De dood van Koningin Astrid - Aanvaring in het Kanaal
GEVAARLIJK SPE
Jfi* Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad
FEUILLETON.
LANDEN WEDSTRIJD ATHLETIEK NEDERLAND-ZWEDEN
■-1 te Groningen. De Zweed Ljungberg behaalt bij het polsstok
hoogspringen een hoogte van 4 meter.
DE DOOD VAN KONINGIN ASTRID. Vertegenwoordigers van
het Belgische leger brengen een krans naar het
Koninklijk paleis.
Y:
EEN AUTO UIT HO ORN raakte in den nacht van Zaterdag op
Zondag-ter hoogte van het Schouw in 't Noord-Hollandsch Kanaal.
De inzittenden konden zich door 't opengooien, van 't portier redden
i/
DE VADER VAN WIJLEN KONINGIN ASTRID, PRINS KA REL VAN ZWEDEN (rechts) bij aankomst MINISTER DE GRAEFF MET VA-
te Brussel, ter bijwoning van de begrafenis CANTIE. De minister bij het \QTr
van zijn dochter. laten van zijn hotel te Oisterwijk.
-
mm
HET ENGELSCHE OORLOGSSCHIP „RAMILLIES" KWAM IN» HET KA
NAAL IN AANVARING MET HE C DMTSCHE s.s. „EISENACH". Drie
stokers van de „Eisenach" werden gedood. Het groote gat in
de „Eisenach" gestooten.
Uit het Engelsch van PAUL TRENT
door ADA VAN ARKEL
52)
..Vertoon je kunsten maar eens", zei hij
<1 keek toe hoe Guy zorgvuldig een afdruk
naakte, „we zullen het vanmiddag druk
nebben". Hij belde en gaf bevel dat hij
biet gestoord mocht worden.
Om vier uur hadden zij een compleet
stel plannen opgemaakt van de bewegin
gen van de Britsche vloot, voor het geval
ee oorlog dreigde of verklaard werd.
Onnoodig te zeggen, dat ze geheel opge
haakt waren met de bedoeling de Duit
se admiraliteit te misleiden, maar ze
hoesten uiterst voorzichtig worden opge
steld om een „echten" indruk te maken.
Eindelijk werden de papieren in een
enveloppe gedaan en deze gesloten. Toen
verden ze in de brandkast gelegd en de
"eide mannen keken elkaar voldaan aan.
.i>at is prachtig werk geweest", zei de
admiraal vroolijk; maar opeens werd zijn
Mcht ernstig. „Het succes hangt van
I «n ding afweet je zeker, dat u den
ï'tas en den baron hebt overtuigd, dat u
eei> spion is? Twijfelen ze absoluut niet?"
..Neen", antwoordde Guy met een zeker-
"e>d, die overtuigend was.
..Uan zal dit een groote dag voor Enge-
™d blijken te zijn".
,»Er zijn ook gedeelten, die juist zijn Bij
le Plannen, die wij hebben gemaakt".
„Enkele, juist genoeg om hen in de war
te brengen. Ik geloof, dat we het werk
goed gedaan hebben. A propos, ik zou
graag willen, dat u vanavond bij me kwam
dineeren".
„Heel graag, mijnheer".
„Er komt nog iemand, juffrouw Glyn
een allerliefst meisje".
„Heeft u haar al ontmoet?" vroeg Guy
verbaasd.
„Sylvester heeft haar vanmorgen hier
gebracht".
,Daar heeft hij me niets van verteld".
„Het was niet noodig, dat u het wist,
Hallam, ik zal het prettig vinden, als je de
kennis met haar aanhoudt. Heb je er
eenig begrip van welk hoog spel wij
spelen?"
„Ja mijnheer, ik vermoed, dat de din
gen niet zijn zooals ze schijnen".
„Het kon wel eens zijn, dat we binnen
kort de meest kritieke dagen van de
wereldgeschiedenis beleven. Wij hebben
altijd gedacht, dat kort nadat het Kieler-
kanaal voor Super Dreadnoughts zal open
gesteld zijn, de „Dag" dichtbij zal zijn.
Wanneer de baron de plannen krijgt en
de prins ze voor echt houdt, kon dat de
zaken wel eens verhaasten".
„Het is een vreeselijke gedachte, mijn
heer". zei Guy zacht.
„We zullen alles doen om het te voor
komen, maar het is onze plicht op alles
voorbereid te zijn juffrouw Glyn is een
mooi meisje
„Ja mijnheer", zei Guy nerveus.
„En de dochter van een collega. Ze is
een echte vrouw, met echte vrouwelijke
gebreken en hartstochten. Heb je ook ver
moeden of ze van je houdt?"
„Ik haat het om over vrouwen te spre
ken", riep Guy heftig.
„Ik ook, Hallam. Het is pnze trots, dat
wij den naam van een vrouw eerbiedigen.
De een of andere cynicus heeft gezegd,
dat dat komt, omdat we zooveel, op zee
zijn en minder van hen zien dan andere
mannen. Maar ik moet toch over juffrouw
Glyn praten en over jezelf".
„Mijnheer, ik verzoek u dat niet te
doen".
„Het is mijn plicht. Heb je juffrouw
Glyn's moeder gekend?"
„Neen".
„Ze stond in nauwe betrekking tot den
baron", zei de admiraal veelbeteekenend.,
„In zijn dienst?" vroeg Guy.
„U moet juffrouw Glyn niet verwijten
wat haar moeder gedaan heeft. Zij is niet
veel meer dan een kind".
„Ik verwijt haar niets, ze is een vrien
din van me".
„Het doet me genoegen dat te hooren.
Dan zult u des te eerder bereid zijn te
doen wat ik vraag. Mevrouw Glyn heeft
papieren nagelaten, die voor ons van on
schatbare waarde zouden zijn".
„Heeft u er juffrouw Glyn naar ge
vraagd?"
„Ze wil ze niet afgeven niet aan mij
tenminste". De admiraal wachtte even.
„Ik wil ronduit met je spreken. Het meisje
houdt van je. Als de meeste vrouwen zal
ze alles doen voor den man, dien ze lief
heeft".
„Ik kan ze haar niet vragen, dat zou ge
meen zijn".
„Het is niet mooi, maar bedenk wat er
van afhangt. Juffrouw Glyn heeft geen
reden om van de Engelsche marine te
houden, we vragen haar dus een groote
gunst. Ik heb het recht niet, die te vra
gen, maar jij wel".
„Ik begrijp u niet".
„Je bent te bescheiden. Het is een genot
voor een vrouw om den man, dien ze lief
heeft een dienst te bewijzen".
„Maar ik kan haar er niets voor terug
geven. Ik heb haar mijn vriendschap aan
geboden, maar wat beteekent die?"
„Het is alvast iets, maar zij verlangt
waarschijnlijk meer. Denk daar eens
over".
„Ik wil er niet over denken. U maakt,
dat ik mezelf een lammeling vind", zei
Guy mistroostig.
„Je hebt al offers gebracht. Als ik je zei,
dat je niet meer onder verdenking staat,
zou je dan toch nog doorgaan met dit
werk?"
„Ik weet het niet".
„Je zoudt niet meer terug kunnen. Je
bent gaan zien, welk hoog spel je speelt.
Je kunt niet terug, nu je land je diensten
noodig heeft. Ga nu kalm naar je kamers
terug en denk eens na over wat ik gezegd
heb. Als je nog verloofd was met juffrouw
Cameron zou ik je dit niet gevraagd heb
ben".
De admiraal stond op bij wijze van af
scheid. Er was medelijden en sympathie in
zijn blik, toen hij de hand uitstak.
HOOFDSTUK XXXII.
Guy besloot vóór hij naar huis ging
eerst even den afdruk van den brandkast-
sleutel bij den baron aan te reiken.
„Prachtig. Heeft u dien kunnen maken
zonder achterdocht op te wekken?" vroeg
de baron scherp.
„Als ze argwaan hadden, denkt u dan
dat ze me ongehinderd de admiraliteit
zouden hebben laten uitgaan? Maak u niet
ongerust het ging heel gemakkelijk. Ik
heb het al zoo geregeld, dat ik morgen
laat blijf werken. Admiraal Langton wil
hebben, dat ik een rapport maak, en dat
zal eenige dagen in beslag nemen. Ik zal
een excuus vinden om te blijven. Wie is
die Sinclair, dien u zult zenden?"
„Kent u hem niet?"
„Zou het niet beter zijn, als ik hem
eerst eens ontmoette? Het is beter als ik
hem ken".
Kom dan morgen tegen lunchtijd, dan is
hij hier. U kunt nu gaan, ik heb het druk".
Guy glimlaohte ironisch over de ruw-
heidvan den baron. Wat zou hij dien man
haten, als hij werkelijk in zijn macht was
geweest.
Hij ging naar zijn kamer om zijn avond-
costuum aan te trekken en voelde zich
zeer terneergeslagen. Hij had geen aange
name avond voor den boeg en was in de
verzoeking om een verontschuldiging te
zenden; maar discipine was hem ingebo
ren en hij kon dit diner niet beschouwen
als een gewone gezelschapsplicht. Hij kon
niet twijfelen aan de bedoeling van den
admiraal. De admiraal had het wel niet
in ronde woorden gezegd, maar hij had er
toch op gezinspeeld, dat Hallam gebruik
zou maken van Valda's liefde en haar zou
overhalen hem te helpen.
„Nog erger", zei Guy in zich zelf, „hij
wil dat ik mezelf aanbied als een soort
van aansporing".
(Wordt vervolgd).