escherming tegen Luchtaanvallen waarborgt 76,te Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 11 Mei 1935 Vijfde Blad No. 23017 HISTORISCHE FIGUREN. DE KANTOREN VAN DE N.V. LEIDSCH DAGBLAD THIJS IJS EN DE KONINGSKROON Noch overschatting, noch onderschatting van het gevaar. aarom een goed georganiseerde beschermingsdienst gewenscht. Ln dezer dagen had op het departe- nt van Bultenlandschc Zaken, een lerentie plaats, waarbij de pers de gast en de chef van den regeeringsdienst, heer A. J. Lievegoed, de gastheer. De ling van deze persconferentie was, pers in- en voorlichting te geven over onderwerp „bescherming tegen aan- en uit de lucht", Iets wat mondeling hiedde door majoor A. H. Schimmel, [d van het bureau voor luchtverdedl- van den generalen staf en schrifte door kapitein J. H. van Riesen, even- werkzaam pp genoemd bureau, heer A. J. Lievegoed, die vergezeld van den adjunct-chef, den Jieer D. J. booy, sprak een inleidend woord. HIJ «e de pers hartelijk welkom én richtte bjkertljd een woord van 'dank tot ■oor Schimmel, die. zooals reeds ge- de noodige inlichtingen zou ver- kken. Ter voorkoming, dat er misver- den zouden kurtnen ontstaan ten aan- van het doel van deze conferentie, i ik hier uitdrukkelijk vaststellen, al- spr., dat deze conferentie geen an- strekking heeft, dan deskundige lichting te bevorderen aangaande de lijkheden en middelen tot bescher- 8 tegen een gevaar, waartegen meer kannen worden uitgericht, naarmate publiek beter is voorbereid. Deze pers- erentie heeft dus het louter praktl- doel om het gevaar zelf, zoowel als beschermingsmiddelen waarover men hikt beter te leeren kennen en daaruit alweer de praktische consequenties bekken. ia de pers, Is het dus mogelijk, daf publiek op de juiste wijze wordt voor- t wat betreft de realiteit van het treffende onderwerp. Doel en middelen van den luchtoorlog. joor Schimmel, hierop het Woord ver gend, sprak ongeveer als volgt: Laten ons allereerst bezig houden met het 'p luchtoorlog. In.vroegere tijden, en rekenen wij daaronder ook nog de .»g Van '14'18, was het vliegtuig v.n. van het leger, in dien zin n.l. dat terkennlngsdiensten verrichtte. Dat weinig gebruik van ls gemaakt als ndige luchtstrijdkracht, heeft v.n. •che redenen als ondergrond. Ter- hans de snelheid van een z.g. jager ninder dan pl.m. 400 K.M. per uur as dit ln den wereldoorlog „slechts" KM. Bovendien heeft men van een toorlog feitelijk alleen een theoretisch P en practlsch nog geen ervaring, we de vraag stellen, waaruit een toorlog bestaat, dan kunnen we ant- n, het bombardeeren van alle mo le objecten. Het allereerst moeten we lader verstaan, mobilisatiecentra en r alle semi-militaire objecten, zoo- hruggen, munitiefabrieken. "maast echter eveneens industrieën, net militaire voorzieningen verband 'en, zooals wollenstoffen-, voedlngs- delen- en machinefabrieken. En even- mogen we vergeten, de gas-, electri- ts- en waterleidingsbedrijven. Zoo- de blijkt in feite wel duidelijk, dat de ad bij de vernieling van vrijwel iedere dstrie in ieder bedrijf belang heeft. - bommen die de vijand op de door i uitgekozen objecten laat vallen, tref- uiet altijd doel. Uit proeven welke i genomen heeft, is gebleken, dat een led van ongeveer 40000 M2., de ect-grootte zelve medegerekend, dooi' Pet. der bommen getroffen wordt. bommen die in een modernen poorlog zuilen worden gebezigd, zijn -«lillende. Er zijn drie soorten te on- belden en wel ln de allereerste plaats brisantbommen, welke een springlading i «en die zeer kan varieeren (50 tot i doch waarvan de kleinste reeds i fatale uitwerking heeft. De brand- men hebben heel wat minder gewicht <ot 5 k g i, doch zijn ln- staat, niet min- onheil te stichten. v bevatten n.l. brandstoffen, welke en branden zonder zuurstof noodig te n. Weliswaar is de brandduur slechts minuut, doch in dien tijd wordt er Wtte ontwikkeld, welke varieert tus- n de 2000 gr. en 3000 gr. Door het gewicht, kan de vijand van dit bommen een veel grooter aantal joeren en het aantal branden dat er kan ontstaan vanzelfsprekend i er ook op plaatsen waar zij effect hebben is legio. i1" derde bom-soort is er dan de gas- die gassen bevat, welke doodend of "end kunnen werken, en waarvan lw.vfd-go-s 't meest verderfelijke is. j e'kander springen van de 'Sgrden de gassen verspreid en drin- Öjn zwaarder dan lucht), waar ze binnen. De verdedigingsmogelijkheden. tchter op het gebied der lucht- tjo n' technisch gesproken, reus es vooruit gegaan, eveneens is dit het ,'„®<tde middelen welke men heeft luchtverdediging. We denken hierbij ih iÜ?n de luchtdoelartillerie, die In huidig stadium, vrijwel geheel me- '"kt. Toch kleven ook haar na- „v uan en wel dat zij zeer kostbaar is m T1 verP'aatsbaar Hierdoor kan kïï1 ar hlloen gebruik maken voor Hl?erming der meest vitale objecten, 'uit afweergeschut, heeft men echter n hlf" waPen 'n de hand in den vorm i d« va!er";vliegtuig. Ook dit geeft ech- ,Jerdediging geen 100 pet. bevredi- 'tcivuniers hler komt de factor tijd in ■SrP»- We kunnen aannemen dat het ,J 20 minuten duurt, voordat de jBereed zijnde, kan opstijgen bUen tijd, heeft het vijandelijk Su een afstand van meer dan heir „'BhlcBd. m.a.w., heeft het. bij trechr u mens overvliegend, reeds tl» h„. Ff,"11' En welk een onheil kan pilau., 'odsbestek reeds niet op tal van rCV8ebvacht hebben! ueze opmerking ls mede reeds een andere factor adngeroerd, die eveneens van groot belang Is en helaas voor ons land in geval van oorlog tot de nadeelige factoren moet worden gerekend. Immers de grootte van Nederland ls dusdanig, dat, gezien de groote snelheden der vliegtui gen, men binnen zeer korten tijd iéder punt van ons land kan bereiken Bij een land als Duitschland is de situatie heel anders, daar Is een gebied met een grootte als Nederland, grensgebied en kan Berlijn b.v. zich in voldoende mate op een lucht aanval voorbereiden, aangezien de factor tijd in dit geval dan een rol van mindere beteekenls speelt. Luchtbeschermingsdienst gewenscht. Na hetgeen wat hierboven reeds naar voren is gebracht, behoeft het geen be toog, dat speciaal voor een land als Ne derland luchtbescherming ln nog grootere mate noodzakelijk is dan voor landen met een grooter gebiedsoppervlak. Hoewel de geschiedenis van den lucht beschermingsdienst voor ons land in 1926 aanvangt, is de grootere actie toch pas sinds 1930 gaande. O.a. gaf het departe ment van Defensie toen een Leidraad Luchtbeschermingsdienst" uit, waarin ln den laatsten tijd opgedane ervaringen waren verwerkt en waarin meer de orga nisatorische zijde naar voren wordt ge bracht en wordt aangegeven, dat met ge ringe kosten reeds zeer veel kan worden tot stand gebracht. De nadruk wordt ge legd op de hoogst noodzakelijke voorbe reiding in vredestijd en op het opwekken van de z.g. zelfbeschermingsgedachte (be veiliging van het eigen gezin), terwijl wordt aangetoond, dat de opbouw en de uitvoering gemeentezaak zijn. Aan de hand van den Leidraad „Lucht beschermingsdienst" werden in de volgende jaren de besprekingen met de burger autoriteiten wederom krachtig ter hand genomen. Het land werd verdeeld in ver schillende „voorllchtlngsgebieden". De verschillende gemeenten werden gerang schikt in de z.g. „gevarenklassen", waarbij werd bepaald welke voorbereidende orga nisatorische maatregelen elke gemeente moest nemen in verband met haar ligging, plaatselijke hulpbronnen enz Hierdoor werd tevens verkregen, dat het kosten- vraagstuk op de juiste wijze werd belicht. In de volgende jaren hadden verdere be sprekingen plaats en in 1933 zien we dat de activiteit in enkele provinciën groeit. In het bijzonder in de provinciën Over ijssel en Gelderland zette men zich aan het werk. De burgemeester van Winterswijk ver richtte pionierswerk, door in October 1934 een eerste oefening in luchtbescherming aldaar te houden, welke weldra werd ge volgd door talrijke andere: Temeuzen, Eindhoven, Zaltbommel, Friezenveen, Wa. geningen, Culemborg, Nijmegen, Vlaardin- gen, IJsselstein, 's-Gravenhage, Zuid- Limburg, Gelderland en in het najaar in Utrecht. In de provincies Gelderland en Overijssel hielden verscheidene gemeenten oefeningen ln den radio-luisterdienst, den alarmeeringsdienst en in het verduisteren. De geheele organisatie moet echter een zuivere gemeentezaak zijn, alles moet wor den overgelaten aan burgemeesters e. a. autoriteiten. Echter geen militairen, daar in oorlogstijd deze niet ter beschikking zijn. Het is dus een zuiver passieve (bur gerlijke i dienst. De deelnemers(sters) zul- ien niet als franc-tireurs mogen worden beschouwd, daar men het volste recht heeft zich op deze wijze te verdedigen; men neemt immers zelf niet aan de oor logshandelingen deel. In vele gemeenten is echter nog niets gedaan omdat men terugschrikt voor de kosten die echter geenszins hoog behoe ven te zijn. Met betrekkelijk geringe hulp middelen, kan reeds veel bereikt worden. Als voorbeeld kan dienen, hetgeen de bur gemeester van Vlaardingen heeft gedaan. Wanneer straks echter het wetsvoorstel, dat zeer waarschijnlijk reeds dit jaar nog op de agenda zai worden geplaatst, is aangenomen en hierdoor de financieele verhouding tusschen Rijk en gemeenten inzake den luchtbeschermingsdienst gere geld wordt en bovendien de noodige voor schriften worden gegeven, zal deze situatie veranderen en iedere gemeente verplicht worden de noodige voorzieningen te tref fen. Dat een en ander noodzakelijk is, wordt wel aangetoond door de volgende feiten: in oorlogstijd zal het kunnen ge beuren, dat de waterleiding vernield wordt, dat het electriciteitsbedrijf schade onder, vindt, kortom dat tal van overheidsdien sten dan beproevingen ondervinden, die een speciale organisatie elschen. Zoo is dit eveneens met den Geneeskundigen dienst en de brandweer het geval. Tevens zal men alarmeerings- diensten noodig hebben, waardoor de bevolkingscentra op de hoogte moeten worden gesteld met de gedragingen van de vijandelijke luchtvloot. Deze berichtge ving zal langs radio-telefonlschen weg geschieden. En zijn de berichten van dien aard. dat gevaar dreigt, dan moet ieder weten wat zijn taak is, moet ieder op zijn post staan. Taak der burgerij. De burgerij heeft dus hier een taak te vervullen, althans een deel van de bur gerij (ongeveer 10"/»). Zij zal dus er toe mede moeten werken, het gevaar dat uit de lucht, voor de plaats harer inwoning, dreigt, zooveel mogelijk te beteugelen, iets wat weliswaar lang niet voor de volle 100»/» zal kunnen geschieden, maar wel voor een deel. En een leder, voorzoover hij niet elders wordt opgeëischt, kan tot reducee ring van het gevaar medewerken. In de eerste plaats wordt bij een lucht aanval. die meestal 's nachts plaats heeft, voor een algeheele verduistering gezorgd. Alleen enkele verkeerspunten blijven op zeer sobere wijze verlicht en dan nog wel dusdanig, dat van bovenaf niet" is te zien Vanuit de huizen mag geen enkel lichtschijnsel naar buitén dringen, want één zichtbaar licht kan het leven van RECLAME. 4253 op een l<oker 'zenuw-tabletten dat men U geen waardelooze of schadelijke namaak verkoopt. honderden medemenschen in de waag schaal stellen. De kelder is een schuilplaats die een zekere beveiliging biedt tegen een gas aanval, aangezien hij de eenige ruimte is die gasvrij gemaakt kan worden. Het gas- gevaar moeten we niet overdrijven, want de opzet van een luchtaanval ls vdorname- lijk het onschadelijk maken van vijande lijke troepen en de hun ten dienste staande hulpmiddelen en niet het vergas sen van een stad: bovendien kan de bur gerij zich tegen een gasaanval vrij ge makkelijk wapenen, hetzij dcor in genoem de kelders, hetzij door in openbare schuil plaatsen dekking te zoeken. Deze laatste zullen zich bovendien niet tot de moderne wijken behoeven uit te strekken, daar het voor den vijand geen zin heeft, hier gas bommen te laten vallen Nog zij opgemerkt, aldus majoor Schim mel, dat men dengenen, die beweren dat er gassen bestaan waartegen niets bestand ls. zou kunnen vragen, hoe men dit gas dan vervaardigd heeft. Verdere maatregelen (men kan ze vin den in handleidingen, welke de studie vereniging voor luchtbescherming samen stelde en uitgaf), zijn b.v. het zooveel mo gelijk brandvrij maken van den zolder hetgeen o.a. zou kunnen geschieden door den bodem met een laag zand te bedekken. Het gebruik van gasmaskers zal zich v.n. beperken tot degenen die actieven dienst verrichten. Oefeningen en propaganda noodzakelijk. Tenslotte, wil men in oorlogstijd paraat zijn, dan moeten er in vredestijd oefe ningen worden gehouden, waarvoor een goede organisatie noodzakelijk is, want als deze ontbreekt, wordt de oefening een co- medie, hetgeen geenszins de bedoeling ls. Voor die goede organisatie is weer een goede voorbereiding noodig. iets waarmede de gemeentebesturen' zich dienen te belas ten. De meeste moeilijkheden geven de oefeningen in zelfbescherming, doch dat ook hierin al veel te bereiken is, heeft men onlangs in Berlijn kunnen gewaar worden Propaganda voor luchtbescherming, zoo eindigde majoor van Schimmel, is nood zakelijk. Zoowel over- als onderschatting van het luchtgevaar is onjuist. Een ideale luchtbeschermingsdienst zal de verliezen ten hoogste met qen 10»/» reduceeren, maar, al zou de reductie slechts een 5°/» bedragen, dan toch reeds zou de lucht beschermingsdienst haar nut bewijzen. En ieder begrijpt, dat een reduotie van 100V» tot 0°/o tot de onmogelijkheden behoort. Spr eindigde met een propagandawoord voor den luchtbeschermingsdienst waarna de heer Lievegoed 'n kort slotwoord sprak. zijn iederen werkdag geopend vanaf half 9 des morgens tof half 6 namidd. Zaterdags vanaf 8 uur 's morgens fot 4 uur 's middags. O Zondags den geheelen dag gesloten de POPULAIRE KONING. VII. De jonge koning van Navarre de latere Hendrik de Vierde is dus ge spaard gebleven bij den massa-moord van den Bartholomeusnacht. Karei IX, de Fransche koning, heeft hem de keus ge geven tusschen de mis of den dood Hen drik is nog geen negentien jaar, maar hij is .krachtens geboorte en aanleg iemand, met wien rekening gehouden moet wor den. Hij heeft een groote partij achter zich: grooter nog is de partij zijner te genstanders. maar in hun kamp is ver deeldheid. HIJ staat op den voorgrond van het politieke tooneel van zijn land. Zijn leven zal voortdurend in gevaar zijn, maar duizenden oogen zijn op hem ge richt; duizenden verwachten van hem een betere toekomst voor Frankrijk. Zijn aard is van een robuste opgewektheid; zijn levenslust is uitbundig. Hij hééft ruime I denkbeelden over een staat, waarin de verschillende geloofsovertuigingen naast eikaar ln vrede zouden kunnen léven; een eigen geloofsovertuiging is waarschijnlijk bezig zich bij hem te vormen; een geloof, dat zich ten doode zou offeren, eerder dan te zwichten, heeft hij echter niet en zal hij waarschijnlijk zijn leven lang niet bezitten. Hij is een opportunist, een man, die het goede wil, doch die op zijn tijd weet te bukken en zich aan de omstan digheden aan te passen. Voor dergelijke personen is een keus. als die hem gesteld werd, niet moeilijk. Hij koos de mis: voor den dood. dien hij op het slagveld niet vreesde, was 't uur nog niet aangewezen. I Dus de leider der Hugenoten stemt toe in den eisch van Karei IX. Den 26en September 1572, bijna een maand na de „Parljsche bloedbruiloft" zweert hij zijn protestantsch geloof af. Zijn terugkeer tot de Katholieke Kerk wordt voorbereid door Hugues Sureau de Rosier, protestantsch predikant tot voor korten tijd. een ..tout fraichement converti", een „gloednieuw bekeerde". Den 29en feestdag van den Heiligen Michael, woont hij gezamenlijk met de ridders van de Orde van dien hei lige de mis bij, tot niet geringe tevreden heid en onder het oog van Catherine de Médicis, die geen moeite doet haar iro nisch glimlachje te onderdrukken. Daar zat nu het jonge partijhoofd der Huge noten, getemd, in banden! Zij zal hem wel onder scherp toezicht houden. De Protestanten hebben duizenden hunner bij het bloedbad verloren; de meeste chefs waren gedood; naar menschelijke bereke ning was het gedaan met, de partij der Reformatie in Frankrijk; als politieke partij scheen zij vernietigd. Wat zou hij, hun aanvoerder, nog kunnen doen? Hoe listig, hoe berekenend de koningin- moeder ook mocht wezen, zij kon niet alle gevolgen overzien van den zoo gruwelijk goed geslaagden Bartholomeusnacht. Spoedig zou het haar echter duidelijk worden, dat de Hugenoten, beroofd van hun aanvoerders, thans onder den scher pen indruk van het aan hen gepleegd verraad, een feller karakter legden in hun tegenstand. „Meer republikeinsch en meer revolutionnair" kenschetst een his toricus nu hun politiek. Het gebeurde heeft hun troepen verspreid, terugge drongen naar West- en Zuid- Frankrijk, maar daar zijn zij overal, nu hier dan ginds. Het verzet, de burgeroorlog, laait op, aan alle kanten. Bij deze opstandige Hu genoten, die niet wilden bukken, voegen zich de niet weinig talrijke „politieken" of „ontevredenen", die gesteund worden door de machtige Montmorency's. Allen, de eersten en de laatsten. vereenigen zich in hun gedachte op Hendrik van Navarre, wiens gedwongen overgang zij op de juis te waarde schatten. Voorts bereidt zich in stilte een toenadering voor tusschen Hu genoten en gematigde katholieken. Intusschen is de chef, op wien de oogen dier zoo verschillende groepen gericht zijn, aan het hof te Parijs, wél bewaakt, in zijn vrijheid belemmerd. Doch uiterlijk schijnt dit hem niet te deren. Hij leidt er een leven van vroolljken Frans, zeker niet tegen zijn zin, daarin aangemoedigd doof Catherine de Médicis, die zijn zwak ke zijden goed kende. Het is geen mooie 17. De koning zet zijn eigen kroon nu af, die hij zoo lang den raadsheer in de handen gaf. Hij denkt: „Nu zullen wü eens kijken, of ik wat meer nog op een koning kan gaan lijken!" De raadsheer zegt: „Die vreemde kroon zal U vast beter staan" hij ziet den koning lachend aan; en in zijn hart wacht hij met smart op 't oogahblik dat die de kroon maar op zal zetten. Wat dan gebeurt daar moet je eens op letten! Denk maar eens aan den inhoud van dat document tenminste, als je die nog kent. En morgen moet je maar eens kijken, hoe of de koning staat te prijken! tijd ln het leven van den „populairen koning", deze periode van 15721576. De zeer abnormale omstandigheden, waarin hij verkeerde, mogen hem eenigszins tot verontschuldiging dienen, zijn lichtzinni ge levenswijze, die tot losbandigheid wordt, zijn voortdurende omgang met den zedeloozen hertog van Anjou, ergert de partij der strenge Calvinisten. Zijn ware natuur treedt in al haar ongebonden sen sualiteit aan het licht: die sensualiteit blijft, ook later, een der op den voor grond tredende kenmerken van zijn aard en vereenigt zich gemakkelijk met zijn overschuimenden levenslust. Hij schijnt want bij deze figuur moet men zich lrr deze periode steeds afvragen, wat waar held. wat masker is zich volkomen ge lukkig te voelen aan het hof, al zit hij er in een vergulde kooi; hij gaat volkomen op in het vreugdrumoer van zijn omge ving; zelfs de foltering van zijn vroegere geloofsgenooten en vrienden Cavagnes en Briquemont woont hij, de nieuwe bekeer ling, bij. Zijn liefdesavonturen, door Ca therine de Médicis begunstigd, zijn niet te tellen. Zijn avontuurlijke jacht naar genoegens is een telkens terugkeerende reden van verbazing voor het .hof. Hij is de „diable a quatre", waarvan het volks liedje spreekt, de „dxommelsche kabaai maker". wiens onverwoestbare gezondheid en zuidelijke uitbundigheid behoefte heb ben aan luid gerucht en schaterlach. Zoo is et tot het jaar 1564. Dan draait het scharnier van zijn leven. Hij heeft sedert den Bartholo meusnacht het gevoel gehad van gevan gen te zijn. wat niet veel van de werke lijkheid verschilt. Hij wordt bespied, al zijn gangen worden nagegaan. Dat is voor den jongen meridionaal gewend aan het leven in de vrije lucht, aan het worstelen met de moeiten van het hooggebergte eerst, met de eischen van het krijgsmans leven daarna, niet te harden. Hij houdt het niet uit. Met een glimlachend ge zicht en zijn dagen doorbrengend in ru moerige bezigheden, maakt hij den In druk. volkomen tevreden te zijn met zijn lot. Maar innerlijk stuwt hij er tegen op; honderd plannen beraamt hij om te ont snappen. Hij wil de beten verbreken, zijn gouden kerker uit! Enkele pogingen daar toe mislukken en maken zijn bewaking nog enger. Doch dan schijnt hij zich aan. het onvermijdelijke over te geven. Hy stelt iedereen gerust, doch, speelsch en vroolijk-plagerlg als hij is, bootst hij nu allerlei pogingen om te ontsnappen na, om dan, wanneer 't hof zich ernstig on gerust maakt over zijn afwezigheid,dood bedaard en met het onschuldigste gezicht van de wereld te voorschijn te komen en de anderen hartelijk uit te lachen over hun ongerechtvaardigde bezorgdheid. Zoo wint hij langzamerhand weer vertrouwen. De omgeving staat minder spoedig op stelten, wanneer de guitige kop met den forschen neus eenige uren lang zich niet heeft laten zien en zijn kopëren stem en daverenden lach niet gehoord worden op trappen en portalen. Onder deze omstandigheden wordt ln stilte een ontsnapping voorbereid, Agrip- pa d'Aubigné Hendrik's vriend en krijgs makker de bekende Hugenootsche satiri cus. die later, de eerbiedige vriend zou zijn van Amelie van Portugal, dochter van onzen Prins van Oranje, vertelt daarvan het een en ander. De samenzwering" want zoo wordt dit plan tot ontvluchting genoemd heeft plaats binnen de gor dijnen van het groote bed. waar Hendrik van Navarre is uitgestrekt, naar het heet aangetast door koorts. Hij. d'Aubigné. en ook Hendrik's kamerdienaar Jean d'Ar- mlgnac. hebben wel gemerkt, dat er iets van binnen in den prins aan het werken is. Hri is triest, als hij zich onbespied waant; hij zucht als een man die moede loos is. Soms schijnt hii er dicht aan toe te ziin om ln tranen en klachten uit te barsten. Voor een kamerdienaar blijft niets verborgen'. Hij spoort d'Aubigné aan, nu het üzer te smeden, terwijl het heet is Dit gebeurt: „avant tiré le rideau du. lit. oü leur inaitre trembloit d' une fièvre éphémère". „nadat de gordijnen dichtge trokken waren om het bed. waar hun meester lag te bibberen van een ééndaag- sche koorts". Sire", zegt d'Aubigny ,het is dus waar, dat Gods geest nog in u woont en zijni werk in u doet? Maar wat baten zuchten en klachten. Uw vrienden doen anders: zij strijden tegen uwe vijanden, gij echter dient hen. Zij zijn te paard, hun vuisten klemmen zich om het zwaard gij vouwt moedeloos uwe handen. Waarom wilt gij hier een dienstknecht zün. terwijl gij daar ginds als meester kunt optreden?" Aldus en uitvoeriger sprak d'Aubigné. „Dergelijke woorden bereidden den prins voor om zijn leven van weelde af te zweren en ziin hart werd gunstig gestemd om de gevaren te kiezen". Het resultaat is goed. Hendrik van Na varre wringt zich los uit zijn knellende banden. Een plan van ontvluchting een datum wordt vastgesteld: weldra heeft er een groote jachtpartij plaats. Dan zal hij gelegenheid hebben te ontsnappen Maar met te meer zorg moet het hof in slaap gesust worden. Een paar voor-den-gek- houderijen worden nog uitgevoerd. Eén keer heet het. dat hij het paleis ontvlucht is: men vindt hem terug in een kamer, die hii den geheelen dag niet verlaten heeft. Men lacht over de grap en hij zel£ lacht mee Twee dagen vóór den vastge- stelden datum van de vlucht nieuwe on gerustheid. De koning van Navarre is wegj hit is noch in het paleis, noch In Parijs te vinden. Alle hoofden worden bijeenge stoken: boden worden uitgezonden, coe- riers reiden af en aan. Daar verschijnt dé zoek geraakte bij den morgendienst ln de' Sainte-Chapelle. zegt lachende, dat hlji „den vluchteling" terugbrengt en terwlil hii Hare Majesteit verzekert, dat hi1 aan ontsnappen niet denkt hoewel hii het gemakkelijk had kunnen doen. bezweert hij haar om toch eindelijk haar wantrou wen te laten varen. Twee dagen later is hii echter weg en nu komt hij niet terug. Terwill hij met het hof te Senlis aan het jagen is ver dwijnt hij; hij voegt zich bi.1 zijne vroe gere wapenbroeders en geloofsgenooten. Ta Tours herroept hii ziin afzwering van hel Protestantsch geloof Daarna herneemt hi! zijn oude Dlaats aan het. hoofd van cl Calvinistische troeoen Van nu af aaa leidt hij den burgeroorlog, is hii het onbe twist hrtofrl de- Hu<"pnotep en eaat hü deil we" die. na vele kronkelingen hem zal voeren naar den troon van Frankrijk. A, J. BOTHENIUS BROUWER.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 17