoeverre het aantal verpleegden buiten de stad ls te beperken, is in onderzoek. Voor hui zen in bouwvereenigingen voor ouden van dagen, zal spr. ijveren. Een onderzoek naar den toestand der werkloozen en der jeugdige werkloozen is toegezegd. Praeadvies zal worden uitge bracht. Mogelijke verlaging der uitkeerin- gen zal het college zooveel mogelijk te gengaan. De heer Wilmer verwacht enthousiasme van het college inzake de jeugd-werkloos- heid. Maar 't vorige Jaar zweeg de heer Wilmer en stemde hij tegen een voorstel van spr. als raadslid. Spr. kan hem ech ter alle enthousiasme toezeggen. Veel meer contact moet er komen met de ge meente en niet alles worden overgelaten aan de part. commissie. Het voorstel-Romijn is blijkbaar een oude liefde, n.l. om f. 5000 beschikbaar te stellen voor werk aan steuntrekkenden. Afgezien van het financieel bezwaar, kan hij niet meegaan. Spr. oordeelt dat een verkeerde wijze om de werkloosheid te bestrijden. De heer Romijn wil niet de werkloozen aan meer geld helpen, alleen aan werk. De heer ROMIJN: Alleen voor wie zelf werk willen! De WETHOUDER heeft bezwaar zulke menschen te zetten aan werk, dat voor anderen is bestemd, om er een boterham aan te verdienen. De heer ROMIJN: De menschen vragen om werk, ik niet. De WETHOUDER: Twee personen heb ben daarom gevraagd, die dan f. 2.50 steun extra kregen voor een week werken. De heer WILMER: En de werkloozen dan, die bij de groentendistributie zullen helpen? De WETHOUDER: Die werken hoog stens l'/s uur p. d. voor 10 pCt. extra, dat Maar waarom heeft de heer Romijn als wethouder er zelf dan niets meer aan gedaan? Het echec was al te duidelijk. Er is dus geen aanleiding om er opnieuw mee te beginnen. Zou het systeem Den Hang worden ge volgd niet langer werken als de extra- steün voor uurloon weggaat! met vrijheid van stempelen en recht nog anders bij te verdienen dan zou het wat anders zijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 9