Het stoffelijk overschot van
Koningin Astrid opgebaard.
DE NIEUWE KWEEKSCHOOL
AAN DEN VLIET
76"te Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 31 Augustus 1935
Vierde Blad
No. 23140
Het défilé begonnen.
BURG. STAND VAN LEIDEN
DE WONING-PUZZLE VOOR
„DE VROUW-ALLEEN".
O
(Van onzen Rels-redacteur).
Het stoffelijk overschot van Koningin
litrld is opgebaard in dezelfde zaal waar
Sr niet zoo heel lang geleden Koning
«bert was neergelegd, voordat hij naar
Sta laatste rustplaats in den Koninklijken
rafkelder te Laeken zou worden gebracht,
peldra zal ook de jeugdige Koningin, Zijn
jthoondochter, daarheen worden geleld
}111 te rusten te midden van het volk, dat
Lji met groote genegenheid als de vreem-
EjUnge uit het Noorden eens is tegemoet
'getreden, en dat Haar met zijn innige
wederliefde heeft beloond.
De drukte bij het paleis, die in de mor-
renuren reeds zeer groot was, heeft den
eheelen dag geduurd. De bevolking had
iehoefte in de omgeving van de over-
tdene te blijven, als wilde zij Haar zoo
jng mogelijk in haar midden behouden.
Om vier uur des middags werden de
leuren van het paleis geopend en werd
elegenheid gegeven langs de lijkbaar te
iefileeren, om een laatste afscheid te ne-
jen van Haar, die men noode missen kan.
Een enorme menigte was op het trottoir
(gesteld en ieder wachtte geduldig tot-
St de beurt aan hem was gekomen om de
ireede trappen van het fraaie paleis te
(«tijgen en zwijgend langs de beminde
Doode te defileeren.
Ontroerend was ook deze eenvoudige
kremonie waaraan niemand zonder diep
Etschokt te zijn heeft deelgenomen. Het
«ren personen van allerlei rang en stand,
ie dezen droeven tocht maakten en na
(ezen eersten dag zullen er nog velen,
ter velen, volgen. Ik heb het défilé eeni-
»n tijd mogen gadeslaan en was daarbij
[etuige van de bewijzen van de groote
unhankelijkheid, die algemeen jegens de
Sonlnklijke familie hier wordt gevoeld.
Het publiek betrad het palels door de
poote poort aan de rechterzijde en werd
jin linksom geleid door de groote midden-
Slnaar de statige eeretrap. Stilte heersch-
alom: er werd geen woord gefluisterd,
:n voetstap hoorde men op het witte
jijt. Op de eerste verdieping was de
jddenzaal als chapelle ardente ingericht,
let plafond ls met zwarte doeken bespan-
:en en op den vloer ligt een dik. zwart
(leed, waarin witte bloemen gewerkt zijn.
fa het midden staat een gToot zilveren
tniii
De Koningin rust op een praalbed met
jen crucifix aan haar hoofdeinde. Rechts
ie links staan in een kring, afgewisseld
Ml groene planten, eenige prachtige
kernstukken: rozen, dahlia's en gladiolen,
p alles wordt verlicht door kaarsen In
lote koperen kandelabers. In witte zijde
Fde overledene gekleed; zij ligt daar in
h serene rust met om haar heen de geur
Ui eenige bouquetten viooltjes. Van haar
ieder gelaat straalt een zachte glans uit.
litis van een aandoenlijke lieflijkheid, die
set verstoord wordt door het witte ver-
and, dat om haar voorhoofd is gelegd.
5 schijnt te slapen in een gelukzaligheid
ümet de beminnelijkheid van haar ka-
ilter in overeenstemming is. Om de baar
list een wacht van hooge officieren, die
in tijd tot tijd wordt afgelost.
De bezoekers stroomden in een lang-
isie optocht langs hun Koningin. Het
enige geluid dat men hoorde, was het
tikken der vrouwen, die de aanblik der
diefde gestorvene te machtig was. Aller
•sen vulden zich met tranen, de vrouwen
hielden en de mannen maakten een diepe
aging als laatste groet. Voetje voor
töje schuifelde de file verder, vervuld
id deernis en diep onder den indruk van
it onzegbaar leed.
Tegen den avond begon het in de stad
1 regenen, een druilerige regen, die de
eurige sfeer nog scheen te accentueeren.
en liep zonder opgewektheid door de
ieste straten en de voorbijgangers ver
engen zich alleen voor de talrijke rouw-
lalages. die in den loop van den dag
®al in de stad waren ingericht. Vele
takels toonen het portret van Koningin
itrid, niet rouwcrêpe en bloemen omge-
De bioscopen kondigden speciale films;
in met episoden uit het leven der ge-
orven Vorstin, zoo plotseling van Haar
an en Haar kinderen weggerukt. Enkele
reaters zijn nu reeds gesloten en alle
Oscopen zullen op Dinsdag, den dag der
igrafenis de deuren sluiten.
Dien dag zal de wereldtentoonstelling
is om twee uur opengaan. Er was van-
'.sg nog wel bezoek, maar er ontbrak de
«iruchtige uitbundigheid, die de expositie
1 andere dagen kenmerkte. Alle pavil-
*ns en etablissementen zijn geopend,
er wordt nergens muziek gemaakt,
ttgeen een weldadige rust schept. Hier
»wel als in de stad was de stemming ge
takt.
Minister van Zeeland herdenkt de
Koningin.
Zoowel voor den Vlaamschen als voor
ta Franschen draadloozen omroep heeft
^ster-president van Zeeland gister-
T?nd het verscheiden van Koningin
-bid in enkele treffende woorden her-
acht.
®1 herinnerde aan de onvergankelijke
ppulariteit, gesmeed uit het edelste me
tal, waarin de overleden Koningin zich
tmeugde. Al Haar daden kenmerkten
Jj door hartelijke toewijding. Hare ka-
•«ertrekken waren doortrokken van
Witheid, teederheid en rechtschapenheid.
was een schoone moeder van drie
-hoone kinderen, die in het hiernamaals
-ar belooning zal ontvangen voor het-
zij op aarde heeft gewrocht.
,Uf minister-president wees voorts op
p slag die den Koning en zijn gezin
getroffen. Haar tot weerziens tot de
E™ «aderen is een laatste groet gewor-
«D. Ook het Zweedsche Koninklijk Huis
i bet Zweedsche volk betrok spreker in
deelneming.
armen en zwakken van ons volk, zoo
''Mgde hij hebben een onherstelbaar
/"es geleden. Echte tranen zijn deze
sen van rouw gestort, tranen die de
schoon maken.
fiÜren w« ons 'n deze droeve dagen,
t. j' de minister-president, evenals bij
"ood van koning Albert dichter rond
den Koning en zijn beproefd gezin. Aan
de overleden Koningin zal geheel België,
dat haar vaderland was geworden, een
onvergankelijke herinnering bewaren.
De begrafenis-plechtigheid.
Gisteren in den loop van den middag
had aan het departement van Binnen-
landsche Zaken een vergadering plaats
van de ambtenaren, belast met de regeling
van den rouwstoet, die Dinsdag pl.m. half
elf het Koninklijk Paleis zal verlaten. De
protocolaire regeling zal ongeveer dezelfde
zijn als bij de plechtige uitvaart van Ko
ning Albert, anderhalf jaar geleden, met
dien verstande nochtans, dat de oud
strijders en regimenten van Brussel's gar
nizoen voorbij de catafalk niet zullen
défileeren. Zij zullen samen met de school
kinderen van de stad Brussel op den door
tocht van den stoet worden opgesteld. Alle
oud-strijdersvereenigingen werden door de
regeering in dit verband aangeschreven;
het zijn ook het Verbond van Vlaamsche
Oudstrijders en de Federatie van socia
listische oud-strijders. Na den plechtigen
lijkdienst, die door den kardinaal-aarts-
bisschop van Mechelen in de hoofdkerk
van Brussel zal worden gecelebreerd, zal
het stoffelijk overschot van Koningin
Astrid met den staatsielijkwagen, die bij
de uitvaart van Koning Leopold II en
Koningin Marie Henriëtte diende, naar
Laeken worden overgebracht, en aldaar in
de Koninklijke crypte onder de kerk dicht
bij de lijkkist van Koning Albert worden
bijgezet.
De koning en de koninklijke familie zul
len zich na afloop van de plechtigheid
naar Laeken begeven.
De kwetsuren des Konings.
Naar thans wordt bevestigd, heeft de
Koning slechts lichte kwetsuren opgeloo-
pen. De geneesheer heeft slechts een
schram aan de rechterwang geconsta
teerd, waarop een pleister is geplakt. Ver
der is zijn linkerpols verstuikt. Men kan
evenwel zeer goed aan hem zien, dat hij
zeer geschokt is.
Zwijgend en weenend volgde hij de baar
met het stoffelijk overschot van zijn
echtgenoote, toen dit in het paleis werd
gebracht.
Prins Karei te Brussel.
Als een der eerste familieleden van de
verongelukte koningin arriveerde te Brus
sel haar vader, prins Karei van Zweden,
diep onder den Indruk van het ontzettend
gebeuren.
De prins begaf zich dadelijk naar het
koninklijk paleis, waar hij bij het stoffe
lijk overschot van zijn dochter toegelaten
werd.
Naar eerst thans vernomen wordt, riep
de prins, toen hem het droeve nieuws
werd medegedeeld, uit: „Mijn leven is zoo
gelukkig en zonder persoonlijke tragedie
geweest, dat het ongeluk thans moest
komen."
Heden worden kroonprins Olaf van
Noorwegen en zijn gemalin, prinses
Martha, zuster van Koningin Astrid, ver
wacht, evenals de Koningin-Moeder Eli
sabeth en prins Umberto van Italië met
zijn gade, prinses Marie José.
Het rouwbeklag.
Ontzettend blijft de stroom van rouw
beklag, die binnenkomt. De Belgische Ar
beiderspartij heeft aan den Koning het
volgende telegram van rouwbeklag gezon
den: „Uit naam van de Belgische Arbei
derspartij drukken wij aan het staats
hoofd ons gevoel uit van innige droefheid
bij' het ongeluk dat hem treft. De socia
listische arbeidersklasse neemt deel aan
het verdriet van de drie kinderen, die be
roofd zijn van een moeder, die jong was
en goed."
Voorts zijn verschillende bijeenkomsten
voor Abessynië, door de Belgische Arbei
derspartij op touw gezet, voor onbepaal-
den tijd uitgesteld.
RECLAME.
9516
^jiabben.dat lade
itilla wensch van
I ledera vrouw. Hoe-
I veel bevalligheid en
1 gratie ligt toch in
Ideze harmonischo
I lynen en in dc kra-
Inige houding van
I het lichaam! Wer-
I kelyk mooi tezyn is
1 echter zonder een
Jeugdige vorm der
lichaamsgestalte
onmogelyk, want
„figuur" en „bewe-
ligingsvorm" gaven
l'daarby den door-
I slag. Ook U kunt
I dant zy een nieuw
I ontdekte methode
Uw figuur vormen an Uw geheime wenschen „werkelyk mooi te
ryn" verwezenlyken. Geen oefeningen, apparaten of dieet noodlo.
In Italië met de hoogste onderscheidingen bekroond. Bestelt U
het boekje ,,Hoe verkryg ik een volmaakt figuur?" (32 afbeel
dingen). Tegen inzending van 45 cents aan postzegels wordt
U dit In gesloten brief toegezonden, oi tegen 35 cents als
drukwerk. Aeskulap-My., Amsterdam C. Heerengr 33/U. 49
GEBOREN.
Arie, z. v. J. Keijzer en W. v. d. Leek
Hermanus, z. v. C. IJ. Paauw en M. E.
de Haas Piet Albertus, z. v. J. de Vries
en H. Schoneveld Anna Emilie Christa,
d. v. F. A. R. Höhndorf en A. R. Wendt
Willem, z. v. R. W. Posthuma en C. v.
Dam Petrus Antonius, z. v. P. A. Hel
ling en A. M. Lintsen Jannetje Corne
lia, d. v. D. v. Duijvenvoorde en A. v. d.
Plas Cornells Petrus, z. v. D. Wijnands
en A. M. v. d. Berg Frits, z. v. G. Groe
nendijk en C. Timmers Julius Marie, z.
v. A. W. Meijer en W. J. Jansen Heinz,
z. v. J. Vinke en F. E. Dietzmann Cor
nells, z, v. M. Spreeuw en J. Stroomer.
ONDKK l'ROIIWD
H. Zwart jm. 24 j. en D. P. Kleinjan jd.
22 j. F. v. d. Wijngaard jm. 26 j. en H.
A. Stam jd. 19 j.
Er zijn heel wat statistieken over alles
en nog wat, maar, zoover mij bekend, be
staan die niet over het aantal vrouwen,
dat, al of niet uit eigen verkiezing, alleen
woont. Dat moet geen gering aantal zijn.
Juist de kwestie „wonen" ls voor die vrou
wen een heel belangrijk probleem, dat
zich, nu de vacanties langzamerhand ge
ëindigd zijn, weer eens extra aan haar op-
diingt.
Ik ctenk nu niet In de allereerste plaats
aan de categorie meisjes-studenten, voor
wie het „op kamers wonen" alleen nog
maar hevig interessant is; alles is nieuw,
het aanlokkelijke van de pasverworven
vrijheid overheerscht alle andere indruk
ken, en niet uitsluitend bij de spiksplin
ternieuwe eerste-jaartjes. Ik geloof, dat
dit komt, omdat ze op den achtergrond
van hun bewustzijn toch steeds de over
tuiging hebben, dat deze toestand maar
tijdelijk ls en dat, als het zoo begeerde
kamerleven zoo nu en dan ook wel eens
een beetje tegenvalt, er nog steeds het
ouderlijk huis is als toevlucht.
Maar voor de vrouw, die alleen staat,
is de oplossing van de vraag, hoe ze zal
wonen, nog wel eens extra-overdenking
waard. Die vraag ls op zoo vele wijzen op
te lossen, dat er altijd wel een manier
te vinden is, die het geschikste is voor elk
type van „de vrouw-alleen".
Is de dame in kwestie ruim met aard-
sche goederen gezegend, zoodat ze zich de
luxe van een eigen woning met voldoend
personeel kan veroorloven, dan is het pro
bleem gauw opgelost: ze kan haar leven
inrichten zooals ze wil, bezigheden zoe
ken, als ze daar zin in heelt, maar ze is
er zeker van, dat ze een goede verzorging
heeft; kan die in elk geval hebben.
Anders is het gesteld met de vele vele
vrouwen, h. b. b. h. h., die met die „be
zigheden buitenshuis" maar net genoeg
verdienen om heel eenvoudig op kamers
of Ui een pension te wonen,
vrouw met een eigen zelfstandigen werk
kring is „en pension" wel de meest aan
gewezen weg. De kamer is 's winters warm
als ze thuiskomt, ik denk natuurlijk al
leen aan zorgzame pensionhoudsters!
ze behoeft zich niet te verdiepen in dienst
boden kwesties of in vragen als: „Wat
zullen we vandaag eten?"; kortom, er
wordt materieel voor haar gezorgd. Daar
bij behoudt ze een groote mate van vrij
heid en zelfstandigheid, zoodat ze in ze
keren zin haar leven naar eigen verkie
zing kan inrichten. En dat is voor een
vrouw met een eigen zelfstadigen werk
kring niets te veel geëischt. Komen uit
die behoefte niet vaak de conflicten voort
tusschen ouders en grootere dochters, die
een betrekking hebben in dezelfde plaats,
waar de ouders wonen en „dus" in huis
zijn gebleven! Dit „dus" is heelemaai niet
zoo vanzelfsprekend. Zooals een oude
dame, de moeder van een alleraardigst
gezin, mij eens zei: ,,'t Is beter, dat de
kinderen, als ze ouder worden en zelf een
betrekking hebben, er eens heelemaai uit
gaan en op eigen beenen staan, als het
financieel maar everi"mogelljk is. Thuis
blijven het toch „de kinderen", in hun
werkkring zijn het volwassen vrouwen en
mannen: dat moet innerlijke confilcten
geven, die zich maar al te vaak vertoo-
nen in uiterlijke botsingen, 't Is heele
maai niet gek, als ze alleen gaan wonen,
ook al is het in dezelfde stad. De band
met het ouderlijk huis, dat dan in hun
gedachten een „plechtanker" is, zal er
juist sterker door worden."
En met een vergenoegd gezicht zat ze
alleen in het groote, oude huis, waar de
uitgevlogen vogels telkens voor korter of
langer tijd terugkwamen met verhalen
over hun wedervaren of, als ze eens
behoefte hadden om alleen maar „de kin
deren" te zijn.
Maar zoo verstandig zijn helaas niet
alle ouders. Nu is het „kamerleven" lang
niet voor iedereen geschikt. Vooral de „ge
meubileerde kamer met pension" kan
voor sommige vrouwen, die op deze ma
nier nu eenmaal hun woningvraagstuk
moeten oplossen, een ware nachtmerrie
worden. Meermalen heb ik opgemerkt, dat
in zoo'n geval de bewoonster ook niets
eigens aan de kamer had weten te geven.
De meubels we kunnen ze uitgespro
ken leelijk, dragelijk of mooi vinden
hebben iets onpersoonlijks; ze staan daar
om op te zetten, aan te eten of iets in op
te bergen, maar ze zijn van niemand: niet
van de tijdelijke bewoonster, maar eigen
lijk ook niet van de eigenares van het
pension niet „echt" tenminste; ik be
doel hier dat ondefinieerbare iets, dat. een
meubelstuk krijgt, als het langen tijd als
een trouw huisgenoot eenzelfden mensch
op zijn levensweg vergezelt. Maar deze
meubels zijn van „de" kamerhnwoonster,
zooals het meubilair van een hotelkamer
of een stationswachtkamer van „den"
reiziger is.
En daarom, bewoonsters van gemeubi
leerde kamers, breng er zoo gauw moge
lijk een eigen sfeer in, door een aardige
wandversiering met 'n beetje tact is
die wel in de plaats te brengen van de
aanwezige, die nu toevallig niet zoo met
uw smaak overeenkomt door kleinig
heden, waaraan voor u herinneringen
vastzitten, door een enkel kunstvoorwerp,
waarnaar het prettig is te kijken, Wist u,
dat alleen het kijken naar iets moois ons
al over een onbevredigde bui heen kan
helpen? En bovenal door uw boeken, die
als goede vrienden er voor zorgen, dat wij
ons nooit heelemaai eenzaam voelen, en
vooral niet te vergeten, ook bloemen. En
verder 'n beetje geven en nemen, dat
is overal en zelfs bij het kamerleven, een
van de eerste vereischben voor een prettig
bestaan. Natuurlijk kan men bij een be
hoorlijke betaling een goede verzorging
verwachten, maar heel veel vrouwen, die
zelf nooit de huishoudelijke beslommerin
gen van nabij hebben leeren kennen, stel
len hun eischen wel wat heel hoog. Zou
het daardoor komen, dat vele verhuur
sters „liever geen juffrouw" op kamers
hebben?
We moeten niet vergeten, dat iemand,
die door kamers verhuren geheel of ge
deeltelijk in haar onderhoud moet voor
zien, niet alleen de uitgaven heeft voor
de voeding van haar pensionnaires, maar
ook extra-posten moet boeken vooi lin
nengoed, huisraad, materiaal om alles goed
te onderhouden, en ook voor eventueele
risico bij het korter of langer leeg staan
van haar kamers.
Veel alleenwonende vrouwen verkiezen
Van de Ver. tot Opleiding van Bewaarschoolonderwijzeressen.
Het extérieur aan den Vliet.
Wij berichtten reeds, dat de opening
van bovengenoemde school op 10 Septem
ber a.s. plaats zal vinden en in verband
daarmee zijn wij dezer dagen eens een
kijkje gaan nemen aan dit mooie gebouw,
dat onder leiding van den architect den
heer Buurman, gedeeltelijk vernieuwd, ge
deeltelijk volkomen gerestaureerd werd.
Laten wij maar onmiddellijk zeggen,
dat een en ander onze verwachtingen verre
overtroffen heeft Men, weet, hoe de gevel
der Bewaarschool aan het Rapenburg
No. 131 niet den indruk geeft, dat daar
achter zulk een mooie school voor de
kinderen ligt, maar nu is daar nog bij ge
komen een prachtig gebouw voor de
Kweekschoolonderwijzeressen, met bij
zonder veel smaak en juist inzicht ont
worpen, modern en eenvoudig opgetrok
ken uit twee oude perceelen,. die waarlijk
dringend ajgeheele verbetering van noode
hadden.
Het front der Kweekschool ijgt aap den
Vliet: de hierbij gereproduceerde foto
toont duidelijk, welk een uitstekend aspect
hier verkregen is. De lichte, gele steen
stemt vroolijk en deze blijde indruk wordt
sterk verhoogd, zoodra men het gebouw
binnentreedt. De directrice, mej. Voltman,
was zoo vriendelijk ons rond te leiden,
nadat zij ons eerst nog eens het een en
ander had verteld over de bijzondere ver
diensten van wijlen den heer Wijbrand
Haanstra, de groote voorvechter van het
Bewaarschoolonderwijs, wiens bijzondere
paedagogische methode eerst nu de volle
waardeering verkrijgt, die zij verdient.
Volgens diens methode wordt op deze
school het onderwijs gegeven.
-
De eerste steen werd gelegd door een
kleinzoon van wijlen den heer Haanstra
op 6 Maart 1935: daaraan herinnert de
gevelsteen in de muur, die- wij even voor
het binnentreden van den ingang aan den
Vliet ontdekken.
Wij treden binnen en, al is de school nog
niet geheel gereed, al gaat men bedrijvig
heen en weer. om de laatste hand aan de
afwerking te leggen, tóch kunnen wij on
middellijk constateeren. mei welk een over
leg deze bouw is voorbereid. Wij zien een
ruime vestibule en een even ruime fietsen
bergplaats voor de plus minus 70 leerlin
gen, die aan deze school zoowel ex- als
intern hét onderwijs genieten. Overal een
gele betegeling die weldadig aandoet en
dan betreden wij eenige leslokalen, ruim
van vorm, licht en frisch gelegen onder
de dikwijls matglazen plafonds, die veel
gezonde lucht toelaten, wapneer de ramep
op ingenieuse wijze opengedraaid worden.
Fraaie parketvloeren van de firma Bruyn-
zeel verhoogen den uitnemenden indruk:
de hygiëne viert hier hoogtij, ook wat de
sanitaire verzorging betreft. De bekende
z.g. „Pleyte"-zaal is geheel gerestaureerd
en maakt eveneens een uitnemenden in
druk: deze zal gebruikt worden voor gym
nastiek- en zanglessen.
Nergens is luxe, doch overal is merkbaar
een streven naar doelmatigheid. Men
speurt den wensch om met sobere midde
len zooveel mogelijk te bereiken. Zoo is
het ook op de eerste verdieping, waar weer
eenige leslokalen liggen, als op de tweede
yerdieping, ingericht voor het internaat
der meisjes en voor de onderwijzeressen.
Ruime slaapkamers met mooi uitzicht,
overal veel ramen, die den indruk geven
glazen wanden,
Geruischloos loopen wij de trappen op:
daarvoor zorgt de rubbervloerbekleedlng
wel, die de stilte zoo zeer bevordert. In de
royale hall hangt, als eerbiedige nage
dachtenis aan den heer Haanstra, diens
plaquette, welke indertijd werd aangebo
den.
De Kweekschool voor de Onderwijzeres
sen sluit door middel van een mooien tuin
met kinderspeelplaats aan bij de eigen
lijke Bewaarschool waar het Fröbelonder-.
wijs wordt gegeven, zoodat de leerling-
onderwijzeressen onmiddellijk de theorie
aan de practijk kunnen toetsen.
Wij gaven hier in 't kort een overzicht
van de school, die bij de opening zeker een
nog treffender indruk zal maken. Het
Bestuur voelde zich bij de plannen voor
deze vernieuwing ter zeerste gesteund
door de overweging, dat in dezen tijd de
belangstelling voor de ontwikkeling van
het jonge kind zoo sterk groeiende is. Niet
alleen vele wetenschappelijk georiënteerde
paedagogen, doch ook de ouders erken
nen meer en meer het belang van het
onderwijs, dat hier gegeven wordt en zoo
achtte men het gerechtvaardigd, ondanks
den druk der tijden, die ook het onder
wijs treft, tot deze vernieuwing over te
gaan, vooral daar ook van belangstellende
zijde financieelen steun ondervonden werd.
Deze Kweekschool is de eenige in ons
land, die een internaat bezit en neemt
reeds daardoor een speciale plaats in. Mo
gen velen zich geroepen voelen in de toe
komst, die op den duur toch ook weer haar
lichtpunten zal aanwijzen, haar studies op
deze Kweekschool aan te vangen; de tal-
looze leerlingetjes, die wij in de Bewaar
school zoo vroolijk bijeen zagen zitten,
zullen in volgende jaren weer door nieuwa
opgevolgd worden. Zij allen behoeven den
steun van jonge vrouwen, voor wie onge
twijfeld een edel en nuttig arbeidsveld is
weggelegd.
Den heer Buurman komt een woord van
lof toe voor de wijze, waarop hij deze
nieuwe omgeving voor de kweekelingen
heeft ingericht tot een smakelijk geheel,
dat bij de opening zeker de groote tevre
denheid van de vele belangstellenden zal
kunnen wegdragen.
het wonen op kamers zonder pension. Ze
eten dan buitenshuis, of van den kok, of
kokkerellen zelf; het heeft iets gezelligs,
iets huiselijks, om klaar te maken, wat je
zelf lekker vindt en er zoo nu en dan een
ander op te tracteeren (laten we hopen,
dat die het dan ook lekker vindt!)
Maar er is een gevaarlijke zijde aan deze
manier van leven: zoo gauw komt er toe,
maar wat te maken van het eten en vaak
heeft men geen trek meer als het maal
door ons zelf klaargemaakt, op tafel komt
terwijl dan de prikkel van het „zien eten
doet eten" ontbreekt.
In de groote steden zijn de flatgebou
wen een ware uitkomst voor de alleenwo-
nenden. Men heeft de vrijheid, die men
zich wenscht, men kan de maaltijden be
stellen in het bijbehoorend restaurant of
daar gaan eten, men kan dienstbode-hulp
krijgen voor het onderhoud van het meu
bilair, de portier is er voor boodschappen
enz.
Maar het blijft „alleen" wonen. En
wie daar niet tegen kan, laat die zoo gauw
mogelijk met een familie of met een vrien
din samen gaan wonen. Ze dient echter
wel te bedenken, dat tegenover de winst
van meer gezelligheid het verlies staat van
veel eigen vrijheid. Opname in een gezin
is dan misschien nog 't meest aan te be
velen. Samen wonen van twee vriendinnen
is altijd heel moeilijk; men is uitsluitend
op elkaar aangewezen, 't Komt voor, dat
ze, zoo oppervlakkig beschouwd, uitste
kend met elkaar overweg kunnen, ze spre
ken elkaar dikwijls, gaan zelfs samen op
reis. Maar laat u niet bedriegen, zelfs dit
laatste is nog geen garantie voor een goede
harmonie in het leven van alle dag. Op
reis zijn we toch altijd 'n beetje in een
Zondagsstemming? Er zijn onder ons vrou
wen, die gezellig en opgewekt zijn, als ze
uit zijn, afleiding hebben, maar in het
gareel van het dagelijksche leven prikkel
baar en humeurig worden. Daarbij Komen
de dagelijks terugkeerende kleine hebbe
lijkheden, die nu eenmaal ieder mensch
heeft, maar die vaak de ander, vooral als
die critisch van nature is„ buiten verhou
ding gaan prikkelen. Ik vroeg eens aan een
lid van een dergelijk ontbonden compag
nonschap: „Waarom wonen jullie eigen
lijk niet meer samen? Ruzie gehad?"
„Och nee, dat niet", was 't antwoord,
maar zij kon zoo vreeselij k vervelend
binnensmonds loopen zingen".
't Leek overdreven, om dat als reden op
te geven, en de oorzaak lag natuurlijk ook
dieper maar klinkt er niet een wereld
van opgekropte geirriteerdheid uit?
Denk dus goed na, welke manier van
wonen het beste bij u past. Het is een
onplezierige menschelijke eigenschap om
van ons eigen bestaan alleen het „tegen"
te zien en van andersmans leven het
„voor".
CRITICA.