Brochure „Tot verweer" van
Mr. Marchant.
LüJDSCH DAGBLAD - Derde Blad
FINANCIEN.
Berichten vorine
ONS KAPSEL EN DE MODE
Zaterdag 25 Mei 1935
Over geestelijke evolutie kan men slechts spreken met hen, in wie
een klankbodem trilt, die op gelijkgestemde trillingen meetrilt.
Mr, Marchant over zijn overgang naar
het Katholieke geloof.
Onder den titel Tot Verweer" is bij
A YV Sythoff's Uitgeversmaatschappij
alhier een brochure verschenen van den
Katholiek geworden oud-mlnlster, m; H.
P. Marchant Hij verklaart zich tot het
schrijven van deze brochure gehaast te
hebben opdat de Partijraad van den Vrljz.
Dem. Bond zijn standpunt zal kennen
voordat deze Raad op 26 Mei. dus morgen,
voor het eerst zal vergaderen zonder hem
Opheldering aldus mr. Marchant
is verder noodig omdat sommigen In mij
thans zien een bedrieger en een verrader;
sommigen iemand, die heeft gehandeld
uit winstbejag en zucht naar politiek of
materieel gewin
Voor mij is dit geen verrassing geweest.
Ik wist uit de geschiedenis, wat de auto
matisch intredende gevolgen zijn van een
bekeering tot het Katholicisme. De tal-
loozn, die mij zijn voorgegaan, en onder
hen tot wier grootheid ik in de verte niet
kan reiken, hebben hetzelfde ervaren.
Pijnlijk is dat het verlies dreigt van vrien
den. op wie men meende te kunnen
rekenen Wat mij persoonlijk betreft,
staat daartegenover een onvergelijkelijk
grooter geestelijke winst
In onzen tijd hebben de politieke par
tijen harde aanvallen te verduren. Het
ligt voor de hand dat zij van al wat min
derwaardig is. zich hebben te onthouden.
Gelukkig getuigt het laatste nummer van
De Vrijzinnig-Democraat, dat in deze
partij het besef hiervan levendig is ge
bleven.
De schrijver herinnert aan de zinsnede
van prof Kranenburg, dat mr. Marchant
blijkbaar een man was met een veel ge
compliceerder natuur en als een veel een
zamer mensch dan men vermoed had. Deze
opmerking vloeit, aldus mr. Marchant,
voort uit de verrassing over mijn bekee
ring en verwondering over mijn zwijg
zaamheid Laat ik omtrent het laatste
antwoorden, dat men over een geestelijke
evolutie, als ik heb doorgemaakt, vóór het
einde van het proces alleen kan spreken
met hen. in «1e men een klankbodem
vindt, die op gelijkgestemde trillingen
meetrilt. Waar die klankbodem ontbreekt,
zwijgt men. Zoo kan het gebeuren, dat
men daarover spreekt met menschen. die
ons verder staan dan naaste vrienden.
Ik heb echter nooit schuilevinkje ge
speeld, allerminst toen eenmaal het be
sluit begon te rijpen.
De Vryz.-Dem. Bond beschouwde vroe
ger godsdienst als privaatzaak Prof Van
Embden o m. zoo gaat de brochure ver
der zal moeten erkennen dat ik het
mijne gedaan heb om met deze steriele ge
dachte te breken
De Vrijz Democraten streefden naar
samenwerking van democraten van links
en rechts Dat kon alleen op grondslag van
de Christelijke liefde en ik zag daarin de
analogie met den grondslag van de poli
tiek der Katholieken Ik erkende de orga
nische staatsleer als juist en heb daaraan
20 jaar gewerkt.
De brochure herinnert aan vroegere
redevoeringen in dien geest, aan de Eg-
monder rede met den nasleep in de Tweede
Kamer zijn toespraken voor het Katho
lieke blindeninstituut te Grave, op de
samenkomst van de Katholieke jonge-
meisjes-vereeniging in 's-Hertogenbosch,
een toespraak bij het openen van een
Katholieke Nijverheidsschool te Rotter
dam en meer.
Goed beschouwd hadden zij tot naden
ken kunnen stemmen en een geestelijk
proces doen vermoeden. Men heeft de
uitingen echter minder ernstig opge
nomen. Men heeft ze gezien door een poli-
tieken bril. als gelegenheidsDolitiek. Maar
ik zou over zaken van geloof nooit anders
dan ernstig kunnen spreken. Ik heb voor
profanatie nooit iets gevoeld.
Mr. Marchant zegt afkeerig te zijn van
bedrog en van huichelen. Hoe heb ik dan
aldus de brochure toen ik op 21
December 1934 was opgenomen in de
Katholieke Kerk. dat feit kunnen geheim
houden? Hoe heb ik als Katholiek kunnen
leven, terwijl men mij hield voor ik kan
niet zeggen vrijzinnig-democraat, want
dat was ik gebleven maar voor niet-
Katholiek?
De schrijver zegt. dat het besluit om tot
de Katholieke Kerk over te gaan. uit zijn
aard een ander karakter heeft dan bij
voorbeeld een besluit om zich aan te mel
den voor het lidmaatschap van een wille
keurige organisatie. De uitvoering van dit
laatste besluit kan men uitstellen, van het
andere niet. Een niet-Katholiek kan zich
niet volkomen indenken, door welk een
macht men op het beslissende moment
wordt gegrepen. Daar is voor wijken of
uitstel geen mogelijkheid.
Mr. Marchant herinnert er aan. dat het
„aanpassings-ontwerp" in Januari bij de
Tweede Kamer zou worden ingediend De
wet zou uiterlijk In April het Staatsblad
moeten hebben bereikt Had hfj toen ge
sproken, dan zou het Kabinet in moeilijk
heden zijn gebracht, wat in strijd zou zijn
geweest met het landsbelang Dit was één
overweging. Een tweede was dat de Staten
verkiezingen in zicht waren Met groote
felheid en met ongegeneerde leugens zou
den de politieke vijanden zich op de partij
geworpen hebben, indien ik gesproken had.
Het zou een débacle zijn geworden, want
men begrijoe goed dat men mij slechts
dieper poogt neer te halen om ook de
partij dieper te doen wegzinken Ook tegen
zijn naaste vrienden heeft hij gezwegen,
omdat dezen zich anders wellicht toch ge
dwongen zouden hebben gevoeld de zaak
aan de openbaarheid priis te geven en zijn
aftreden te eischen. gelijk later minister
Oud deed Men «reloove mij op mijn woord,
dat ik sedert December near mijn per
soonlijke vriiheid heb rereakt.
Twee jaren lang heb ik ons onderwijs
tegen den eisch der bezuiniging met hard
nekkigheid verdedigd Ik ontken niet dat
het hoofdbestuur door de uitvoering van
mijn onderwijspolitiek in ongelegenheid
kwam, maar wel dat die politiek zooals
prof. Kranenburg schrijft „overhaast" is
geweest.
De schrijver herinnert er aan, dat hij
begonnen is het oprichten van scholen te
bemoeilijken en dat het vooral ten laste
kwam van het bijzonder onderwijs. De
concentratie der openbare scholen was
reeds door zijn ambtsvoorganger voorbe
reid en zijn politiek was die van hel ge-
heele Kabinet. Zooveel mogelijk hoopte hij
de belangen van het openbaar onderwijs
te verdedigén
Men weet niet, dat bij mijn aftreden nog
een correspondentie hangende was met Fi
nanciën om in den neergang ten minste
nog het thans juist oplevende iandbouw-
huishoudonderwijs te beschermen. Mijn
aanpassingspolitiek was niet, in dolheid
neer te slaan wat geld kost.
Het zal verder tot nadenken stemmen,
dat geen van de Ministers van mijn zwij
gen een grief heeft gemaakt, althans zeker
geen grief, die de politieke gevolgen kon
bepalen.
De eisch van minster Oud inzake ztln
aftreden, acht mr. Marchant onjuist en
onnoodig. De andere ministers konden ook
zonder deze hun standount we! bepalen
en minister Colijn heeft nadrukkelijk ver
klaard dat hij vóórdien zÜn meening al
gevormd had Voortgaande zegt de schrij
ver dat de indiening van het aanpassings-
ontwerD meer voorbereiding vorderde dan
verwacht was Zoo werd de periode van
stilzwijgen verlengd Hii bestrijdt echter
dat hij zijn ambt-Dlicht ooit vergat z'n
objectiviteit verloor zoodra hij Katholiek
was geworden Evenmin diende hij onge
controleerde Katholieke belangen en week
zelfs nooit af van zijn naaste adviseurs,
onder wie zich geen enkele Katholiek
bevond. De vraag of ik in mijn moeilijke
positie eerlijk zou kunnen blijven tegen
over mijn Partij, heeft mii zwaar gedrukt.
Mijn conclusie was: het moét in het
landsbelang: maar dan onder de scherpste
zelfcontrole tegen partijdigheid. Ik kon
mij aan die moeilijkheid alleen onttrek
ken. door ir.ijn overgang onmiddelliik te
publiceeren en heen te gaan. Ik heb ge
daan wat, in mijn oog was het minste
kwaad Daarom ook heb ik de opduikende
geruchten ontkend zonder in strijd te
komen met de waarheid. Een pertinente
vraag van mr Joekes daaromtrent kwam
niet te pas.
Ik achtte mij zelf competent om te be-
oordeelen. wanneer het oogenblik om te
spreken zou zijn gekomen Ik wilde mij
door den heer Joekes niets laten afdwin
gen Ik heb hem gevraagd: wat verbeeldt
gij U? Het concept van dien brief heb ik
mr Oud laten lezen.
De heer Oud heeft mij tot ernstige grief
gemaakt dat ik zelfs toen tegenover hem
mU niet uitliet. Het was heel wat pijnlijker
dan het weigeren van een antwoord od de
vraag van den heer Joekes. Maar ik wilde,
als ik sprak, spreken in den Ministerraad.
Toen daarna ook prof. Kranenburg een
beroep op mij deed heb ik de waarheid
en m'n besluit, tot uittreding meegedeeld,
tevens opmerkende dat de uitgestelde in
quisitie met het beginsel der partij niet
te vereenigen was Vervolgens kwam de
eisch van mr Oud inzake mijn aftreden
als minister.
Ik begrijp tot op dit oogenblik nog niet.
waarvoor de haastige brief van den heer
Oud moest dienen. Ik meende, dat nlj
eerst wel eens had kunnen praten; als
hij bezwaar had om met mij te praten,
dan met den heer Colijn. De eenige rede
lijke verklaring die ik er voor kan vin
den ligt in ziin vrees, dat wellicht som
migen zijner ambtseenooten op mijn aan
blijven zouden aandringen.
Mr Marchant verbelt dan van zijn brief
wisseling met dr. Colijn en van zijn be
sluit om af te treden, omdat da minister
president vreesde dat Minister Marchant
bij de verdediging van het aanpassings-
ontwerp op onoverkomelijke moeilijk
heden zou stuiten in de Tweede Kamer.
Het afscheid van de Partij aldus de
brochure valt mii hard. Ik heb aan haar
mijn geheele publieke leven gewijd, en
daarover gevoel ik nog een levendige
voldoening Miin besluit tot overgang :s
de vrucht van jarenlange overdenking Het
gebeurde behoort intusschen geen wijzi
ging te brengen in de verhouding van de
partij tot het Kabinet.
Aan het slot der brochure doet mr
Marchant dan nog zooals hij het zelf
p"drukt een poging om het gewich
tigste besluit, dat hij in zijn leven heeft
genomen, te verklaren.
Een neiging in die richting, zegt hij, heb
ik sedert het volbrengen van mijn acade
mische studie altijd gevoeld. Het feit ech
ter, dat de Katholieken in de maat
schappij veelszins een afzonderlijk leven
leiden, houdt niet-Katholieken dagelijks
op een afstand Zoodra ik echter ambte
lijk met Katholieke instellingen en per
sonen in aanraking kwam en ik de practijk
binnen in de organisaties en in het Ka
tholieke leven leerde kennen, voelde ik
mij opgewekt om te gaan onderzoeken, te
gaan lezen wat tot dusver gesloten boeken
waren gebleven.
Het halve geloof, waarin ik ben opge
voed, moest ik toen als onjuist en onlo
gisch gedacht, verwerpen. In de Katho
lieke leer meende ik te ervaren, dat daar
alles logisch sluit. Hier vond ik de vast
heid, die ik zocht.
In vel an de honderden brieven, die
ik bij deze gelegenheid mocht ontvangen
ook in sommige van niet-Katholieken
prijst men mij om mijn moed. Is het niet
wonr'- ik dat er in Nederland zedelijke
moed schijnt noodig te zijn om Katholiek
te worden?
RECLAME.
urn
WASCUMAC^INE S WRINGMACUINES
.VooroorlocjSche prljzen.VI-aa^ten U zult versteld staan.
N.V. LEVENS VERZEKERING-MIJ.
NILLMIJ VAN 1859.
Uit het jaarverslag kan nog het vol
gende worden gemeld:
Op 31 December J.l. beliep het totaal
verzekerd bedrag de rente op de gebrui
kelijke wijze tot kapitaal herleid door ver
menigvuldiging met 10 voor de eigen
lijke Nlllmij-portefeuille rond 143i/, mil-
lioen gulden. Het verzekerd bedrag der af-
loopende I.P.A. (Indische Portefeuille Al-
gemeene) bedroeg eind van het boekjaar
nog 7Vi millioen gulden Gezamenlijk was
dus verzekerd 150 3 4 millioen guldén, ver
deeld over 30.763 contracten.
Het aan termijnpremiën en premiën in
eens verschuldigd bedrag beliep rond
f 6.072.900. tegenover rond f.5 634 400 in
het Jaar te veren
Het fondsenbezit werd. als steeds, ge
waardeerd naar den ultimo December
koers, met verwaarloozing van fracties,
terwijl fondsen met een beurskoers bene
den 10"pro memorie zijn afgevoerd.
Noodzaakte de waardeering tegen beurs
koers den vorigen keer tot een belang
rijke afschrijving, ditmaal leidde "ii ot
een winst van f. 465.900 welk bedrit: ge
heel werd overgebracht naar de reserve
voor eventueele rentedaling enz. De e re
serve werd bovendien met f. 259.100 gedo
teerd uit de winst waardoor zij van
f 1.775.000 tot f. 2.500.000 steeg, een wel
kome bijzondere waarborg bij de dalende
tendenz van den rentevoet. Zij stelt ruim
schoots in staat, wanneer dit noodig mocht
blijken, onmiddelliik over te gaan tot een
algeheele omrekening van de wiskundige
reserve op 3' basis. Voor de effecten
portefeuille der IP.A werd becijferd een
koersavans van f 31.500. dat overgebracht
werd naar de beleggingsreserve I.P.A., die
zoodoende steeg tot rond f. 61.700.
Op vaste eigendommen werd afgeschre
ven f 250 000. terwijl verder de andere
gebruikelijke afschrijvingen plaats vonden.
Voorts werd de reserve voor oorlogsrisico
door een aanvulling van f.31 500 op het
noodig geachte poll gehouden.
Uit de bedrijfswinst, becijferd op
f 563 280 91 wordt voor aandeelhouders
beschikbaar gesteld een dividend van 5"/»
over het gestorte en lv'-'/o over het niet-
gestorte kapitaal, waarmede f. 67.250 ge
moeid is. Van het overige wordt f. 30.000
toegevoegd aan de extra-reserve, f 259 100
aan de reserve voor eventueele rentedaling
enz wordt f 60.600 afgezonderd voor ven
nootschapsbelasting en tantièmes en gaat
het overige naar het bedrltfsoverschot voor
de wlnstverdeeling over de vijfjarige pe
riode 1930/1934. Dit bedrijsoverschot be
draagt hierdoor In totaal f 892 061 en komt
1 in dit jaar tot verdeellng Hieruit komt
een vijfjaarlijksotóo.'extra-divldend voor
aandeelhouders té.r- beschikking van 10'/»
over het gestorte kaoitaal Het overige ad
rond f. 807.000 korrrt bi} wijze van bonuj
ten goede van de met recht op aandeel
in de winst verzekerden Ieders aandeel
hierin wordt thans uitgerekend en ieder
rechthebbende krijgt daarvan tj.t. kennis
door toezending eener kwitantie
Na alle afschrijvingen wijst de balans
thans aan extra-waarborgen aan een be
drag van bijna 6 millioen gulden, zonde
2'it millioen maatschappelijk kaoitaal
(waarop gestort f. 850 000 en 3'/« millioen
extra-reserves.
Vooruitloopende op de mededeelingen.
die daaromtrent in net verslag over 1935
zullen worden gedaan, maakt de Maat
schappij reeds nu bekend, dat 't reductie
percentage der indertijd overgenomen
I.P.A. oorspronkelijk 40"/n en sindsdien ver
hoogd tot 60"/o, in 1935 wederom kan wor
den verhoogd en wei tot 67°/o.
Onderstaande berichten werden reeds in
een deel van onze vorige
oplaag opgenomen.
BINNENLAND.
DE HOOGE VELUWE.
De Regeering is voornemens, in een nota
aan de Tweede Kamer der Staten-Gene-
raal, welke binnen enkele dagen verschij
nen zal, uitvoerig mededeeling te doen van
de onderhandelingen en de regelingen In
zake de Stichting De Hooge Veluwe en de
daarop betrekking hebbende bescheiden
voor de leden ter inzage te leggen.
Dr. W. POOLMAN t
Op bijna 69-jarigen leeftijd is in den
nacht van Donderdag op Vrijdag ln Zeist
overleden de vroegere Haagsche arts dr.
W Poolman.
Dr Poolman was ln de residentie, doch
ook ln het geheele land een bekende per
soonlijkheid. mede als gevolg van zijn
werkzaamheid ten behoeve van Het Groene
Kruis. Naast zijn jarenlange drukke prak
tijk in Den Haag wist de heer Poolman tijd
en werkkracht te vinden voor de beharti
ging van de belangen van deze vereeniging
welke door hem tezamen met dr, F C.
Fleischer was opgericht, aanvankelijk met
één afdeelmg te Lange Ruige Weide Spoe
dig volgden daarop meerdere afdeelingen
en ook in den Haag wist dr. Poolman
eenigen tijd later een afdeeling te stichten.
Van deze afdeeling is hij ongeveer 30 jaar
voorzitter geweest, en na zijn aftreden in
1931 als zoodanig benoemde de afdeeling
hem tot eere-voorzitter.
Voorts was de heer Poolman secretaris
van de Provinciale Zuid-Hollandsche Ver
eeniging Het Groene Kruis, en tevens 2e
secretaris van de Alg. Ned. Ver. Het Groene
Kruis. Vooral in de laatste (aren hiyft dr
Poolman zijn geheele persooon aan het
werk van Het Groene Kruis gegeven.
Hoe staat het met onze haardracht lil
't komende seizoen: houden we de heer
schappij van het „knoedeltje", al of niet
uitgebreid tot een serie krullen of wat
ervoor moet doorgaan, zelfs tot een vol
ledige haarwrong met echte haarspelden,
of mogen we onze pruik weer zoo kort
laten knippen, als we zelf willen? Dit
laatste had toch wel heel wat voordee-
len, die we al weer haast vergeten zijn,
nu we den laatsten tijd ons afsloven met
het samenstellen van min of meer inge
wikkelde bouwsels van onze lokken. Als
we alleen maar eens bedenken, hoeveel
minuten we eiken morgen later konden
opstaan, omdat met hoogstens drie kam-
streken ons kapsel verzorgd was. Of over
drijven we misschien, zooals gewoonlijk,
de voordéelen van het voorbij gegane?
Nu schijnen op 't gebied van onze haar
dracht op 't oogenblik wel heel verschil
lende mogelijkheden te bestaan; wie
overwegende bezwaren heeft tegen lang
haar, wel, die drage het kort, hoewel het
„pagehaar" en de „jongenskop" vrijwel
niet meer gezien worden, tenzij voor de
15- a 16-jarigen, voor wie m.i. alle ge
kunstelde coiffures uit den booze zijn.
Toch zullen zij, die den kortgeknipten
haartooi trouw willen blijven, zich niet
moeten verwonderen, wanneer ze bij de
keuze van een nieuw hoofddeksel moei
lijk kunnen slagen. De mode schrijft nu
eenmaal op 't moment meer vrouwelijk
heid voor ln kleeding, hoeden en dus, als
logisch gevolg, in het kapsel. De japon
nen met capes, jabots en meer versierde
mouwen, de hoeden met stroomlijn (ja
dat is heusch „de" term tegenwoordig"
geven de vrouw van heden een eenigszins
„golvend" aanzien en daarbij behooren
geen strakke, kortgeknipte haren
Het „sieraad der vrouw" wordt weer een
graag gebezigde uitdrukking We rusten
niet. voor we ook aan de krulletjes-mode
meedoen. „Alleen maar eens kijken, hoe
't me staat; als 't me niet bevalt, laat ik
't direct weer afknippen", is de gewone
opmerking, wat dan een onbewust ver
weer is tegen de macht van de mode. Och,
laten we ons maar niet voorstellen, dat
we ons daartegen kunnen verzetten. Toch
moet die ,.modemacht>' wel enorm groot
zijn! Hebben de Franschen, die als ex
perts op 't gebied van mode en vrouwen
mogen gelden, niet uitgemaakt, dal „ce
que femme veut, Dleu ie veut"? En nu is
daar een macht, nóg sterker dan die wil
der vrouw, «'ant vrijwel leder van ons on
derwerpt zich en meestal met graagte
aan de voorschriften van de mode.
Zeker, er zijn stemmen opgegaan om zich
niet aan die dwaasheid te storen, er zijn
van die sterke vrouwen geweest, die als
protest tegen het telkens wisselende in de
kieeding één uniforme vrouwenkleedlj
wilden Invoeren: dat was zooveel verstan
diger en goedkooper Er zijn zelfs veree-
nigingen met dat doel opgericht, maar
zijn er eigenlijk ooit meer leden gekomen
dan degenen, die den oproep plaatsten?
Uniforme kleeding en haardracht, dat zou
toch niets minder dan tegennatuurlijk
zijn! Hoe kan een vrouwelijke vrouw er
nu altijd hetzelfde uitzien, en wat nog
erger is. hetzelfde als een andere vrouw!
Het is al akelig genoeg, dat we tegen diè
CENTRALE BOND VAN NEDERLANDSCH
P.T.T.-PERSONEEL (C.B.P.T.T.).
In het voortgezet Congres van den Cen-
traien Bond van Nederlandsch P.T.T.-per-
soneel (C.B.P.T.T.i werd, nadat door een
aantal afgevaardigden eenige wenschen
waren geuit en aan den Redacteur van het
Orgaan, den heer D. Stoffels, hulde was
gebracht voor diens beleid, de gevoerde
Orgaan-redactie goedgekeurd.
Het Bondsbestuur werd gemachtigd
voorbereidingen te treffen tot het bouwen
van een Centraal Vacantie-Oord voor
P.T T-personeel te Kootwijk-Radio.
De begrooting werd verdedigd door den
Penningmeester, den heer A. van der
Baan. en door het Congres respectievelijk
aan inkomsten en uitgaven vastgesteld op
de bedragen f. 104.200 voor 1935 en f. 99.700
voor 1936. met inbegrip van de ontvangsten
der afdeelingen.
Het Jaarboek der organisatie, waarop
veel prijs werd gesteld, zal aan de leden
ook voortaan gratis worden verstrekt.
Eenige wijzigingen in de Statuten en
het Huishoudelijk Reglement werden na
een toelichting door den Algemeen-Secre
taris. den heer H. van Giessel, goedgekeurd.
Voortaan zullen gepensionneerden en
wachtgelders lid van de organisatie kun
nen blijven.
De Bondsvoorzitter, de heer H. M. Roos,
lid van de Centrale Commissie voor Geor
ganiseerd Overleg, hield hierna een uit
voerige inleiding over vraagstukken, ver
band houdende met de positie der hulp-
bestellers, adspirant-bestellers. locale
krachten bij den kantoordienst der P.T.T.
en van de geslaagden voor verschillende
rangen.
De bondsbestuurders, de heeren H. van
Giessel en D. Stoffels, werden gehuldigd
wegens hun 25-jarig ambtenaars- en
bestuurdersschap.
SAMENWERKING TUSSCHEN LUCHT
VAART EN SCHEEPVAART.
Tusschen een groep Nederlandsche en
Engelsche reederijen waaronder de St.v.
Mij ..Nederland", de Rotterd. Lloyd, de
K.P.M. en de Java China Japan-lijn en de
Engelsche lijnen P.and O., Blue F., de
Orient Line, de B I. Steamship Naviga
tion Cie en de luchtvaartmijen K.L.M.
en Imperial Airways is een overeenkomst
aangegaan om nauwere samenwerking te
verkrijgen voor het vervoer van passa
giers tusschen Europa en het Verre Oos
ten en Australië.
Het meest belangrijke punt dier over
eenkomst ls wel dat de onderlinge
retourblljel'.en geldig zullen worden bij
alle genoemde maatschappijen.
De overeenkomst gaat l Juni a.s. in.
uniforme kleeding van de heeren to
schepping moeten aankijken! Laat ik 4.
reet, ter voorkoming van verontwaardig,
blikken ln mijn richting, dankbaarde
pogingen memoreeren, die de laatste jaren
worden aangewend, oin ook ln de heeren
kieeding wat variatie te brengen: het
sportieve element heeft daarvoor gezored
Maar bij officieele gelegenheden doet het
sterke geslacht toch nog altijd denken
aan massa-artikelen.
En juist de variatie doet ons immers
leven; die hebben we ln alle opzichten
noodig. Waarmee tegelijk een lans gebro-
ken ls voor de nieuwe mode in de kan
sels. Werden onze hoofden bij het kort
geknipte, vrijwel bij iedere vrouw geluk
geonduleerde coiffure niet wat heel err
„cliché"? Er ls ontegenzeggelijk bij het
tegenwoordige lange of half lange haar
veel meer verscheidenheid, en daardoor
een meer persooniyk cachet te bereiken
En wat zien we al niet: gezichten met
golvend haar omiyst", zooals het ln
oude romans heet, strak naar achter ge
kamd haar met de scheiding ln 't midden
waarby de van voren opgeslagen hoedjes
zoo goed staan, mits de eigenares een
zuiver ovalen gezichtsvorm heeft, iter
wyi deze combinatie een vragende babv
uitdrukking geeft, als het ovaal meer den
cirkelvorm nadert)verder zien we weer
vlechten om 't hoofd gewonden, den wrong
laag in den nek gedragen en veel krullen
krulletjes, in bevallige wanorde op 't ach
hoofd aangebracht. Wie 't haar nog niet
lang genoeg heeft om er veel van te
brlceeren, kan zich ln afwachting van den
verderen groei een stel krullen aanschal
fen, die op 'n vernuftige wijze worden
vastgeklemd. Men zegt, dat Je ze niet ver
liest. zelfs niet by 't meest verontwaar
dlgde „neen" schudden of 't heftigste
knikken. Ook de haarkleur heeft
voorname stem ln 't kapittel, 't Is heele
maal niet vreemd tegenwoordig om zoo
en dan eens de chemie te hulp te roepen
en van blond op kastanjebruin over
gaan. u weet wel, die mooie kleur van
Iersche setters of 'n poosje met
bleekte of platina-blonde lokken in
I wereld rond te stappen.
Mrrer nu de groote moeilykheld: welk
kapsel behoort by ons type? Onlangs
1 hoorde ik beweren, dat we de beste critlei
ln geval van twyfel krijgen van een niet
te ver verwyderd manlijk familielid,
broer b.vmits hy tot oordeelen bevoegd
is op dit gebied. Door de nabye graad
van bloedverwantschap zal hy het nie'.
noodig vinden de ridderlykheld zoo
In acht te nemen, dat hy zyn oordeel
verzacht; doordat het een man is, ver
valt ook de hoe zal ik 't noemen
bedekte jaloezie. Schadenfreude, die ome
seksegenooten vaak noopt haar oord
Integendeel wat te verscherpen
Dat er soms moed toe behoort, een ver
nietigend oordeel blymoedig te aanvaar
den, kan niet anders dan veredelend
ons karakter werken!
Trouwens, moed en uithoudlngsverm
gen kan de vrouw van heden al even
ontzegd worden als de vroegere genera
ties. Zou een man het ooit uithouden
I a 4 uur vrywel onbeweegiyk te blij
zitten, door helsche apparaten gepijn
en dat alles om „permanent waved"
der de handen van den kapper te v
schyn te komen? (Tusschen haakjes, h
u ook zoo omstreeks het 3e uur nei
om tegen het plafond op te vliegen ol
met iets te gooien?)
Eigenaardig, dat de Europeesche vro
door alle tijden heen. over 't algem
gestreefd heeft naar golvende, krullend
kapsels, terwyi de Oostersche vrouwen hel
juist mooi vinden, als het haar zoo gis
mogeiyk wordt gedragen. Toch zyn ook
Europa niet altyd de krullen ln de moie
geweest; even voor en ln 't begin van
Middeleeuwen werd het haar meestal een
voudlg gevlochten gedragen, ook door
adellijke dames, die echter gewoonlijk
1 linten, gouddraad of parelsnoeren in be'
haar meevlochten. Later werden
I vlechten om het hoofd gelegd en wegge
stopt ln een net van gouddraad, terwijl
vaak het geheel bedekt werd met
I meest wonderiyke mutsen, b.v. de suiker
broodvorm in den tyd van Jacobs van
Beleren,
Steeds kunstiger werden de kapsels, tot
ze in 't begin van de 17e eeuw van ker-
keiyke zyde verboden werden en een tyd
lang het haar heel eenvoudig gedragen
werd. Maar, de natuur ls sterker dan de
leer, en de vrouw zou geen vrouw zijn. als
ze zich toch langzamerhand niet weer te
bulten ging aan ingewikkelde coiffures,
die, zeker als reactie, eel gauw tot exces
sen oversloegen: torenhooge bouwwerken
op een geraamte van gaas en ijzerdraao.
versierd met veeren, bloemen, soms heele
voorstellingen, betrekking hebbend op po
litieke en andere gebeurtenissen, vaas
werden die gevaarten als pruiken gedra
gen, wat het voordeel had, dat de kappe'
al zijn moeite aan het bouwwerk kon be
steden, zonder dat de draagster uren be
hoefde stil te zitten. Natuurlijk waren
deze buitenissigheden alleen beperkt to
de voornaamste kringen en 't schijnt,da
vooral het Fransche hof in dit opzien'
nogal berucht of beroemd was.
Het dragen van pruiken was trouwens
niets nieuws, want al by de Romeinen
droegen de dames graag pruiken van net
haar der Germaansche vrouwen, waarvan
ze de rood-blonde kleur zeer bewonder
den. Nog vroeger droegen de voorname
Egyptische dames korte, fijngekroesM
prulken, die we op vele afbeeldingen kun
nen zien en die min of meer den 1™™,
maken van recht afgeknipt „page-haar
Ten tijde van Napoleon was de pruiken
tijd ten einde en ls het kapsel een tb
lang den Emplre-tyd geïnspiree
op de Grleksch-Romelnsche haardracw.
Daarna kwamen de krullen weer ee
In de mode, die vaak aan weerszijden
't gezicht afhingen, afgewisseld me'
meer eenvoudige „opgestoken haar
als wij dat van onze moeders en
moeders kennen. Omstreeks 1900 were
er bedenkeiyk hooge kuiven Bedragen,
het meestal niet zonder opvulling ko"
stellen, terwül kort daarop het ..en
loppé" kapsel werd gezien, waarbij
haar zoo glad mogeiyk in elkaar
wen werd, zoodat het er uitzag,
kort was.
Maar eerst de tyd van den
Oorlog bracht ons het garconne-typ^
Groot*"
met
het. werkeiyk korte haar. En
we na de huidige krullen-periode
critica.
M