DE KWESTIE-SPOORHOUT
BUITENL. WEEKOVERZICHT
Een goed examen
LEIDSCH DAGBLAD - Derde Blad
Zaterdag 29 Juni 1935
Ontstemming te
Parijs over Britsch-Duitsch vlootaccoord.
Zijn de overeenkomsten van Stresa
in gevaar gebracht?
THIJS IJS EN DE DIKKE HERTOG.
Tweede deel van het rapport ingediend,
FINANCIEN.
„Groot-Brittannië had eerst met Frankrijk moeten overleggen"
Francois de Tessan, de oud-onderataata-
eecrotarls van BultoiUandache. Zaken te
Parijs, zet ln dit artikel uiteen, de ont
stemming die ln Fransche politieke krln-
acn la ontstaan door de onderhandelingen,
die Groot Brittannlë met Dultachland
heeft gevoerd. Naar sl]n meening hed
eerat met Frankrijk overlegd moeten wor
den. HU brengt de overeenkomst van
3treaa hlerbU ter sprake en hoopt uit
eindelijk op den terugkeer van Dultach
land ln den Volkenbond.
Het Bi'ltsch-Duitsche vloot-accoord (dat
het resultaat tg van de samenvatting ln
het Witboek), waarin Sir Samuel Hoare
en Von Rlbbentrop de voorwaaiden heb
ben uiteengezet waarop Dultschland 35
procent van de totale tonnage van de
Brltsche vloot kon verkrijgen, ls niet in
overeenstemming met den Franschen
geest en verwekt daar in politieke kringen
ontevredenheid en ongerustheid. Het zijn
niet zoozeer de technische overwegingen,
waarvan men ln ieder geval het belang
niet kan ontkennen, dan wel de diploma
tieke houding die Groot Brittannlë heeft
gevolgd, welke tot crltiek aanleiding
geelt. Frankrijk is niet in de eerste plaats
ontstemd doordat het Verdrag van Ver
sailles (dat ln werkelijkheid immers re
geert), ln een nieuwe phase is gekomen,
maar wel doordat Groot Brittannlë door
haar handelwijze, die totnogtoe zeer cor
rect was. de moeilijk verkregen resulta
ten van de Britsch-Fransch-Itallaansche
overeenkomst in gevaar brengt.
Is het een wonder dat men ln Frank
rijk verontrust is door de wending der
gebeurtenissen, wanneer juist Baldwin
aan den vooravond dat hU de leiding der
regeering ln handen neemt, een gloed
volle rede uitspreekt over de onmisbaar
heid van dit verdrag? Hij was, toen Mac
Donald op het punt stond als premier al
te treden, voortdurend voorstander van
een tactiek van bezorgdheid voor Frank
rijk. Eden, met wien hij veel gezamenlijke
Ideeën had, proclameerde in die dagen
zijn geloof in de mogelijkheid van weder-
zijdschen bijstand, door middel van den
Volkenbond en een systeem van onderlin
ge zekerheid.
De regeeringspersonen ln Londen heb
ben het communiqué van 3 Februari on
derteekend, waarin de eenheid wordt uit
eengezet van ideeën en handelwijze vol
gens welke de bewapeningen te laijd, te
water en ln de lucht onderling afhanke
lijk zijn en volgens welke ook de vrede,
naar de formuleering van Lltwlnoff, on
deelbaar ls. De conferentie van Stresa
heeft deze ideeën bevestigd en het leek
erop dat Frankrijk, Italië en Engeland
voortaan samen uitgebreide maatregelen
zouden nemen om gezamenlijk een op
bouwende beschermlngspolitiek naar deze
richtlijnen te volgen.
Frankrijk heeft voor haar aandeel, ge
trouw aan deze leerstelling, de gelegen
heid om onderlinge besprekingen te voe
ren en bilaterale overeenkomsten aan te
gaan. verworpen, omdat, dit kon worden
uitgelegd als een daad van een afvallige
of veroordeeld zou kunnen worden als een
houding, die in strijd zou zijn met het
opgestelde programma.
Groot Brittannlë, dat zich geheel ac-
coord heeft verklaard met het systeem
van onderlinge veiligheid, onderhandelt
met Dultschland (zonder vooraf met de
mede-onderteekenaars overleg te plegen)
over de her-bewapening ter zee, zelfs zon
der den tijd te hebben genomen van de
Fransche bezwaren kennis te nemen.
Hierdoor zijn Fransche tegenmaatregelen
om het algemeene evenwicht ter zee in
Europa en in de wereld te handhaven,
onvermijdelijk.
Zeer zeker, Frankrijk was het met En
geland en Italië eens over de noodzake
lijkheid het vijfde deel van het Verdrag
van Versailles te herzien en te vervangen
door een algemeen reglement voor de be
wapening op elk gebied afzonderlijk
Maar dit reglement, dat als doel heeft
tot vermindering der bewapening te ko
men, moet ook worden bepaald door een
netwerk van onderlinge verdragen en
moet worden uitgevoerd onder leiding
van den Volkenbond Londen beweert nu
dat het zich met Dultschland direct in
verbinding heeft gesteld om dit doel snel
ler te bereiken.
Verschillende documenten, vervat in
het Witboek, herinneren aan de moge
lijkheid van een toekomstig algemeen ver
drag ter beperking der zeemachten en
voorspellen een overdeenkomst tusschen
Engeland en Dultschland. Maar wie ziet
nu niet, dat na de onderhandelingen tus
schen Sir Samuel Hoare en Von Ribben-
trop Iets aan den gang van zaken ont-
üreekt en de accoorden van Stresa geweld
worden aangedaan.
Groot Brittannlë heeft gedacht (haar
buitenlandsche politiek ls zoo vaak ge
kenmerkt door besluiteloosheid) dat zij
een goede gelegenheid had zich te ont
doen van de Duitsche rivaliteit ter zee
en zij heeft ervan geprofiteerd, zonder de
gevolgen te bedenken die dit kon hebpen
voor de andere naties. Groot Brittannlë
heeft voorts gemeend dat van het oogen-
blik af dat zij het Derde Rijk bracht in
een onderworpen positie, die toch ruim
schoots voldoening zou geven en boven
dien van onbeperkten duur zou zijn, zoo
een Pax Brittannica verzekerd zou zijn,
die ten slotte wel door de andere volken
geaccepteerd zou worden. In plaats van te
denken aan haar verbintenis met andere
landen, heeft zij zich opgeworpen als
scheidsrechter door een gedachtengang
die niet alleen simplistisch was, maar ook
van hoogmoed getuigde.
De regeering van Baldwin heeft niet al
leen voldoening geschonken aan de pu
blieke opinie in Engeland, waar het pa
cifisme niet altijd beredeneerd is, maar
ook aan de bankiers, die een zekere ont
spanning in den toestand noodlg hadden
om de kapitalen terug te trekken, die on-
voorzichtigerwijze aan de overzijde van
den Rijn waren geïnvesteerd. Ten slotte
zijn de imperialisten voldaan, die van
meening zijn dat Groot Brittannlë sterk
genoeg is, om het lot van Europa te be
palen.
Toch heeft Londen begrepen dat het
verplicht was Frankrijk en Italië uitleg
te geven en daarom is Eden naar Parijs
gezonden. De Engelsche premier wenschte
niet dat men zijn land zou kunnen be
schuldigen van een niet loyale houding.
Hij is trouwens reeds in een onaangename
positie gekomen door bepaalde stroomin
gen ln de Duitsche pers. Inderdaad leg
gen de Duitsche bladen er den nadruk op,
dat het vlootaccoord het trio Frankrijk-
Italië en. Engeland verder van elkaar
heeft gebracht. Zonder veel te zeggen over
de technische bepalingen, die de Britsche
vloot een onbetwistbare overheerschlng
verzekeren, trekken zij partij voor de po
litieke denkbeelden die de overeenkomst
beheerschen en roepen zij uit dat het
front van Stresa gebroken ls. Zekere ge-
Inspireerde artikelen gaan zelfs zoo ver
door te beweren dat een nieuwe Europee-
sche politiek op komst is. Dit dank zij de
Engelsch-Duitsche toenadering.
Zonder te willen ontkennen dat de
Duitsche manoeuvre een zeker 'succes
heeft gehad, moet men toch zeggen, dat
deze manier van doen de zaken drijft
naar een punt waar zij nog niet zijn.
Groot Brittannië heeft den levendigen
wensch geen schade te doen aan den toe
stand van evenwicht in Europa en om
2. Thijsje zat heel rustig dus bij 't knappend vuur; maar zijn
kalme vreugd was niet van langen duur hij zat zoo nog geen
uur, of daar werd op de deur geklopt.
„Een reiziger heeft hier gestopt, vraagt onderdak voor dezen
kouden nachtdat was, wat Thijs nu dacht.
Het gaat niet aan om Iemand ln de koude en de regen lang te laten
staan; en dus springt Thijsje op reilt naar de deur dan ln galop.
Zie hem hier maar loopen; op 't volgend plaatje doet hij open.
het vormen van onverbreekbare fronts
tegen te gaan. Dat zij zoo onvoorzichtig
ls geweest zich te verlaten op afgeschei
den onderhandeling met Dultschland en
dat zij niet den terugslag heeft berekend
dien deze daad zou hebben, is oneindig
te betreuren. Wij gelooven dat het een
gevaarlijk denkbeeld is te meenen dat een
tactiek van verdeellng. die Qroot Brittan
nië nu wenscht toe te pSssen voor een
luchtpact, de orde op het continent kan
herstellen. Maar geen enkel nadenkend
mensch ln Frankrijk gelooft dat het de
bedoeling ls van Groot-Brittannië haar
politiek ten opzichte van Dultschland zoo
geheel te veranderen.
Alle openbare en diplomatieke uitlatin
gen over dit onderwerp zijn ln strijd met
het al of niet getoonde streven der re
geerders ln Berlijn. Groot Brittannlë heeft
geloofd te redden wat er te redden valt,
na zich te hebben geschikt ln een herbe
wapening van Dultschland (waarbij zij
voor zichzelf een vergrooting van de
luchtmacht veilig stelde) en zij hoopt
door deze concessies en door moreelen
druk Hitler eens weer in Genève terug te
zien Dat ls haar streven, niet meer, niets
minder.
Frankrijk heeft bij nota van 18 Juni en
door de verklaringen, gegeven aan Eden,
haar gereserveerde houding verklaard,
zoowel ten aanzien van de overeenkomst
als ten aanzien van de door Groot Brit
tannlë gevolgde handelwijze, als wat be
treft Frankrijk's vlootbelangen Frankrijk
vraagt voorwaar slechts Duitschland's te
rugkeer ln den Volkenbond en haar ver
bintenis met alle maatregelen, die op een
harmonieuze wijze den toestand in geheel
Europa verbeteren.
De beste wijze dit te bereiken ls dat de
vredelievende staten een strenge discipli
ne in acht nemen, vooral tegenover zich
zelf en tegenover elkander. Dit heeft La-
val aan Eden gezegd en dit is de ware
moraal die men trekken kan uit de ge
beurtenissen der laatste dagen.
(Nadruk verboden).
EEN WERELD VOL ONZEKERHEDEN.
De Engelsche ralsminister Eden heeft
zijn' pelgrimage naar Parijs en Rome vol
bracht. Tevreden zal hij echter wel niet
zijn geweest bij zijn thuiskomst, durven
we te veronderstellen. Weliswaar ontving
Parijs hem zeer beleefd, evenals trouwens
Rome, doch de oude hartelijkheid was
verdwenen. Frankrijk kan in zeker opzicht
het practische resultaat van het Engelsch-
Dultsch vlootaccoord billijken, doch de
wijze, waarop dit tot stand ls gekomen,
kan Frankrijk niet goedkeuren en 't heeft
dit niet onder stoelen of banken gestoken
Laval moet trouwens zeer voorzichtig
manoeuvreeren. want hli mag rechts niet
te veel van zich vervreemden al steunt
hij betrekkelijk meer op links dan zijn
voorgangers. Frankrijk plaatst zich op het
standpunt, dat Engeland door zijn aparte
dans met Dultschland de andere landen
de volle vrijheid heeft gegeven. Zij zijn
niet gekend en dus.... En dit schijnt,
helaas, meer dan een ijdele bedreiging,
gelet op de uitspraak van den Franschen
minister van marine. Frankrijk houdt
zich thans de vrijheid voor om naar eigen
inzicht te gaan bewapenen ter zee en
kondigt officieus reeds den bouw van linie-
kruisers aan! Op die manier heeft de ge
troffen vdoot-overeenkomst slechts betrek
kelijke waarde, daar Engeland zoodoende
gedwongen zal worden tot uitbreiding van
zijn vlöot. tengevolge waarvan Dultsch
land. volgens de regeling van 100 tot 35.
weer mag gaan uitbreiden. Zoodoende zou
de bewapeningswedstrüd in optima forma
herleven, zelfs in ernstiger mate dan voor
de overeenkomst! Doch laat ons hopen,
dat de booze bui bij beide bondgenooten
van het Britsche rijk tlidig zakt. zoodat
deze zee-bewapening kan worden afge
wend! Zou Engeland er in slagen Duitsch-
land, dat zich meegaander toont dan sinds
langen tijd het geval was terug te voeren
naar den Volkenbond dan zou er ontegen
zeggelijk veel zijn gewonnen in dit opzicht.
Te meer klemt dit. waar de kansen ge
regeld grooter worden, dat. de Volkenbond
weldra het verlies van Italië zal hebben
te betreuren. Inzake het Italiaansch
Abessynisch conflict heeft Eden's reis toch
wel geleid tot verduidelijking der situatie,
zij het dan niet tot verbetering van den
toestand. De Duce schijnt met niet minder
tevreden te willen zijn dan met de vesti
ging van het protectoraat over het land
van den Negus, zijn het ook gecamoufleerd.
En waar het volledig onafhankelijke
Abessynië daarin nooit zal toestemmen
zonder daartoe door een oorlog te zijn
gedwongen. Rikt er in Afrika rechtstreeks
periculum in mora. Italië gaat dan ook
geregeld door met het zenden van troepen
naar Erlthrea en Somalcland. Het heet. dat
pas in September de tijd gunstig is voor
oorlog-voeren zoodat er nog eenige tijd
zou zijn om het ergste af te wenden doch
wie garandeert datKomt het tot oor
log. dan krügt de Volkenbond het zwaar
te verantwoorden. Ongetwijfeld zal het
Instituut van den vrede de houding van
Italië moeten afkeuren en dan ls het ge
vaarlijke moment van Itallë's uittreden
daar. Eden's aandrang te Rome om met
economische concessies, waartoe Abbessy-
nle wel bereid zou zijn. genoegen te
nemen, heeft gefaald, daaraan valt niet te
twijfelen.
Neen. met opgeruimd gemoed al de En
gelsche minister ditmaal niet zijn terug
gekeerd. Zijn oprechte verzekering, dat
Engeland er niet aan denkt over te loopen
tot de tegenpartij, heeft niet het effect
gehad, dat men daarvan had gedroomd.
Onzekerheid is er ook verder te over in
ons werelddeel. Hoe staat het feitelijk
met het Donau-pact en het Locarno voor
het Oosten? Men hoort er slechts spo
radisch iets van, al heet het officieel, dat
Londen en Stresa volledig overeind
worden gehouden. En welke invloed heeft
de regeerlngswlsseling in Zuid-Slavië,
waar de regeering Jeftitsj plaats moest
maken voor een meer tot samenwerking
met de oppositie bereid zijnde regeering
Stojadinowitsj? Dit is nog heel moeilijk
te beantwoorden. Een korte verklaring
van trouw aan de Kleine Entente en van
handhaving der vriendschap met Frank
rijk bleef te vaag om er veel gewicht aan
te hechten. Jeftitsj had een bezoek aan
Rome aangekondigd, hetgeen wees op ont
spanning ln de betrekkingen met Italië,
ook daarvan zal vermoedelijk thans eerst
geinig meer terecht komen. Eigenlijk be-
CRITIEK INZAKE HET GRINTBAGGERBEDRIJF.
o
BIJ de Tweede Kamer ls thans Inge
diend het tweede gedeelte van het verslag
der commissie to thet instellen van een
onderzoek naar de bij de ln de Tweede
Kamer ter sprake gekomen feiten ln ver
band met de N V. „Spoorhout" en het
grintbaggerbedrijf te Linne.
Dit tweede gedeelte van het rapport be
handelt het grintbaggerbedrijf. De com
missie komt, wat de hoofdzaken betreft,
tot de volgende conclusie.
De exploitatie van het grintbedrijf ls
voor de spoorwegen zeker niet onvoor-
deelig geweest en heeft waarschijnlijk in
den loop der jaren zelfs niet onaanzien
lijke baten opgeleverd.
Er bestaat geen reden, aan te nemen,
dat de overeenkomsten, door de spoor
wegen gesloten ter verkrijging van de
beschikking over de voor de exploitatie
van het bedrijf benoodigde terreinen,
lichtvaardig en niet met Inachtneming
van de regelen van goede koopmanschap
zouden zijn gesloten.
De contracten, met den leider van het
bedrijf gesloten, verzekeren echter diens
leider ais zoodanig een inkomen, dat ver
uitgaat boven het bedrag dat, alle om
standigheden in aanmerking genomen, als
een redelijke vergoeding voor de door hem
te leveren praestaties mag worden be
schouwd. De commissie acht het daarom
gewenscht, dat de spoorwegen gebruik
maken van alle middelen, welke hun ten
dienste staan om te verkrijgen, dat de
finaneieele regeling, welke tusschen hen
en den leider van het grintbedrijf bestaat,
zoo spoedig mogelijk op een meer bevredi
gende basis wordt gesteld.
Het karakter van het Grintbedrijf is
een geheel ander dan dat van Spoorhout.
Bij Spoorhout is sprake van een afzonder
lijke N.V.. waarvan de spoorwegen het
meerendeel der aandeelen ln handen heb
ben en met welke zij leveringscontracten
sluiten. Met het Grintbedrijf is zulks niet
het geval. Dit bedrijf mist formeel elke
zelfstandigheid, het vorm teen onderdeel
van het bedrijf der Spoorwegen.
Vóór den wereldoorlog betrok de Maat
schappij tot Exploitatie van Staatsspoor
wegen het door haar benoodigde grint van
verschillende baggerbedrijven. De omstan
digheid, dat de heer Th. Verhoeven een
aanzienlijk lageren prijs dan de overige
aanbieders berekende, leidde er toe dat
hem in den vervolge de grintleveranties
werden toegewezen. Tusschen de maat
schappij en den heer Verhoeven kwam een
regeling tot stand, waarbij de voor het te
leveren grint te betalen prijs werd vast
gesteld op den kostprijs, vermeerderd met
een zekere winst. Toén in 191? de heer T.
Verhoeven overleed, werden de grintleve
ranties op denzelfden voet voortgezet door
zijn zoon, den heer B. Verhoeven.
Bij de fusie van de spoorwegmaatschap
pijen in 1921 oordeelde men het ge
wenscht de grintvoorziening ln eigen be
heer te nemen. Daardoor Zou de mogelijk
heid van prijsopdrijving door leveranciers
worden uitgeschakeld, terwijl een regel
matige aanvoer verzekerd zou worden.
Men heeft toen den heer Verhoeven
uitgenoodigd, zijn baggermateriaal aan de
spoorwegen over te doen én zich tegen
genot van salaris en van een winstaandeel
me tde leiding van de productie van het
benoodigde grint te belasten. De heer Ver
hoeven aanvaardde deze ultnoodiging.
Aldus ontstond het eigen grintbedrijf van
de spoorwegen.
Wat de te explolteeren objecten betreft,
werden door de spoorwegen drie contrac
ten gesloten met de N.V. Maatschappij
tot exploitatie van het landgoed Oosden,
gevestigd te Beegden (L.). De gronden,
waarop deze contracten betrekking heb
ben. grenzen aan elkaar en liggen juist
tegenover de installatie van het grint
bedrijf en de spoorwegaansluiting te
Linne. De contracten hebben materieel
alle denzelfden inhoud. Zij geven aan de
spoorwegen tegen zekere betaling het
recht om grint aan de betreffende gron
den te onttrekken. In formeel opzicht ls
er echter een verschil. In de laatste twee
contracten wordt eenvoudig aan de spoor
wegen tegen betaling van een bepaalde
som grintwlnnin gop de aangewezen ter-
rust in Zuid-Slavië de macht wederom bij
het onpolitieke leger, dat door generaal
Zifkowitsj wordt beheerscht. In zulke ge
vallen komt wel eens meer naar voren de
regel: ik kan ook anders!
In Azië schijnt eenige ontspanning te
zijn ingetreden in het conflict ln Noord-
China. doch een definitief oordeel is
daaromtrent nog moeilijk te vellen, daar
leder moment plotseling de situatie zich
kan wijzigen. Zelfs gaat men zich afvra
gen, of de tegenstelling tusschen de mili
tairen en de regeering in Japan geen
camouflage-politiek is om de tegenstan
ders der penetratie van Japan in slaap te
sussen. Voor het oogenbllk laat het zich
aanzien, dat tengevolge van het terug
wijken van China voor den Japanschen
drang de ernstigste gevaren zijn geweken,
doch leest men de eischen van het Japan-
sche leger, dan twijfelt men volkomen
terecht over den duur van de ingetreden
ontspanning. Practisch verschillen deze
eischen toch weinig van het streven van
Italië in Abessynië, n.l. het vestigen van
een protectoraat over het Hemelsche rijk,
al heet het, dat Japan de Chineesche
souvereinlteit niet wil aantasten. Een her
haling van Mandsjoekwo durft Japan niet
aan, doch langs anderen weg wil het
blijkbaar toch hetzelfde bereiken en men
lacht daar in Tokio in zijn vuistje over
Europa's geschillen!
Bovendien heeft Amerika nog steeds
genoeg te stellen met zijn eigen inwendige
moeilijkheden, zoodat ook van die zijde
China weinig heeft te verwachten. En de
sovjets wagen zich alleen ook niet op
glad lis! Tot overmaat van ramp blijft
de Chineesche eenheid een fictie
Het wordt Japan wel gemakkelijk ge
maakt!
relnen toegestaan. Het eerste contract,
van 14 Mei 1921, kent echter een geheel
andere constructie. Bij dit contract werd
een stuk grond aan de spoorwegen ver
kocht, onder verplichting van terugleve
ring van dien grond zonder eenige beta
ling, zoodra de grintwinnlng aldaar zou
zijn afgeloopen. Behalve de koopsom zou
den de spoorwegen een vergoeding hebben
te betalen voor eiken kubleken meter
grint boven een zeker aantal per H.A.,
welke aan het gekochte terrein zou wor
den ontleend. Deze laatste bepaling is
later vervangen door de verplichting tot
betaling van een bedrag van f. 40.000
boven de koopsom.
Het ls vooral dit contract geweest, dat
tot het uiten van ernstige bedenkingen
aanleding heeft gegeven.
Gezien de feiten, kan de commissie geen
reden vinden om de door de spoorwegen
gesloten contracten onjuist te noemen.
Waneer den commissie de bedragen,
door den exploitant ontvangen, zeer hoog
noemt, dan ziet zli daarbli niet voorbij,
dat de heer Verhoeven, toen hij zich ln
1921 door het aangaan van de exploitatie
contracten aan de spoorwegen bond. de
winstmogelijkheden die hij als particulier
grinthandelaar had. prijs gaf. Naar haar
meening dient daartegenover echter ook
te worden gesteld dat de bedoelde con
tracten den heer Verhoeven nagenoeg ge
heel van de risico's welke een particulier
grinthandelaar loopt, bevrijdden.
Het moge waar zijn dat. de spoorwegen
van het ln eigen beheer nemen van hun
grintvoorziening min of meer belangrijke
voordeelen verwachtten, naar de meening
der commissie ls het moeilijk te verdedi
gen. dat in de ter zake gesloten contrac
ten bepalingen werden opgenomen, welke
zoo belangrijke Inkomsten verzekerden
aan hem. die met de exploitatie van het
inderdaad zoo betrekkelijk eenvoudig be
drijf der eigen erintwinning zou worden
belast.
Naar het oordeel der commissie was de
constructie, welke den exploitant in staat
stelde een belangrijke winst te maken
op de huur van sleepbooten aan het be
drijf. onjuist. Nu de constructie Inmiddels
ls verlaten, meent zij zich daaromtrent
tot deze opmerking te kunnen bepalen.
Geklaagd is over het feit. dat door het
Grintbedrijf ook grint aan derden zou
worden geleverd. Aldus zou met kapitaal
van de Spoorwegen aan particuliere be
drijven concurrentie worden aangedaan.
Bij haar onderzoek is aan de commissie,
behoudens enkele te verwaarloozen zeer
kleine hoeveelheden, in de onmiddellijke
omgeving op verzoek van de koopers
verstrekt, niets gebleken van eenige andere
levering aan derden dan van betongrint,
een voor de spoorwegen onbruikbaar
nevenproduct van het ballastgrint.
Het medegebaggerde betongrint wordt,
sinds de bevaarbaarmaking van de Maas
een voldoend economisch vervoer toelaat,
door de spoorwegen van de hand gedaan.
De commissie vermag hierin niet een
ontoelaatbare concurrentie met het par
ticuliere bedrijf te zien, integendeel ziet
zij daarin een daad van goed economisch
beleid, zij het ook. dat de particuliere
igrintbedrijven daarvan eenig nadeel kun
nen ondervinden.
Als grief tegen de wijze van exploitatie
van het grintbedrijf is nog aangevoerd,
dat de toch voor de hem bewezen dien
sten zoo ruim beloonde exploitant zou
worden bijgestaan door een „onder
directeur". die een salaris van f. 6000 zou
genieten.
Der commissie is gebleken dat aanvan
kelijk bij het bedrijf een bedrijfsleider in
dienst was. die het genoemde salaris ge
noot. Deze bedrijfsleider was reeds bil deh
vader van den exploitant ln dienst en
bleef bij den overgang van het bedrijf naar
de Spoorwegen daaraan verbonden. Na
zijn overlijden in 1925 is zijn plaats niet
meer vervuld. De hoogstbezoldigde em
ployé is thans de administrateur, die een
salaris van f4000 ontvangt en daaren
boven het genot van vrij wonen, vuur en
licht heeft.
RECLAME-
6885
doet Ge, als Ge rustig kunt nadenken,
zónder angst-gevoel, zónder gejaagdheid,
zónder hoofdpijn. Neem daarvoor 'n
„AKKERTJE". Zoo'n metalen zakdoosje met
3 stuks voor slechts 20 cent is voor U
bijzonder geschikt. Overal verkrijgbaar.
TIJDELIJKE AFWIJKING VAN ART. 1
DER ZEGELWET.
Ingediend is een wetsontwerp tot tijde
lijke afwijking van art. 1, lid 1, letter c
der Zegelwet 1917, waarvan de memorie
van toelichting als volgt luidt:
In de memorie van antwoord aan de
Eerste Kamer betreffende hoofdstuk VIIB
der Rijksbegrooting voor 1935, is de toe
zegging gedaan, om de conversie van
pandbrieven van een hooger rentetype in
die van een lager rentetype te vergemak
kelijken.
Ter voldoening aan die toezegging,
wordt bij het onderhavige wetsontwerp
voorgesteld het zegelrecht, dat bij der
gelijke conversies geheven wordt, tot op
een-vijfde gedeelte van het normale
tarief terug te brengen.
De maatregel moet als tijdelijk worden
beschouwd; als tijdstip van beëindiging is
gekozen het tijdstip, waarop ook andere
belastingwetten (wet op de omzetbelas
ting, wet op de couponbelasting, wet op de
belasting van de doode hand) ophouden
van kracht te zijn.
8-0