r het open raam, waardoor de war- imerlucht zoo heerlijk naar binnen lag Ina op den divan. En het was geen vroolijk meiske, dat er op de ;e gekleurde kussens lag; integen- Ina keek zóó verdrietig en teleurge- dat moeder die de kamer binnen- werkelijk een* beetje medelijden 't Was ook wel een vervelende ge- ienis met Ina; daar was me het kind en week op de gymnastiekles zóó gevallen, dat haar enkel flink ver was en de dokter gezegd had, dat linstens veertien dagen duren zou, ia weer loopen mocht. In bed be- e ze gelukkig niet te blijven; ze t op den divan liggen, als ze maar bleef. Maar een pretje was dat toch ehalve! 't ergste was, dat het morgen Pink- i zou zijn en het Pinkstervacantie n Ineke nu van al die prettige da- iet genieten kon! Was dat even wan- 1! Heerlijk zonnig zomerweer en dan :ens buiten te kunnen wandelen of i! Was het te verwonderen, dat Ina erdrietig keek? :1. Ineke", begon moeder vriendelijk, zet jij een ongelukkig gezicht; doet kei pijn, meiske?" te haalde met een onwillig gezicht schouders op en gaf geen antwoord, er, die net deed of ze er niets van rkte, schoof een kussen opzij en ging ig naast haar dochtertpe op den zitten. n legde ze haar beide handen rond gezicht en draaide het zóó zacht zich toe. at is er, meiske?" vroeg ze zacht. :e dikke tranen vulden Ina's oogen Iden even later langs haar wangen P moeders handen. Zacht schudde pr het hoofd van haar dochtertje en weer. „Kom, kindje nu geen tranen, hoor! Je bent immers al die dagen zoo flink ge weest en nu ga je jezelf verdrietig maken, terwijl het niets helpt! Nog maar een paar dagen en dan mag je misschien al weer loopen. Eindelijk gaf Ina antwoord. „Ja maar, Moeder, U weet toch wel. dat het morgen Pinksteren is en nu kan.... nu kan ik niet.even hield ze op Half begrijpend keek moeder haar aan. „Wat, Ineke?" „Nu kan ik u geen bloemen geven U weet toch wel, dat ik andere jaren al tijd heel vroeg opsta en dan bij Oma in den tuin bloemen voor u plukken mag zooveel als ik wil, omdat Oma vindt, dat er op 't Pinksterfeest véél bloemen hoo- ren.en nu kan ik niet gaan. nu kan ik u niet verrassen.... nu moet ik steeds maar blijven liggen met dien on- gelukkigen enkelzou u dat niet akelig vinden?" En Ineke keek nog boozer. Moeder trok het booze gezichtje dicht naar zich toe en kuste het op beide wan gen. „Ja, 't is naar, daar heb je gelijk aan, Ineke, maar mopperen en verdrietig zijn helpt hier toch niets! Je weet wel, hoe heerlijk ik het elk jaar vind, als je me op Pinksteren met al die mooie bloe men verrast en ik zal ze dit jaar wel mis sen. maar als jij nu een vroolijk. opgewekt gezicht zet, vervang jij op dit Pinkster feest de bloemen en dat kun je heusch niet met een boos gezicht doen! Heb jij wel eens een bloemetje gezien, dat boos of verdrietig keek?" Ineke's gezicht klaarde al weer op. Die moeder ook; altijd wist ze wel zoo te pra ten, dat je weer een lichtpuntje zag en eigenlijk had Moeder wel gelijk: als ze nu morgen met een zuur, verdrietig gezicht op den divan lag, zou het zonder de ge wone Pinksterbloemen nog somberder lij ken! Kom, ze zou nu haar best maar doen weer gewoon en vriendelijk te kijken. Daar deed ze moeder misschien dit jaar net zooveel plezier mee, als andere jaren met de bloemen! „Ha!" lachte moeder „de zon breekt ge lukkig weer door! Is de booze bui over?" Spontaan sloeg Ina beide armen om moeders hals. „U helpt me altijd zoo heerlijk van m'n booze bui af!" fluisterde ze in moeders oor. „Malle meid!" lachte moeder terug. Met z'n vieren stonden ze te praten in de door zon overgoten laan; Jet, Truus, Netty en Loek. „Wat denken jullie ervan?" vroeg Jet. „Ik zeg dat nu maar zoo, maar als jullie het geen aardig plannetje vinden, doen we het natuurlijk niet!" „Ja, maar we vinden het juist wèl leuk!" lachte Loek, „hé Truus, vindt jij het ook niet aardig ?En jij, Net?" „We gaan er allemaal mee accoord!" zei Netty gewichtig „en ik breng de bedenk ster van het plan hulde voor haar geluk kigen invalNetty zei het heel def tig. De anderen schaterden het uit. „Nu, tot morgen dan, kinderen!" zei Jet weer. „Ik vind. dat Ina best een verrassinkje hebben mag, want als je in de Pinkster- vacantie, met dit zalige weer, met een verstuikten enkel thuis op den divan moet blijven liggen, ben je lang niet te benij den, hoor! Dus afgesproken! Morgenoch tend om half elf komen jullie mij halen en dan gaan we de zieke een beetje op- vroolijkenen met vroolijk gelach en „dag"-geroep ging het kleine troepje uit een en lag de zonnige laan weer rustig. Den volgenden morgen, eersten Pink sterdag, leek het net, of de natuur wist. dat het het feest van de bloemen was, zóó heerlijk scheen de zon en zóó hadden alle bloemen in den tuin hun gouden hartjes te stralen gezet, alsof ze hun best deden, hun feestdag alle eer aan te doen en zich in hun volle schoonheid en frischheid te vertoonen. Moeder had de ramen wijd opengezet en Ineke lag met een tevreden gezicht naar buiten te kijken, 't Was eenvoudig on mogelijk om nu niet tevreden te zijn, 't leek wel of de zon en de bloemen het goede voorbeeld gaven! Daar kwam moeder binnen. Voorzich tig zette ze een vaasje met theerozen op een tafeltje naast Ina neer. .O, moeder, wat beeldig!.... en wat ruiken ze heerlijk!...." riep Ina blij. „Die krijg jij dit jaar van mij!" lachte moeder; „dit jaar zullen we de rollen eens omdraaien; anders verwen jij mij, nu doe ik het jou!" „Heerlijk, dank u wel, moeder!" en blij streelde Ina even zacht met haar vingers langs de teere. gele knoppen „wat zijn ze prachtig, hé?" Plotseling piepte 't tuinhekje en knars te het grint in den tuin. Verbaasd keek Ina en ook moeder naar buiten. Bezoek, zoo vroeg al? Meteen begon Ina's gezicht te stralen. Ha. daar waren de vriendinnen! Kijk, voorop Jet met Truus en daarachter, lachend, Netty en Loek. En wat hadden ze daar bij zich? Nee maar! Ina's heele gezicht lachte; ze keek ook lachend naar moeder. Zag moeder wel? bloemen hadden ze; alle vier droegen ze een groote bou- quet bloemen, waarachter hun lach««Ét

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 13