LEIDSCH DAC.BLAD - Derde Blad
Woensdag 18 September 1935
BINNENLAND.
Prof. Aalberse eischt spoedige behandeling
van het bezuinigingsontwerp
Geen adres van antwoord
op de Troonrede
r.
PRINSJESDAG
IN DE RESIDENTIE.
DE GOEDE STEMMING LEED WEINIG
DOOR HET SLECHTE WEER.
Da rijtoer naar den Ruygenhoek.
(Van onzen relsredacteur).
Een Prinsjesdag met veel regen is het
gisteren geweest, maar desniettemin: géén
ver-regende Prinsjesdag. De storm en de
regen mogen den de Iranje van den bal
dakijn voor den ingang van de Ridderzaal
aan flarden hebben getrokken, op het
enthousiasme van de Hagenaars en de
vele naar de residentie gekomen vreemde
lingen heeft het slechte weer geen vat
gehad. Weinigen zullen zich erdoor heb
ben laten weerhouden, naar Den Haag te
gaan om het telkens weer indrukwekken
de schouwspel te zien van de Vorstin, die
In onze parlementaire monarchie de con-
lütutlonneele daad verricht, die zoozeer
volk en vorstenhuis tezamen bindt.
venijnig plensde de regen, vooral in de
morgenuren, bij buien op het plaveisel
neer, waardoor telkens de drukte ln de
stad een vlucht naar nabijzljnde schuil
plaatsen liet zien. De drukte was in den
aanvang het grootst bij de stations waar
de gewone breinen al bijkans uitpuilend
van passagiers ln alle klassen arriveer
den, waarbij dan nog in totaal niet minder
dan 38 extra treinen kwamen uit alle
deelen van het land. Veel vereenlglngen
waren erbij, met trommels en vlaggen,
welke laatste aan de stad een fleurig aan
zien gaven, doch ook aan de dragers ln
den straffen wind een flinke last bezorg
den. Men noemt zoo'n intocht „met vlie
gende vaandels en slaande trom", maar
nu vlogen we wat al te hard en als dan
daarbij nog een hoed afwoei, terwijl belde
handen de vlag moesten ln bedwang hou
den, dan werd het voor de dragers een
netelige positie. De oneerbiedige wind heeft
dezen plechtigen morgen van den derden
Dinsdag ln September heel wat op zijn
profane geweten!
Maar de goede stemming heeft er ook
nu niet onder geleden Zoo was het even
eens op het Binnenhol, waar al vroeg
velen naar toe togen, om een goed plaatsje
te krijgen. In de ingeslotenheld van dit
plein maakte de storm rare dwarrelingen,
die soms een hoed als een deskundig be
stuurd zweefvliegtuig de lucht ln deden
gaan. Het hlijkt dat er telkenjare meer
vaderlanders van deze gelegenheid gebruik
maken, om door hun aanwezigheid hier
hulde te brengen aan ons Vorstenhuis.
Langs de route van den stoet en op het
Binnenhof hadden zich Oranjevereenlgln-
gen uit allerlei plaatsen opgesteld en zoo
wel het oranje-blanje-bleu als het enkele
oranje kleurde de wegen met een warmen
gloed. Daar konden wind en regen geen
verandering ln brengen.
Tusschen de buien door overgoot soms
de zon Ineens het geheel met haar gouden
stralen. Op den weg van het palels aan
het Nooraeinde naar het Binnenhof werd
de vorstelijke stoet met de prachtige gala-
rijtuigen en de stralende gouden koets
plotseling in het fonkelende licht gezet,
maar meestentijds was de lucht bewolkt en
toen de Koningin en de Prinses voor de
Ridderzaal uitstegen, was het amper droog.
Zooiets was in geen tijden gebeurd: men
moest tot IS Jaar terug gaan, om een der
gelijke weersgesteldheid bij de opening
van de Staten-Generaal aan te treffen. En
toen de leden der hofhouding na afloop
van de openingszitting de Ridderzaal ver
lieten, gutste de regen bij stroomen neer.
De vorstelijke personen lieten even op zich
wachten, maar ook toen Zij naar bulten
kwamen regende het nog Onze flinke
mariniers tartten den storm en stonden
daar met gepresenteerd geweer langs den
kant geschaard als een rij standbeelden.
Het vaandel neeg en het publiek juichte
en woof en zwaaide met vlaggen
Zoo is het den heelen weg langs gegaan.
Eén triomftocht van een geliefd men-
schenpaar, aanbeden door het volk, dat
ln belden de hoeksteen ziet van ons volks
bestaan. De muziek van de mariniers
speelde op het Binnenhof het door allen
meegezongen Wilhelmus, bij het paleis was
het weer de Kon. Militaire Kapel, die ons
volkslied deed hooren. dat ook hier door
de wachtende menigte mede werd aange
heven. Aan het gejuich kwam schier geen
einde, doch het enthousiasme nam groot-
sche vormen aan, toen de belde Vorstinnen
zich na het binnentreden van het paleis
nog aan een der vensters vertoonden en
zichtbaar ontroerd bogen en dankten voor
zooveel hulde.
Dit was allemaal nog niet genoeg. In den
namiddag zijn Moeder en Dochter met ge
volg per rijtuig naar den Rulgenhoek ge
reden, door een dichte haag van men-
schen, die overal maar juichten en woven.
Toen scheen ook de zon veel guller en in
het open rijtuig kreeg ieder gelegenheid
de belde Vorstinnen van dichtbij te zien.
Reeds lang na het vertrek bleef het druk
hij het paleis.
Op den duur echter verspreidde de
drukte zich door de geheele stad. Daar
"aren ook weer de muzikanten en potsen
makers, die de gezelligheid verhoogden en
'n beroep deden op de milddadigheid van
«en feestelijk gestemd publiek. Ook Sche-
veningen kreeg haar deel van de drukte,
want velen zijn het imposante schouwspel
laan zien van de door den storm hoog op
gejaagde zee, die in geweldige golven op
het strand en de pier beukte. Het gaan was
er haast niet mogelijk, doch desondanks
hebben velen van dit prachtige tafreel,
waarbij de mensch zich zoo nietig voelt,
lenoten.
In het begin van den avond kwam een
onweer opzetten, dat weer met zware
regens gepaard ging. doch men liet er zich
niet door ontmoedigen. Vele menschen
van bulten gingen ln den middag en den
«vond weer huiswaarts ln overvolle trei
nen, doch voor de achterblijver' 'eef nog
"es avonds de fraaie vertooning van de
'aptoe op het Plein 1813 en pen fakkelop
tocht. georganiseerd door enkele jongeren
organisaties, als een hulde aan Koningin
J) Prinses aan het slot waarvan minister
wlljn het woord gevoerd heeft.
GEMENGDE HUWELIJKEN EN DE
DUITSCHE JODENWETTEN.
Vragen van het Tweede Kamerlid Boon.
De heer Boon heeft aan de ministers van
Bultenlandsche Zaken en van Justitie de
volgende vragen gesteld:
1. Is het Juist, dat de ambtenaar van
den Burgerlijken Stand te Amsterdam
aan een Dultscher en een Nederlandsche,
waarvan de eene van z.g. niet-arlsche af
stamming Is, op grond van de jl. Zondag
in NUrnberg aangenomen en Maandag ln
werking getreden Jodenwetten heeft aan
gezegd. dat hun voorgenomen huwelijk
niet voltrokken kan worden, wanneer
geen bewijs wordt overgelegd, dat de Dult-
sche autoriteiten daar geen bezwaar tegen
hebben, welk bewijs in soortgelijke ge
vallen reeds sinds gerulmen tijd door de
Duitsche autoriteiten categorisch wordt
geweigerd? (Wij merken hierbij op, dat
bedoeld huwelijk heden wel zal worden
voltrokken - Red. „L. D.").
2. Heeft de Regeering kennis genomen
van het lelt, dat de ambtenaar van den
Burgerlijken Stand te Rotterdam in 1933
weigerde een soortgelijk huwelijk te vol
trekken op grond, dat de bevoegde auto
riteit, in dat geval de „Rat der Stadt Leip
zig", weigerde een z.g. „Ehefahigkeits-
zeugnls" af te geven, doch dat de recht
bank te Rotterdam bij. vonnis van 18 De
cember 1933 heeft beschikt, dat de amb
tenaar verplicht was bedoeld huwelijk te
voltrekken, daar de Duitsche autoriteit de
afgifte niet weigerde op grond eener
wettelijke bepaling, waarop dit huwelijks-
beletsel zou steunen, doch slechts op
grond, dat „die gesetzllche Regelung ln
diesem Sinne erwartet wlrd", met welke
moderne rechtsidee de Nederlandsche
rechter natuurlijk geen rekening wenschte
te houden, uit welke motiveering intus-
schen voortspruit, dat sinds Maandag een
wettelijke bepaling in de Duitsche wet
het sluiten van een dergelijk huwelijk wél
ln den weg staat, zoodat de rechterlijke
colleges verplicht zullen zijn voortaan de
ongenoegzaamheid der stukken, bedoeld
in art. 129 B. W. uit te spreken?
3. Is de Regeering niet van oordeel, dat
een dergelijke discriminatie van bepaalde
groepen onzer bevolking om een huwelijk
aan te gaan op grond van het weten
schappelijk volkomen ongefundeerde be
grip van al- of niet „Ariër"-schap in
flagranten strijd ls met onze Nederland
sche tradities en begrippen?
4. Is de Regeering niet van oordeel, dat
onverwijld het verdrag van 12 Juni 1902.
goedgekeurd bij de Wet van 24 Juli 1903
(Stb. no 231), waarvan de plaatsing in
het Staatsblad is bevolen bi) K B. van 15
Juni 1904 (Stb. nr. 121) behoort te worden
opgezegd?
5 .Is de Regeering bereid waar een
opzegging ten minste 6 maanden vóór het
einde van den loopenden termijn van 5
jaar moet geschieden en dus voorlooplg
geen practlsch effect kan sorteeren
Inmiddels maatregelen te treffen, waar
door ook in de naaste toekomst dergelijke
huwelijken ln Nederland gesloten kunnen
worden, b.v. door met spoed een wets
voorstel te doen tot aanvulling der Wet
van 7 Juli 1906 (Stb. no 1021 door ge
bruikmaking van do vrijheid ln art. 3 van
het Verdrag aan de onderteekenende par
tijen gelaten om bli de wet. geldende ter
plaatse der huwelljksvojtrekking, niet
tegenstaande de verbodsbepalingen der ln
art 1 aangewezen wet. het huwelijk van
vreemdelingen toe te staan, indien die
verbodsbepalingen uitsluitend gegrond
zijn op godsdienstige overwegingen, waar
bij dan de Duitsche verbodsbepaling als
een beweegreden van godsdienstigen aard
zou moeten worden beschouwd
HET TILBURGSCHE TEXTIELCONFLICT.
Het antwoord van de stakers is afwijzend.
In een viertal vergaderingen der stakers
ls besloten het volgende antwoord te zen
den aan den heer P W. de Jong van den
Heuvel, die een bemiddelingsvoorstel had
gedaan:
De stakers en het stakingscomité deelen
ln antwoord op uw schrijven mede. dat zij
afwijzend op uw voorstel moeten beschik
ken. Daar zit uw bemiddeling echter zeer
waardeeren willen zij u het volgende
tegenvoorstel lormuleeren:
le: de arbeid wordt onverwijld hervat
op de voorwaarden van de oude loonrege
ling met een garantietermijn van 3 maan
den te rekenen van den dag der werk
hervatting,
2e: de arbeidersorganisaties houden
zoodra de arbeid Is hervat, vergaderingen
met haar leden zoowel de werkenden als
degenen die werkloos zijn
3e' de fabrikanten verplichten zich tot
uitbetaling van de 40 oct. van het loon
over de dagen op welke alsnog werk ls
verricht en tot uitbetaling van de vacan-
tiedagen Tevens moeten wli er van ver
zekerd zijn. dat geen rancunemaatregelen
zullen worden genomen tegenover de
stakers.
-o
DE VERGOEDINGEN AAN DE
BACQNF ABRIKANTEN.
De minister mist de bevoegdheid om
terugstorting van eenige bedragen
te eisohen.
Door het Kamerlid Van der Sluis was
aan den minister van Landbouw en Vis-
scherlj de volgende vraag gesteld:
„Is de Minister bereid om te bevorderen,
nu gebleken is uit het rapport-Beumer en
uit het Verslag van de Rekenkamer, dat
de baconfabrikanten enkele millioenen
méér hebben ontvangen voor hun diensten
dan noodlg en redelijk was ln een tijd
waarin de geheele Nederlandsche boeren
stand verarmde, dat een aanzienlijk deel
van die millioenen teruggestort wordt?"
Minister Deckers heeft hierop het vol
gende geantwoord:
„Daar de vergoedingen, welke uit hoof
de van 't z.g.n. baconcontraet aan de fa
brikanten werden uitgekeerd, steunden op
een tusschen de Nederlandsche Varkens
centrale en de fabrikanten gesloten civiel
rechtelijke overeenkomst, mist de onder-
geteekende de bevoegdheid op eenlgcrlei
wijze terugstorting te eischen van bedra
den. welke de bedoelde fabrikanten meer
dan noodlg en redelijk was uit hoofde
van dit contract zouden hebben ontvan
gen".
ONZE HANDELSBETREKKINGEN
MET DE SOVJET-UNIE.
Het standpunt van onze regeering.
Eenlgen tijd geleden waren door het
Kamerlid De Visser ln enkele vragen, ge
richt tot den minister van Bultenlandsche
Zaken, maatregelen van regeerlngswege
verzocht tot verlevendiging van de han
delsbetrekkingen van Nederland met de
Unie der Socialistische Sovjet.
Minister de Graeff geeft ln zijn ant
woord daarop te kennen, dat aan de re
geering niet ls gebleken, dat sinds de aan
knooping van geregelde diplomatieke be
trekkingen tusschen de Unie der Socialis
tische Sovjet-Republieken en België laatst
genoemd land reeds vele Russische orders
geplaatst zag.
De aanknooping van geregelde diploma
tieke betrekkingen tusschen de Unie der
Socialistische Sovjet-Republieken en Bel
gië ls op 12 Juli 1935 tot stand gekomen.
Van de gevolgen daarvan op economisch
gebied voor België kan op het oogenbllk
uiteraard nog niets worden gezegd.
Het voorbeeld van België vermag dan
ook op de houding van de Nederlandsche
Regeering ten aanzien van haar verhou
ding tot de Unie van Socialistische Sov
jet-Republieken geen invloed te oefenen.
ONDERHANDELINGEN TE MADRID.
Over den aankoop van Nederlandsche
vliegtuigen.
Een eigenaardige tegenstelling met de
reis van den heer Plesman, directeur der
K.L.M., die ln Amerika vertoeft om bul-
tenlandsch materiaal te bezichtigen, is de
reis van de heeren Koolhoven en Jacob
Mees. van de N.V. Koolhoven vliegtuigen,
die zich momenteel in Spanje ophouden
en gisteren door minister-president. Ler-
roux ontvangen zijn 'om te onderhandelen
over den aankoop van Nederlandsch ma
teriaal. In verband hiermee geeft de heer
Asjes met Koolhoven-machines demon
straties te Madrid.
WIJZIGING KIESWET.
Op 16 September ln werking-
getreden.
Staatsblad No. 535 bevat het Kon. be
sluit van den 12en September waarbij
het tijdstip van inwerkingtreding van de
wet van 23 Mei (Staatsblad No. 306) tot
wijziging en aanvulling van de kieswet,
de provinciale wet en de gemeentewet, is
vastgesteld op 16 September j.l.
BOND VAN NED. FABRIKANTEN VAN
VLEESCHWAREN EN VLEESCH-
CONSERVEN.
De algemeene "vergadering van den
Bond van Nederlandsche Fabrikanten van
Vleeschwaren en Vleeschconserven be
sprak het ontwerp-warenwet, waardoor
het Rijk zijn bemoeiingen Inzake den
warenkeurlngsdlen8t zou staken en de al
of niet keuring van waren zou worden
overgelaten aan de gemeenten.
De leden waren eenstemmig van oor
deel, dat het zeer te betreuren zou zijn,
Indien het ontwerp tot wet zou worden.
Gewezen werd op het groote nut. dat de
Warenwet heeft gesticht ln 't belang der
volksgezondheid, terwijl bovendien de
oneerlijke concurrentie er door werd be
teugeld. Een uitvoering door de gemeen
ten alleen zou ten zeerste betreurd wor
den, omdat dan weder de oude toestand
zou ontstaan, dat tweeërlei waren zullen
gefabriceerd worden, n.l. voor de gemeen
ten die wel en die niet keuren
Op grond van een en ander werd beslo
ten bij de Kamer er op aan te dringen,
dat de Regeering zich niet van de be
moeiingen met de warenwet zou terug
trekken.
o
NEDERLANDERS IN VOLKENBONDS
COMMISSIE BENOEMD.
De volkenbondsraad heeft gisteren zijn
89ste zitting geopend en heeft in een bij
eenkomst achter gesloten deuren twee Ne
derlanders benoemd tot leden van volken
bondscommissies in de vacatures, die ont
staan waren, doordat mr. B, C. J. Loder in
verband met zijn zeer hoogen leeftijd ont
slag als zoodanig had genomen.
De volkenbondsraad heeft prof. dr J.
Huizinga benoemd in plaats van Loder tot
lid van de volkenbondscommissle voor in-
tellectueele samenwerking en heeft prof.
mr. J. Koster, vice-president van den hoo
gen raad, benoemd tot lid van het bestuur
van het te Rome gevestigde volkenbonds
instituut voor de unificatie van het inter-
notlonaal privaatrecht.
Ons parlementair overzicht
'In de eerste bijeenkomst der Tweede
Kamer van dit nieuwe zittingjaar had de
voorzitter al aanstonds een droeve plicht
te vervullen.
In een kort, sober maar gevoelvol woord
herdacht hij de overleden Koningin der
Belgen.
„Nog ligt, nu wij opnieuw tezamen
komen, over België diepe rouw
Het Koninklijk Gezin verloor een lieve
Gade en Moeder.
Het volk verloor een Koningin, die het
met hartelijke liefde eerde
Maar het is niet België alleen, dat
rouwt. Vorstelijk eenvoudig, warmte sprei
dend verre om zich heen, won Koningin
Astrid ook vele harten in den vreemde.
Zeker niet het minst ln Nederland. Die
vele harten rouwen ook.
Te beter voelen wij wat België trof.
Het weten slechts, dat Gods Almacht de
dingen leidt, schenkt troost en geeft be
rusting".
BIJ deze woorden heeft de Minister van
Financiën zich namens de Regeering van
ganscher harte aangesloten. Ook de Re
geering deelt ten volle in der. rouw. die
het Belgische vorstenhuis en het Belgi
sche volk heeft getroffen.
Op voorstel der betrokken commissie
werd het nieuwe ltd, de heer mr. J. H.
Coops, als zoodanig toegelaten en door
den voorzitter beëedigd, waarna hij zit
ting nam.
DE EERSTE WERKZAAMHEDEN.
Daarna hadden de weinige werkzaam
heden plaats, die ln de eerste vergadering
des parlementairen Jaars nu eenmaal op
de agenda plegen te staan.
De Minister van Financiën, de heer
Oud. bood de staatsbegrooting voor 1936
aan.
Er de Kamer maakte de voorzitters
nominatie op, die, uitteraard, geen ver
rassingen bracht. De heer Ruys de Bee-
renbrouck, de tegenwoordige voorzitter,
kwam natuurlijk „met glans" nummer
één: de heer Van Dijk werd nummer 2 en
de heer Vliegen nummer 3 allen uitter
aard met groote meerderheid van stem
men.
HET CONTACT TUSSCHEN
REGEERING EN KAMER.
Aan het eind van deze korte eerste ver
gadering, heeft er al dadelijk een kleine
schermutseling plaats gehad ln verband
met de bekende gebeurtenissen van eeni
ge maanden geleden.
De heer Aalberse vroeg het woord, en
deelde mede, dat zijn fractie overwogen
had voor te stellen de Troonrede te be
antwoorden of een Interpellatie aan te
vragen. Zij wil blijkbaar zoo spoedig mo
gelijk contact met het nieuwe kabinet.
Bij nader Inzien echter was tot zij tot de
slotsom gekomen, dat er nog een andere
en betere weg is, om met het kabinet van
gedachten te wisselen, namelijk de her
vatting der behandeling van het bezuini-
gings-ontwerp. Bij die hervatting zal de
Regeering het eerst aan 't woord zijn.
Welnu:
de katholieke fractie zal afwachten of
LEIDERS VAN „ZWART FRONT'
UIT DEN HAAG GEWEERD.
Gisteravond was ln de groote zaal van
den Dierentuin te 's-Gravenhage een ver
gadering belegd van het Nederlandsch
Volksfasclsme „Zwart Front", waarvan de
heer Arnold Meijer uit Olsterwijk (N.-Br.)
leider is. Deze zou hier spreken over „Wat
wil Zwart Front?" De heer Ed. van Wes-
sem uit Amsterdam zou voorts het woord
voeren over „Storm op den Staat". Even
wel zijn beide heeren op last van den
burgemeester, die op grond van art. 219
der Gemeentewet bevoegd ls bijzondere
maatregelen te nemen ter handhaving van
de openbare orde, aangehouden Er werd
I hun van politiewege meegedeeld, dat de
burgemeester hun dezen dag tot midder-
1 nacht het verblijf in Den Haag ontzegd
had. De politie heeft de beide heeren naar
den trein geleid.
Anderen lazen hun redevoeringen gister
avond voor.
DE WERKLOOSHEID.
De Directeur van den Rijksdienst der
Werkloosheidsverzekering en Arbeids
bemiddeling deelt mede, dat in de week 26
t/m 31 Augustus het aantal leden van
Ingevolge het Werkloosheidsbesluit 1917
gesubsidieerde vereenlgingen bedroeg
545.500. waarvan 75.300 landarbeiders. In
de maanden Mei t/m November worden
geen gegevens aangaande de werkloos
heid van de vereeniglngen van landarbei
ders ontvangen
De werkloosheid onder de overige
470.200 verzekerden bedroeg 30.0
In de overige verslagperiode (5 t/m 10
Augustus 1935) bedroeg de werkloosheid
29 6
In de overeenkomstige week van de ja
ren 1934 en 1933 was de werkloosheid
onderscheidenlijk 26 2 en 23.6 o.
Bij 1059 organen der openbare arbeids
bemiddeling stonden op 31 Augustus 1935
in totaal 370.271 werkzoekenden Inge
schreven, onder wie 350.873 mannen. Van
deze werkzoekenden waren er 352.217
werkloos, onder wie 337.551 mannen.
Op 10 Augustus 1935 bedroeg het totale
aantal ingeschrevenen bli een oneevpér
gelijk aantal organen 358.795, onder wie
340.635 werkloozen. Het aantal werkzoe
kenden is derhalve sedert 10 Augustus
1935 gestegen met 11.476. het aantal
werkloozen daaronder met 11.582.
WEER 130 MIJNWERKERS
ONTSLAGEN.
Op de Orante Nassaumljnen te Heerlen
en omstreken, zijn naar het Hbld. meldt,
thans weer in totaal 130 mijnwerkers ont
slagen. waarvan oo de Orante-Nassaumljn
54. op de Oraaie Nassautntm II 60 en op
de belde overige Oranje Nassaumllnen de
rest.
UIT NED. OOST-INDIE.
BEDRIJFSREGLEMENTEERIN G,
BATAVIA. 17 Sept. (Aneta) Heden zal
een bedrijfsreglementeerlng worden afge
kondigd voor metaalgieterljen voor het
jaar 1935.
de voorzitter bij de eerstvolgende Rege
ling van Werkzaamheden een voorstel tot
spoedige hervatting zal doen.
De heer Albarda, de leider der sociaal
democraten, heeft zich bij deze opvatting
aangesloten. Zijn groep had liever een In
terpellatie gezien, maar zij was toch ook
wel bereid af te wachten of de voorzitter
spoedig het Bezuinigingsontwerp weer op
de agenda wil plaatsen.
De communisten waren van een andere
opinie Zij wilden zoo spoedig mogelijk ln-
terpelleeren, zoowel over de politiek der
Regeering als over de kablnets-formatie
en de heer De Visser deed daartoe een
voorstel, dat in de volgende vergadering
zal worden verworpen. Te meer, waar men
na de redevoeringen van de heeren Aal
berse en Albarda gerust kan verwachten,
dat de voorzitter een voorstel tot spoe
dige verdere behandeling van het Bezui-
nigings-ontwerp zal doen. Men kan dus
een spoedig treffen tusschen Regeeringen
Kamer tegemoet zien. Alleen zal men bij
dit treffen natuurlijk wel over het regee-
rlngs-beleld en de economische politiek
kunnen spreken, maar niet over de ka
binet-formatie en de daarbij gevolgde
methode Dit zal dan tot de begrooting
bewaard moeten blijven.
Donderdag weer vergadering.
EERSTE KAMER.
REDE VAN DEN VOORZITTER.
De Eerste Kamer heeft een korte ver
gadering gehouden, waarin voorzitter De
Vos van Steenwljk twee commissies heeft
benoemd, die de geloofsbrieven van de
nieuwbenoemde leden moet onderzoeken.
De president heeft bij deze gelegenheid
twee opmerkelijke redevoeringen gehou
den.
In de eene aanvaardde hij het voorzit
terschap van den senaat in het nieuwe
zittingsjaar Na de gebruikelijke plichtspie-
gingen merkte hij op, dat velen al te zeer
bij het heden stilstaan om alleen daaruit
de toekomst af te leiden, ja, te vreezen.
Hij wekte de natie op, terug te grijpen
naar het verleden, waarin zij grootere
tegensjjoeden dan de huidige heeft over
wonnen.
De senaatspresidMit spoorde voorts ons
volk aan, de gelederen te sluiten, maar
liet er aanstonds op volgen, dat hierbij
geen verschil van Inzicht moet worden
prijsgegeven en dat er recht op en ruimte
voor afwijkende meeningen moet zijn. Wij
hebben, vervolgde de voorzitter, onze eigen
historie en traditie, welke gelijkelijk van
vrijheid spreken en die wij niet straffe
loos kunnen verloochenen. In Nederland
dus geen kunstmatige uniformiteit, geen
ten ondergaan ln de collectiviteit, een
dwingelandij, welke geen recht laat weder
varen aan het persoonlijk geweten: diffe
rentiatie.
Verder wees voorzitter De Vos van
Steenwijk op den plicht tot samenwerking
van divergeerende geesten. HIJ eindigde
met de hoop te uiten, dat de Eerste Kamer
ten deze een schoon voorbeeld zal geven.
De andere speech van den president was
een herdenking van wie in de nieuwe Ka
mer geen zitting meer hebben, t.w. de
heeren Fock. Kranenburg, Oudegeest,
Heerkens Thijssen, Visser en Wibaut. Van
hen huldigde de voorzitter in het bijzonder
den heer Fock. „wiens vertrek niet alleen
gevolg is van gewijzigd Inzicht der kiezers,
maar ook van het van deze plaats niet
nader te quallficeeren lijstenstelsel"!
Het nieuwbenoemde Kamerlid mr. Wer
ker (vac.-SUngenberg) ls ln deze vergade
ring geïnstalleerd.
HOOFD ALGEMEENE POLITIE.
BUITENZORG, 18 Sept. IAneta). Met
Ingang van 25 September ls benoemd tot
hoofd van Dienst der Algemeene Politie
de heer B. P. Smits, thans onderhoofd
van de Algemeene Politie.
(Bulten verantwoordelijkheid der Red.)
Cople van de al of niet geplaatste
stukken wordt niet teruggeven.
DEMPING LEVENDAAL EN GEVOLGEN.
Mijnheer de Redacteur
Beleefd verzoek Ik U onderstaande op
te nemen ln uw veelgelezen blad, waar
voor bij voorbaat mijn dank
Ondergeteekende, Levendaal-btwoner,
wil door deze zijn klacht uiten over de
werkzaamheden aan het dempen van het
l evendaal en voor de zakendoenden daar
uit voortvloeiende gevolgen, welke van
dien aard zijn, dat door deze uitvoering
ln werkverschaffing crisisslachtoffers ge
maakt worden.
Door de voortdurende opgravingen en
afsluitingen van stegen en straten, wordt
het publiek afgeschrikt en de aan het
Levendaal gevestigde zaken stopgezet;
verschillende gedeelten, die op bestrating
liggen te wachten worden door de jeugd
onbegaanbaar gemaakt, door onvoldoende
toezicht daartoe in de gelegenheid ge
steld. De trottoirs, pas gemaakt, worden
weer opgebroken, dan voor gas, dan weer
voor licht en telefoon. Had dit niet voor
komen kunnen worden, door dit te doen
vóór dat de trottoirs gemaakt werden?
Ml. zeer zeker, en de zaken zouden niet
zooveel schade daardoor gehad hebben
en nog dagelijks hebben Door deskun
digen wordt beweerd dat dit anders had
kunnen gebeuren: zelfs als onkundige kan
men dat zien. Verplicht worden wij om
Baatbelasting te betalen, doch van welke
bate? Jaren zullen wij noodlg hebben om
de geleden schade in te halen, als dat nog
mogelijk is Zou het thans niet billijk zijn,
aan die gedupeerden een schadevergoe
ding uit te keeren of op andere wijze voor
ordergang te behoeden?
Schrijver dezes hoopt dan ook dat deze
klacht zijn weg zal vinden opdat in dezen
toestand zal worden voorzien.
EEN ZAKENDOENDE LEVENDAAL-
BEWONER.
8-3