„Flora" opent haar poorten. 76,le Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 15 Maart 1935 Derde Blad No. 23000 Een grootsche expositie. DE HEEMSTEEDSCHE TOOVERTUIN. EEN FRAAI PLEKJE VOOR HET BLOEMENPALEIS De viering van het 75-jarig bestaan der algemeene vereenigmg voor bloembollencultuur. (Van onzen eigen verslaggever). Op een dag, waarop in de gansche natuur allerwegen de eerste symptomen van de naderende lente te bespeuren wa ren de zon zacht en vriendelijk, door geen wolkje gehinderd, met een welbe- hagend stralen de herlevende aarde koes- de en de koude, gure wind der laatste dagen ln den letterlijken zin van het woord den aftocht had geblazen, op zulk een stralenden voorjaarsdag was de Pers de gast van het uitvoerend Comité der Internationale bloemententoonstelling „Flora" te Heemstede. Geen dag had beter gekozen kunnen zijn, geen dag den deel nemers dezer excursie meer genot kun nen schenken. Onder deze dus bij uitstek zoo gunstige omstandigheden, verzamelde zich gister morgen de Pers rond den voorzitter van het untvoerend comité, den heer T. H. M. van Waveren, om onder diens geleide een rondgang te maken over en langs de ter reinen van deze grootsche en indrukwek kende expositie, een expositie waarover reeds maanden en maanden van te voren is geschreven en gesproken en waarvan men tevens groote verwachtingen koes tert En al nemen wij ln oogenschouw, dat hetgeen wij gisteren te zien kregen, nog niet te vergelijken is met datgeen wat er over enkele weken, als de volle- grondcultures zich ontplooid zullen heb ben, te zien zal zijn, dan toch reeds mee- nen we volmondig te mogen zeggen, dat genoemde verwachtingen stellig niet be schaamd zullen worden. Momenteel valt het accent ln sterkere mate op het hoofdgebouw, dan dit over eenigen tijd het geval zal zijn, maar ook dan zal dit „Bloemenpaleis" toch de „clou" van de tentoonstelling blijven. Reeds on middellijk bij het binnentreden wordt men als het ware bedwelmd door een mengeling van bloemengeuren en men heeft eenigen tijd noodig om te wennen aan de pracht en praal die Moeder Na tuur hier, door bemiddeling der kweekers, ten toon spreidt. Men kan zich bijkans niet voorstellen dat half Maart nog niet voorbij is, en men moet eerbied hebben voor de zorg en de toewijding van onze Hollandsche kweekers die hier zooiets in drukwekkends en groots wisten te berei ken. Het is werkelijk onmogelijk met een Pen de bloemenweelde, welke een lust voor de oogen is, hier te beschrljven.Het zwaar tepunt ligt natuurlijk op de bolgewassen, waarvan op deze eerste tiendaagsche ten toonstelling, de hyacinthen we) de voor naamste plaats innemen. Men ziet hier een aantal variëteiten, een hoeveelheid kieurschakeeringen, waarvan zij die zoo- Iets nog nimmer zagen, zich geen voor telling kunnen maken. Niet minder dan 12.000 stuks, verdeeld in 80 soorten zijn er tezamen gebracht. Vanzelfsprekend ne men ook de tulpen en de narcissen een belangrijke plaats ln. Vermeldenswaard M ook, het aanwezig-zijn van de kleinste darcis ter wereld, n.l. de Minimus, wier "aderland in de Pyreneeën ligt. De grootte van deze bloem bedraagt ten hoogste lVi CM. en de bol is ditmaal geplant ln •dnvingerhoed Echter niet alleen bolgewassen kan ®en in het hoofdgebouw aanschouwen. Oe gouden regen bloeit alsof het volop Mei is, de seringen geuren alsof het al 'en paar maanden voorjaar is. En zij zijn Het alleen! Hier spreidt een rhododen- JMron zijn bloemenpracht ten toon, daar als druifjeshyacinthen, anemonen, e.a., kortom een geheel, hetwelk zelfs een niet- bloemenliefhebber tot extase zal brengen! Ook bulten het hoofdgebouw valt er reeds veel te genieten. Zoo vinden we tegen het hoofdgebouw aan, langs den vijver een fraaie collectie tulpen. Verder voert echter alleen de crocus nog heer schappij. We vinden hen bij duizenden op de gazons op het weldeterrein. Terwijl de hyacinthen en tulpen nog slechts schuchter hun kopjes boven den grond steken, zien we hier gordels van purper, violet, zachtblauw, geel en wit, een weelde van kleuren, welke oprijst uit die duizen den en duizenden bloemkelken. Boschages van donkergroene hulsten, staalblauwe ce ders en sparren, welke de gazons onder breken, vormen de contrasteerende kleu ren. Over eenigen tijd zal deze crocussen- kleurenweelde verdwenen zijn en vervan gen door een van hyacinthen. narcissen en tulpen, welke dan op haar beurt weer de blikken van de bezoekers zal vangen en vasthouden totdat ook hun tooi ver welkt is. De heer Van Waveren heeft verder de Pers nog rondgeleid in de verschillende andere gebouwen, zooals dat van het De partement van Economische Zaken (Di rectie van den Landbouw), waarvan, evenals van de verdere indeeling van het tentoonstellingsterrein, reeds uitvoerig in ons blad melding is gemaakt. Nadat in het Volendamsch restaurant de koffie was genuttigd, werd een lunch aangeboden in het restaurant „Flora". Aan het slot hiervan dankte de heer Primo namens de Pers het uitvoerend comité, speciaal den voorzitter, den heer Van Waveren, voor de gastvrijheid en de gulheid waarmede zij ontvangen en te woord gestaan was en sprak hij tevens zijn bewondering uit over de geweldige werkkracht, de overstelpende energie als mede den moed en den durf welke in deze grootsche expositie belichaamd zijn. Hij eindigde met zijn beste wenschen voor de tentoonstelling uit te spreken. DE JUBILEUMVIERING. Zooals we reeds in ons blad van gisteren meldden, vond 's middags in de beurszaal van het Krelagehuis te Haarlem, de her denking plaats van het 75-jarig jubileum der Algemeene Vereeniging voor Bloem bollencultuur en met welke gebeurtenis de „Flora" officieus geopend werd. De fees telijkheid ving aan met het zingen van het Wilhelmus door het Mannenkoor „Die Spaerne Sanghers" en het Haarlemsch Vrouwenkoor, onder leiding van den Di recteur Lieven Duvosel. Nadat vervolgens door dezelfde koren ten gehoore was ge bracht: O Meimaand, nam de voorzitter van genoemde vereeniging, de heer Ernst H. Krelage het woord. Het allereerst riep hij allen een hartelijk woord van welkom toe, in het bijzonder den Directeur-Gene raal van den Landbouw als vertegenwoor diger van Z. E. den minister van Econo mische Zaken, ir. Roebroek, den commis saris der Koningin in Noord-Holland, den leden van het college van Ged. Staten, den burgemeester van Haarlem en vele anderen, onder welke verschillende bui- tenlandsche gasten. Aangezien op dezen dag, zei spr., dankbare gevoelens uitgaan naar Hare Majesteit de Koningin, onge ge- eerbiedigde beschermvrouwe gedurende 34 jaar, stel ik u voor Hare Majesteit het volgend telegram te zenden: „Algemeene Vereeniging voor Bloembol lencultuur met genoodigden bijeen ter herdenking van haar 75-jarig bestaan, biedt Uwe Majesteit de betuiging van eerbiedige hulde en trouw aan." De vergadering beantwoordde dit voor stel met een warm applaus. Nadat de heer Krelage nog had medegedeeld, dat op de laatstgehouden algemeene vergadering der vereeniging besloten was om tot eereleden der vereeniging te benoemen: mr. M. P, L. Steenberghe, Minister van Economische Zaken; den Minister van Staat, jhr. mr. dr. H. A. van Karnebeek, commissaris der Koningin in de provincie Zuid-Holland; jhr. mr. H. M. van Haersma de With, H. M. buitengewoon gezant en gevolmach tigd minister te Washington, en W. L. F. C. Ridder van Rappard, H.M. buitenge woon gezant en gevolmachtigd minister te Kopenhagen, beide laatsten meer in 't bijzonder ter waardeering van hun krach- tigen steun ter beperking van de invoer- moeilijkheden in Tsjecho-Slowakije en Denemarken aan liet bloembollenbedrijf verleend), ging hij tot zijn eigenlijke rede over, waaraan wij het navolgende ont- leenen Bij de herdenking van het merkwaar dige jubileum dezer vereeniging dat haar stempelt tot een der oudste zoo niet de oudste organisatie op tuinbouwgebied in den lande, gaan zijn gedachten voor eenige oogenblikken uit naar het vroegste ver leden van de instelling. Heden kan dus het uitgangspunt zijn het jaar 1910 dat met de zoo welgeslaagde jubileums-ten- toonstelling de eerste halve eeuw der ver eeniging afsloot en een nieuw tijdvak opende Wat waren dat schoone jaren en gelukkige tijden; die periode van rustigen groei en voorspoed in vrede, 1910 tot 1914 Het bloembollenbedrijf bloeide door den gestadig toenemenden export; het was in die dagen, dat de mooiste Trompetnarcis sen in Nederland gewonnen werden en zelfs de Engelsche verscheidenheden te Londen versloegen, het was de tijd der eerste nieuwe Nederlandsche tulpen aanwinsten, die tot op dezen dag een zoo belangrijke stimulans voor den handel zijn geweest, een der schitterende Aziatische tulpenspecies, toen voor het eerst hier aan de markt gebracht. Toen kwam de oorlog en merkwaardi gerwijs leed het bedrijf nog weinig onder dat eerste oorlogsjaar en ook in de twee volgende jaren bleef de toestand nog vrij gunstig. Dit werd anders toen Amerika aan den oorlog ging deelnemen en de to tale export inschrompelde tot 8 millloen gulden. Toen echter bracht de Codro weer redding, de onderlinge groentendrogerij en zouterij, voor de bollenstreek. De vrij on verwachte sluiting van den wapenstil stand. maakte vele voorraden echter on verkoopbaar. Beroemde economen hadden tijdens den oorlog met groote stelligheid o.a. den on dergang van jiet bloembollenbedrijf voor speld. Gelukkig bleek deze voorspelling onjuist. Het bedrijf herstelde zich zelfs met onverwachte snelheid. Toen Engeland zijn grenzen weer openstelde, steeg de uit voer van bloembollen daarheen binnen enkele jaren tot een hoeveelheid, welke de grootste, die vroeger in een jaar door dat land was opgenomen, overtrof. Ook de ex port naar de overige landen herstelde zich geleidelijk. Van 1925 af begon zich, wellicht ook als gevolg van de tentoonstelling, een aan zienlijke uitbreiding van de bollenteelt te voltrekken. De slechte uitkomsten van den landbouw en den groven tuinbouw leidden tot gedeeltelijke omzetting van deze bedrijven in bollenteelt. Het viel niet te ontkennen, dat het de bollenteelt goed ging in dat tijdvak Het vak heeft en reeks 'van vette jaren ge kend, die zich tot 1931 voortzette. De uit voer steeg geregeld; er konden goede prij zen bedongen worden; de jaarlijksche uit voer benaderde een bedrag van rond 50 millioen gulden. De binnenlandsche on derlinge handel bloeide! Voor nieuwe aan winsten werden fabelachtige prijzen be steed, in één woord er was voorspoed, zelfs weelde alom. De gebruikelijke fout, dat deze abnormale jaren voor een blijvenden toestand werden aangezien, bleef ook het bloembollenbedrijf niet bespaard. Toen de vette jaren voorbij waren, bleken maar al te velen geen voorzorgen genomen te heb ben voor de magere jaren, die toch onver mijdelijk volgen moesten. De vereeniging zag het aantal harer afdeelingen stijgen tot 65, haar ledental tot bijna 6000. Toen het getij verliep en haar ledental weer afnam, bleef haar flnahcieele toestand ongeschokt. In den loop der jaren werd de tuin- bouwwinterschool te Llsse gevestigd, die zich onder de toegewijde leiding van haar directeur, Ir. Volkersz, in den loop der jaren tot de Rijkstuinbouwschool voor Bloembollenteelt ontwikkeld heeft. In het hart der streek gevestigd, werd zij door tal van zoons van kweekers en expor teurs bezocht. Het omstreeks 1917 in de bollenstreek waargenomen aaltjesziek der Narcissen was de rechtstreeksche aanleiding tot de benoeming van den heer Van Slogteren tot phytopatholoog voor de bloembollen streek. In, 1923 kreeg hij een eigen labora torium te Lisse, dat een onderdeel werd der Landbouwhoogeschool te Wageningen, waaraan Dr. van Slogteren als hoogleeraar verbonden werd. School en laboratorium zijn instellingen, die de bollenstreek ten zegen zijn geweest. Beide instellingen zijn voorbeelden van voortreffelijke Staatszorg. Spr gaat dan verder op de werkzaam heden der vereeniging in, zooals de bloe- menkeuringen, de deelneming aan de buitenlandsche tentoonstellingen, e.a. Hij eindigde dit deel met te zeggen dat de vereeniging zich niet behoeft te schamen over haar verleden. Ruim een jaar geleden koesterden velen de hoop dat de regeeringsmaatrege- len voor het bloembollenbedrijf voor 1935 althans wat den handel betreft zouden hebben kunnen vervallen. Helaas is dit niet mogelijk gebleken. In overgroote meerderheid heeft het bedrijfsleven zich voor handhaving der maatregelen gedurende dit jaar uitge sproken Het herstel ls nog verre van volledig. Meer uitzicht op een betere toe komst bieden de door de regeering der Vereenigde Staten van Amerika aange kondigde maatregelen. Dit lichtpunt is op dezen dag bijzonder welkom. H.M. de Koningin heeft thans de kroon op het werk gelleven te zetten door de Flora te stellsn onder Haar hooge be scherming Zoo wordt het laatste vierde deel der eerste eeuw in het bestaan der vereeni ging ingezet op een wijze, haar roemrijk verleden waardig en vol van beloften voor de toekomst. Moge het de vereeniging ge geven zijn, zich steeds een leiding te ver zekeren, die deze beloften in vervulling weet te doen gaan en ten volle berekend is voor de moeilijke, maar aantrekkelijke taak om te waken voor de algemeene be langen van het geheele bloembollenvak. Hierna sprak ir. Roebroek, wiens rede wii in ons blad van gisteren reeds ver meldden. Na afloop deelde hii mede. dat het HM. de Koningin behaagd heeft te benoemen tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau. den heer J. Valkering, ondervoorzitter der Alg. Vereeniging voor Bloembollencultuur, te Limburg en dat toegekend is de eere-medaille in zilver aan de heeren H. Corbie, meesterknecht in een bloembollenbedrijf te Hillegom en G. van Tol, idem. te Sassenheim. Na een korte toespraak van mr. Maar schalk bracht de heer G. W. Leak, member of the council Royal Horticultural Society namens zijn 50.000 leden tellende organi satie gelukwenschen over aan de jubilee- rende vereeniging Hij herinnerde aan de tentoonstelling van 1925 en uitte zijn be wondering over hetgeen nu in een nog grootere en schoonere expositie is tot stand gebracht. Laatste spreker was de heer J. C. M. Mensing, voorzitter van den Nederland- schen Tuinbouwraad. Spr. zei het woord te voeren namens den Nederlandschen tuin bouw. dat is de tuinbouw in den uitge- breidsten zin: sierteelt en groente- en fruitcultuur. want al deze groepen, ver- eenigd in den Nederlandschen Tuinbouw raad verheugen zich in dezen dag. Het is een bewijs van groote innerlijke sterkte, wanneer het een organisatie ge geven is. zich gedurende een zoo lange reeks van jaren mede aan de spits te hand haven. En 't moet alleen betreurd worden, dat dit herdenken moet geschieden in een tijd van ongekende depressie. Laten we echter met vertrouwen in de toekomst blijven zien. juist omdat we weten, dat gerekend kan worden op den steun welke een organisatie als de Alg. Ver. voor Bloembollencultuur voor de geheele bol lenstreek kan zijn De Alg. Ver. voor Bloembollencultuur heeft de benijdenswaardige taak zich bij voortduring bezig te houden met een bij uitstek nationalen tak van den Neder landschen Tuinbouw, die van groote inter nationale vermaardheid is geworden Licht is de taak onder de tegenwoordige omstandigheden zeer zeker niet. doch schoon is ze ongetwijfeld. Tot besluit hield het hoofdbestuur der Algem. Vereeniging receptie. Zeer velen kwamen hun gelukwenschen aanbieden. DE FEESTMAALTIJD. Bij den maaltijd waren gisteravond o.ib, aanwezig: Mr. H P. Marchant. Min. van Onderwijs Kunsten en Wetenschappen, Jhr. mr. dr. A. Roël. Commissaris der Koningin ln de Provincie Noord-Holland, jhr. J. P. W. van Doorn, burgemeester van Heemstede mr. S. A. Vening Meinesz, griffier der Staten van Noord-Holland. C. Maarschalk van Egmond en Reinegom. burgemeester van Haarlem. J. C, M. Mensing, voorzitter Ne- derl. Tuinbouw Raad Jac. Smits, lid dage lijks bestuur Ned. Tuinbouw Raad, Jhr. dr. J. C. Mollerus. secretaris Ned. Tuinbouw; Raad, G. J Droste jr., voorzitter Kamer van Koophandel. Th. G. C. Hoog. onder voorzitter van de Kamer van Koophandel. E. H. Krelage. voorzitter A.V.. J. F, Ch. Dix. voorzitter Nederl. Dahlia-vereenlglng. W. A. Phillippo. voorzitter Nederl. Gladio- lusvereeniging. D. Veerman jr.. voorzitter Vereeniging van Boskoopsche Culturen en vele anderen. De heer E H. Krelage heette de aan wezigen welkom, in het bijzonder Z. Ex. den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, van wien het Bestuur de bescherming en medewerking heeft onder vonden in verband met de historische ten toonstelling in het Frans Hals Museum. Deze maaltijd, aldus vervolgde spr. vormt een schakel tusschen de herdenking van het 75-jarig bestaan onzer Vereeniging en de tentoonstelling „Flora". Spr. bracht hulde aan den voorzitter van het Uitvoe rend Comité, den heer T. van Waveren en den heer Voors. die den prachtigen aanleg voor zijn rekening heeft genomen. Nadat de heer Krelage de Staten der Provincie had dank gebracht voor de in schrijving in het waarborgfonds voor 45.000 gulden, noodigde hij de aanwezigen uit den eersten dronk te wijden aan over heid van Rijk en de provincie Noord- Holland. De Minister van Onderwijs. Kunsten en Wetenschappen mr. H. P. Marchant ver klaarde Men kan de bloembollencultuur van twee zijden bekijken: uit een zakelijk oogpunt en uit aesthetlsch oogpunt en nu stel ik er een eer in om hier als Minister van Kunsten Onderwijs en Wetenschappen aan te zitten als vertegenwoordiger der Regee ring ten aanzien van den aesthetlschen kant der zaak. Van Bloembollencultuur als zoodanig heb ik geen verstand. Ik heb wel verstand van de cultuur moet ik ten minste hebben De cultuur ressorteert onder mijn Departement. Nu zal ik er op willen wijzen dat degenen dit zich bezig houden met bloembollencultuur, in het leven roepen: schoonheid, de schoonheid, die aan de menschen levensmoed en levenslust geeft en dat ressorteert onder mijn departement. Daarom voel ik mij hier zoo thuis, niet alleen aan dezen diseh, maar ook aan mijn departement en degenen die zouden willen verklaren, dat ik daar niet thuisbéhoor, omdat ik in doldriftige buien verkeerde dingen doe. die kennen mij niet. Vooreerst ben ik geenszins dol driftig en in de tweede plaats doe ik ambtshalve althans geen gekke dingen. Daarvan wil ik het bewijs leveren, door van harte een dronk wijden aan de Alg. Vereenigine voor Bloembollencultuur. Het eenige aldus de Minister waardoor wij ons kunnen staande houden in een tijd' van welvaart, is. dat wii blijven: energiek. Int de bollencultuur heeft men bewezen, dat men energiek is. Spr. is blij dezen wakkeren mannen namens de Regeering energie toe te kunnen wenschen, ook in de toekomst, opdat Nederland Neder- landsch blijve. De Commissaris der Koningin In de pro vincie Noord-Holland, jhr. mr. dr. A Roëll voegde zoowel persoonlijk en als hoofd van het Provinciaal Bestuur zijn wenschen bij de velen, die in den loop van den dag tot den heer Krelage en diens medebestuur ders zijn gesproken. De heer T. M, H. van Waveren, voorz. van het uitvoerend comité van Flora hield een rede in het Engelsch. Na een woord van welkom zeide hij, dat men wel zeer verrast zal zijn, hier een tentoonstelling te vinden, in een dergelijke stijl in dezen tijd van economische depressie. Juist deze om standigheden deden ons besluiten, de ten toonstelling te houden om onze producten te doen demonstreeren. Wij hopen, dat de tijd niet veraf zal zijn, dat wij weer naar normale verhoudingen kunnen terugkee- ren. DE OFFICIEELE OPENING. Hedenmorgen is onder groote belangstel ling de tentoonstelling officieel door minis ter Steenberghe geopend. Onder de vele aanwezigen zagen wij den Zweedschen gezant A. J P. Adlercreutz, den Commissaris der Koningin in de Pro vincie Noord-Holland Jhr. Mr. Dr. A. Roëll, namens den Commissaris der Koningin in de Provincie Zuid-Holland Jhr. Mr. L. E. M. von Fisenne, den griffier der Provincie Noord-Holland Mr.S. H.. Vening Meinesz, verschillende leden der Gedeputeerde en Provinciale Staten van Noord-Holland, de burgemeesters van Haarlem, Heemstede en omliggende gemeenten, jhr. G. T. van Tets, voorzitter van de Koninklijke Maat- E GROOTE ENTREELAAN DER TENTOONSTELLING, VERLICHT DOOK LANTAARNS, ONTWORPEN NAAR TULPEN-MOTIEVEN.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 9