Felle brand in Amsterdam - Bombardement van Dessié TESSA 76*le Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad De D. H. G Kerstveldloop in de omgeving van Delft. Marken in sneeuwtooi. FEUILLETON. - - - - n _in - - - - - - - - - Niet altijd vielen de hindernissen mee en zelfs aan een koud bad ontkwam men veelal niet. HET BOMBARDEMENT VAN DESSIE door Italiaansohe vliegtuigen. Een der vele reusachtige gaten, welke na een bom-ontploffing in den grond ontstonden; ZWARE BRAND IN DE HOOFDSTAD. Niet zonder levensgevaar wist de brandweer een dame te redden uit het perceel aan de Prinsengracht 1037 in Amsterdam, waar in den nacht van Dinsdag op Woensdag j.l. een felle brand heeft gewoed. Brandweerlieden met gasmaskers voor het brandende perceel. Pantoffelparade der eilandbewoners. HET TRADITIONEELE KERSTFEEST DER ARMEN VAN HET LEGER DES DEN DAG VOOR KERSTMIS werd te Apel- HEILS in het Concertgebouw in Amsterdam. Commandant Bouwe Vlas reikt doorn een groote pluimveetentoonstelling ge- een der kinderen een geschenk uit. houden. Een der vele fraaie inzendingen. door RICHARD STARR. Vertaald door A. RIEWERD. 11) „O. wat moet ik doen, wat moet ik doen?" fluisterde Tessa wanhopig. „Zij zullen binnen komen. Zij zullen mij hier vinden". „Het is in orde", fluisterde Jimmy. „Ver duivelde lui. Laat ze hun gang maar gaan met die deur. Ze kunnen er toch niet in, voordat ik ze binnen laat. Vlug. Hierheen". Hij opende een andere deur en drong er haar nog in het donker door. „Luister, legde hij uit. „Dit is de bad kamer. Die komt alleen op mijn kamer uit. Als ik de deur heb dicht gedaan, schuif er dan aan jouw kant den grendel op. Begrepen?" „Ja, ja. M-maar moet ik hier den heelen nacht blijven of totdat die i.—inner, weg zijn?" „Natuurlijk niet. Ik zal die kerels bin nen moeten laten, anders zullen ze ieder een wakker maken. Maar zij zullen niet langer dan een paar minuten blijven. Zij willen mij mee hebben naar de rook kamer, denk ik, om nog wat te drinken, en ik zal met hen meegaan" „Mr. Turner Jimmy, je zult vannacht toch geen champagne meer drinken? Je hebt het beloofd en en ik heb mijn be lofte ook gehouden". „Op mijn woord van eer niet. Ik zal 0 gemberbier drinken. En als die lui weg zijn, geef ze dan nog een paar minuten tijd en sluip weg". „Ja, ja. Ik zal doen, wat je zegt. Ga maar en laat ze binnen". „Goeden nacht dan. Vergeet den gren del niet, ingeval een van hen hier binnen probeert te dringen". Hij sloot de deur. Tessa tastte naar den grendel en schoof dien er voor. Zij zag een lichtstreep en wist, dat Jimmy het licht in de andere kamer had opgestoken. Toen werd de buitendeur geopend en hoorde zij een levendig gesprek. „Wat was jij aan het doen, oude duivel? Je lag toch niet in bed? Denk je ons te kunnen wijsmaken dat je hier in het don ker hebt gezeten?" „Ik heb me wat opgefrischt", zei Jimmy. „Wat willen jullie, jongens? Is het be neden al afgeloopen?" „Afgeloopen? We wilden juist tot besluit naar de bar gaan. Kom mee". Zij hoorde een getrappel en geschuifel van voeten. De jongelui waren vroolijk en duwden mekaar. Toen verdween de licht straal en hoorde zij de deur hard dicht slaan. „Dat was Jimmy, die schat", mompelde zij Hij sloeg de deur zoo hard dicht, om mij te laten hooren, dat alles in orde was. Nu, Tessa Fisher, moet je hier uit zien te komen, terwijl de kans gunstig is. Maar wees voorzichtig. Gebruik je hersens. Je moet zorgen, dat mr Turner niet in on gelegenheid komt En jijzelf ook niet. Je hebt deze baan bij den Vliegenden Troep juist gekregen, en als ze je op dit uur van den nacht uit de kamer van een jong- mensch zouden zien komen, zou je 'm kwijt raken". Omzichtig kwam zij uit de badkamer te voorschijn en vond op den tast den weg naar den lichtschakelaar. De kamer stond vol rook. Jimmy's sigarenkoker lag nog op het bed, waar zij hem neergeworpen had. Maar hij was nu open en half leeg. De jon gelui hadden zich klaarblijkelijk van zijn sigaren bediend. „Je moet nog even wachten, lieve kind", zei ze. „Jimmy zei, dat je dat doen moest, omdat je anders op de jongelui zou kun nen stuiten. Ik ben benieuwd, of hij zijn woord zal houden met die champagne. Na tuurlijk wel. Daarover hoef je je niet on gerust te maken, lieveling". Zij dacht weer aan het andere meisje. Degeen, wier foto in het valies lag. Ze had die niet erg goed bekeken. Om een of andere reden achtte zij het haar plicht den sigarenkoker op te ber gen, daar zij er hem had uitgehaald. Daar voor was het noodig het valies te openen en natuurlijk lag daar de foto. Zij nam er het portret voorzichtig uit; haar groote oogen keken bijna droevig. Zij hield het bij het licht en tuurde er naar. „Ach hemeltje!" fluisterde zij. „Zij is gewoonweg snoezig!" De foto was geteekend: „Betty". Het was het beeld van een heel mooi meisje, waar schijnlijk niet veel ouder dan Tessa zelf, maar, naar zij dacht, grooter. En zij be- g-eep dadelijk dat dit meisje, dat zich 3etty teekende, in die andere wereld ver keerde, waartoe ook Jimmy Turner be hoorde. en waarin tearoom-meisjes niet voorkomen. Het gezicht was mooi en het lachte. Maar er was iets hoogmoedigs in en iets minachtends. Wie was zij, en wat was zij voor Jimmy Turner? „O", zuchtte Tessa, terwijl zij de foto voorzichtig teruglegde, „zag ik er maar zoo uit!" Met een harden klap sloot zij het valies. „Nou is het genoeg kind, je wordt maan ziek. Het is tijd om weg te gaan. Ik weet niet, hoe lang je hier al bent, maar het lijken wel uren". Inderdaad was het in het geheel niet meer dan twintig minuten geleden, dat zij de kamer had betreden, hoewel er in dien tijd heel wat gebeurd was. Zij ging naar de deur en hield er haar oor tegen. „Daar!" zei ze, terwijl ze het licht uit deed. „Daar komt weer iemand. Gaan die menschen dan nooit naar bed? Het heeft er veel van dat ik hier den heelen nacht zal moeten blijven!" Zij wachtte in het donker, op den rand van Jimmy's bed gezeten. Om haar ge dachten er voor te behoeden, af te dwalen naar het mooie meisje, wier beeltenis in Jimmy's valies zat, zong zij onhoorbaar in zichzelf „Wie zal er zorgen voor de dochter van den huisbewaarder, Terwijl de huisbewaarder bezig is, het huis te bewaren?" Plotseling werd de deur geopend. Zij had •'ergeten ze op slot te doen, hoewel de sieutel nog aan den binnenkant zat, waar Jimmy hem had laten zitten Ze werd met verbazingwekkende snelheid in een ommezien geopend en gesloten Maar hoe snel ook, een lichtstraal was van de gang naar binnen gedrongen, en zij wist, dat een man de kamer was bin nen gekomen met haar in de kamer was. HOOFDSTUK IX. Van den wal in de sloot. „Bent u het, mr. Turner?" fluisterde Tessa. Er kwam geen antwoord. Maar ln de stilte, die op haar vraag volgde, hoorde zij duidelijk iemand zwaar ademhalen, alsof hij hard geloopen had. „Wie is daar?" vroeg zij, zonder van het bed op te staan, maar wat achteruit schui vend. Toch was zij niet angstig. Zij geloofde zeker, dat het Jimmy was, en dat hij haar voor den gek hield. Het was gemeen van hem op die manier terug te komen sluipen, want hij was niet langer dan drie of vier minuten weg. Als hij was teruggekeerd in de verwachting, haar weer te kunnen kussen, zou zij hem precies ver tellen, hoe zij over hem dacht. Het licht werd plotseling aangedraaid. Het, was Jimmy Turner niet! Zij bevond zich tegenover een man, dien zij nog nooit gezien had. Hij was in avond- kleeding, zonder hoed of overjas, en had een jeugdig en vrij onaangenaam uiterlijk. Hij lachte zacht, eigenlijk was het meer een zucht van verlichting. „O zoo", zei hij kalm, en haalde een ci- garet uit den mond. „Het kamermeisje!" Tessa was natuurlijk in haar uniform „Ik ben geen kamermeisje", zei ze stijf. Als lid van den beroemden Vliegenden Troep beschouwde zij kamermeisjes als ver beneden haar. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 5