Persil Ëiiïfs Persil WAT DE VROUW DRAAGT Weet U, wat ik prettig vind? 76*te Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 10 Augustus 1935 Vierde Blad No. 23122 Dei Mammie al mijn kleertjes in Persil waschH Wani daardoor blijft alles zóó zacht en soepel, dat ik nooit last heb van schrijnen en me altijd even be haaglijk voel. Ook mijn zijden of wollen jurkjes wascht Mammie altijd met Persil. Ik zie er dan ook altijd even netjes en helder uit. VOOR 0E HUISVROUW. MELK, BOTER EN KAAS DE VROUW OP KANTOOR. Alleen de „werkende vrouw" zelf kan loordeelen van welk groot belang de leeding is, die tijdens de werkzaamheden edragen wordt. Niet alleen wat betreft e praktische kant dient er volle aan- acht aan geschonken te worden, ook ndere overwegingen komen er bij in het iel. De ervaring heeft haar n.l. geleerd, i! zij, blijft haar kantoorkleeding op den tergrond, weet zij niet iets bijzonders i aan te geven, iets persoonlijks, ook wat laar beroep aangaat, eerder voorbijgezien rordt. Hiermee willen wij nu natuurlijk ook m niet zeggen, dat een kantoor- Efloyé moet opvallen door het tentoon- piden van allerlei mode-excentrici- bsb. Integendeel, niets is mindersmaak- idn juist op kantoor een „teveel" te nonen in de kleeding. Iedere wer- :4e vrouw zal zelf moeten uitmaken zij zich zoo keurig mogelijk kan eden. Vooral in het hartje van den zomer is ft dikwijls heel moeilijk de juiste dracht tinden. Dan dragen we het liefst de Kilte, dunne weefsels, mits ze makkelijk toon te houden zijn. Men moet als het are In staat zijn de vuile jurk van van- ug mórgen weer frlsch aan te trekken Linnen, cretonne, shantung zien we oral. Niet alleen effen, ook gewerkte ischbare stoffen, maar nóóit opval- cde patronen kiezen. Evenmin mogen (i gebruik maken van buitensporige fsdellen. Zooals op elk gebied, moet ook op dit tinwicht heerschen, evenwicht tusschen tal" en „stijl" van de japon. En dit is tan te bereiken door eenvoud bij de size van stof en model. Sedert lang heeft de werkende vrouw in zekere voorkeur gehad voor de rok- blouse-mode. Het is dus niet te ver onderen, dat de huidige twee-deelige ponnen, de jurk met jakje, het casaque- odel, juist iets is, dat in haar smaak «>et vallen. Het voordeel van deze mode wen die van de uitgesproken rok-en- ouse is, dat de eerste modellen geeft, die ik buiten kantoor gedragen kunnen orden. We mogen niet nalaten op te merken, >t zoo min mogelijk garneeringen aan tocht moeten worden. Niet alleen is it onderhoud hiervan te lastig, ze ver- oren door haar opvallendheid de har- 'onische sfeer, die op elk bureau of kan- oor gewenscht is. De eenige versiering, die eigenlijk in 'nmerking komt, is een vroolijk, licht, Tnituur, jeugdig en frisch. Met voorliefde wordt op het oogenblik toik gemaakt van gewerkte cretonne, ltine ruitjes, de bekende balletjes-patro on o.a. De middelste afbeelding van de mo- o'lon, die wij ditmaal geven, laat een Echoot model" zien, lichte revers en strik "i piqué als eenige garneering, gemaakt on het zooeven genoemde balletjes- ctonne. Vleugelmouwtjes, inplaats van bezette, zijn veel luchtiger voor deze «tan op kantoor! Voor de niet-slanke figuren raden wij 1 zoogenaamde „manteljurk" aan, die !er goed van gestreepte weefsels te maken Zie ons tweede voorbeeld. Het lichte 'oogje maakt de eenvoudige gestreepte 'Pon met driekwartmouwen keurig af. gekleurde ceintuur moeten wij hierbij aet vergeten. Onze eerste afbeelding toont U hoe ge- erkt en effen weefsel samen te verwer en is. Neem bijv. de geplooide rok met 5 vvoolijk gekleurd jakje. "oktisch is ons vóórlaatste model. Een ■Mtje, dat men naar believen kan om- on, dat geheel den indruk wegneemt 1 alleen een „kantoorjurk" te zijn. Hier- 4,bet aan te raden effen stof, vl stiksels langs de randen. net Natuurlijk wordt ook op het gebied van '•.kantoormode" een belangrijke plaats K. tien door het grove linnen. Zooals 'rnt i spree'ct is hierbij in de aller- ii» P'oats eenvoud van model geboden. traa»nze laatste afbeelding. Overhemd- Mm opeenaa'de zakken, knoopen in het Scst» van de voorbaan van de rok, een ie da das' en een de knoopen en heei Passende ceintuur, een pittig ge- 1ih 'Lhebben al meermalen gezegd, dat tót tl i'D11 seen kunst is er smaakvol tien en tóch niet al te groote uit gaven te moeten doen. Dat geldt ook nu weer. Ook op kantoor kan iedere vrouw er keurig uitzien, mits zij er zich van bewust Is, dat niet alle modesnufjes hier aange wend kunnen worden. ROBERT HOHENBERG. HANDSCHOENEN. Handschoenen behooren tot de asses- soires", die in staat zijn de kleeding „af" te maken of soms geheel te bederven. En dus is het begrijpelijk, dat er zeer veel aandacht aan besteed wordt en dat de Mode ons dientengevolge steeds meer met nieuwtjes verrast. Zoo laten wij U op onze afbeeldingen zien de geheel doorstikte kap, tot de vin gers toe. waardoor deze zoog. Zweedsche handschoen een geruit aanzien krijgt. Dan een met een gesp gesloten model, met een insnijding aan den bovenrand van de kap tot aan de gesp .En als laatste een band schoen, waarbij in de kap een vietht- werkje van leer in contrastreerende kleur is aangebracht. Dit laatste model kan goed dienst doen bij sport- en wandelcostuum, uitgevoerd in twee kleuren! R. H. VROEGE HERFST IN DE BERGEN.,.. Velen hebben de gewoonte hun vacantie pas in het begin van den herfst te nemen, om dan frissche krachten te verzamelen voor den strijd met de gure overgangs maanden. Anderen weer gaan 's zomers naar het water en bewaren nog een paar vacantiedagen, om die in de mooie eerste herfstdagen in de bergen door te brengen. Welke kleeding neemt men die Herfst dagen mee? Géén zuiver sportieve; men wil ze immers ook nog in de stad, als men terug is, kunnen dragen. Wij zouden een casaque-model willen voorstellen, van geruite stof (figuur 1)bij frisch weer trekt men er een donkere, wollen blouse bij aan; in ieder geval echter een warme sjawl. Een kameelharen mantel is de meest praktische dracht hierbij, met groote knoopen en „militaire kraag". Neemt men er nu, behalve de zooeven genoemde ge ruite casaquejurk, nog een wandeljapon bij, bijv. van dezelfde stof als de mantel, dan is men in staat om nog verschillende variaties aan te brengen. Draag bijv. de geruite casaque-blouse eens op de effen rok of omgekeerd! Deze modellen zijn zeer gewenscht op het oogenblik; immers, het is niet alleen in den vroegen herfst in het gebergte, maar evengoed in de stad noodzakelijk, dat. men kan „varieëren". Dat heeft deze tijd van algemeene bezuiniging ons wel geleerd! R. H. RECLAME. 86M E. Ostermann Co's Handel Hij. N.V., Amsterdam Fabriek te Jutphaas bij Utrecht Het wordt l&.igzam vhar, 4 al weer tijd om aan September te gaan denken: een van de heerlijkste maanden v^n he jaar, als je geen „schoolkind" meer bent Lm., want dan heeft September, als slot van de vacantie, ook een minder genoegelijke kant. September met zijn warme vroeg- najaais-tinten kan reeds flink koele avonden brengen. Een heerenvest is dan een zeer gewilde dracht. Ik raad u aan het in gespikkelde wol te breien, met 4-draads dubbele breiwol. passend bij de plus-fours, de kousen en het jasje, of den jekker, die er 's winters overheen ge dragen wordt. Brei met naalden No. 8. Voor een groote maat komen er 6 steken op de 2'/ï c.M. Begin aan den rug; zet 130 steken op en brei 16 toeren recht heen en recht terug; brei den eersten toer in den achter kant van de steken; dat geeft, zooals u weet, een stevigen rand. 17de toer: recht; 18de t.: 3 recht. aver, tot op 3 st. na, 3 recht; herhaal deze 2 laatste toeren tot er 110 t. zijn, of in ieder geval tot het vest de goede lengte heeft tot het armsgat. Kant nu aan het begin van elke der volgende twee toeren 4 steken af voor de armsgaten; minder dan één steek aan elk einde van de volgende acht toeren, dan aan elk einde van de volgende 5 recht gebreide toeren, zoodat er nu nog 96 steken overblijven. Ga op deze steken 34 toeren door en begin dan de schouders aldus af te schuinen: A brei tot op de laatste 5 steken van den vorigen toer na, keer om en brei terug; herhaal van af A tot er nog 36 steken over zijn in den laatsten korten toer. Brei dan recht tot het einde van den toer, draai om, werk averecht over al de steken en kant af. Nu het linker voorpand; zet 77 steken op en brei 16 toeren recht; 17de toer: recht; 18de toer: 12 recht (dat is voor het randje aan de voorzijde), averecht tot op de laatste 3 steken na; 3 recht. In den volgenden toer maakt u aldus een knoopsgat: recht tot de laatste 9 steken; 5 steken afkanten; 4 recht. Volgende toer; 4 averecht, 5 steken opzetten; aver, tot op de laatste 4 st. na; deze 4 recht. Op deze wijze moeten er 5 knoopsgaten gemaakt worden in dit randje van recht heen en recht terug; laat telkens 24 toeren tusschen de knoopsgaten. Ga door met het vest tot u 29 toeren recht heen en averecht terug hebt ge breid boven het randje van 16 toeren recht, en maak dan aan den averechten kant een zak: 12 recht, 18 averecht, 26 recht, 18 avcr., 3 recht; daarop een toer recht; herhaal deze twee toeren twee maal; dan volg. toer: 12 recht, 18 aver.. 26 afkanten, 18 over, 3 r. Zet nu op aparte naalden 26 steken op en brei 32 toeren recht heen en aver, terug voor den zak; neem vervolgens het voorpand op, brei 21 st. recht; breng de aparte naald met 26 st. achter de 26 afgekante st. met den rechten kant naar u toe en brei deze steken dan tot het einde van den toer. Ga nu verder met het vest tot er evenveel toeren aan de voorzijde zijn als op den rug onder het armsgat; u moet dat even precies tellen, niet meten; tel de ribbetjes van het randje; dan gaat het gauw ge noeg. Daarna begint het afschuinen voor het armsgat: kant aan het begin van den volgenden rechten toer 6 st. af en minder 1 steek aan de voorzijde binnen het randje. Maak deze mindering eenmaal in de vier toeren, tot er hiervoor 12 minde ringen zijn gemaakt; deze mindering dient voor het afschuinen van het voor pand bij den hals. Tegelijkertijd mindert u ook voor het armsgat: eenmaal in de volgende 6 toeren, daarna in de volgende 5 rechte toeren. Houdt nu verder den kant van het armsgat recht; als de minderingen voor de halszijde klaar zijn, moeten er dan nog 48 steken op de naald staan. Brei op die 48 steken zonder minderen 20 toeren; en maak daarna den schoudervorm door 5 steken onbewerkt te laten aan het einde van eiken averechten toer tot er nog 18 steken overblijven. Kant dan alle steken af, behalve de 12 rechte aan den voor kant, en brei op deze 12: 40 toeren recht heen en recht terug. Dan is het linker voorpand klaar. Nu het rechter. Dit wordt precies zoo gebreid als het eerste en ook met knoopsgaten, maar natuurlijk ge schiedt het afschuinen van den tegen- overgestelden kant. De knoopsgaten komen aan het begin van de rechte toeren op de volgende manier: 4 recht, 5 afkanten, recht tot het einde van den toer. De toer voor den zak wordt: 30 recht. 26 afkanten. 21 recht op het gebreide gedeelte. De eerste 6 steken, die aan het armsgat af- gekant moeten worden, liggen aan het be gin van een averechten toer; dan komt alles precies op zijn plaats. Kant de schoudersteken af (óók die van het randje). Zet voor de mouwen 64 steken op en örei 32 toeren het dubbele ribbetje: 2 recht, 2 aver.; daarna verder: recht heen, aver, terug; meerder aan elk einde van eiken 6den toer 1 steek, tot er 102 steken zijn. Op deze 102 kan men doorgaan tot de vereischte lengte, d.w.z. tot men toe is aan het schuine gedeelte van den boven kant van de mouw. Dat wordt aldus ge werkt: kant 4 steken af aan het begin van elk der volgende twee toeren, minder dan 1 steek aan elk einde van lederen toer, tot er 36 steken over zijn. Daarna afkanten. Als alle werkstukken op de bekende manier (aan de aver, kant over een voch- ligen doekl zijn opgeperst, kunt u de schouder- en zijnaden dicht naaien; ook de mouwnaden; zet de mouwen dan in de armsgaten, zóó, dat de naden op elkaar vallen. Naai vervolgens het randje om den hals vast en hecht het aan het randje van den rechterschouder. Naai de zakken op hun plaats; Ders alle naden op. U hebt nu aan beide ziiden knoopsgaten, dus het vest kan zoowel rechts als links sluiten: maak daarom een los knoopenbandje: 5 knoopen op een stukje band; de afstanden naar de knooosgaten regelen; doe de knoopen door de gaten aan de rechter- door MARTINE WITTOP KONING. 't Is in ons leven geen zeldzaamheid, dat gebruiken, waaraan we van kind af ge wend zijn geweest, evenals voorwerpen die we dagelijks om ons heen zien, slechts een zeer vagen indruk op ons maken als er zelfs nog van „indruk" sprake mag zijn! Tot het een of ander toeval op dat „ge wone" en „overbekende" een helder licht werpt, en we het plotseling zien opglanzen uit de grauwe gelijkheid met een eigen gaafheid, een eigen leven, een eigen be doeling. Een landschap, een stadsbeeld, waar door sinds jaren dagelijks onze weg is gegaan, aanvaarden we zonder meer, tol op een goeden dag de enthousiaste be wondering van een ander ons in het vaak aanschouwde iets nieuws en iets eigens doet ontdekken, onze waardeering ervoor wekt, omdat onze oogen thans geopend zijn voor effecten, die tot nu toe aan ons opmerkingsvermogen waren ontsnapt. Op ongeveer gelijke wijze is onze hou ding tegenover verschillende dagelijksche voedingsmiddelen gekenmerkt. Het feit, dat we ze dagelijks onder ons bereik hebben, maakt er als ik 't zoo noemen mag „sleur-artikelen" van, die onze belangstelling slechts zeer matig in beslag nemen: ze zijn er en we gebruiken ervan, maar.... op prijs stellen doen we niet bepaald eerlijk gezegd, we keuren ze geen verdere gedachte waard. Zoo gaat het b.v. met de melk. Dagelijks op het zelfde uur afgeleverd, wordt ze voor zoover 't gepasteuriseer de melk is plichtmatig uitgeschonken in hetzelfde aantal glazen voor ontbijt of koffiemaaltijd. Of wel voor zoover ze als rouwe melk is bezorgd wordt ze machinaal in melkpan of melkkoker ge goten en ondergaat daar systematisch een haar toegemeten kooktijd. Dat alles behoort tot de vaste regels van het huis en als dat gebeurd is, dan heb ben we ons met de melk voldoende lang beziggehouden en vraagt ze verder geen plaats in onze gedachten. Jammer! Want haar beteekenis als „versterkend" voedingsmiddel (ook voor de niet bepaald „zwakken"!), haar lage prijs in verhouding tot haar rijkdom aan belangrijke bestanddeelen, de vele moge lijkheden, waartoe ze in de spijsbereiding meewerkthet zijn punten van niet te onderschatten gewicht, zeker wel waard om er een stevige propaganda op te ba seeren in de plaats voor het vlakke ge bouwtje dat „sleur" heeft opgetrokken. Waartoe de doordachte propaganda in den huiselijken kring zou kunnen leiden? In de eerste plaats tot het streven naar een ruimere variatie, zoodat de melk het van alledaagschheid tot aantrekkelijkheid brengt. Afwisseling dus in de z.g. melkspijzen? de pappen, de schoteltjes, de puddingen. zijde en naai het bandje aan boven- en onderzijde vast. Door zelf de maten te passen en b.v. het voorpand iets te verlengen voor de ruimte over de buste, kunt u van dit vest even goed een dames-jumper maken; de knoopen moeten dan links zitten; verder is alles precies gelijk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 13