'de nieuwe mode
14"
14"
Kan het Suez-kanaal worden
gesloten
Tsmvm
76ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 11 October 1935
Vijfde Blad
No. 23174
Toepassen van sancties schept een nieuwe situatie.
VRAGENRUBRIEK.
/CHEEP/
O
In „Economlsch-Statistlsche Berichten"
schrijft de heer H. Ch, G. J. van der
Mandere over bovenstaand onderwerp:
De doorvaart door het kanaal van Suez
Is internationaal geregeld door het Ver
drag dat, na langdurige voorbereiding,
op 29 October 1888 te Constantlnopel
werd gesloten tusschen Duitschland,
Frankrijk, Groot-Brlttannlë, Italië, Ne
derland, Oostenrljk-Hongarlje, Rusland,
Spanje en Turkije, Het heeft betrekking
op de doorvaart zoowel ln oorlogs- als ln
vredestijd, zoowel voor handels- als voor
oorlogsschepen. Artikel 1 stelt het begin
sel van de vrije doorvaart ruim door te
verklaren, dat het kanaal „ten allen tijde
vrij en open zal zijn, zoowel in tijd van
oorlog als ln tijd van vrede, voor elk
handels- of oorlogsschip, zonder onder
scheid van vlag". De verdrag-sluitende
partijen komen krachtens ditzelfde arti
kel overeen, dat zij in tijden van oorlog
zoowel als ln tijden van vrede op geener
lei wijze Inbreuk op het vrije gebruik van
het kanaal zullen maken, en daarop nim
mer het recht van blokkade zullen toe
passen.
De geschiedenis bevestigt de practische
beteekenls dezer bepaling.
Zelfs ln den grooten oorlog Is for
meel althans de figuur van de vrije
doorvaart bewaard gebleven; dat slechts
oorlogsschepen der Geallieerden van deze
doorvaart gebruik konden maken, was ge
volg van het feit, dat de Geallieerden de
zeeën beheerschten en zoodoende oorlogs
schepen van de tegenpartij het kanaal
niet konden bereiken, dus ook geen door
vaart van noode hadden. Dultsche koop
vaardijschepen, ln het kanaal gevlucht bij
het uitbreken van den oorlog, werden daar
niet lastig gevallen; wel echter werd hun,
nadat Engeland het protectoraat over
Egypte had afgekondigd, te verstaan ge
geven, dat wel de vrije doorvaart door het
kanaal is veroorloofd, doch dat dit geen
blijvende schuilplaats kan bieden; zij
werden dientengevolge gedwongen het
kanaal te verlaten en, met Inachtneming
van de drie zeemijlen grens bij de beide
uitgangen, door geallieerde oorlogssche
pen buitgemaakt en opgebracht. Of in-
tusschen niet hetzij in de kanaalzone,
hetzij binnen deze drie zeemijlen grens
gedurende den oorlog door Engeland han
delingen zijn verricht, op zichzelf reeds
ln strijd met het volkenrecht, doch die
zeker niet binnen deze zóne hadden mo
gen geschieden, ls een andere vraag, die
voor de vrije doorvaart weinig beteekenls
heeft.
Bij de olr.derhandellngen, die voerden
tot het Verdrag van Constantlnopel, was
Turkije aanwezig als zijnde de formeele
suzerein van Egypte, dat ter conferentie
slechts een raadgevende stem had. In
1882 had Engeland, als gevolg van den
uitgebroken opstand, Alexandrië gebom
bardeerd en Egypte bezet, en juist ln
verband met den feitelijken toestand,
daardoor langs de oevers van het kanaal
ontstaan, waren de besprekingen te Con
stantlnopel uitgelokt. Ter voorafgaande
conferentie te Parijs in 1885, die resul
taatloos uiteenging, trachtte Engeland te
voorkomen, dat een internationale over
eenkomst zou leiden tot zoodanige neu
traliseering van het kanaal, dat daar
mede de vrije beweging zijner bezettings
troepen aan banden werd gelegd; ten op
zichte van de overeenkomst van Constan
tlnopel maakte Engeland een voorbehoud,
dat weliswaar niet het beginsel der vrije
doorvaart aantastte, doch de practische
toepassing ervan van Engeland's Inzicht
afhankelijk stelde.
Al voorzag de overeenkomst dan ook in
een jaarlijks samenkomen van de diplo
matieke agenten der onderteekenaars te
Cairo, onder voorzitterschap van den
deken, teneinde op gezette tijden over de
belangen van het kanaal van gedachten
te wisselen, en schreef zij zoodanige bij
eenkomst voor, ingeval zich omstandig
heden zouden voordoen, waarin Turkije
resp. Egypte niet in staat zou blijken de
vereischte maatregelen ter handhaving
van de vrije doorvaart te nemen, deze
hebben nimmer plaats gehad. Doordat ln
1914, onmiddellijk nadat Turkije zich aan
de zijde van Duitschland en Oostenrljk-
Hongarije schaarde, Engeland het pro
tectoraat over Egypte, dat het feitelijk
reeds sedert 1882 bezat, ook formeel af
kondigde, trad het, wat de verplichtingen
van Egypte of Turkije krachtens de over
eenkomst van Constantinopel betreft, in
de plaats van deze. Dit is voor den thans
bestaanden toestand van temeer belang,
omdat krachtens de Vredesverdragen van
1919 dit protectoraat zoowel door de ge
allieerde als door de centrale onderteeke
naars ls erkend, als gevolg waarvan thans
slechts Amerika en Rusland geacht zou
den kunnen worden de feitelijke positie
van Engeland niet te hebben erkend. Wel
iswaar is, krachtens overeenkomst met
Egypte, dit protectoraat in 1922 opgehe
ven, doch de opheffing is afhankelijk ge
steld van een aantal voorwaarden waar
onder die, dat Engeland toezicht blijft
uitoefenen op den zeeweg naar Indië, c.q.
het Suezkanaal, de eerste en voornaamste
vormde. Aangezien tot dusver Egypte deze
voorwaarden niet heeft aanvaard, is, af
gescheiden nog van het feit, dat de rege
ling er eene is, die Groot-Brittannië en
Egypte onderling betreft, de toestand, wat
net Suezkanaal aangaat, onveranderd ge
bleven, in verband waarmede Henderson
als Minister van Buitenlandsche Zaken in
tot tweede kabinet MacDonald in 1929
verklaarde, dat voor wijziging van de Suez
kanaal-overeenkomst geen reden bestond.
Deze positie van Engeland is bij de be-
Jhtwoordlng van de vraag of de mogelijk
heid bestaat, dat het Suezkanaal, natuur
lik uitsluitend voor Italiaansche oorlogs-
cn transportschepen, en eventueel ook
voor Italiaansche handelsschepen zal wor-
aen gesloten, van belang, omdat het Ver
lag van Constantinopel op Turkije, resp.
sfo j rechten en verplichtingen legt,
an op EnSeland zyn overgegaan. Het
verdrag erkent uitdrukkelijk het recht
van Egypte, c.q. Engeland om maatregelen
te nemen, teneinde het kanaal te bescher
men tegen eventueele aanvallen, doch
zelfs ln aat geval mag de vrije doorvaart
niet langer worden gestremd dan ln
verband met deze afweermaatregelen
noodzakelijk is. Oorlogsdaden mogen van
zelfsprekend in het kanaal niet worden
verricht; oorlogsschepen mogen in tijden
van oorlog er slechts doorvaren en zijn
aan de stricte toepassing van den 24-uren
regel onderworpen; troepen mogen alleen
in geval van uiterste noodzaak tijdelijk
worden ontscheept of Ingescheept, en dan
nog alleen in afdeellngen, die niet meer
dan 1000 man omvatten.
Tijdens den grooten oorlog stond het
kanaal van Suez bloot aan aanvallen, die
door Duitsche en Turksche troepen daar
op werden gericht; teneinde deze aanval
len te keeren, traden Engelsche troepen
op en werden versterkingen aangelegd,
maar zelfs in deze dagen ls de scheep
vaart van de weinige neutrale Mogendhe
den, die nog waren overgebleven, niet
volledig stopgezet.
Gedurende de voorafgaande maanden
heeft Engeland aan de Italiaansche oor-
iogs- en transportschepen, die het Suez
kanaal behoefden om zich naar Oost-
Afrlka te begeven, geen enkele moeilijk
heid ln den weg gelegd; Integendeel de
hooge rechten geheven, die ook aan de
Engelsche schatkist ten goede komen,
wijl Engeland, korten tijd na de totstand
koming van het kanaal, den ln geldellj-
ken nood verkeerenden Egyptlschen On
derkoning zijn ruim 176.000 aandeelen af
kocht, tengevolge waarvan het niet alleen
de grootste aandeelhouder ls geworden,
doch de belangrijkste stemgerechtigde,
wijl de overige aandeelen ln veel kleiner
partijen zijn verdeeld.
Kan nu Engeland, ondanks de bepalin
gen van Constantlnopel, tot sluiting van
het kanaal voor de schepen van een be
paald land, overgaan? In z.g. normale
omstandigheden, in geval bijv. van oorlog
tusschen Engeland en Italië, zou dit niet
kunnen, en mag op grond van de prece
denten zelfs aangenomen worden, dat het
niet zou geschieden. Maar de mogelijk
heden, waarvoor wij thans staan, zijn
niet In allen deele gewoon; de sancties
tegen den overtreder van de voorschrif
ten van het Grondverdrag van den Vol
kenbond, gelijk art. 16 van dit verdrag ze
kent, staan voor een eerste toepassing. In
dien de Raad of Assemblée daartoe over
gaat, voorlooplg slechts op economisch
gebied, dan schept de toelichting, die de
tweede Assemblée in 1921 op de uitvoering
van art. 16 heeft aangenomen, de moge
lijkheid, dat wordt aanbevolen, dat de
uitvoering van bijzondere maatregelen
door bepaalde Staten zal geschieden, ge
lijk ook bepaalde Staten met het oog op
de moeilijke omstandigheden, waarin zij
verkeeren, van een grooter of kleiner deel
van toepassing der algemeene maatrege
len kunnen worden ontheven.
Daartegen zou aan te voeren zijn, dat
de sluiting van het Suezkanaal niet als
een economische, veeleer als een militaire
sanctie is aan te zien. Nog afgescheiden
van de vraag of niet de betreffende be
paling van toepassing is, in elk geval kan
zijn op militaire sancties, indien Raad of
Assemblée het noodlg acht daartoe een
aanbeveling aan de leden van den Bond
te doen, mag worden opgemerkt, dat het
economisch karakter van zoodanigen
maatregel niet geheel uitgesloten lijkt.
Immers, als dwangmaatregel van econo-
mischen aard wordt vrijwel algemeen er
kend het afsnijden van den toevoer van
oorlogsbehoeften aan het land, dat in
overtreding is, in dit geval Italië. Indien
nu het verhinderen van dezen toevoer aan
het oorlogvoerend land zelf een economi
sche maatregel Wordt geacht, waarom zou
dan niet op economisch terrein liggen het
verhinderen van dien toevoer naar de
koloniën, die het oorlogsterrein vormen,
en het verhinderen van het levend oor
logsmateriaal, ln casu nieuwe troepen, die
moeten dienen om de reeds aanwezige te
veu,terken of te vervangen?
Uiteraard zou er voor gewaakt moeten
worden, dat niet het verhinderen van den
toevoer van levensmiddelen of het even
tueel afsluiten van den terugweg voor
schepen met zieken en gewonden, aan
zoodanige maatregelen een onnoodig hard
en daardoor ook meer sprekend militair
karakter zou geven, doch dit voorop ge
steld, is te vragen of niet op goede gron
den de stelling zou kunnen worden ver
dedigd, dat de sluiting van het Suezka
naal, niet slechts voor handels-, doch ook
en in het bijzonder voor oorlogs- en trans
portschepen, een economische sanctie om
vat. In hoeverre Italië een zoodanige op
vatting als de juist zou erkennen, Is na
tuurlijk een andere vraag.
Het Grondverdrag van den Volkenbond
bevat ln art. 20 een bepaling, die den
leden verbiedt om overeenkomsten of af-
apraken aan te gaan, die in strijd zijn
met de beginselen van het Pact, en die
hen verplicht, hebben zij zoodanige voor
de totstandkoming van den Volkenbond
gesloten, deze te verbreken. Dat alleen op
grond van dit artikel Engeland zou zijn
ontheven van de verplichtingen, die het
krachtens de overeenkomst van 1888 heeft
aanvaard, lijkt niet juist. De bedoeling
van art. 20 is een meer principieele; het
heeft betrekking op verdragen van poli-
tleken aard, die met het stelsel van inter
nationale samenwerking en collectieve
veiligheid, gelijk de Volkenbond het ver
staat, ln strijd zijn.
Bovendien, men dient niet te vergeten,
dat de Vredesverdragen, van welke het
Grondverdrag van den Volkenbond het
eerste hoofdstuk uitmaakt, alle het arti
kel bevatten, krachtens welke een reeks
internationale overeenkomsten, en daar
onder het Verdrag van Constantinopel,
tegenover Duitschland en zijn bondgenoo-
ten opnieuw in werking worden gesteld,
zoodat reeds hieruit de gevolgtrekking
zou zijn te maken, dat de Vredesverdra
gen zelf de bepalingen van 1888 niet met
de verplichtingen, krachtens het Grond
verdrag van den Volkenbond aangegaan,
in strijd achten. En juist wanneer men
bedenkt, dat het artikel der Vredesver
dragen, volgende op het bovenbedoelde,
de internationale Post- en Telegraafover-
eenkomst herstelt, gevoelt men, dat deze
redeneering niet kan opgaan, want zou
men haar analogisch toepassen, dan zou
den dus ook de verplichtingen, die de on
derteekenaars dezer verdragen jegens el
kander op zich hebben genomen, niet mo
gen worden aangetast, terwijl toch onge
twijfeld onder de economische sancties
zal, eventueel kan vallen, een stopzetting
van het normale verkeer langs postalen
en telegrafischen weg met een Staat, op
wien het wordt noodig geacht dwang
maatregelen toe te passen.
De grondslag, waarop aangenomen kan,
maar tegelijk moet worden, dat verplich
tingen, gelijk deze wat de vrije doorvaart
van het kanaal van Suez betreft, op En
geland zijn gelegd, ophouden te bestaan,
Is daarin gelegen, dat het stelsel van den
Volkenbond, en als uitwerking daarvan de
toepassing van sancties, een geheel nieu
wen toestand heeft geschapen. Deze
brengt mede, dat economische betrekkin
gen met den Staat, die overtreder ls, op
houden; dat bijv. handelsverdragen wor
den terzijde gesteld, hoewel deze toch op
zichzelf zeker niet ln strijd met de be
ginselen van het Pact kunnen worden ge
rekend. Een rol van ondergeschikte betee
kenls kan daarbij gespeeld worden door
de overweging, dat de onderteekenaren
van het Suezkanaal-verdrag op ditoogen
blik, met uitzondering van Nederland,
allen in den Raad van den Volkenbond
zitting hebben. Weliswaar oefent Duitsch
land het recht van zijn Raadslidmaat
schap niet uit; bestaat Oostenrijk-Honga-
rije niet meer in den vorm van 1888, doch
misschien Nederland zou, zijnde mede-
onderteekenaar van Constantlnopel, tegen
een besluit van den Raad, dat, met ter
zijdestelling van de bepalingen van 1888,
Engeland een opdracht in dien zin zou
verleenen, bezwaar kunnen aanteekenen.
Maar of zoodanig bezwaar meer dan ge
deeltelijke kracht zou hebben, aangezien
de rechten op vrije doorvaart van Neder
land door een dergelijk besluit niet wor
den verkort, althans niet rechtstreeks, is
weer iets anders.
Op grond van de Vredesverdragen lijkt
de formeele positie, die Engeland in Egyp
te en dus langs de beide oevers van het
Suezkanaal Inneemt, niet wel tegen te
spreken; de door Engeland reeds gevoerde
besprekingen met de Egyptische Regee
ring vullen deze formeele positie aan. Ge
steld, de Raad acht sancties noodig;
neemt vroeger of later de afsluiting van
het Suezkanaal voor Italiaansche ooriogs-
en handelsschepen in deze dwangmaat
regelen op en verzoekt Engeland hetnoo-
dige te doen ter uitvoering, dan is niet
wel in te zien op welken formeelen grond
daartegen verzet zou kunnen worden aan-
geteekend.
En gesteld, dat zoodanig verzet zou ge
schieden, ln het bijzonder door Italië, dan
mag aangenomen wqjden, dat het weinig
zal baten. Het machtig wapen van de
sluiting van het Suezkanaal berust, men
kan het moeilijk tegenspreken, geheel in
Engeland's handen. Het kanaal van Suez
is over het grootste gedeelte uitermate
smal, slechts bevaarbaar door schepen van
een richting, en bevat uitwijkplaatsen, die
door de schepen worden benut om elkan
der voorbij te varen. Zoodanig kanaal is
een uitermate delicaat instrument, dat
maar al te gemakkelijk onbruikbaar kan
worden gemaakt.
Men heeft zelfs reeds het vermoeden
geuit, dat Engeland, gesteld het wilde niet
formeel, doch wel feitelijk het kanaal
sluiten, daartoe maar al te gemakkelijk in
staat zou zijn, doordat een enkele „on
voorzichtigheid", in een der smalle ge
deelten van het kanaal begaan, de door
vaart voor gerulmen tijd zal kunnen stop
zetten. Het nadeel intusschen, dat in zoo
danige „oplossing" van het vraagstuk zou
zijn gelegen, is dit, dat daardoor aan de
geheele scheepvaart, dus ook aan die van
Engeland zelf een onoverkomelijke hin
derpaal zou zijn in den weg gelegd.
Een andere vraag is deze of niet, wan
neer Engeland formeel het kanaal voor
Italiaansche schepen sluit, de vreedzame
koopvaardijvaarders vanzelf gedwongen
zullen worden om, althans in afwachting
van de dingen die komen zullen, het ka
naal te mijden. Zekerheid, dat het in de
omgeving van de monding van het Suez
kanaal in de Middellandsche Zee rustig
zal blijven, is dan moeilijk te geven, en
op dien grond zou wellicht voor eenigen
tijd de route van verschillende koopvaar
dijschepen worden verlegd. Waarbij in
tusschen te bedenken valt, dat Italië, zelfs
al zou het een eventueele doorvaart met
kracht van wapenen willen forceeren, een
pogen onderneemt, dat niet tot een resul
taat kan leiden. Ongetwijfeld zou het voor
Italië, al dadelijk door de toepassing van
het luchtwapen, mogelijk zijn voor korter
of langer tijd het kanaal onbevaarbaar
te maken, maar het afdwingen van de
doorvaart zou alleen dan kunnen geschie
den, indien Italië zich van Egypte mees
ter maakte en de beide oevers van het
kanaal, doch tegelijk Port Said en Suez
bezette.
En wanneer men bedenkt, welke mari
tieme macht door Engeland te Alexan
drië. dus in de onmiddellijke omgeving
is bijeengebracht, is dit tevoren uitge
sloten.
Wellicht zou de sluiting van het Suez
kanaal het meest afdoende en het minst
kostbare middel zijn om aan het Abes-
sijnsche conflict een definitief einde te
maken. Maar juist, omdat het middel zoo
afdoende is, omdat het de Italiaansche
verbindingslijn doorknipt, moet deze
dwangmaatregel, ook al wil men het eco
nomisch karakter ervan verdedigen, ge
rangschikt worden onder die, tot welke
vermoedelijk de Volkenbond, gesteld de
sancties worden stelselmatig aangevat en
doorgezet, slechts zal komen na uitput
ting van alle andere mogelijkheden.
A. Z. V„ te L. U dient zich te wenden
tot het „Bureau voor den Industrieelen
Eigendom", Willem Witsenplein 6, Den
Haag. Wat de kosten van een patent zijn
kan niet bij voorbaat worden vastgesteld
In leder geval zal men U daar alle ge-
wenschte inlichtingen kunnen verschaffen.
RECLAME-
1881
aammi
Wij brengen een pracht sortering
MANTELS EN JAPONNEN
met de voor dit seizoen hoogst
moderne lluweel garnering.
DAMES MANTEL,
zuiver wollen velours
long, geheel op zijden
stepvoering, In div. mo
derne tinten m. fluwe
len kraag In passende
Meuren combinaties
DAMES JAPON.
prima wollen bouclé
long met doorgestikte
kraag en ceintuur,
smaakvol model in
aparte kleuren
Dit seizoen zal „de Vos" een
grote rol spelen bij 't comple
teren van Uw toilet. Wij bren
gen een uitgelezen collectie
tegen zeer matige prijzen.
LEIDEN
MIJ. OCEAAN.
EURYMEDON, Liverpool naar Java, pass.
9 Oct. Gibraltar.
HELENUS, Java n. Amst., pass. 9 Oct.
Prawlepoint.
MYRMIDON. Amst. n. Java, 9 Oct. v. Suez.
EURYBATES, Java n. A dam, pass. 9 Oct.
Gibraltar.
KON. NED. STOOMB. MIJ.
BENNEKOM, uitr., 8 Oct. te Cristobal.
VENEZUELA, uitr., was 8 Oct. 8 u. 25 n.m.
650 mijlen Z.W. van Lands End.
SIMON BOLIVAR, thuisr., 9 Oct. van St.
Michaels.
AGAMEMNON, 9 Oct. van Pireaus naar
Candia.
JUNO. 9 Oct. van Piraeus te Salonica.
ULYSSES, 9 Oct. nam. 7 uur van Hamb.
naar Amsterdam.
ACHILLES, Middl. Zee n. A'dam, pass. 10
Oct. Gibraltar.
HEBE, 9 Oct. van Kopenhagen te Gdynia.
HERMES. 10 Oct. v. Instanboul te Bourgas.
VULCANUS, 10 Oct. ,v Oran te Barcelona.
SILVER—JAVA—PACIFIC LIJN.
BENGALEN. 8 Oct. van Calcutta naar
Pacific Kust.
JAVA—CHINA—JAPAN LIJN.
TJISAROEA, arr. 8 Oct. te Hongkong.
JAVA—NEW-YORK LIJN.
TANIMBAR, 7 Oct. van New-York te Ba-
SIMALOER, Java n. New-York, 9 Oct. te
Belawan.
KOTA TJANDI, 8 pet. van New-York te
Philadelphia.
KON. PAKETV. MIJ.
NIEUW ZEELAND, 9 Oct. van Singapore
naar Batavia.
MIJ. NEDERLAND.
POELAU BRAS, uitr., 9 Oct. van Belawan.
TABINTA, thuisr., 10 Oct. te Genua.
MARNIX VAN ST. ALDEGONDE, thuisreis
10 Oct. van Algiers.
HOLLAND—AMERIKA LIJN.
BOSCHDIJK, thuisr,, was 8 Oct. 12 uur
's middags 200 mijlen W. van Bishops.
ROTTERDAM, arr. 9 Oct. te Kingston J.)
survey heeft plaats gehad.
HOLLAND—AFRIKA LIJN.
HEEMSKERK, thuisr,, 9 Oct, 12 u. 's mid
dags t eGenua; vertrekt 11 Oct. 12 uur
's middags naar Marseille.
BOSCHFONTEIN, 9 Oct. nam. 2 u. van
Tenerlffe n. Southampton.
JAGERSFONTEIN, 10 Oct. van Durban n.
Lorenzo Marques.
BLOEMFONTEIN, 9 Oct. nam. 5 uur van
Southampton n. Marseille.
TAYARI, 9 Oct. nam. 3 uur van Teneriffe
n. Kaapstad; na voorloopige reparatie.
RANDFONTEIN, 10 Oct. voorm. 9 uur van
R'dam via Antwerpen n. Z.-Afrika.
HOLLAND—AUSTRALIË LIJN.
ALMKERK, thuisr., 9 Oct. van Kaapstad.
HOLLAND—O. AZIE LIJN.
GAASTERKERK, uitr., 10 Oct. van Suez.
MEERKERK, 8 Oct. van Hamburg naar
Rotterdam.
HOLLAND—WEST-AFRIKA LIJN.
REGGESTROOM, 9 Oct. van Dakar naar
Conakry.
MAASKERK, 9 Oct. van Dakar naar Laa
Palmas.
ROTTERDAM-Z. AMERIKA LIJN.
ALWAKI, thuisr., 9 Oct. van Victoria.
ROTTERD. LLOYD.
KOTA RADJA, thuisr., pass. 9 Oct. Sagres.
BLITAR, 9 Oct. van R'dam n. Hamburg.
PALEMBANG, 10 Oct. nun. 2 uur 5 van
R'dam via de Kaap naar Macassar.
TAPANOELI, thuisreis, pass. 9 Oct. n.m. 5
uur Point de Galle.
HALCYON LIJN.
ROZENBURG, 10 Oct. van Melilla te Vlaar-
dingen.
STAD ZAANDAM, 9 Oct. van Makri te
Vlaardingeri.
FLENSBURG, 9 Oct. van Vlaardingen tej
Lulea.
STAD ZALTBOMMEL, 9 Oct. van Sas van
Gent te Antwerpen.
DIVERSE STOOMVAARTBERICHTEN.
LEERSUM, Zaandam n. Archangel, pass.
9 Oct. Honnigsvaag.
WINTERSWIJK, Archangel n. Terneuzen,
pass. 10 Oct. Udsire.
TARA, 9 Oct. van B. Aires n. Rosario.
SCHIELAND, 10 Oct. v. de Tyne te Stock
holm.
NIEUWLAND, 9 Oct. van Grangemouth n.
R'dam.
BATAVIER VII, 9 Oct. van Boston (L.1 n.
Rotterdam.
DORDRECHT, naar New-York, was 9 Oct.
12 u. 35 nam. 120 mijlen Z.Z.O. van Va-
lentia.
BENAKAT, Batoum naar Calcutta, 9 Oct.
te Port Skid.
BEYERLAND, 10 Oct. van de. Tyne naar
Rotterdam.
KERKPLEIN, B. Aires n. A'dam, pass. 10
Oct. Finisterre.
WESTLAND, 10 Oct, van R'dam te Leith.
IJSSEL, 9 Oct, van R'dam te Abö.
THEANO, 9 Oct. van Belfast via Fowey n.
Amsterdam.
JONOE ANTHONY, 7 Oct. van Valencia n.
Londen.
ROTTERDAM, tank, naar Hamburg, pass.
8 Qct. Bevegler.