SLAOLIE CALVE - KWALITEIT KROËPHOËST 76ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 11 Februari 1936 Vierde Blad No. 23276 GEMEENTEZAKEN. tnonT \JF CL, statiegeld. 5 cr. EXTRA salaris-kegelingen. 25 Febr. 1935 werden de salarissen van het Gemeentepersoneel en van de politie en heft personeel van den Keuringsdienst voor Waren nader vastgesteld. De raad verhoogde toen eenlge posten, door B. en W. voorgesteld. Ged. Staten en de Minister van Blnnenl. .oaken maakten bezwaar tegen deze besluiten. B. en W. zagen zien daardoor gedwongen de salarlsregellngen nogmaals te bestudeeren en te behandelen in het Georganiseerd Overleg, mede ln verband met de mlnisterleele circulaire van 3 Sept. 1935. Veel ls geconfereerd met regeering het G. O. etc. Het resultaat is nu, dat B, en W. komen met voorstellen, waarbij de loonen aldus worden geregeld: vanaf 1 Maart as. Voor de gemeentewerklieden: ln de le Groep „f22,32f. 28.08", in plaats van „f. 23.76—f. 29.52"; ln de 2e Groep „f. 23.76—f. 29.52", ln plaats van „f, 25.20—f. 30.96"; in de 3e Groep „f. 25.20—f. 30.96", in plaats van „f. 26.40—f. 32.16"; ln de 4e Groep „f. 26.64—f. 32.40", in plaats van „f. 27.84f. 33.60"; ln de 5e Groep „f. 28.80—f. 34.56", in plaats van „f. 29.28f. 35.04"; ln de 6e Groep „f. 30.96—f. 36.72", ln plaats van ,.f. 32.16f. 37.92". Benevens een kindertoeslag boven het 2e kind van 3 ten honderd (minste toe lage f.60, hoogste f.216 p. k.). In dienst zijnd personeel krijgt boven dien een toelage zoodanig, dat gehuwden niet meer dan 10, ongehuwden niet meer dan 15 pet. achteruitgaan voor het tijd vak 1 Maart 1036—1 Maart 1937 en resp. 20 en 30 pet. ln het daarop volgend jaar. De bestaande loonen worden gemiddeld met 4 pet. verlaagd en dit zal ook gelden voor de ambtenaren. Wat de kindertoeslag 'betreft, Ingevoerd wordt de rijksregeling, echter vanaf het 3e kind, zooals gezegd. Voor de politie: agent 2e klasse f. 28—f. 32 p. w. met f. 100 kleedgeld p. j.; agent 1 klasse f. 33—f. 36.50 p. w. met f. 100 kleedgeld p. j.; hoofdagent f. 39.50—f. 43.50 p. w. met f. 100 kleedgeld p. j.; adj.-inspecteur f. 1800—f. 2400 met f. 125 kleedgeld; Inspecteur f. 2600—f. 3600 met f. 125 kleedgeld hoofdinspecteur f. 3600—f. 4300 met f. 125 kleedgeld Inspecteur le kl. en brigadiers ontvan gen f. 200 meer. hoofdagenten en agenten die ir. burger dienst doen, krijgen f 25 kleedgeld meer. Een en ander heeft tengevolge, dat op de begroerting nog f. 93.475 moest worden gedekt als gevolg van minder ver gaande verlagingen, hetgeen uit diverse posten wordt gevonden, als b.v. f. 30.000 uit alge- ineene reserve, verdeeling afschrijvingen over meerdere jaren, emissie der 6 pet- leentng etc. In het G. O. Is met de werklieden vol ledige overeenstemming bereikt, niet met de ambtenaren en de politie. WERKEN MET STEUN UIT HET WERKFONDS. Uit het Werkfonds 1934 is de gevraagde Eteun toegezegd voor een 4-tal werken n 1 j I«m?1 verbetering van de Haagbrug en de Wittepoortsbrug met bijkomende wer- ken; II. het leggen van een stamriool in den Wittesingel en den Zoeterwoudschesingel, tusschen de Witte Rozenstraat en de Jan van Houtbrug, het verbeteren van den Wittesingel tusschen de Witte Rozenstraat en de Koepoortsbrug en het verbreeden en verlagen van de Neksluisbrug; III. het leggen van een stamriool in den Haarlemmerweg tusschen de Musschen- broekstraat en de grens der bebouwing en het verbeteren van het desbetreffende ge deelte van den Haarlemmerweg, met bij komende werken; IV. de bouw van een rioolwaterzuive ringsinrichting aan de Slaagh- of Stink sloot. Ad I. Dit werk omvat het verbeteren van het gedeelte van den hoofdverkeers weg Leiden—'s-Gravenhage. tusschen het Koordeinde en den spoorweg Leiden Woerden. De in dit gedeelte gelegen brug gen, de Haagbrug, die thans een breedte heeft tusschen de leuningen van 5.57 M. (4 07 M. rijweg en twee trottoirs, elk breed 0.75 M.j, en de Wittepoortsbrug, thans breed 8.60 M. (zijnde 5.30 M. rijweg en 2x1.65 M. trottoir), zullen beide wor den verbreed tot 15 M., nJ. een rijweg van 9 M. en twee trottoirs, elk van 3 M.; de aansluitende rijwegen zullen eveneens een breedte van 9 M. verkrijgen, waarnaast trottoirs van voldoende breedte zullen worden gemaakt. De Haagbrug, welke thans een draai brug is, zal in een vaste brug worden ge wijzigd, ln verband waarmede zij plm. 1.50 M. moet worden verhoogd en opritten verkrijgt met een helling van 1 30, be houdens dat de oprit aan de zijde van den Wittesingel met het oog op de ter plaatse aanwezige bebouwing iets steiler ls ontworpen. Langs de opritten van den Haagweg en de Rijn- en Schiekade zijn nevenwegen ontworpen ten behoeve van de daaraan gelegen perceelen, waarbij zooveel moge lijk met de belangen der eigenaren is re kening gehouden. De kosten van dit werk, waardoor de thans zeer gebrekkige verkeerstoestand ter plaatse belangrijk zal worden verbeterd, terwijl ook de scheepvaart met de nieu we, vaste Haagbrug gebaat zal zijn en op de uitgaven voor onderhoud en bediening van bruggen een aanmerkelijke bezuini ging zal worden verkregen, worden ge raamd op f. 105.000. In dit bedrag zijn begrepen een bedrag van f. 1500 voor verbetering van de straat verlichting en een bedrag van f. 385 we gens voor rekening der gemeente komende kosten van verlegging van de waterlei ding in de Rijn- en Schiekade, nabij de Haagbrug. Ten behoeve van den aanleg van den oprit tusschen Wittepoortsbrug en Haag brug is aankoop noodig van enkele strook jes grond, waarvar. de kosten te stellen zijn op plm. f 700. Dit bedrag kan niet uit het Werkfonds worden gefinancierd en exclus'ef flzsch de zuinigste. de beste dient derhalve boven het genoemde be drag van f. 105.000 beschikbaar te worden gesteld. In het bedrag van f. 105.000 is een be drag van naar raming f. 28.700 aan ar- beidsloonen op de bouwplaats begrepen; het aantal manarbeidsweken kan in ver band daarmede gesteld worden op plm. 1190. Ten slotte zij nog opgemerkt, dat ten gevolge van het werk noodig ls verlegging van de gasleiding, de electrische kabels en den radiokabel; de kosten daarvan, welke onderscheidenlijk' zullen bedragen f 3300, f 600 en f 830. komen ten laste van het bedrijf der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit. Ad II. Nu de bouw van het zuidelijke rioolgemaal in uitvoering ls, kan de voort zetting van de aansluiting van stadswij ken aan de centrale rioleering worden ter hand genomen. Tot de wijken, welke het eerst voor aansluiting in aanmerking ko men, behoort de wijk, gelegen ten Zuiden van den Witte- en Zoeterwoudschesingel, tusschen de Witte Rozenstraat en de Jan van Houtbrug, Daartoe zal in dit singel gedeelte een stamriool moeten worden ge legd. Het is wenschelijk dit werk gepaard te doen gaan aan een verbetering van den Wittesingel, van de Witte Rozenstraat tot de Koepoortsbrug (het aansluitende ge deelte van den Zoeterwoudschesingel, tot de Jan van Houtbrug, is reeds eenlge jaren geleden verbreed en verbeterd), en aan ec-n verbreeding en verlaging van de Nek sluisbrug. Na het rooien, eenlgen tijd ge leden, van de boomen aan de huizenzijde op het onderhavige gedeelte van den Wittesingel ls daar een toestand ontstaan, welke voor het verkeer groote bezwaren medebrengt. Naast den ouden grond- en steenslagweg bevindt zich n.l. thans, aan de hulzenzijde, een iets lager gelegen be straat weggedeelte, dat in minder goeden staat verkeert en door het rijverkeer vrij wel geheel wordt vermeden; daarnaast ligt langs de bebouwing een smal en slecht geplaveid trottoir Grondige wijziging van het wegprofiel is in het belang van het verkeer dringend wenschelijk. Bij het thans opgemaakte plan zal een rijweg worden verkregen, waarvan de breedte varieert van 8 a 10. M. tot pl.m. 14.50 M. nabij de Witte Rozenstraat, en langs de huizen een doorloopend trottoir van ten minste 2.10 M. en ten hoogste 5 Meter breedte. Voorts zal de rijweg worden voor zien van een gesloten wegdek op fun deering. De Neksluisbrug is door haar geringen breedte en haar sterke kromming zeer on geschikt voor het tegenwoordige verkeer, vooral voor motorrijtuigen van eenige grootte. In het plan is derhalve de ver breeding en verlaging van deze brug op genomen. Daarbij is getracht haar zooveel mogelijk in haar tegenwoordigen f raaien vorm te behouden, waartoe de boogvorm is gehandhaafd, terwijl de begrenzing aan de singelzijde zooveel mogelijk in tact ls gelaten. De brug, die thans een breedte heeft van plus minus 5.40 M. tusschen de leuningen, zal na de ver betering 15.50 M. breed zijn, waarvan pl.m. 9.50 M. voor den rijweg en 5 a 6 M. voor de aan weerszijden daarvan ontworpen trottoirs. De gas_ en waterleidingen, wel ke thans langs de brug liggen, zullen in de trottoirs worden ondergebracht, hetgeen het uiterlijk van de brug ten goede zal komen. Voor den trottoiraanleg tusschen de Gerrit Doustraat en de Neksluisbrug is de beschikking noodig over eenige strookjes grond, omtrent den afstand waarvan met de desbetreffende eigenaren onderhande lingen worden gevoerd. De kosten van de onderhavige werken worden als volgt geraamd: stamriool f. 55.000. verbetering Wittesingel f. 25.000. verbetering Neksluisbrug f. 23.000. In totaal is derhalve vereischt een be- RECLAME. 8554 drag van f. 103.000.ln welk bedrag op genomen ls f. 2.120.voor verbetering van de straatverlichting en f. 2.816.wegens voor rekening der gemeente komende kos ten van het verleggen van de waterlei ding. In het totaalbedrag ls begrepen een bedrag van pl.m. f. 35.900.— aan arbelds- loonen op de bouwplaats, zoodat het aan tal manarbeidsweken te stellen is op pl.m. 1500. Voorts zullen voor het verleggen van I de gasleiding, van de electrische kabels en van de radiokabels bedragen van onder scheidenlijk f. 9.160.—f. 3.800^ en f.300 ten laste van het bedrijf der Stedelijke Fa- I brieken van Gas en Electriciteit komen. Ad III Dit plan beoogt ln de eerste plaats het leggen van een stamriool ln den Haarlemmerweg, tusschen de Mus- schenbroekstraat en de grens der stads- bebouwing, zulks ln aansluiting aan het in het zuidelijke gedeelte van den Haar lemmerweg reeds aanwezige stamriool. Daardoor zal de bebouwing ten Oosten van eerstbedoeld weggedeelte aan de cen trale rioleering kunnen worden aangeslo ten. Dit is zeer wenschelijk, aangezien die bpbouwlng tengevolge van onvoldoende fundeering en wegens de slappe bodem gesteldheid aanmerkelijk ls gezakt, waar door de bovenkant der vloeren slechts weinig boven den buitenwaterstand is ko men te liggen en bezwaren bij het loozen van het huishoudelijk afvalwater en van het regenwater zijn ontstaan. Deze bezwa ren zullen bij aansluiting aan de centrale rioleering tot het verleden behooren. Voorts is de toestand van het noorde lijke deel van den Haarlemmerweg, dat bestaat uit een slecht onder profiel gele gen grind- en steenslagverharding, van dien aard. dat verbetering dringend ge- wenscht ls. De bedoeling is het onder havige weggedeelte na het leggen van het stamriool te voorzien van een gesloten wegdek, evenals reeds ls aangebracht op het zuidelijke gedeelte. Te dien einde moeten de boomen worden gerooid en het profiel van den weg aan een algeheele herziening worden onderworpen. Daarbij zal de rijweg een breedte kunnen verkrij gen van in het algemeen 8.50 M„ terwijl evenals op het eerste gedeelte van den Haarlemmerweg, langs het water een be tegeld voetpad van 1.90 M. met boombe planting zal worden aangelegd. Aan de huizenzijde zal een trottoir worden ge maakt van ten minste 3 M. breedte, waar naast in verband met de lage ligging van een gedeelte der bebouwing een verdiept trottoir, breed pl.m. 1 M„ voorzoover noo dig. zal worden gemaakt. Voorts brengt het werk mede het dempen van een sloot langs de voormalige buitenplaats „Groen- oord". Ten slotte is in het plan begrepen het maken van een nieuwe beschoeiing langs de Haarlemmertrekvaart over de lengte van het te verbeteren weggedeelte. Om trent het alsnog opnemen van de kosten dezer beschoeiing, die aanvankelijk uit overwegingen van bezuiniging was weg gelaten. in het door het Werkfonds be schikbaar te stellen bedrag wordt overleg met het bestuur van dit fonds gepleegd. De kosten van een en ander worden ge raamd als volgt: stamriool ca.-f.20.000. wegverbetering bftttf18.000. beschoeiing f. 10.000. derhalve in het geheel een bedrag van f. 48.000.—waarin begrepen is f. 1.580.— voor verbetering van de straatverlichting en f. 1.235.wegens verlegging van de waterleiding. Het bedrag aan arbeidsloo- nen op de bouwplaats kan gesteld worden op pl.m. f. 15.000.—, hetgeen op een aan tal van pl.m. 625 manarbeidsweken neer komt. Ten laste van de Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit zullen wegens verlegging en vernieuwing van gasleidin gen, verlegging van electrische kabels en van den radiokabel komen bedragen van onderscheidenlijk f. 8.550.f. 3.000.en f. 660.—. Ad IV Het ls wenschelijk over te gaan tot het maken van een Inrichting tot het zuiveren van het door de centrale riolee ring afgevoerde rioolwater. Toen eenigen tijd geleden bleek, dat Dijkgraaf en Hoog heemraden van Rijnland op den duur geen geen vergunning meer zouden blijven ver- leenen voor het loozen van dit rioolwater in de Slaagh. of Stinksloot, hebben B. en W. aan het Rijksinstituut voor Zuivering van Afvalwater (R. I. Z. A.) verzocht een plan voor zoodanige inrichting samen te stellen, aan welk verzoek door dit insti tuut sedert ls gevolg gegeven. De Inrich ting is ontworpen op een terrein, gelegen tusschen de Slaaghsloot en de verbin dingsspoorbaan naar de gasfabriek. Van de ontworpen zuiveringsinrichting, die zoodanig is geprojecteerd, dat voor de- omgeving geen hinder zal kunnen ont staan, zal thans slechts een gedeelte tot uitvoering komen. Naar gelang van de voortzetting van den aanleg der centrale rioleering zal ln de toekomst dit gedeelte worden uitgebreid: het plan is uiteinde lijk berekend op een inrichting van zoo danige capaciteit, dat daarin het afvalwa ter van de geheele thans aanwezige be bouwing in de gemeente kan worden ge reinigd. De kosten van het thans uit te voeren gedeelte, hetwelk mede omvat den bouw van een personeelswonlng, noodig ten be hoeve van een regelmatige bediening en bewaking van de inrichting, worden ge raamd op f. 184.000.Hierin zijn niet be grepen de kosten van het verkrijgen van den grond, geraamd op f. 16.000.welke niet voor financiering uit het Werkfonds in aanmerking komen. In totaal zijn de kosten derhalve te stellen op pl.m. f. 200.000 Wegens arbeidsloonen op de bouwplaats kan een bedrag van pl.m. f.41.500.— worden aangehouden, zoodat het aantal manarbeidersweken te stellen is op 1730 Financieele regeling Aangenomen, dat het bestuur van het Werkfonds zich zal vereenigen met het opnemen van de beschoeiing langs de Haarlemmervaart in het plan voor de verbetering van den Haarlemmerweg, zal van de totaalkosten der vier plannen ad f.456 700.uit het Werkfonds worden gefinancierd een be drag van f. 440.000. WERKPLAN DER S.D.A.P. Door de S.D.A.P. was volgend voorstel Ingediend De Raad noodlgt B. en W. uit plannen alsmede een bijbehoorende kostenbereke ning bij hem in te dienen der na te noe men werken, alle uit te voeren in werk verruiming, le. Het bouwen van eeu brug over d« Haarlemmervaart, van Maredijk naar Musschenbroekstraat; 2e. de doortrekking van de Musschen broekstraat naar de Koningstraat; 3e. het maken van een zuiverings inrichting van het rioolwater; 4e. de voortzetting van den aanleg der centrale rioleering; 5e. het bouwrijp maken van de volgende terreinen (alle gemeente-eigendom) be grensd door; a. Timorstraat, Ringsloot v.d. Stadspolder en Zweminrichting „De Zijl"; b. begrensd door Ringsloot v. d. Stads polder, Anna van Saksenstraat, Marnlx- straat, verbindingsspoorweg naar de Haar lemmermeer; c. begrensd door Hocge Rijndijk en Roomburger Wetering; 6e. de opruiming van krotten, vernieu wing van oude stadsdeelen, benevens aan bouw op ruime schaal van goede en goed- koope arbeiderswoningen; 7e. de demping van de Langegracht; 8e de verbetering van de Trekvaartbrug in de Rijnsburgersingel. Daarnaast noodigt de Raad B. en W. uit spoedig uitvoering te geven aan de plannen tot: le. de verbreeding van den Maredijk; 2e. het maken van een nieuwen tunnel in den spoorweg Leiden-Haarlem ter plaatse waar dezen spoorweg de Maredijk kruist; 3e. de verbetering van de Neksluisbrug in den Witte Singel. De meerderheid van het College ls van oordeel, dat het voorstel niet voor aan vaarding vatbaar is. Zij stelt zich op het standpunt, dat hoe gaarne men ook door uitvoering van openbare werken de gevolgen der werkloosheid eenigermate zou willen verzachten daarbij in de eerste plaats rekening moet worden ge houden met de mogelijkheden, welke de toestand der gemeente-financiën op dit gebied open laat. Die mogelijkheden zijn ir. de huidige tijdsomstandigheden be perkt, indien men althans ernstig bedacht is op handhaving van het evenwicht ln de financiën der gemeente en daarbij in aanmerking neemt, dat de inkomsten der gemeente elk jaar sterker inkrimpen, zoo dat het behoud van dit evenwicht met steeds grootere moeilijkheden gepaard zal gaan. Niettemin was het. door den tot dusverre gevolgden, voorzichtigen koers, in de afgeloopen jaren steeds mogelijk, dat door de gemeente voor groote be dragen openbare werken werden uitge voerd, zonder verstoring van het even wicht in de financiën. Dien ouden, be proefden koers thans te verlaten voor een nieuwen, waarbij tot uitvoering van wer ken op groote schaal, in den geest van het voorstel, zou worden overgegaan en die geen rekening zou houden met de finan cieele draagkracht, der gemeente, zou on overzienbare schade voor de belangen der gemeente en van de ingezetenen mede brengen en de meerderheid kan daartoe haar medewerking dan ook in geen geval verleenen. Wanneer men trouwens in het oog houdt de vele belangrijke werken, welke op het oogenblik in uitvoering zijn of tot uitvoering waarvan reeds is besloten als voorbeelden mogen worden genoemd de uitbreiding van het Slachthuis, de bouw vaji een nieuw gymnasium, de bouw van een brandweerkazerne en het maken van een nieuwe Rijnbrug en wanneer men in aanmerking neemt de verschillende werken, welke met steun uit het Werk fonds 1934 zullen worden uitgevoerd, dan moet men, naar het oordeel der meer derheid. tot de conclusie komen, dat onze gemeente op het gebied van openbare werken zeer productief is en dat voor het oogenblik de middelen een belangrijk grootere activiteit 'op dit gebied in geen geval toelaten. De Commissie van Fabricage, in wier handen het voprstel-van Eek c.s. is ge steld, heeft eveneens bezwaar tegen aan vaarding daarvan, ook in den eenigszins gemitigeerden vorm, welken een harer leden daaraan heeft gegeven, n.l. dat een aantal werken zou worden uitgekozen om als „werkplan" voor de eerstvolgende twee jaren te dienen. De commissie meent, dat thans geen beslissingen voor een langer tijdvak dan een jaar moeten worden ge nomen en dat, wat de uitvoering van werken betreft, voor het loopende jaar, naast de werken, welke in uitvoering en in voorbereiding zijn (die. waarvoor steun uit het Werkfonds 1934 zal worden ver kregen, inbegrepen), slechts van een vier tal werken de voorbereiding ter hand zou kunnen worden genomen. Deze werken zijn het bouwrijp maken van een terrein nabij de zweminrichting „De Zijl" en van gronden in den Roomburgerpolder, de verbetering van de Trekvaartbrug en de vernieuwing van de Schrijversbrug. Na een jaar kan dan. naar de commissie meent, opnieuw onder oogen worden ge zien, in hoeverre verdere werkverrui mingsmaatregelen noodig zijn. Met dit advies kan de meerderheid van B. en W. zich wel vereenigen, voorzoover te zijner tijd blijkt, dat de uitvoering van de bedoelde werken financieel mogelijk is; de belde brugverbeteringen zijn inderdaad ur gent en tegen het bouwrijp maken van de bedoelde beperkte terreinen ziet zij geen overwegend bezwaar. De minderheid van het College kan zich met het standpunt der meerderheid niet vereenigen. Zij wijst er op, dat het geens zins de bedoeling is. dat al de in het voor stel opgesomde werken binnen korten tijd tot stand zouden moeten komen. Echter acht zij het hoezeer zij ook erkent, dat de gemeente op het stuk van uitvoering van werken de laatste jaren niet stil heeft gezeten met het oog op de groote werk loosheid noodzakeHj k. dat thans op wat grootere schaal de werkverruiming wordt ter hand genomen. Ook zij wenscht vast te houden aan den eisch, dat het even wicht in de gemeentefinanciën niet wordt verstoord, doch zij meent, dat de geldmid delen het uitvoeren van een aantal groo tere werken in de eerstvolgende 2 a 3 jaren, naast die, waartoe reeds is of zal worden besloten, wel toelaten, Deze wer ken zouden dan zoo spoedig mogelijk moe ten worden voorbereid en in den loop van de eerste 2 of 3 jaren tot uitvoering moe ten komen. De kosten zouden h.i. gedekt kunnen worden door het sluiten van een leening. Bovendien heeft de Regeering toe gezegd voor een noodzakelijke aanvulling van het Werkfonds te zullen zorg dragen, waarna wederom een beroep op dat fonds zou kunnen worden gedaan. Het feit, dat in verschillende landen weer van een be scheiden opleving kan worden gesproken, doet de minderheid verwachten, dat ook ln ons land dit proces binnen niet al te .angen tijd merkbaar zal worden. Met ver werping van alle roekeloosheid op finan- RECLAME. 8655 De kramp wordt vaak opgelucht door één be- handeling met WERKT OP 2 MANIEREN TEGELIJK cieel gebied meent zij toch eenig optimis me te kunnen koesteren. De meerderheid wijst er nog op, dat het meerendeel der opgesomde werken ook om andere dan geldelijke redenen niet rijp voor uitvoering is. WEER WEKELIJKSCHE SCHOOLRADEN. 7 Maart 1933 werd besloten om de schoolbaden, in plaats van Iedere week, eenmaal in de 14 dagen te verstrekken. Dit besluit werd genomen op grond van de verwachting, dat door het halveeren van het aantal schoolbaden een aanmer kelijke besparing op de kosten daarvan zou worden verkregen. Deze verwachting is, naar thans is ge bleken. niet geheel gegrond geweest. Een nieuwe berekening toch heeft doen zien, dat de door de vermindering van het aan tal schoolbaden verkregen besparing in totaal op niet meer dan f.700.per jaar is te stellen. De Commissie voor den Geneeskundigen Dienst meent, dat deze besparing niet op weegt tegen het nadeel, hetwelk de ver mindering van het aantal schoolbaden met betrekking tot de gezondheid en de reinheid van de schoolkinderen, voor wie de baden bestemd zijn, kan hebben en ad viseert mitsdien om de verstrekking van die baden weder iedere week, uitgezonderd de vacanties, te doen plaats hebben. B. en W. kunnen zich met dit advies vereenigen. BADEN VOOR WERKLOOZEN. De Commissie voor den Geneeskundigen Dienst geeft ln overweging te bevorderen, dat werkloozen en hun gezinsleden een maal per week en wel gedurende de eer ste vier dagen daarvan in de gelegenheid worden gesteld in het gemeentelijk bad huis stortbaden te nemen tegen den prijs van 3 cent per bad, met kostelooze ver strekking van handdoeken en zeep door de gemeente. Aangezien gedurende de eerste vier dagen der week van het badhuis slechts weinig gebruik wordt gemaakt, de kosten van bovenbedoelde baden $er jaar niet meer dan f. 100 a f. 150 zullen bedragen en het baden en daarmede de hygiëne kan worden bevorderd, bestaat daartegen geen bezwaar. SCHOOLSPREEKUUR GEM. GENEESK. DIENST. 26 Juni 1933 werd bij de behandeling van het voorstel tot vaststelling van de verordening, regelende het geneeskundig schooltoezicht, om praeadvies in handen van B. en W. gesteld het voorstel van den heer Koole, strekkende tot Instelling van een schoolspreekuur. Blijkens de toen door den voorsteller gegeven toelichting was het zijn bedoeling nog eens te doen nagaan, of een school spreekuur door den Directeur van den Gemeentelijken Geneeskundigen- en Ge zondheidsdienst zou kunnen worden ge houden, evenals zulks, bij wijze van proef, gedurende het jaar 1926 had plaats ge vonden. Gelijk bekend zal zijn. werd deze proef niet voortgezet, omdat genoemden Direc teur de daarvoor noodige tijd was gaan ontbreken. Omtrent het voorstel van den heer Koole hebben B. en W. eerst het advies ingewon nen van meergenoemden Directeur, die mededeelde, dat hij thans wel weer in staat was een dergelijk spreekuur te hou den, zij het slechts eenmaal per week, des Woensdagmiddags. Onder deze omstandigheden zijn B. en W. met de Commissie voor den Genees kundigen Dienst, wier gevoelen wij mede inwonnen, van oordeel, dat tot de weder instelling van zoodanig spreekuur, waar aan overigens voor de gemeente geen kos ten zijn verbonden, kan worden overge gaan. REORGANISATIE BRANDWEER. De voorbereiding van het personeel der politie voor de brandweertaak is, onder leiding van den Inspecteur en de drie hoofdagenten, die meer in het bijzonder met do zaken betreffende de brandweer zijn belast, nagenoeg voltooid. Thans is derhalve, nu ook de gelden voor den bouw van een brandweerkazerne zijn gevoteerd, het tijdstip aangebroken, om de reorgani satie definitief te regelen, opdat, indien de brandweerkazerne gereed ls, de politie- brandweer haar taak zelfstandig en be hoorlijk geoutilleerd ter hand zal kunnen nemen. In de eerste plaats zal dan behooren te worden besloten tot intrekking van de verordening op de brandweer, waarop het instituut van de vrijwillige brandweer be rust. Met ingang van den dag, waarop die intrekking van kracht wordt, zal dan ont slag aan het brandweerpersoneel kunnen worden verleend. Met betrekking tot de outillage zullen voorts belangrijke verbeteringen niet ach terwege kunnen blijven. Voor zooveel noodig herinneren B. en W. er hierbij aan, dat, ook indien niet tot reorganisatie van de brandweer zou zijn overgegaan, het bluschmaterieel uitbrei ding had moeten ondergaan. De oud-Commandant van de Brandweer betoogde, gelijk bekend, herhaaldelijk, dat het ter beschikking zijnde materieel niet voldoende kon worden geacht en meer malen werd dan ook door dezen functio naris op uitbreiding daarvan aangedron gen. De Commissie, welke ter zake van de reorganisatie aan het eind van 1932 van advies diende, stelde in haar rapport voor, om de, toen ook door haar reeds nood zakelijk geachte, uitbreiding van het materieel te doen plaats hebben door aan schaffing van een lichte auto-motorspuit met een capaciteit van pl.m 1400 L p.m., een kleine motorspuit op twee wielen en een personen- tevens gereedschanwagen. De Commissie ging er daarbij van uit, dat de beide automoiuelmotorspuiten, wel ke thans in bedrijf zi.in, nog in alle ODzic.h- ten bruikbaar waren, al erkende zi.i de juistheid van de door den Commissaris van Politie aangevoerde bezwaren tegen de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 13