MET EEN BLOEMPOT
GOEDE OPLOSSINGEN.
ANEKDOTEN.
VLINDERDANSJE.
dag. Vandaag niet naar tante Cor".
Toen ze dien morgen uit de tram stap
te, stond Gerry haar al op te wachten.
„Vertel eens gauw", begin ze, zoodra ze
bij Lucie was, „vertel eens gauw. Heb je
een erg standje van je moeder gehad,
gisteren?"
.Heelemaal niet, kind", antwoordde Lu
cie. „Die engelachtige tante van me, heett
niets verteld, geloof ik".
„Hè Lucie", zei Gerry verwijtend, „dat
moet Je niet zóó zeggen. Want als je tante
echt niets gezegd heeft, is het toch heel
erg aardig van haar".
„Toe zeg", lachte Lucie, „ga jij het nu
ook al voor haar opnemen? Niet doen
hoor, dan krijg ik zoo'n naar gevoel van
binnen".
,,'t Is toch erg aardig van haar", hield
Gerry vol, „en dat weet je zelf ook wel".
„Nou ja. hou maar op", bromde Lucie.
,,'k Wou dat we al een dag verder waren,
want 'k zie er o. zoo tegen op, om naar
haar toe te gaan".
„Dat begrijp ik", zei Gerry, „ik zou niet
graag in je plaats wezen".
Donderdags om twaalf uur, sloeg Lucie
met looden schoenen den weg naar tante
Cor in. In haar hart voerde ze een strijd.
Zou ze naar tante Cor gaan? Maar
dan moest ze schuld bekennen, dat was
vast. Of zou ze naar tante Marie gaan?
Tante zou haar vast wel een boterham
geven. Ja. dat zou tante wel. Maar
ze zou toch ook alles moeten vertellen.
En al vond ze nu tante Marle veel aar
diger dan tante Cor, ze zou toch in 't on
gelijk gesteld worden. En wie weet
misschien stuurde tante haar wel terug.
Nee. dan maar dadelijk door den zuren
appel heenbijten.
't Was geen overmoedig mesje dat bij
tante Cor binnenkwam, en haar „dag
tante" klonk ongewoon bedeesd.
„Dag Lucie". antwoordde tante.
Terwijl tante voor de koffietafel zorgde,
bleef 't angstig stil tusschen hen beiden.
Tante vond, dat haar nichtje zich zeer
leelijk gedragen had en dit nu maar eens
terdege moest voelen.
Nadat Lucie Dinsdagmiddag zoo boos
bij haar was weggeloopen, had ze zich wel
wat ongerust gemaakt. En ook vandaag
was ze niet erg op haar gemak geweest,
Telkens had ze op de klok gekeken, 't
Kind zou toch niet wegblijven? Toen
Lucie binnenkwam was haar een zucht
van verlichting ontsnapt. Gelukkig, ze was
er toch. Doch hoewel tante zich stellig
voorgenomen had, Lucie geen stap tege
moet te komen, nu ze zag, hoe weinig
haar anders zoo overmoedig nichtje op
haar gemak was, begon ze toch wat
zachter over haar te denken, 't Scheen
toch wel dat het kind er spijt van had.
Lucie bleef dien heelen middag stil. Bijna
was het alweer tijd om weg te gaan, en
nog had ze niets gezegd.
„Drink je melk op, Lucie", zei tante,
vriendelijker dan ze tot nu toe geweest
was.
Maar Lucie schoof de beker van zich af.
„Tante", begon ze, „tante, 't spijt me.,
van., van., van de week. weet u wel?"
Nu was tante Cor heelemaal gewonnen.
Ze wist dat het haar nichtje heel wat
gekost moest hebben, deze bekentenis uit
te spreken.
„Ja kind, ik weet het wel en 'k ben blij
dat je er over begint. Maar o, waarom
geef je toch telkens weer toe aan je drift,
inplaats van er tegen te strijden? Zonder
strijd zal je die drift nooit overwinnen,
Lucie".
,,'t Zelfde wat moeder zoo vaak zegt",
dacht Lucie en er kwam een warm gevoel
bij haar boven.
„Tante", vroeg ze. „tante, waarom hebt
u er niets van aan moeder verteld? 'k
Vind het erg lief van u tante".
„Nee, Lucie", antwoordde tante Cor,
„dat wilde ik niet. Als ik dat gedaan had,
zou je nu misschien ook wel bij me ge
komen zijn, en gezegd hebben, dat het
je speet. Maar dan zou je dat gedaan heb
ben, omdat moeder dat wilde. Nu weet ik,
dat je uit eigen, vrijen wil gekomen bent.
En daar ben ik heel blij om. Maar kom,
meisje, moet je niet naar school? Straks
kom Je nóg te laat".
Verschrikt keek Lucie op de klok.
Was 't al zoo laat? Haastig kleedde ze
zich aan en met een vroolijk „dag tante"
snelde ze even later de deur uit.
Wat anders nooit gebeurde was nu het
geval. Gerry kwam haar al tegemoet.
Eer ze de school bereikt hadden, had
Lucie haar vriendinnetje -alles al verteld.
„Tante Cor is toch wel aardig hoor", be
sloot te haar verhaal.
FRANCINA.
Wij maakten een vesting daar ginds in
(den tuin;
Er was ook een gracht ln het rond.
Het water moest komen van ver uit een
(pomp;
Ziehier wat broer Piet er op vond:
Hij vulde een bloempot en stopte
In 't gaatje; nu lekte hij niet
Zoo kwam hij geduldig maar ell
Maar 't gaf niets! Hoe sne
Het water was vlugger en fopte hem
(steeds
t Ontsnapte hem heel onverwacht.
Hoe jammer voor Pietje; de gracht bleef
(maar droog;
Dat had hij toch heusch niet
(gedacht!
(Nadruk verboden).
GOEDE OPLOSSINGEN DER RAADSELS
ONTVANGEN VAN:
Annie Keyzer, Wim Keyzer, Piet Lagas,
Cornelis Zwanenburg, Tini Deegenaars,
Leni Groeneveld, Greetje Groeneveld,
Henk Barendse, Marie Stikkelorum, Atoram
de Wit, Jacob Kruyt, Lientje Lefeber,
Sientje Timmermans, Rika de Graaf,
Toosje Bouter, Beppie Bouter, Leendert
Willem Jongeleen, Aaltje van Vliet, Boukje
van Vliet, Adriaan van Vliet, Marietje van
Vliet, Conny van Vliet, Henny van Vliet,
Adriaan Pison, Jan de Graaf, Grietje de
Graaf, Jannie Nieboer, Jacobus Nieboer,
Willem Nieboer, Corrie Holleman, Annie
van Weizen, Chris van den Born, Aafje
van Haalem, Gerard de Geus, Dorus de
Geus. Jo Wassenaar, Eempien Wassenaar,
Mientje Stikvoort, Corry Bousie, Cornelis
J. Arbouw, Truus de Graaf, Stientje Groe
neveld, Riekje Uljee, Carolientje Verbiest,
Marie Brokaar. Jan Brokaar, Maartje
Sierag, Lena Sierag, Hennie de l'Ecluse,
Piet van Egmond, Henny Bonarius, Bram
Bonarius, Jenny van Houten, Truus van
der Lucht, Jan van der Lucht, Rie Harte-
yelt, Prijna Hartevelt, Jannie Hartevelt,
Cootje Hartevelt, Francina de Wit, Dickie
de Wit, Kootje van Vliet, Lies Schenke-
veld, Alie Varkevisser, Arie Smittenaar,
Piet Smittenaar, Zus Smittenaar, Jo van
der Linden, Tieleman van der Linden,
Marietje Laterveer, Annie Sollie, Jacobus
Moraal, Leendert Moraal, Minnie van der
Zeeuw, Koos Nieboer, Rietje Laman, Wim
Nolles. Mattie Nolles, Rie Oudshoorn,
Klaas Oudshoorn, Leendert Sybrands, Jan
van Hoven, Piet van Hoven, Jo Jansen,
Marietje Nieuwenhuizen, Jannie Heetveld.
Judith de Roode, Triny Blotkamp, Hen-
drientje Blotkamp, Willem Stikkelorum,
Rie van den Berg, Jannie Zaal, Annie van
der Valk, Piet van Schayk, Johanna van
den Hoek, Adrie Bavelaar, Bram Bavelaar,
Matthie van der Linden, Annie van der
Linden, Adriaan Boender, Ans Vollenga,
Rietje Vollenga, Johan de Ru, Tini van
Dam, Jitske van Akker, Marietje van
Akker.
Ingezonden door Betsy Stikke
Een heer tot vriend; „Weet je
waar je milt zit? Nu zoo ongev
Je je horloge draagt".
Andere: „Dat is onmogelijk,
draag een polshorloge".
Ingezonden door Trees Groen
Onderwijzeres tot kleine Wim:
jij hoeveel of 3 en 3 is?"
Wimpje: „Ja ik weet het, 6, ir
u dat niet eens. dat u het aan
vragen".
Ingezonden door Carolientje V
Leeraar: „Waarom stijgt het k
de thermometer in warm water z
houden?"
Leerling: Omdat het kwik het
onderen veel te warm krijgt".
Langs en dan boven en over elka
Buitelen goudgele vlinders,
Spelen zoo blij in de heerlijke i
Als een paar vroolijke kinder
Langs en dan boven en over elk
Nu weer eens langzaam, dan v
Nu weer heel hoog en dan laag
bij den
Nu weer heel ver, dan terug.
Langs en dan boven en over elk!
Spelen de vlinders zoo blij,
Brengen een groet van den zomei
die
Brengen een groet van de Mei
ANNIE LEMÜ
(Nadruk verboden).