Om het wereldkampioenschap
dammen.
LEIDSCH DAGBLAD - Sportblad
Maandag 6 Januari 1936
De derde en vierde partij eindigen onbeslist.
Raichenbach leidt thans met 5-3.
In het Vlctorla-hotel te Amsterdam werd
Zaterdag de derde partij gespeeld van de
match VosRaichenbach om het wereld
kampioenschap
De heer Ph. de Schaap teekent de vol
gende analyses bij deze derde partij aan:
Wit: M. Raichenbach Zwart: J. H. Vos
1.
34—29
Raichenbach opent dus op dezelfde wijze
als Vos dit deed in de tweede partij. Gaat
de Franschman misschien van de gedachte
uit, dat ook hij thans met dezelfde aan-
vangszetten het initiatief zal kunnen be
machtigen?
1. 17—22
Een symmetrisch antwoord, dat in het
standaardwerk van de Maas en Battefeld
aan een uitvoerige theoretische studie is
onderworpen, een vijfentwintig jaar gele
den steeds werd gespeeld, doch volgens de
moderne opvattingen naderhand anders
verloopt dan de vroegere onderzoekers van
het openingsspel aangaven.
2. 40—34 11—17
3. 45—40 611
4. 50—45 1—6
5. 31—26
Ei- zün hier verschillende voortzettingen
mogelijk, b.v. ook de ruil met 2924 enz.,
terwijl ok 32—28 of 3227 Zwart in 1923
een goed antwoord heeft. 31—26 is uitste
kend speelbaar.
5. 19—23
Dus toch!
6. 32—28 23x32
7. 37x28 20—25
Accepteert eveneens een randstuk om
het tempi-nadeel, dat Wit altijd heeft, niet
te niet te doen gaan.
8. 41—37 14—20
9. 37—32 20—24
Zwart wil blijkbaar tempi winnen, van
daar deze achterwaartsche ruil.
10.
11.
29x20
46—41
25x14
Wit. kan natuurlijk ook plannen maken
om zijn randstuk op 26 te verwijderen, door
middel van 3631 en 3137. Zwart zou
op 3631 den dubbelen ruil met 2227
kunnen nemen, zoodat Wit besluit nog
maar even te wachten.
11.
12.
36—31
14—19
Precies volgens onze verwachtingen. Nu
kan de hierboven bedoelde ruil niet, daar
2823 zou volgen.
12. 10—14
13. 34—30 15—20
Vos speelt nu rustiger, nu hij weet, dat
ook den Franschman nadeel is toe te bren
gen! Later blijkt, dat Vos met zijn dertien
den zet van plan is Raichenbach met diens
eigen wapenen te bestrijden.
14. 30—25 20—24
Weer bezet Vos zoowel veld 22 als veld 24,
maar gevaarlijk ziet het er niet uit, daar
Wit. om een z.g. kettingsteiling op het cen
trum te formeeren, toch eerst 3227 zou
moeten kunnen spelen. En dit is verhinderd
wegens 1721. althans. Wit heeft er niets
aan.
15. 41—36
Behoudt zich nog steeds voor om den
ruil met 3127 te kunnen nemen.
15. 5—10
16. 40—34 24—30
Ziedaar de zet, waarop wij bij den 13den
zet doelden! Vos probeert het nu ook eens
met de variant, die Raichenbach in de
eerste partij van de match en ook vorig
jaar tegen Keiler toepaste. De partij
krijgt nu door de wijze waarop Vos deze
gaat behandelen een zeer belangwekkend
karakter.
17. 35 x 24
18. 34—29
19. 31—27
19x30
30—35
Besluit nu toch den ruil te nemen en
consolideert zijn centrumstelling. Het is
rra ook interessant, hoe Reichenbach zijn
„eigen" variant tracht te weerleggen!
19. 22x31
20. 26x37 16—21
21. 45—40 21—26
22. 40—34 17—22
23. 28x 17 11x22
Het gaat kalm toe en de reacties op de
zwarte randschijf op 35 blijven voorloopig
uit. Wit heeft alleen eenige combinatie op
dit stuk er in gebracht door 3430.
24. 32—28
Wit's centrum bevat genoeg reserves om
Zwart's post op 22 eenige malen aan te
vallen zonder zelf een verzwakking te on
dergaan.
24. 7—11
25. 28x 17 11 x22
Zoodra Wit nu op veld 32 komt, heeft
Zwart gelegenheid om 2227 uit te spelen.
26. 44—40
Raichenbach zelf blijkt dus geen waarde
te hechten aan het voordeeltje op veld 35
en ruilt het stuk, ook alweer om tempi te
winnen. Het is bij beide spelers in alle drie
partijen de bedoeling geweest om tempi-
winst te behalen en de titelhouder had
daar in de eerste partij succes mee. Naar
Raichenbach ons verklaarde heeft hij Vos'
kwaliteiten in de eerste partij ten volle
leeren apprecieeren en hij waagt zich met
zijn eenmaal behaalde voorsprong liever
niet aan afwijkingen, wanneer zijn tegen
stander niet zelf de complicaties wenscht te
zoeken. Een standpunt, dat verklaarbaar
is en voor Vos ongetwijfeld een aansporing
kan beteekenen om den druk. die hij den
wereldkampioen in de tweede partij wist op
te leggen, ook verder in de match te ont
wikkelen.
26.
27.
39x50
35x44
14—19
Het is nu een tamme flankpartij gewor
den. Vos is hierin echter goed thuis.
28. 34—30 10—14
29. 50—44
Stand na Wit: 29. 50—44:
Zwart J. H. Vos: 2—3—4—5—8—9—12-
13—14—18—19—22—26.
Wit M. Raichenbach: 25293033
36—37—38—42—43—44—47—48—49.
29. 6—11
30. 43—39 11—16
31. 30—24 19x30
32. 25 X 34
De partijen staan nu volmaakt gelijk.
32. 14—19
33. 37—31 26x37
34. 42x31
Dit brengt misschien wat leven in de
brouwerij, althans, de kans daartoe be
staat. Toch lijkt deze voortzetting ons niet
zoo sterk. Zij laat Vos te veel in het bezit
van het centrum en waar deze op het
middenbord al zoo sterk staat, is deze ruil
niet zonder gevaar.
34. 19—23
Zwart's stelling komt ons thans beter
voor en Vos heeft ln elk geval weer het
Initiatief.
35.
38—32
Gespeeld om nu 1621 te verhinderen.
In de zaal was men van meening, dat 16
21 inplaats van 1923 eerder in aanmer
king was gekomen en inderdaad is hier
voor veel te zeggen. Wanneer eerst 1621
als 34sten zet gespeeld was. zou dan nog
altijd het centrum bezet kunnen worden,
eventueel ook het vijandelijke centrum.
35. 12—17
Met een tweeledig doel gespeeld: In de
eerste plaats wordt 3127 onmogelijk ge
maakt en ten tweede bereidt Zwart even
tueel met 27 en 711 een dreiging voor.
36. 31—26
Om altijd de mogelijkheid te behouden
om met 3227 te retireeren.
36.
37.
36—31
8—12
Kan nu den ruil nemen met 3127, doch
misschien koestert Raichenbach wel plan
nen om een hekstelling te gaan innemen
met 32—27, 47—41 en 41—36!
37. 9—14
38. 47—41 23—28
Een zeer verrassend offer, dat de positie
geheel omgooit. De bedoeling is natuurlijk
om het stuk met 1319 terug te winnen,
om de vijandelijke centrumllnie geheel te
bezetten. Raichenbach's weerlegging is nu
zeer interessant.
39.
32x23
16—21
Natuurlijk eerst noodzakelijk om 13—19
mogelijk te maken en tevens ijzersterk!
Wanneer Zwart nu eenmaal op 28 is, kan
hij wellicht met 2127 verder oprukken.
40. 41—36
Een mogelijkheid is 3127, 21x32, 4842,
14—19, 32—37 ad. lib. 22—28 en 12x47.
Raichenbach blijkt met 4136, dat trou
wens in de door Vos gekozen voortzetting
gedwongen is. het bezit van zijn centrum
door Vos niet te vreezen. Vos laat nu on
middellijk volgen:
40. 13—19
41. 34—30 19x28
42. 48-43!
Sterk gespeeld. Zwart's plannen om nu
2127 te spelen worden gehandhaafd door
de dreiging met 2923. Ook 1419 is daar
om verhinderd. Zoolang Vos nu niet veld 27
kan bezetten en dat kan nog een tijd
duren gaat van zijn stelling geen kracht
uit. Raichenbach's verdediging tegen het
offer is wel zeer sterk en hij wordt nu van
aangevallene aanvaller.
42. 3—9
43. 44—40 9—13
De positie zit nu vol gevaren en wat het
einde zal brengen, is een open vraag. Vos
is in een dwangstelling geraakt en het
hangt er van af hoe lang de wereldkam
pioen deze kan volhouden.
44. 30—25
Op 1419 volgt nu nog steeds 2923,
terwijl op 13—19 25—20 en 29—23 43x14
volgt, waarna schijf 14 een sterke positie
inneemt. Raichenbach houdt de stelling
keurig vol. Zwart is zeer beperkt in zijn
zetten, doch slechts één goed antwoord is
al voldoende!
44. 21—27
Voert zijn plan toch door!
45. 40—35
Wit heeft 2928 nog altijd in petto en
voert een omsingelingstaktiek. De ge
noemde dreigingen blijven behouden.
45. 4—10
Dreigt nu 1721, 14x34 en 28x48. De nu
volgende voortzettingen moeten beslissend
zijn voor het stadium, waarin de partij
thans is geraakt.
Stand na 45. 410
Zwart: J. H. Vos 2, 10, 12, 13, 14, 17, 18,
22. 27, 28.
Wit' M. Raichenbach 25, 26. 29, 31, 33, 35.
36, 39. 43, 48.
46. 29—24
Geeft na lang beraad de dreiging prijs.
Vos krijgt nu gelegenheid schijf 12 in het
spel te brengen.
46. 13—19
47. 24x13 18x9
Zwart heeft zijn plan keurig doorgezet
en staat nu sterk.
48. 43—38
49. 35—30
9—13
Om straks 3934 en 34x43 te kunnen
spelen. Het nut van schijf 49, om dan den
bekenden ruil met 38—32 te nemen, komt
duidelijk naar voren
49. 13—19
Om eventueel na 39—34, 34x43 en 38—32
wederom met 22—28 en 19x28 het centrum
te nemen. Raichenbach behoeft dit echter
niet toe te staan.
50.
51.
39—34 (verw.ü 28x39
34x43 10—15
Een moeilijke beslissing om te nemen.
Zwart kan 3024 niet meer ontgaan.
52. 30—24 19x30
53. 25x34 14—19
54. 38—32 27x38
55. 43x32 19—23
56. 31—27 22x31
57. 36x27 15—20
58. 49—43 20—24
Zwart blijft voordeeliger staan.
59.
60.
61.
62.
63.
64.
43—38
38—33
33—28
28—19
19—14
27—21
Remise gegeven.
12—18
2—7
24—29
29x40
40—44
Nabeschouwing.
Ongetwijfeld is deze derde ontmoeting de
meest interessante der tot nu toe gespeelde
partijen geweest. Na een belangwekkende
opening dreigde de partij in het midden
spel een kalm en mat verloop te nemen,
doch door een sterk offer van Vos op den
38sten zet kreeg de partij een stormachtig
verloop. De meeningen der deskundigen
waren verdeeld, wie op den duur voordeel
zou behalen. Onze kampioen wist door een
sterk gespeelde zettenserie het voordeel aan
zijn kant te brengen. Raichenbach. die na
Vos' offer door een combinatie onmiddellijk
remise kon verkrijgen, doch deze niet
wenschte te forceeren, kwam moeilijk te
staan en een nadere analyse van den zet
2732 zoowel op den 45sten als den 46sten
zet moeten uitmaken of Raichenbach in
derdaad op dat moment een verloren stel
ling had. De wereldkampioen zelf ontkende
dit.
In ieder geval heeft Vos uitstekend ge
speeld en al heeft hij misschien de winst-
voortzetting verzuimd te spelen, de wijze
waarop hij deze partij heeft behandeld
stemt hoopvol voor de komende ontmoe
tingen.
In het Victoriahotel te Amsterdam is
gisteren ook de vierde partij gespeeld.
Wit: J. H. Vos Zwart: M'. Raichenbach.
1.
32—28
Dit is de eerste maal, dat de Raphael-
opening in deze match wordt toegepast.
Deze opening kan weinig complicaties ge
ven, doch houdt ook de mogelijkheid in
om een interessant verloop te waarborgen.
Alles hangt af van de wijze, waarop de
opening wordt behandeld.
1. 18—23
Het gebruikelijke antwoord.
2. 34—29
Ook mogelijk en goed is o.a. 33—29, dat
veel wordt gespeeld. Vos houdt echter meer
van 3429.
2.
3.
37x28
- .cjsv
23x32
Men slaat hier meestal met 23 naar 34.
om niet een snelle oplossing der witte stuk
ken op den langen vleugel in de hand te
werken. Foutief is het slaan naar 28 na
tuurlijk niet.
3. 20—25
4. 39—34 14—20
5. 44—39 20—24
6 29 X 20 25 x 14
Een zeer kalm en theoretisch verloop,
waarover weinig te zeggen valt.
7. 41—37 12—18
8. 46—41 7—12
9. 37—32 18—23
Raichenbach tracht hiermede de partij
in klassieke banen te leiden, en het is
vrijwel zeker, dat het hem zal gelukken.
Hij aanvaardt hierdoor bewust een na
deeltje, althans men beschouwt dit volgens
de moderne gangbare theorieën der Hol-
landsche partij als zoodanig. Zwart houdt
thans namelijk schijf 5 opzettelijk in ont
wikkeling achter, doch de wereldkampioen
speelt dit genre altijd zoo „exotisch" dat
hij dit nadeel opheft door origineel aange
brachte wendingen. Het zou dan ook voor
barig zijn, indien men 1823 als nadeelig
ging verwerpen, zoolang Raichenbach het
is, die zulks speelt!
10. 41—37 12—18
11. 31—27 15—20
12. 34—30 20—25
Het zijn alle normale voortzettingen. De
partij is nu zuiver klassiek, en dit speel-
genre waarborgt altijd belangwekkendheid
door zijn groote variantenrijkdom.
13. 50—44 25 x 34
14. 39 x 30 14—20
15. 43—39
Eigenaardige zet van Vos! De bedoeling
is ongetwijfeld om op 2025 een tempo te
houden met 4943. Gebruikelijk is 4439,
doch natuurlijk is 4339 eveneens sterk.
15. 20—24
De wereldkampioen heeft dus toch zijn
positie normaal ontwikkeld en door zijn
12den zet het schijf-surplus opgeheven. Het
ware echter best mogelijk geweest, dat hij
met 9.1823 op zoek naar compli
caties zou zijn!
16. 30—25
17. 40—34
10—14
5—10
Wij gelooven stellig, dat Raichenbach
indien hij thans aan zet was, 2430 zou
spelen! Vos belet het hem nu met:
18. 34—30
Een klaverblad-stelling dus.
18. 10—15
19. 4943 2—7
20. 37—31 17—21
Geeft wit nu gelegenheid tot het spelen
van 3126, met de bedoeling waarschijn
lijk om met 1117 en daarna 1722 tempi
te winnen. Zwart kan i.p.v. 17—21, natuur
lijk ook eerst 7—12 en 1—7 spelen, doch hij
wil voorloopig waarschijnlijk wachten met
1420 en geeft daarom de voorkeur aan
de gespeelde variant.
21. 31—26 11—17
22. 36—31 17—22
De voor de hand liggende zet Een op
sluiting te aanvaarden met 7—11 of 7—12
is nu erg gevaarlijk.
23. 26x17 22x11
24. 47—41 7—12
25. 41—36 11—17
26. 44-40
Wit kan den ruil nemen met 27—22 doch
er bestaat dan een groote kans, dat hij
met een tempi tekort krijgt te kampen,
ook al wordt zijn lange vleugel mooi in ont
wikkeling gebracht.
Vos geeft dan ook den voorkeur aan het
spelen van 4440, verwachtende dat hy
zijn langen vleugel toch wel zal kunnen
vrymaken
26. 17—21
Geeft Vos onmiddeliyk gelegenheid dit
te doen.
27.
31—26
14—20
Op 17 volgt 26x17, 12x21, 27—22, 18x27.
25—20, 14x34, 40x18, 13x22 en 28x26, een
kaatsingzet, waardoor zwart een stuk op
27 houdt.
28. 25x14
29. 26x17
30. 30—25
31. 25x14
32. 39—34
9x20
12x21
4—9
9x20
6—11
Het komt ons nu voor, dat Vos nadeel
heeft aan den langen vleugel. Het stuk op
36 staat in een minder gunstige positie.
Het heeft hier de keus, of om 42—37 te
zetten, waardoor hy definitief schyf 36 te
veel houdt, of een anderen zet te spelen
aan den korten vleugel of 3631 uit te
brengen, dat echter groote gevaren in zich
houdt. Vos vervolgd met:
33. 34—30 20—25
Natuuriyk!
34. 36—31?
Deze zet ïykt ons zwak. Vos moet hier
een z.g. vrüen zet doen en heeft hiertoe
alleen 3631. Veel beter komt ons echter
4034 met daarna 3429, voor. Door den
tekstzet behoudt Vos geen speelvryheid
meer aan den langen vleugel, daar 3120
verhinderd is wegens 16. Het is natuurlü'k
mogeiyk, dat Vos dit theoretische nadeel
heeft aanvaard in het bewustzyn, dat zijn
tegenstander de opstelling der schüven
211611 en 1 niet zal kunnen handha
ven in het verdere verloop der party maai
riskant bUjft deze voortzetting in groote
mate. Inderdaad heeft Vos ook wanneer
hy niet 3631 had gespeeld, met moei-
iykheden te kampen, en het is mogelyk,
dat hy, die de gevaren, aan dergeiyke
posities verbonden, natuuriyk ook kent. ln
het bewustzyn daarvan deze voortzetting
heeft gekozen, om op een eventueel tempi-
tekort van den Franschman te speculee-
ren. Of hij daarby niet bedrogen uitkomt
zal het vervolg moeten leeren. Raichen
bach zal ongetwyfeld alles in het werk
stellen om zü'n positie rechts te hand
haven.
34.
35.
36.
40x20
45—40
25x34
15x24
Speculeert nu op het volgende:
3—9 40—34. 9—14, 31—26. 1—6,
26x17. 11x31. 28—22. 18x27. 32x21, 16x27,
3329 en 38x20. Raichenbach blijkt echter
deze variant te willen ontgaan en ziin
stelling rechts intact te laten geheel vol
gens onze opvatting omschreven bü wit's
34sten zet. Hü speelt dan ook:
36.
37. 35x24
38. 28x19
39. 40—35
24—30
19x30
13x24
Wit is nu in het stadium geraakt dat
hij ziin nadeel op den langen vleugel zal
moeten zien op te heffen om gelük spel te
behalen.
39 30—34
40. 43—39 34x43
41. 38x49
Interessant is de stand ongetwijfeld, en
het aantal ressources voor Vos bluft groot.
HU zal echter zeer voorzichtig
moeten spelen om het nadeel links door
een tuiste manoeuvre der centrumstuk
ken en die op den korten vleugel te com-
penseeren. En de kans. om dit te bereiken,
moet niet gering worden geacht.
41. 8—13
42 49-44 13—19
Zwart Is wel tot dergelijke zetten ge
dwongen om zün stand rechts zoo te laten.
Vos herstelt zich nu uitstekend van zün
knelpositie, die Raichenbach door tempo-
gebrek moet vrijgeven.
43. 33—28! 18—23
Ziet aankomen dat hü niet langer in
staat zal ziin om het voordeel te behou
den. Nu volgt natuuriyk:
44. 28—22! 1—6
Gedwongen om het stuk op 17 te ver
dedigen. 2126 gaat niet wegens 22—18.
45. 31—26
Wit's doel is bereikt. Het nadeel links is
opgeheven en Vos' avontuur mag als ge
ëindigd worden beschouwd.
45. 11—17
46. 22x11 6x17
De drie witte stukken op 26 27 en 32
houden de drie 2warte schUven op 16. 17
en 21.
47. 44—39
De stand na 47. 4439 was:
Zwart Vos: 7 stukken op 3. 16. 17. 19.
21. 23. 24.
Wit Raichenbach: 7 stukken op 26. 27,
32 35. 39. 42 en 48.
Nu is het Vos. die gemakkelijker spel
heeft, ook al ligt een puntenverdeeling in
de lün der verwachtingen.
47. 3—9
48. 39—34 9—14
Dreigt nu 2329. 19x37 en 21x32.
49. 34—30
Sterker dan de ruil met 23—28.
49. 14—20
50. 30—25 24—29
51. 25x14 19x10
52. 27—22 17x37
53. 42x31 29—34
54. 26x17 16—21
55. 17x26 34—39
En de remise is een „fait accompli".
Nabeschouwing.
Een uitstekende party zoowel van Vos
als van Raichenbach. De opening had een
zeer kalm verloop en werd na de gebrui
kelijke theoretische varianten herleid tot
een klassiek middenspel. Hier speelde Vos
als 34sten zet het gevaarlijke en riskante
36—31 en begaf zich daarmede in een
avontuur dat eigenaardige mogelijkheden
opleverde. Een volhouden van een gunstige
schiivenopstelling aan den rechter vleugel
bleek den wereldkampioen door tempo
gebrek onmogelUk. Vos speelde het mid
denspel zeer sterk en zün speculatie bleek,
hoe riskant ook goed te ziin. Na verbreken
der stelling bleef een gelü-kwaardig afspel'
over. met misschien Iets betere kansen-
voor Vos. doch de titelhouder maakte ge
makkelijk remise. Vos heeft zich ook ln
deze partij niet de mindere getoond.
De stand is nu: Vos 3. Raichenbach 5.
De vijfde party wordt heden te Haarlem
gespeeld. Merkwaardig genoeg is het ver
loop van deze match precies als de match
KeilerRaichenbach vorig jaar. toen de
eerste party eveneens door Raichenbach
werd gewonnen en drie remises volgden.
De Franschman won echter de vü'fde
partij! Laten wij hopen, dat het Vos in
Haarlem anders vergaat....
BILJARTEN.
DE NATIONALE KAMPIOENSCHAPPEN
45/1.
De Leeuw Nedcrlandsch kampioen.
De wedstryden om het nationaal kam
pioenschap 45/1 zUn Zaterdag en gisteren
te Den Haag voortgezet.
In zijn partij tegen Gehrels verrichtte
Sweering een fraaie prestatie door de
300 punten in dertien beurten vol te ma
ken, spelend met een gemiddelde van
23,07. hetgeen een nieuw Nederlandsch
record beteekende. Het oude record stond
eveneens op naam van Sweering met een
gemiddelde van 16.66.
De Leeuw won den titel na een span-
nenden strijd met Sweering.
Do gedetailleerde uitslagen waren als
volgt:
Van Vliet 300 25 70 12.—
Gehrels 121 25 20 4.84
Sweering 300 20 69 15.
Dommerlng 147 20 46 7.35
Sweering 300 13 75 32.07
Gehrels 86 13 17 6.61
De Leeuw300 36 45 8.33
Van Eymeren 151 36 22 4.19
De Leeuw 300 44 60 6.81;
Dommering 231 44 21 5.25
Van Eymeren 300 33 55 9.09
Van Vliet238 33 66 7.21
Sweering 300 27 54 11.11'
Van Eymeren 262 27 39 9.70
Dommering 300 18 92 16.68
Gehrels 148 18 34 8.22
De Leeuw300 16 94 18.75
Van Vliet 129 16 28 8.06
Gehrels 300 28 60 10.71
Van Eymeren 254 28 38 9.07
Van Vliet 300 35 51 8.57
Dommering 292 35 34 8.34
De Leeuw300 22 70 13.63
Sweering 177 22 37 8.84
De eindstand was:
gew. pnt. brt. H.s. alg. g.
De Leeuw 5 1500 151 104 9.93
Sweering 4 1377 105 75 13.11
Van Vliet ..2 1152 132 70 8.72
Van Eymeren 2 1267 163 55 7.77
Dommering 1 1241 156 92 7.95
Gehrels 1 821 117 60 7.01
De voorzitter van den N.B.B., jhr. Mol-
lerus, reikte de prijzen uit.
LISSER BILJART-KRING.
De uitslagen van den L. B.-Kring lui
den als volgt:
lste klas: L.U.T.Ö. I—L.U.T.O. II 4—4:
O.G. I—L.U.T.O. I 6—2; L.U.T.O. II—O.G. I
0—2; L.U.T.O. U—V.I.O.S. I 8—11; O. G. I
V.I.O.S. I 6—2; V.I.O.S. I—O. G. I 2—6.
2de klas: L.U.T.O UI—L.U.T.O. V 4—4:'
L.U.T.O V—L.U.T.O III 2—6; Voohout I—
L.U.T.O IV 4—4; L.U.T.O V—Voorhout I
2—6; O.G. II—L.U.T.O III 4—1; O.G. II—
Voorhout I 80; Voorhout IO.G. II 71.
3de klas: L.U.T.O IV—L.U.T.O VII 4—4;
L.U.T.O VII—L.U.T.O VI 4—4; O.G. III—
L.U.T.O VI 8—0; L.U.T.O VII—Voorhout II
4—4: Voorhout II—L.U.T.O Vn 2—6; O.G.
III—Voorhout II 8—0; Voorhout U—O.G.
UI 2—6.
SCHAATSENRIJDEN.
DE NOORSCHE KAMPIOENSCHAPPEN.
Ballangrud wint den titel.
Zaterdag zijn te Oslo de Noorsche kam
pioenschappen in het hardryden op de
schaats aangevangen. Op de 500 M. werd
Eiignestangen eerste in den tyd van 44.1
sec. Harry Haraldsen werd tweede met
een tyd van 44.5 sec. Derde werd Georg
Krog met 44.8 sec., vierde Hugo Nygren 45
seconden en 5de Michael Staksrud met
een tyd van 45.2 seconden.
Op de 5000 meter won Charles Mathle-
sen in den tyd van 8 min. 34.3 sec. voor
Staksrud, die een tyd noteerde van 8 min.
37.9 sec.
Derde werd Ballangrud met 8 min. 40.9
sec., vierde Carsten Christensen 8 min.
49.3 sec. en vyfde Engnestangen met eèn
tyd van 8 min. 48.7 sec. Zondag werden de
wedstrijden voortgezet.
Gisteren werd het eerst de 1500 meter
verreden en hier werd Ballangrud eerste
in den tyd van 2 min. 22.4 seconden.
Harry Haraldsen werd tweede ln den tijd
van 2 min. 22.5 seconden, derde Charles
Mathiesen in den tyd van 2 min. 22.7 sec.
De huidige wereldkampioen Staksrud ein
digde als vijfde in den tyd van 2 min. 23.8
seconden.
In den middag werd de 10.000 meter
verreden. Ook thans werd Ballangrud
eerste in den tyd van 17 min. 28.9 sec.
Ballangrud werd met twee eerste plaatsen,
resp. op de 1500 en 10.000 meter, met een
derde plaats op de 5000 meter en een uit
stekende klasseering op de 50» meter,
kampioen van Noorwegen. Het resultaat
van de 10.000 meter was:
1. Ballangrud 17 min. 28.9 sec.; 2.
Mahthiesen 17 min. 36.4 sec.; 3. Wangberg
17 min. 50.5 sec.
Het eindklassement was: 1. Ivar Bal
langrud 197.602 punten; 2. Charles Ma
thiesen 197,717 punten; 3. Michael Staks
rud 198,583 punten.
4