BOUWKUNSTIG SCHOON. (fföSCH DAGBLAD - Vierde Blad AMERIKAANSCHE NOTITIES Vrijdag 3 Mei 1935 LAND- EN TUINBOUW DE KANTOREN VAN DE zn N.V. LEIDSCH DAGBLAD Situatie schets Ouó CciSe/n. J 300' n. Men heeft zich de oude stad tusschen Bijri, Rapenburg en Steenschuur in de !3de eeuw niet te denken met een regel matig stratenplan, dat aaneengesloten bebouwd. Deze bebouwing zal zich alle waarschijnlijkheid hebben be- tot wat huizen langs de belde el- iot kruisende wegen, de Breestraat met arsmanssteeg- P. K. Koorsteeg. Aan 't de van de Maarsmanssteeg, de steeg aar eenige kooplieden woonden, die er tt de mars op uittrokken, zooals tot •r 50 jaren nog het geval was, voerde „groote brugge", de tegenwoordige Visehbrug, naar het Burchtterreln. Het »is toen nog een houten brug. We herinneren er verder nog even aan, jat zoowel het Gravenhof als Graven- 'iyn omgeven waren door flinke grach- >r. en dat op het terrein tusschen Pie- kerkgracht en Rapenburg de Pa- gracht werd eerst later gegraven ite Graven „Crythof" het tournooiveld gelegen was met in den uitersten hoek, Bth' bij de Noordpoort, dat is dus on middellijk bij onze tegenwoordige De Glj- atlarsbank, des Graven hoeve. Verder vond men aan den Zuid-Oost- kant van de Pieterskerk, 's Graven boom- geard, waaraan de Boomgaardsteeg nu nog herinnert. Dat het oude Leiden in vier „vieren- deelen" was gescheiden door de beide el- laar kruisende hoofdwegen, die hun snij- pant vonden in den Blauwen Steen, mag lekend worden verondersteld. Het belang rijkste was het Vleeschhuisvierendeel, ge temd naar het Vleeschhuis, dat zich be vond in den hoek Breestraat-P.K. Koor- fteeg. In dit vierendeel stonden ook de Pieterskerk. Gravensteln en Gravenhof. In het laatste waren destijds ook het bestuur van Rijnland en „des Stede huis" dergebracht. Aan de overzijde van Breestraat en telijk begrensd door de Maarmansteeg bevond zich het Gasthuis-vierendeel, al ios genoemd naa.r het Slnte Catharina- Usthuis, waarvan de natuurlijk zeer ge- •ijzigde kapel, thans nog de kerk der aalsche gemeente is. In het Wolhuis-vierendeel, waarvan de olsteeg de herinnering bewaart, lag des Draven boomgaard. Het Wanthuis-vierendeel bevond zich tusschen Breestraat en Nieuwe Rijn. Geer. dezer vierendeelen bezat, zooals *e reeds opmerkten een aaneengesloten "bouwing, Wnt wel hieraan zal zijn toe schrijven, dat verreweg het grootste gedeelte grafelijk domein was. Eerst toen na het midden der 13de eeuw het slot in „Die Haghe" werd ge touwd, waarschijnlijk om dat de oude itotiaansche kasteelen te Lelden en Haarlem niet meer konden beantwoorden aan den toenemenden luister van den ®>omsch-Koning, Graaf Willem II, en toen na 1266 ook de grafelijke kanselarij daarheen werd verplaatst, hadden de traven vermoedelijk minder belang bij tot behoud van veel open terrein te Lei- Jen en werden meerdere stukken ter be bouwing afgestaan. En verder hebben wij te bedenken, dat 'e bewoners der stad in die tijden er nog afkeerig van waren van hun woonplaats taschenpakhuizen te maken. De oud- "lesche zede, een huls met ruim erf er omheen, opdat men meester was op eigen -lerechtigheid" en zoo weinig mogelijk m zou hebben van zijn buren, werkte in 13de eeuw te Leiden nog na, zooals ®k de rechtsbegrippen uit dien tijd nog 'tetk verwant waren met het Oud-Frie- Kbe recht. Ofschoon door een brug en mee ver baden, lag het Burchtterrein bulten de ojgenlijke veste. Gelegen op een hooge -Ueep" met ,jen voet <je W0ning van oen Burggraaf, die zich later vestigde in ..Ter Lucht", was de Burcht van •He zijden door water omringd, doordat ^Burggraaf de beide Rijnarmen ver- In de 13de eeuw deden zich de velerlei sevolgen van de Kruistochten gelden. Men o' het, lijfeigenen die ter heervaart het i n' vei'wlerven de vrijheid en als zij j,'jven er af brachten vestigden zii o# in de opkomende steden, waar zij veiliger gevoelden dan binnen de l2 lngen van een adellijk kasteel. I„tonden anderen hadden de vrijheid der rtSen door den dranB der tijden zon- 4. s zü zich in letterlijken zin onder «uisvaan hadden geschaard. Die allen zochten uit een oogpunt van veiligheid gemeenschappelijke woonsteden op en veelal vestigden zij zich groepsgewijze aan dezelfde stegen en grachten. Namen als Voldersgracht, de vroegere naam voor de Langebrug, Wolsteeg, Mandenmakers- steeg, Wlelmakerssteeg, enz. leggen daar van nog getuigenis af. Nering en bedrijf begonnen te bloeien; te Leiden vooral de lakennering. De oude stad, ofschoon aan 't einde der 13de eeuw nog geenszins volgebouwd, werd als te bekrompen aangevoeld en dus lag het voor de hand, dat men streefde naar uit legging der grenzen. Wat lag meer voor de hand, dan dat een gedeelte van het Rijneiland, in 't bijzonder het „Hoghe land" in het stadsverband werd opgeno men. Ook hier lagen grafelijke bezittin gen, althans in 1294 had Floris V hieraan gen, althans in 1294 had Floris V hier aan twee lieden landerijen in eigendom gegeven. En men weet, dat „der Keerlen God" gul was met het verstrekken van handvesten, privilegiën en stedelijke rech ten, mét het toestaan van stadsuitbrei ding en versterking, een gulheid die trou wens niet geheel onbaatzuchtig was Er was dus aan het einde der 13de eeuw reeds eenige bewoning op het „Hoghe land", dat overigens voor het grootste gedeelte nog weiland was met een paar landwegen als de Middelweg en de Groene Stege. Waarschijnlijk valt de eerste vergroo ting kort na 1294. In ieder geval schijnt zij vóór 1300 haar beslag te hebben ge kregen. Te dien tijd stond er op het „Hoghe land" reeds een eenvoudige houten kapel, die vóór de vereeniglng met Leiden tot de parochie van Leiderdorp behoorde. Er wordt gesproken van een „arm beideren keregken" en het aantal omwonenden zal derhalve niet groot zijn geweest. Nu het evenwel binnen de wallen kwam te liggen en de bevolking zich daar vermeerderde, deed weldra de behoefte aan een beter kerkgebouw zich gelden. Men herinnert zich dat dit nieuwe steenen kerkje op 14 Sept. 1315 werd ingewijd; waarvan het eenige overgebleven fragment, de toren zich nog bevindt achter den Westgevel der tegenwoordige Hooglandsche Kerk. Evenwel, er scheen al weer spoedig, naar de begrippen van dien tijd, binnen de wallen van Leiden ruimte te kort te zijn. Althans een halve eeuw later worden pogingen aangewend, het ambacht Ma- rendorp binnen der stede wallen te be trekken, waartoe door Gravin Margaretha verlof wordt verleend onder voorwaarde van toestemming der Ambachtsheeren van Oegstgeest en Leiderdorp, aan wie het Marendorp behoorde. De Mare was destijds de scheiding tusschen beide am bachten. Men herinnert zich. dat het midden der 14de eeuw vol rumoer was door het uitbreken der Hoeksche en Ka- beljauwsche twisten, waarmee samenging de oorlog tusschen Margaretha en haar zoon Willem V. Het is niet onwaarschijn lijk, dat Leiden in zijn eigen belang voors hands maar tot grensuitzetting is over gegaan, althans in 1355 is de Oude Vest reeds gegraven en zijn wallen en poorten opgericht. In dat jaar n.l. bevestigt Wil lem V Lelden in zijn nieuwe bezit. Ver- scillende straten en stegen, die wij nu nog kennen, waren in het oude Maredorp reeds aanwezig, zooals de Haarlemmer straat en natuurlijk de bebouwde oevers van de Mare. Dat men overigens enkele andere stegen den naam gaf van een der bewoners is dunkt mij wel een bewijs, dat zij nog niet sterk aaneengesloten bebouwd waren. Boudyn Louwenszoon, Jan die Vos, en Beatrys Wermboutsdr., hun namen leven in verbasterden vorm voort in en kele bekende stegen in het voormalige Marendorp. Zoo werd Leiden dus officieel in 1355 vergroot met het belangrijke terrein tus schen Nieuwe Rijn, Stille Rijn en Oude Vest. In het gedeelte bewesten de Mare stond reeds een kapel, die tot de Paro chie van Oegstgeest behoorde en waar over de Abdis van Rijnsburg het bewind voerde. Dit stadsdeel werd weldra verhe ven tot een afzonderlijke parochie en een nieuwe kerk werd gebouwd, de O.L. Vrou wenkerk die in 1365 werd gewijd. Dit stadsdeel bleef langen tijd van minder groote beteekenis en voor een groot deel werden de gronden ingenomen door een aantal kloosters en stichtingen voor non- (Van onzen correspondent.) BELASTINGBETALEN IN AMERIKA. Controle is onmogelijk Meer af getrokken dan in rekening ge bracht. Tusschen 15 Maart en 15 April is het hier de tijd van tandengeknars en ve nijnige grappen. Deze twee data zijn hét onderwerp van het gesprek en zelfs de kranten bemoeien zich er mee, niet alleen door het publiek te waarschuwen of door alle mogelijke betreffende inlichtingen te geven, maar ook met caricaturen, anec dotes, ingezonden stukken en wat niet meer. Kortom, dit ig de tijd van het be talen der inkomstenbelasting 15 Maart aan den Staat, waarin men woont, en 15 April aan de Unie. Die belastingen moeten respectievelijk om middernacht van 15 Maart en 15 April betaald zijn, d w. z. als men zijn chèque maar vóór dat uur op de post gedaan heeft, is alles in orde en ontloopt men een flinke boete. Vrijwillig belasting betalen. Het merkwaardige van het Amerikaan- sche systeem, voor zoover het de inkom stenbelasting betreft, is dat 't betalen, goed beschouwd, vrijwillig gebeurt en ver der, dat de belastingbetaler zoowel de aan gifte doet als uitrekent hoeveel hij ver schuldigd is. Ik begrijp, dat dit veel mooier klinkt, dan het in werkelijkheid is en haast mij een nadere verklaring te geven. De heele ingewikkelde inschrijverij bij den burgerlijken stand, zooals wij die kennen, bestaat hier niet, om de eenvoudige reden, dat het ondoenlijk zou zijn, Verhuisbiljet- ten en inschrijving in een plaats van in woning mogen in een klein land als het onze mogelijk zijn, ht schijnt tusschen 127 millioen Amerikanen niet gedaan te kun nen worden. Vandaar dat geen autoriteit, gemeentelijk. Staats of Federaal, ooit zou weten waar Mister Quigley of Miss Higgln- botham uithangt om hen een aangifte formulier over de post thuis te sturen. Mister Quigley. die het afgeloopen jaar in New-York City woonde en naar San Francisco verhuisd is een afstand van Amsterdam naar Bagdad wordt geacht de wet te kennen en zelf in zijn nieuwe plaats van inwoning een belastingpapier bij zijn bank te halen, dat in te vullen, uit te rekenen en te gaan betalen. De vraag is nu maar: zal Mister Quigley zijn burgerschapsplicht gedenken of zal hij 't om zeer begrijpelijke redenen per ongeluk vergeten? Hoeveel Quigley's er rondloopen weet niemand, maar wel weet men. dat wanneer ons vaderlandsche belastingsy steem kon ingevoerd worden, de opbrengst die van nu ettelijke malen zou overtreffen. Controle per telefoonboek. Denk nu niet, waarde lezer, dat er niet een soort controle wordt uitgeoefend! Een paar jaar geleden kreeg ik een aanschrij ving van een belastingkantoor in New York, waaronder ik toen ressorteerde en dat mij voor een inkomen van liefst 10.000 dollar had aangeslagen. Later bleek mij, dat men mijn naam uit het telefoonboek gehaald had, omdat ik al eenige jaren op hetzelfde adres woonde een zeer onge wone procedure! en kort daarop kreeg ik een bevel te verschijnen in een ander kantoor om mijn plicht als lid van de jury waar te nemen. Ik viel noch in de termen van belasting betalen, noch (als Hollander) om zitting ln een jury te ne men, maar het goede dikke telefoonboek was het middel, waarmee men mij opge snord had. Is het dan begrijpelijk, dat duizenden hier leven zonder zich ooit over dergelijke dingen druk te maken? Natuur lijk is het ten eenenmale onmogelijk voor menschen in zaken en van bekendheid zich aan dit alles te onttrekken het zijn de ongewisse elementen, die aan dit toezicht ontkomen, maar wier aantal grooter is dan men vermoeden zou. Ik kon bewijzen geen tien mille per jaar te hebben en bo vendien niet eens in aanmerking te komen voor belastingbetaling, maar zulk een uit- noodiging kan iedereen overkomen en dan dient men werkelijk met bewijzen voor den dag te komen of er wordt een vervolging ingesteld, die niet mis is zie Al Capone, die voor niet-betaling van belasting jaren achter de tralies kwam. Want in Amerika geldt de opvatting; onbekendheid met de wet is geen excuus! Iedereen kan uitvin den of de hoeveelheid van zijn inkomen groot genoeg is om er belasting voor te betalen en zoo ja, dan moet hij dat vrij willig komen doen. Doet hij het niet, dan kan hij er jaren tusschen door slippen tot hij uiteindelijk gepakt wordt. Het is precies als met bigamie, dat ook jaren goed kan gaan maar bij ontdekking tot de zwaarste misdaden wordt gerekend en dienovereenkomstig gestraft. De plicht wordt vervuld. Wat de ordelievende Amerikaan dus begin Maart en begin April doet is aan zijn bank vragen om een formulier voor inkomstenbelasting en dat mee naar huis nemen. Dan vergeet hij dat een week en leest eiken dag in de krant, dat hij nog nen, zooals van St. Caecilia, St. Ursula, St. Agnes, St. Elizabeth, St. Margaretha, en andere. Het gedeelte, beoosten de Mare, dat oorspronkelijk tot Leiderdorp behoorde, werd ondergebracht bij de parochie van St. Pancras. We zien dan ook hoe na de tweede vergrooting, deze parochie zich uitbreidt en met haar verdere omgeving en de Burcht het tweede oude middelpunt van Leiden gaat vormen. We hebben reeds opgemerkt dat na de eerste ver grooting in 1315 de nieuwe nog beschei den Pancraskerk werd gewijd. Deze kerk werd in 1366 dus na de tweede vergroo ting verheven tot kapittelkerk. Aan haar werden verbonden vier en twintig kanun niken onder een proost, niet te verwarren natuurlijk met een cathedraal kappittel, dat men beschouwen kan als de Raad van den Bisschop. Het waren reguliere kanunniken; niettemin ln de Middel eeuwen heele heeren. In de nabijheid der kerk verrezen de kanunnikhuizen, een begijnshof, en het Lieve Vrouwengasthuis en ten slotte begon men in 1377 met het majestueuze heiligdom, zooals wij dat te genwoordig kennen en dat nimmer ge heel werd voltooid. N. J. 3. maar twaalf, nog maar elf. nog maar tien dagen enz. heeft om zijn belasting te be talen, Eindelijk zet hij zich op een goeden avond voor zijn schrijftafel en slaat aan het rekenen. De kranten hebben hem juist in die houding al de laatste dagen ultge- teekend en voor den gek gehouden: Mis ter Belastingbetaler, die zijn zuur ver diende centjes moet afstaan aan de ge meenschap! Tot troost van mijn lezers voeg ik er bij, dat de Amerikaansche be lastingpapieren in onbegrijpelijkheid niets onderdoen voor hetgeen zij door te worste len krijgen. Maar tot hun naijver moet ik er bij vertellen, dat de Amerikaansche fiscus veel schappelljker in zijn eischen is dan de Hollandsche. Op mij maakt het altijd den indruk als of hier meer afgetrokken mag worden dan ln rekening moet worden gebracht. Bij dragen aan liefdadige doeleinden, ge bruikte hoeveelheid benzine over het heele jaar iwaarvoor een aparte belasting bij aanschaf betaald wordt), bepaalde belas tingvrije effecten, verlies door transacties op de Beurs, zooveel voor zijn wederhelft, en zooveel per kind en nog veel meer mag afgetrokken worden over de totale som van inkomsten. Heeft men nu het zuivere bedrag van inkomsten over, dan wordt daar zooveel procent voor den Staat (een der 48 staten van de Vereenigde Staten van Noord-Amerikai van berekend voor de belasting van 15 Maart en zooveel pro cent voor de Federale Unie. Alles wat men te doen heeft is een chèque voor dat be drag te schrijven en naar den ontvanger te sturen of met de contanten naar zijn kantoor te gaan en een re?u te krijgen. Meen niet, dat het daarbij blijft! Het is zeer goed mogelijk, dat de respectieve lijke ontvangers reden hebben aan de op gaaf te twijfelen en den belastingbetaler uitnoodigen „zich bij hen te vervoegen" om nadere verklaring te geven, met het verzoek vooral alle papieren en beschei den mee te brengen om de aangifte te kunnen verdedigen. En in dat geval is het maar het beste, als men de heeren van de belasting volkomen ervan kan overtuigen, dat de betaling geheel geschied is, „naar mijn beste weten en overeenkomstig mijn eerlijke overtuiging", zooals vlak boven de handteekening van elk formulier staat, want anders geraakt de opgeroepene in een heel lastig parket. In de meeste gevallen zal hij wellicht niet in de gevangenis te recht komen, maar een flinke boete, die ettelijke malen meer is dan zijn opgegeven bedrag zal zijn beurs aanzienlijk lichter maken. Betalen per termijn. Ik zei hierboven, dat 15 Maart en 15 April de twee groote data waren voor het vereffenen van belasting, maar daarmee sprak ik niet geheel overeenkomstig de waarheid. Er bestaat n.l. gelegenheid om elke drie maanden een bepaald bedrag af te betalen, wanneer het geheel te omvang rijk is om ineens te betalen. Vreemd ge noeg zijn het hoofdzakelijk de zaken, de maatschappijen en corporaties, die van die gelegenheid gebruik maken en kunnen de particuliere belastlngbetalars hun schuld ineens afdoen, omdat die niet zoo drukkend is als wij gewend zijn. De inkom stenbelasting raakt iedereen, zelfs de se cretaresse, die en pension woont, maar laten mijn lezers vooral niet denken, dat dit de eenige soort in Amerika is, Zoodra men de eigenaar is van „onroerende goe deren", een huis, grond of iets dergelijks, komen er nog andere belastingen op de proppen, zooals b.v. een schoolbelasting, die men moet betalen ook al heeft men zelf geen kinderen, maar op die manier wordt de openbare school in Amerika on derhouden de school, waar 90 van de 100 kinderen tot hun 18de jaar naar toe gaan. Van alle kanten bekeken is de Ameri kaan, wanneer het zijn inkomstenbelasting betreft, zijn eigen baas: hij meldt zichzelf aan en rekent zelf uit, hoeveel hij schul dig is. Nooit of nimmer krijgt hij na in zending van zijn aangifte een rekening thuis, waarop een totaal onbegrijpelijk be drag ter betaling staat vermeld, dat men heeft te voldoen op straffe van een dwangbevel. Zoo'n bevel is hier een onbe kende aardigheid, maar de straf voor niet op tijd of heelemaal niet betalen is veel ernstiger de heele quaestie is maar of men den fiscus weet te ontkomen, ja of nee. En het staat vast, dat dit laatste veel meer gebeurt dan bij ons het geval is. Wat is het resultaat daarvan? Dat de inkom sten van Staat en Rijk veel lager zijn dan eigenlijk zou moeten, maar dat aan den anderen kant de beroemde vrijheid van den Amerikaanschen burger veel meer on aangetast is gebleven dan bij ons. Nie mand zou zich hier neerleggen bij het moeten betalen van een of ander onbe grijpelijk bedrag, dat naar aanleiding van zijn aangifte ten kantore des Ontvangers opgemaakt en uitgerekend was. Verkapte belastingen. Is het hier dan een paradijs? Allerminst! Amerikanen betalen verhoudingsgewijs niet zoo veel belasting als wij, maar er gaat geen dag van elke maand voorbij, of zij betalen een belangrijke som zoowel aan hun Staat of aan de Unie door hun dage- lijksche uitgaven. Is er wel iets, waarvoor wij geen belasting betalen? Ik geloof het niet. Voor het pakje Lucky Strike of Old Godl, waar wij 14 cents voor betalen, moe ten wij zes cents belasting aan de Unie betalen Koopen wij er twee voor een kwartje dan moeten wij een cent extra betalen voor het werkloozenfonds van de stad New-York. Eten wij voor 50 cents dan betalen wij niets, drinken wij daaren tegen een Manhattan cocktail voor onzen maaltijd dan betalen wij een cent extra. Koopen wij daarentegen dingen van groo ter bedragen: een auto, een radio, een waschmachine, een ijskast, dan is in de totale som een niet onaardig bedrag be sloten, dat direct ten goede komt aan de schatkist in Albany als hoofdstad van den Staat New-Yo;-': of in Washington als hoofdstad van de Ver. Staten van Noord- Amerika. Ik vergat zoo straks nog te vermelden, dat 1 Januari een nog veel kritieker datum voor de Amerikanen is dan 15 Maart of 15 April. Op Nieuwjaarsdag moet men n.l. allemaal in het bezit zijn van nieuwe nummerplaten voor de auto hetgeen ongeveer te vergelijken is bij ons met de belastlngnlaatjes op de fiets. Een auto is in Amerika wat een fiets is bij ons en wanneer men dan tegen het eind van December voor het allerminste kaduke Fordje de somma van 12 dollar moet neer tellen om een nieuwe nummerplaat voor het volgende jaar te verkrijgen, dan wor den in menig gezin de centen en stuiven bij elkaar geschraapt om ten minste het familie-vehikel in beweging te houden. Voor mijn Bulck moest ik eiken lsten Ja nuari 20 dollar en 50 cents neertellen om een nieuwe nummerplaat te krijgen (die elk jaar anders is) en waardoor ik in staat gesteld word ongestraft voor 12 maanden langs 's Heeren wegen te rijden. Dat, en de belasting op benzine, nieuwe banden en andere aanschaf is het eenige, wat ik aan de overheid voor mijn auto be hoef uit te geven. Is het dan een wonder, dat men hier veel eerder een auto kan be zitten dan bij ons, waar zulk een voertuig nog als een puur luxe-instrument be schouwd wordt? Het penningske voor de gemeenschap Wanneer ik een telegram van eenig be langrijk bedrag verstuur of ik telefoneer voor meer dan een halve dollar, ik koop een dure plaats in een bioscoop of een schouwburg, ik koop een schrijfmachine of een flesch whiskey in elk geval leg ik eenige centen of stuivers of dubbeltjes toe, die direct in de schatkist van den staat New-York of de United States of America vloeien. Ongemerkt. Met een paar centen tegelijk. Met een paar dollars tegelijk. Maar intus- schen gaat er geen dag voorbij of ik en andere bewoners van dit land offeren hun penningske aan het welzijn van de ge meenschap, onverschillig of dit New-York dan wel het heele land ten goede komt. Het heele systeem van Amerika hangt af van: kleine bedragen groote omzet. Wanneer 127 millioen zielen ieder een cent bijdragen, is het bedrag grooter dan wan neer een paar honderd duizend ieder een dollar geven. Vandaar al die kleine on merkbare heffingen van een paar centen hier en een paar centen daar. Toen New- York City het vorige Jaar besloot een „om zetbelasting" te heffen ten bate van de werkloosheid van 1 cent voor 50 ets. luxe en 2 ets. voor een dollar en zoo verder, dacht men niet daarmee veel inkomsten te heffen. De stoutste verwachtingen wer den echter overtroffen juist dat was de manier om tientallen millioenen bin nen te krijgen en op het oogenblik denkt de gemeente er sterk over lang voor den einddatum, deze belasting af te schaffen. Wel een bewijs hoe vele kleintjes een groote maken. Wanneer dat nu eens ge beurde met de inkomstenbelasting! VOOR KLEINE TUINEN. Welke groentensoorten moeten nu worden gezaaid? Wanneer we groentensoorten voor eigen gebruik willen teelen moeten we nu weer tal van soorten zaaien. De eerste dop erwten en peulen komen al boven den grond, en de onder glas gezaaide werden reeds buiten uitgeplant. Nu leggen we de zaden van opvolgende soorten als: krom- bek, Kaapsche groene, capucijncrs e.a. Om de vogels te weren spannen we een paar draden zwart garen op een handbreedte boven den grond. Bij de uitgeplante erw ten plaatsen wé nu reeds het erwtenrijs opdat ze daaraan eenige beschutting zul len hebben tegen scherpe winden. Voor vroeg gebruik zaaien we nu ook kroten. We zaaien deze op rijen welke 25 a 30 c.M. uiteen komen, en dunnen later de plan tjes uit tot op 15 c.M. Op dezelfde wijze kunnen we nu rammenas voor zomerge- bruik zaaien. We zaaien nu ook de sluit- koolsoorten als: roode, savoye en witte kool. Spruitkool zaaien we iets later, n.l. einde April of begin Mei. Opdat de jonge plantjes zoo min mogelijk te lijden zullen hebben van aardvlooien zaaien we op krachtigen grond en helpen we ze, zoo noodig, met een overbemesting van Chili- salpeter. Tusschen de erwten en peulen- rijen zaaien we weer spinazie en radijs voor opvolgenden oogst. Ook zaaien we voor opvolging weer kropsla en zmerpeen. Het peenzaad vermengen we met scherp zand om het gemakkelijk te kunnen uit strooien. Wie de beschikking heeft over een bak kan daarin nu reeds postelein zaaien. Ook kunnen we in een bak nu komkom mers, augurken, meloenen en tomaten zaaien om deze later op de daarvoor te be stemmen plaatsen uit te planten. Het is wenschelijk om daarvoor in de bak eenige bodemwarmte aan te brengen, b.v. door een laag ruige paardenmest. De jonge plantjes worden nog een keer in deze bak verspeend en daarna in potjes opgekweekt Later kunnen we de tomaten buiten uit- planten, en desgewenscht ook de augur ken en komkommers. Meloenen kweeken we echter steeds onder glas en plaatsen we later in onze leeggekomen bakken. On der glas zaaien we nu ook knolselderij. Ook hiervan worden de jonge plantjes eerst onder glas verspeend Later worden ze met een kluitje buiten uitgeplant. We planten ze dan in kleine greppeltjes op 30 c.M. af stand. Ze verlangen een krachtigen grond en het is wel goed om ze tijdens den groei eenige malen te meste met dunne koegier. Als toekruid voor tuinboonen zaaien we aan het einde van April ook een weinig boonenkruld. We verzuimen ook niet een weinig snijselderij en peterselie te zaaien opdat we deze belangrijke toekruiden steeds voorradig hebben. _i i i_ i i i zijn iederen werkdag geopend vanaf half 9 des morgens tof half 6 namidd. Zaterdags vanaf 8 uur 's morgens fof 4 uur 's middags. O Zondags den geheelen dag gesloten 3-4

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 15