Twee schepen gestrand - Nationale veldloopen „Donar"
DE ONBUIGZAMEN
764te Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
De K. N. M V.-kampioensrit 1935.
FEUILLETON.
Het s.s. „Kerkplein" en de sleepboot „Drente" bij Egmond op de kust geworpen.
Tijdens den vliegenden Noordwesterstorm zijn Zaterdagavond de Kerkplein" en de sleepboot Drente" bij Egmond aan Zee gestrand. Links
de Kerkplein", rechts de Drente" op het strand.
TOUWTREKKEN OM HET KAMPIOENSCHAP
van Zuid-Holland te Rotterdam. Een die on
danks zijn vergevorderden leeftijd nog
krachtig aan het touw trekt.
VOETBALWEDSTRIJD AJAX—FEYENOORD
in het Ajax-Stadion (0—1)Tijdens een aanval van
Ajax komt van der Male in
het gedrang.
De start voor de snelheidsproef op het circuit te Assen.
ROEMEENSCHE LEGERM ANOEUVRES IN DE BOEKOWINA.
Boven Koning Carol en kroonprins Michael tijdens de parade.
Onder: het yoorbijtrekken der infanterie.
NATIONALE VELDLOOPEN georga
niseerd door Donar", alhier. J. Dubbe-
laar van de Ath. Ver. Holland" alhier,
komt als eerste in de 31 K.M. loop aan.
naar het gngelsch yan J. S. FLETCHER
door mr. H. J. H.
0)
Alvorens antwoord te geven, legde
Louis zijn potlood weg, trok een doos si
garetten naar zich toe en stak er bedaard
een op. Nadenkend bleef hij wel een mi
nuut lang zitten rooken, al rondstarend
en Oliver vroeg zich af, wat hij wel zat
te denken. De bedaarde en afgemeten ma
nier van doen, die Louis er op na hield,
ergerde zijn vader meer dan eens.
„Zoo oppervlakkig bekeken", zei hij ein
delijk, „zou ik zoo zeggen, dat Joe Bicker-
dyke in dit geval als een gluiperige slang
nad gehandeld en als een lafaard. Maar
als ik er een beetje dieper in doordenk,
dan moet ik zeggen, dat hij precies ge
daan heeft, wat ik van hem verwachten
kon".
„Hè?.. Hoe meen je?"
„wat zoudt u dan wel kunnen verwachten
yan iemand uit Halfirth, die in de atmos-
«er hier is grootgebracht en opgevoed?"
Vroeg Louis met iets, dat veel op bijtende
spot geleek. „Zijn we niet allemaal zoo
opgebracht? Wat denken we anders dan:
«der voor zich en de hemel voor ons
allen? Wat denkt een man in Halfirth
anders van den dag af, dat hij tandjes
khjgt? Misschien zelfs nog eerder? Geld!
«eld! Is hij niet de handigste, die een an
der een das kan omdoen? Is het hier
niet de eenige veilige weg, waarop je eer
en aanzien kunt verwerven, om geld te
maken, macht in handen te krijgen en je
buurman te bedotten? Joe Bickerdyke is
een typisch product va zijn omgeving.
dat is alles. Hij is niet beter of slechter
dan wie anders ook. Hij is een inboorling
van deze vallei, vader, anders niet!"
„Maar ik zou Joe Bickerdyke nooit zoo
behandeld hebben, als hij dat mij gedaan
heeft", antwoordde zijn vader stijfhoof
dig. „Ik zal niets zeggen van een man,
die zijn best doet voor zichzelf., „geor
dende liefde begint bij zichzelf!".. Daar
houd ik het bijMaar ik zou hem toch
nooit aangedaan hebben, wat hij mij
heeft geleverd!"
„Och, eerlijk gezegd, als man tegen man,
dat kunt u niet met zekerheid zeggen,
vader, zei Louis bedaard, „omdat u het
niet zeker weet. Als Bickerdyke iets graag
had willen hebben en u ook, dan zoudt u
ook uw best gedaan hebben om het te
krijgen. Menschen zooals u, dat weet u
ook wel, houden er nog een ander spreek
woord op na: „In oorlog, liefde en
zaken is alles geoorloofd!" Joe Bickerdyke
houdt er die stelling ook op na. Van zijn
gezichtspunt uit heeft hij niet anders dan
een slimmen zet gedaan. Het komt altijd
weer op het oude liedje neer. ieder
voor zich' Is het u wel eens opgevallen,
dat dit feitelijk zoowat de eenige oorzaak
is van al de ellende op de heele wereld?"
Oliver was niet in een stemming om te
redeneeren of wijsgeerige beschouwingen
te houden. Hij vatte vuur op een enkel
woord, dat zijn zoon juist gebruikt had.
„Je sprak van liefde", zei hij, ietwat
onzeker. ..Och. ik heb hooren zeggen,
Louis John, dat jij.... verliefd bent....
op de dochter van Bickerdyke. Is daar iets
van aan?"
„Alles!" antwoordde Louis op vasten
toon „Dat is zoo! Dat is altijd zoo ge
weest. van dat we nog kinderen waren
al. Dat hadt u toch zelf ook wel kunnen
zien, vader, zeker in de laatste ander
half jaar.
„Ik ben jammer genoeg niet zoo erg
vlug van opmerken", zei Oliver en wachtte
even, beangst voor wat hij zelf zeggen
moest. Maarna wat er nu gepasseerd
is.... zou ik natuurlijkonmogelijk
mijn toestemming kunnen geven tot iets
van dien aard tusschen onze families
Dat is.dat is onmogelijk!"
„We moesten het dan meteen maar af
praten", zei Louis doodbedaard. Hij zei
dat zoo kalm, alsof hij het over het dia
gram had, dat voor hem lag. „Het is nu
eenmaal een feit, dat miss Bickerdyke en
ik het in de laatste weken ééns zijn ge
worden. We gaan trouwen. Ik had het u
juist vanavond willen vertellen. Nu zal ik
u iets vragen. Als deze geschiedenis met
Ryvedale niet gebeurd was, dan zoudt u
uwe toestemming met Margaret zonder
eenige aarzeling gegeven hebben, niet
waar vader".
Oliver vond het een afschuwelijke vraag.
Maar hij moest er antwoord op geven.
Dat was nu echt, die duivelsche han
digheid van Louis, om het zoo te vragen!
„Bickerdyke is op het oogenbllk nog
precies dezelfde man als verleden week",
zei Louis John.
Oliver nam dadelijk de kans waar. die
dat gezegde van zijn zoon hem bood.
„Zeker dat is hij wel!" antwoordde
hij triomfantelijk. „Maar toen had ik hem
nog niet doorzien! Maar nu heb ik ont
dekt, wat hij er voor een is!"
„Ik ga niet met Bickerdyke trouwen",
zei Louis, „ik heb mijn eigen meening over
hem net als ik mijn eigen ideeën over
zijn dochter hebIk ga met haar trou
wen, vader!"
Oliver stiet een geluid uit, dat veel weg
had van een gekreun.
„Ik zou niet graag dezelfde moeilijk
heden met jou hebben, jongen, die ik met
Arthur gehad heb", zei hij. „Ik heb toen
meer dan genoeg gehadik heb zoo
iets liever niet nog eens!"
„Het zijn twee heel verschillende geval
len", antwoordde Louis. „Lionel Arthur
had zijn zinnen gezet op een aardig ge
zichtje, dat toevallig toebehoorde aan een
van onze fabrieksmeisjes. Dat was erg
jammer! Maar, hij is blijkbaar van mee
ning geweest, dat de liefde voor hem meer
waard was dan heel de rest van de we
reld en heeft alles opgegeven om dat
meisje te trouwen. En verder.hij is er
nu eenmaal niet meer!"
„Hij heeft nooit ergens gebrek aan ge
had!" mompelde Oliver. „Ik heb hem
netjes behandeldtien pond per week,
zoolang hij leefde.en na zijn dood heb
ik zijn vrouw en kind zeven pond weke
lijks gestuurdop dat punt kan nie
mand iets op me te zeggen hebben,
Louis!"
„Dat heeft niemand ooit gedaan.ten
minste niet, waar ik bij was", zei Louis.
„Maar in mijn geval kom ik niet met het
voorstel om met een wolspinster te trou
wen. Ik ben van plan met een lieve, uit
stekend ontwikkelde en goed opgevoede
jonge dame te trouwen, waar iedere
Engelsche familie trotsch op kan zijn en
die een heel begeerenswaardige schoon
dochter voor u zou zijn. Het is meer dan
ongelukkig, dat haar vader u zoo belee-
digd heeft.maar zjj en ik kunnen onze
levens toch niet laten verknoeien, omdat
onze vaders ruzie hebben gemaakt?"
Louis had op vasten toon gesproken
en Oliver voelde, dat hier een wil was,
even sterk als de zijne, misschien zelfs
sterker. Hij schoof ongedurig op zijn stoel
heen en weer.
„Ik veronderstel, dat ze dat tegenwoor
dig een fatsoenlijke manier van doen noe
men", zei hij spottend. „In mijn tijd waren
de jongelui wat meer volgzaamvooral
jonge meisjes. Moet ik veronderstellen, dat
die miss Bickerdyke tegen haar vader.
net zoo iets zeggen zal.... als jij
tegen mij?"
„Ik geloof, dat ze genoeg gezond ver
stand heeft om het te doen", antwoordde
Louis John. A
„Noude tijden Teranderen wél", zei
Oliver.
„De tijden zijn altijd aan het verande
ren", antwoordde Louis, „en worden aldoor
beter. Komde toekomst is voor mij en
Margaret Mary. Welk recht hebt u en Joe
Bickerdyke om haar en mijn toekomst te
bederven voor uw tegenwoordige ruzie?
Dat zou tochonredelijk zijn?"
„Jouw argument is weer niets anders,
dan dat je recht hebt om voor jezelf te
zorgen", zei Oliver. „Nou dan
„Mijn argument komt precies overeen
met de opvattingen, waarin we zijn groot
gebracht", zei Louis. „Ieder voor zich! Ik
denk, dat ik Margaret noodig heb voor
mijn geluk en Margaret denkt, dat ze
mij noodig heeft voor het hare. We zijn
jongelui met gezond verstand.... we zijn
niet van plan iemand tusschen ons beiden
te laten komen en ons leven te vernielen.
Dat isvan ons!"
.(Wordt vervolgd), j