LEIDSCH DAGBLAD - Zevende Blad Vrijdag 1 Maart 1935 LONDENSCHE BRIEVEN. UIT RUSLAND. HARLEKIJNTJE. (Van onzen correspondent). VOOR HET JUBILEUM. Nog slechts een paar maanden en dan zal de groote dag van Oroot-Brltannlë's Jubeljaar zijn bereikt Do onmiskenbare stemming van t op handen zijnde feest ls al lang ln de lucht geweest, eigenlijk al van den eersten ochtend van het nieuwe jaar af, toen men er elkaar aan begon te herinneren dat Koning George V op 6 Mei 25 jaar de kroon zou hebben gedragen. En inmiddels is het officieel program van de viering bekend gemaakt en worden de gemoederen van Land's End tot Loch Lomond bezig gehouden met dit groote jubileum Het program is grootsch en wel ln overeenstemming met de ge denkwaardigheid van de gebeurtenis. Officieel duurt het feest van 6 Mei tot 25 Juli en in dien tijd rijdt het Konink lijk echtpaar vier maal in vier dagen in gala-optocht door Londen Het begint op 6 Mei met een dankdienst ln de St. Paul's kathedraal in de City; en in den avond geeft Z. M. per radio zijn jubilee-bood schap aan zijn onderdanen in het gansche Britsohe rijk Er komen ontvangsten vcor het Corps Diplomatique (ln het St. James' Paleis) en voor de debutantes van het Jaar ln het Buckingham Paleis. Twee dagen zijn gereserveerd voor de konink lijke verleening met eigen hand van onderscheidingen. Op twee gala-maaltij den ten hove zal de normale verzorging van den inwendigen mensch plaats heb ben op de meest luisterrijke wijze welke men zich kan indenken Twee gala-bals ln het Buckingham Paleis zullen de voor naamste menschen van het Empire met al hun Juweelen, goud en anderen luister in prachtige zalen samenbrengen en prachtllevende Society-schrijvers met le vendig voorstellingsvermogen hebben be reids getuigd van het onvergelijkelijk schouwspel van Cullinans, een Koh-i-noor en Sterren van het Oosten en het Zuiden, die daar op die luisterrijke danspartijen ln glans en schittering met elkaar zullen wedijveren. Luchtmacht, vloot en leger zullen onder 'sKonings oogen de revue passeeren respectievelijk in Mildenhall (bekend geworden van de Engeland— Australië prestaties van de burgerlijke luchtvaart). Splthead en Aldershot. Hiermede zijn alle nummers van het offi cieel program niet opgesomd maar ge noeg is gegeven om den julsten indruk te kunnen krijgen van het meer formeele deel der feestelijkheden. De feesterva- ring zou beperkt blijven tot enkele men schen Indien het daarbij zou blijven, maar daar zal het niet by blijven. Het volk en de belangryke particuliere bedrijven van het land hebben ln het algemeen een an dere opvatting van feestvieren dan de heeren van het hof en officieele ceremo nie-meesters. Er is zelfs met een voor Engeland wat ongewone openhartigheid geklaagd over het gebrek aan fantasie by de offlceele organisators van de jubileum- herdenking Zij hebben het verwyt moe ten hooren dat hun opvatting van de vie ring overeenkomt met die uit den tyd van Nebukadnezar en Darlus en dat het gepast zou zyn geweest nu eens niet in de eerste plaats de krijgsmacht op den voorgrond te brengen, maar wel in de eerste plaats «en beeld te geven in op tochten van den wonderbaariyken cul- tureelen en wetenschappelijken vooruit gang, welke de kwarteeuw van de regee ring van den Koning heeft gekenmerkt. Tot heden is nog niet gebleken dat het jubileum in een of anderen vorm een weerspiegeling zal brengen van de inder daad opvallende evolutie van het begin der twintigste eeuw. Maar dat kan nog wel komen. In elk geval ls al duidehjk dat particuliere ondernemingszin, in dienst gesteld van de feestviering, tot ongekende hoogten zal stygen. De vreugde zal niet beperkt biyven tot den grond. Althans ln Londen zal ze letterUJk ten top kunnen stijgen k ralson van 15 guinjes per per soon Het zenith van het zilveren feest zal worden aangegeven door groote passa giersvliegtuigen die giorno verlicht op eenlge avonden met passagiers, cabaret- kunstenaars. bar-bedienden en wel voor ziene bars hoog boven Londen zullen cir kelen. Men zal er in de wolken kunnen dansen en in de wolken kunnen zyn. Ook zulk een Jubileum-uitgangetje is nog wal bulten het bereik van den gemiddelden en veelal bedaarden burger die nochtans in dezen schoonen tyd toch ook wel wat van de vervoering wil voelen die by dit Jubilee past. Organen van den rationeelcn oud-Britschen aard hebben gepleit voor opschorting van de vergunnir.gsuren. op dat elke „pub" een cel van feestvreugde zal kunnen worden, tot laat ln de avoD- den. Indien vliegtuigen zich bulten rie ter ntoriale luchten aan de bepalingen van de drankwet kunnen onttrekken en hun passagiers op het mlddernachtelyk uur en daarna opwekkende teugen kunnen verschaffen waarom zoo luidt de vraag zal de man die wel sixpences maar geen guinjes kan missen dan ook niet in dc gelegenheid worden geste'd 'sKonings gezondheid te drinken met het by tradi tie er voor aangewezen vocht? De „Daily Express" heeft reeds het voorne men te kennen gegeven een officiee' ver zuim te herstellen. Het verzuim is ge weest. dat er geen officieele dankdienst In het vooruitzicht is gesteld van een uit gebreid en populair karakter. St. Faul's kan alleen de room van de gemeenschap bevatten. Maar Hyde Park, het populaire lustoord van den Londenaar, biedt ruimte aan honderdduizenden. En daarom orga niseert het genoemde blad een dankdienst in dat park. waar burgers en burgeressen van alle gezindten welkom zullen zyn, waar beroemde predikers zullen optreden en waar massazang uit duizenden kelen daverende klanken zal doen opstijgen ln de Lentelucht, tot hulde van den gelief den vorst. Dat ls een goed Idee van de „Daily Express". Men mag verwachten dat particulier initiatief nog op velerlei wyzen het offi cieel program der viering zal aanvullen. En de gemeenten zullen, dat is al uit aan kondigingen gebleken, even goed haar beste beentje voorzetten. Engeland be looft over een paar maanden een prettig land vol opgetogen menschen te zyn. Ju- bileumboomen worden geplant. Er zyn reeds JubUeumpennlngen geslagen. De schoolkinderen zullen hun melk drinken uit jubileum-kroezen. De boy scouts zul len ln de avonden ketenen van vreugde vuren laten branden, van kust tot kust. Koortsachtige voorbereiding ls reeds nu aan den gang om het oude Londen den feestelyksten aanblik te geven van zyn lange geschiedenis. Bloemen en vloedlicht beloven er een droomstad van te maken. Wanneer de regeering zelf haar gebouwen in de bloemetjes zet en er in den avond architectonische geestverschynlngen van maakt, dan kunnen de groote winkels en hotels niet achter blyven. Ze zouden het niet willen. Handelsbedryf en mode staan reeds nu ln het teeken van het jubileum. De Ko ningin heeft zelf een jubilee-blauw geko zen dat de modekleur van het Jaar is ge worden. De vereenlgde dames-kappers hebben jubilee-krullen ontworpen die voor tooi van het achterhoofd bestemd zyn. Borstbeeldjes van den Koning en de Koningin, in modellen al op de British Industries Fair te zien. komen ln millloe- nen exemplaren beschikbaar De tyden zyn slecht. De hoofden van velen kunnen niet naar feestmaken staan. Millioenen monden worden onvoldoende gevuld. Maar het fee3t belooft werk te brengen aan vele handen die werkloos waren. Met geesteiyk vertier en emotie gebrek aan stoffelyke welvaart te vergoeden ls KINDERTOONEEL IN RUSLAND. (Nadruk verboden). De belangstelling voor het klndertoo- neel, het bewustzyn, dat het tooneel veel voor de opvoeding en de geestelyke ont wikkeling van het kind kan .bydragen ls nu ln de geheele beschaafde wereld alge meen verspreid. Even algemeen is het ge voel, dat de tooneelstukken, die tegen woordig voor de kinderen opgevoerd wor den, ln de meeste gevallen nauweiyks aan de eischen beantwoorden, die men aan dergeiyke stukken mag en moet stellen. Overal ln Europa ook hier te lande worden nu pogingen gedaan, op dit gebied nieuwe wegen te bewandelen. Iedereen, die deze pogingen heeft gevolgd, weet echter, hoe moeilijk het ls geschikte stuk ken voor kinderen te vinden. Nog moeily- ker is het een gezelschap te vinden, dat tooneelstukken voor kinderen op een be vredigende wqze zou kunnen opvoeren. Het ls, vooral in het begin, een zoeken, een tasten ln het donker, met de kans veel fouten te begaan. Dit laatste ls geenszins als een kleineering bedoeld: geen fouten maakt alleen hy, die ln het geheel niets uitvoert. Nergens ter wereld heeft het klndertoo- neel zulk een hoogen trap van ontwikke ling bereikt als ln Rusland. Dat ls voor een groot gedeelte te danken aan het werk van een nog jonge vrouw. Natalja Sats. die haar opleiding in een studio van den beroemden regisseur en tooneelher- vormer Wachtangow heeft gekregen. Toen zij 15 jaar oud was, begon zy reeds haar eigen weg te zoeken en wydde zy zich aan het klndertooneel. In 1918, een bakvlsch nog. wist zy, ondanks de onbeschryteiyke moellykheden, voorstellingen voor kinde ren te organiseeren. De voorstellingen von den plaats in onverwarmde zalen, de kin deren drukten zich tegen elkaar en klap pertanden, maar toch luisterden zy met veel aandacht naar de voordrachten en keken zy naar de dansen. Later werd Na talja Sats de stuwkracht en leidster van het door haar georganiseerde klndertoo neel. Vóór alles moest de nieuwe organisatie vaststellen, wie de spelers zullen zyn: kin deren of volwassenen? Natalja Sats en haar helpers kwamen tot de conclusle.dat het volwassenen moeten zyn. De kinderen kunnen zelfstandig voorstellingen organi seeren en daarbij zelf spelen en lmpro- viseeren, maar het kindertooneel als een machtig middel voor de opvoeding der kinderen en de ontwikkeling van hun smaak moet zich ln handen van volwas sen tooneelspelers bevinden, die een be- hooriyke opleiding hebben gekregen (geen dilettanten!). De organisatie van Natalja Sats gebruikt by voorkeur jonge krach ten, maar het zyn steeds volleerde too neelspelers. De organisatie heeft eigen componisten, die de muziek voor de ballet voorstellingen e.d. componeeren. De be langrijkste dier componisten is L. Polo- winkln. Het werk van den componist, die voor kinderen muziek componeert, ls zeer moeiiyk, het verelscht een grondige ken nis van de psyche van het kind. Polowin- kin heeft het op dit gebied zeer ver ge bracht Wu kunnen zyn composities warm aanbevelen. Veel moeilykheden levert het onderwerp overigens een proces van den tyd. En van Engeland kan men in elk geval zeggen dat de gelegenheid ongezocht en ongefor ceerd is. Een voorbeeldig constitutioneel vorst en zyn even voorbeeldig gezin leven in de- harten der bevolking. Hen te eeren en hulde te bewyzen en te getuigen van onveranderlijke aanhankelijkheid is een natuuriyk Wltvloeisel van de warme ge negenheid en den eerbied die in het volks gemoed voor de konlnkhjke familie leven. voor kinderstukken op. Daarby komt, dat het begrip „kinderstuk" een onding ls (dit geldt ook voor het begrip „kinderlec tuur "i. Het kindertooneel is bestemd voor kinderen tusschen 6 en 16 jaar, maar kin deren van 67 jaar verschillen zoo vol komen van kinderen van 1012 Jaar, ter- wyi kinderen van 15 jaar weer volkomen anders zyn. Het publiek, dat de kinder voorstellingen bywoont, vormt dus geen eenheid, er moeten dus verschillende soor ten kindervoorstellingen komen. De leiders van het Russisch kindertoo neel hebben al spoedig ingezien, dat er speciale schryvers voor dergelyke stukken gevormd moesten worden en het is hun gelukt ln dit opzicht veel te bereiken, dat het Westen gerust als voorbeeld kan be schouwen. Goed werk verricht op dit ge bied S. Rozanow, wiens stuk „De electrlci- telt en de chronomobiel van professor Iwanow" in Rusland met veel succes op gevoerd wordt. Natalja Sats zelf schreef een stuk, „De negerjongen en het aapje". Sjestakow schreef een stuk uit het leven ln tegenwoordig Toerkmenlë (een land ln Mldden-Azlë). Dit laatste stuk is natuur iyk niet geheel van communistische pro paganda vry, maar dat ls nu eenmaal met alles het geval, dat uit Sovjet-Rusland komt. Ook sprookjes leveren stof voor kin dervoorstellingen, maar de sprookjes wor den daarby gemoderniseerd. De leiders van het Russisch kindertooneel trachten de phantasie der kinderen ln de richting van de toekomst te stuwen en plet van het verre verleden. De wonderen worden verkregen niet door tooverkracht, maar door de wetenschap. De tooneelspelers zyn de uitvoerende krachten. Hun werk wordt geleld door een vereenlging, bestaande uit paedagogen en vertegenwoordigers der kinderen. Het ar chief van het Kindertooneel te Moskou bezit een geweldige collectie brieven van kinderen. De kleine correspondenten oefe nen critiek uit op de stukken en het spel. stellen vragen, geven wenken, sturen soms eigen werk. Velen hunner zyn nog erg klein en weten zelfs niet, hoe je een brief adresseeren moet. De posteryen worden voor allerlei raadsels geplaatst. In de meeste gevallen raadt de postbode de be doeling van den kleinen correspondent en brengt den brief by Natalja Sats. Sommige brieven zyn ontroerend en tra gisch. Op een lezing heeft Natalja Sats het volgende geval verteld, zy kreeg een brief van dezen Inhoud: „Tante Natalja! Kom by ons in het ziekenhuis en laat ons, tuberculeuze kinderen, je tooneel zien. Tante Natalja, we weten, dat we nooit meer gezond zullen worden en dat we nooit in je schouwburg zullen kunnen ko men". Natalja Sats begaf zich natuuriyk met haar gezelschap naar het ziekenhuis. Het gezelschap trekt naar sanatoria en ziekenhuizen om kinderen, die vaak we ten, dat zy nooit meer gezond zullen wor den, van de voorstellingen te doen ge nieten. De organisatie van Natalja Sats breidt het veld van haar arbeid steeds meer uit en betrekt telkens nieuwe groepen van kinderen by haar werk. Zoo worden nu voor blinde kinderen, die de voorstellingen en dansen niet kunnen volgen, speciale concerten georganiseerd. De brieven van de kleine corresponden ten worden zorgvuldig bestudeerd. Dat doen zoowel de acteurs als de paedagogen. Op deze wyze komen de medewerkers van het Kindertooneel te weten hoe de kinde ren op de voorstellingen reageeren. De tooneelspelers houden rekening met de wenschen en wenken der kinderen en brengen de noodige veranderingen aan. De kinderen weten, dat de schouwburg van Natalja Sats en haar wakkere troep hun eigen domein is. zy gedragen zich in de zaal als thuis, uiten door luid geroep hun tevredenheid of misnoegen, en de paeda gogen en acteurs houden rekening met die uitingen. Natalja Sats heeft met haar artiste»! eenlge tochten door de afgelegen wyke« I van Moskou gemaakt en de dakloow kin-1 deren, de kleine zwervertjes, wier aantal! te Moskou en andere groote Russische ste.l den aanzienlijk is, uitgenoodlgd naar haar I schouwburg te komen, zy wilde zien, hoe die zwervers op de voorstellingen zouden] reageeren, welken invloed het tooneel op 1 de verschoppelingen kan hebben. Vele 1 zwervertjes wantrouwden de tooneelisteal en weigerden met hen mee te gaan. Soms I lukte het echter het wantrouwen der kln.l deren te overwinnen. De zwervertjes volg. I den dan met veel belangstelling de opvoe-I ring. De ervaringen van Natalja Sats zyn I op dit gebied zeer Interessant. Typisch ls 't volgende geval. Een kleine I zwerver kwam vaak ln den schouwburg, I vooral by de opvoering van een bepaald I stuk uit het leven der dakloo2e kinderen I Hy verliet echter de zaal vóór het laatste I bedryf. Eens vroeg Iemand hem: „Waar-I om ga je vóór het laatste bedryf weg? will Je dan het slot niet zien?" De jongen ant-l woordde: „Ik kan niet zien, hoe die dom-| oor het gestolen geld terugbrengt. Wat 'nl Idioot!" En toch heeft diezelfde jongenI later een schaar teruggebracht, die hij in I den schouwburg had gestolen. Natalja! Sats beschouwt het als bewys, dat het I tooneel een gunstige uitwerking op de kin-1 deren heeft. De talryke brieven van kinderen. d« ge sprekken met kinderen uit verschillende kringen, vooral uit arbeidersgezinnen, heb! ben Natalja Sats geleerd met klnderenoml te gaan. Er ls wellicht geen tweede per-I soon te vinden, die de kinderziel zoo goed! kent als Natalja Sats. Haar mededeelln-| gen over haar waarnemingen zouden veel! materiaal voor de psychologie der klnde- ren kunnen opleveren. Natalja Sats zou echter niet zooveëil hebben kunnen bereiken als de overheid,! de staat, haar niet te hulp was gekomen.! Het Kindertooneel en de daaraan verbon-1 den paedagoglsche instellingen verslinden! groote bedragen. Zonder de rykssnbsidlesl zou het gezelschap geen dag kunnen be-1 staan. De sovjet-regeering verricht eenl goede daad door het gezelschap van Na-1 talja Sats in staat te stellen zyn nuttigI werk te verrichten. Het zou te wenschen I zyn, dat de Westersche regeeringen da',1 voorbeeld opvolgden. Alleen, waar vindt gel in het Westen personen als Natalja Sats. I die zich geheel aan dien dankbaren maarl tevens moeiiyken arbeid zouden wijden?! wy zyn overtuigd, dat een dergelyke per-1 soon in elk land de noodige middelen zoal weten te vinden! Het kan immers op be-1 scheldener wyze geschieden dan te Moskou. Ondanks de subsidies moet het gezel-1 schap van Natalja Sats entreegeld heffen. Een kaartje kost niet veel, slechts 70 ko-l peken, maar lang niet elke arbeider is in I staat die 70 kopeken te betalen. En zeker! niet. wanneer hy eenlge kinderen heelt! Er blyven dus steeds vele honderden kin-1 deren bulten de zaal alleen omdat zij geen! geld hebben. Bovendien ls er slechts één! dergelyke schouwburg ln geheel Rusland.I Eén schouwburg voor een land van plu I 170 millioen zielen is zeker niet veel. Da'.l beteekent dus, dat het arbeidsveld, on-l danks de geweldige bedragen, die de staat! voor het gezelschap van Natalja Sats be-! schikbaar stelt, zeer beperkt blijft. Bulten! de hoofdstad missen de kinderen de voor-l deelen. welke dat kostbare tooneel ople-l vert. wy schryven dit niet om het werk vanl Natalja Sats te klelneeren, doch uitslui-1 tend om het werk ln zijn ware verhoudln-1 gen aan te geven. Voor Natalja Sats zelf I en haar werk voelen wy veel bewondering I en waardeering. WU hopen, dat er ook I hier te lande tets dergelijks tot stand komt. Is er in Nederland een Natalja Sats te vinden? De grond ligt braak. DR. BORIS RAPTSCHINSK'/. ..Ziezoo", zei Pept. „nu nog even je beenen er aan vastgeknoopt en dan leun je maar huppelen!" „Nu hoor, of ik!" stemde hansworst ln, die op de tafel met onnatuurlyk wyd- opengesperde oogen het plafond aan staarde. Ik kan je wel vertellen, dat ik de beenen vry uit zal slaan! Trek alleen de knoopen niet te styf aan; daar kan ik niet tegen". Maar Pepi hoorde of begreep hem niet. HU had in een boekwinkeltje een gToote plaat, een hansworst" voorstellend, voor enkele penningen gekocht, hy had de fi guur uitgeknipt en op karton geplakt en was nu bezig de beenen aan den romp vast te hechten. Er ontbrak alleen nog maar het koord aan; dan was de hansworst klaar. Niemand bevond zich verder ln het ver trek. dat er kaal en armoedig uitzag. Het beetje vuur ln de potkachel was reeds lang verteerd en tegen de lage ruiten ver toonde de vorst reeds behoedzaam haar fijne kunst. Als uit gedreven, fynrag zilver blonken de Usbloemen op het vensterglas Met zyn knieën op den stoel, voorover gebogen over het tafelvlak, bond Pepi voor zichtig de tuwtjes vast achter de lede maten van den hansworst. Pepi had haast. Hij wenschte zUn werk nog denzelfden avond op de straat aan den man te brengen, om met het geld zijn moeder te verrassen, als zy uit haar dienst thuiskwam. „Ziezoo!" zei hy en ademde op, toen de beenen vastzaten, .ziezoo, nu moet lk je nog een gaatje in het hoofd draaien, zoo dat Je opgehangen kunt worden!" Voorzichtig priemde hy met een stop naald door de muts van den harlekyn „Ai," schreeuwde deze, „je kunt wel wat voorzichtiger prikken mensch; je hadt me warempel byna door mijn hersens gestoken": Pepi trok een touwtje door het gaatje en hing hem aan een spyker op, om hem te probeeren „Hemel!" gilde de hansworst, en sloeg zijn armen over zyn hoofd in elkaar, „in wat voor een omgeving ben ik verzeild? Heb ik daarvoor maandenlang ln een muffe kast bij den boekhandelaar gelegen en gedroomd van rUke huizen, mcoie kin deren! O, die droomen!" „Goed zoo!" zei Pepi in zichzelf, .in orde: je huppelt en danst als de beste die lk nog ooit heb gemaakt" ..Wat gaat er nu gebeuren?" vroeg hans worst zich af. toen Pepi, zijn muts grijpend, de straat met hem opging. „Dat is een nalatigheid zonder weerga, iemand maar zoo opeens, op een kouden avond als deze mee naar buiten te brengen! Een fatsoen- deUjk mensch zou toch opmerken hoe dun mUn pak ls!" Maar Pepi hoorde hem niet, hU had het even grimmig koud als de hansworst, die ln den scherpen wind heen en weer ram melde en met een vertoornd gezicht woe dende den weg afzag. Op den hoek van een straat, waar de schaduw van een huis hem eenlgszins dekte, stelde Pepi zich op. Daar trok de volle stroom van menschen aan hem voor- bU. Maar hoe winderig en trekkerig was het er! Reeds binnen enkele minuten was de hand, waarmee hy den hansworst vast hield, blauw en styf geworden; hy moest hem in de andere nemen. Gemakkelijk was het niet een hansworst te verkoopen, vooral nu niet, nu Kerstmis reeds lang voorby was. Niemand lette op den kleinen Jongen, die rillend van het eene been op het andere hing en af en toe een voorbUganger zUn werk aanbood. Steeds was het antwoord ontkennend; de minuten volgden elkaar op, langzaam groeiden ze aan tot kwartieren, tot een uur. Hansworst rammelde aan alle ledematen. „Als ik toch begrijpen mocht, wat lk hier moet doen?" riep hy woedend. „Ik ben wel in keurig gezelschap! Kon ik maar wat dansen, om warm te worden!" Maar er was niemand, die hem antwoord gaf. Slap hing hy aan Pepi's vinger omlaag en de eenige beweging, welke hij maakte, werd hem door den wind toegediend, die vermaak ln hem had gekregen. Pepi's beide handen waren yskoud; moe deloos vroeg hy opnieuw, schuchter: „Een hansworst, meneer?" De aangesprokene was een Jonge man Hy bleef 'staan, nam van Pepi's vinger de pop en trok aan het touwtje. „Eindelyk wat beweging in deze felle kou!" gilde de hansworst en trok woedend kwaad de beide armen en beenen hoog op. „Hoeveel?" vroeg de jongeman. „Tien centen", zei Pepi. De vreemdeling trok zUn beurs. „Hier", zei hy en nam de pop in ontvangst, „En ik?" schreeuwde deze, „ik, word lk heelemaal niet gevraagd? Het is de rein ste slavenhandel hier!" Maar niemand hoorde hem. ZUn nieuwe meester sloeg hem zyn armen en beenen achter zyn rug ineen en stak hem in den binnenzak van zyn Jas. ..Dat wordt een grap! Een heerlyke mop!" mompelde hy. Toen hansworst weer voor den dag kwam, bevond hy zich In een hel-verllchte omgeving. Een groote kroon zond stralend licht neer over een groote, witgedekte tafel, die met fyn kristal en servies en teere rozen gesierd was. „Heerlyk, heerlyk," juichte hansworst, „ik ben de mooiste lente binnengegaan!" „Hoor eens hier", sprak de man, die hansworst droeg, tot een knecht, die nog Iets aan de tafel verschikte, „ik heb een grap voor. Hang harlekyn aan den over kant tegen den muur op, maar vlug. voor dat iemand komt en hang die plaat er overheen, zoodat men hem niet ziet. Juist zoo. Nu voorzichtig een donker koordje aan de pop binden, waar ik, van mUn stoel af, aan trekken kan. Goed! Juist! Vlugl" Daar hing harlekyn nu achter de plaat, styf en star, tegen den muur. De oogen prikten hem nog van het schelle, onver wachte licht; toch was hy inneriyk ver heugd; „beter hier dan by armelui", zuchtte hy, in emotie. Plotseling hoorde hy stemmen, gelach „Neen, hoe beeldig, hoe prachtig", klonk het door de zaal. „Werkehjk, Herta, de versiering is keurig' Langzaam vulde zich de ruimte. De hee ren geleidden hun dames naar de gedekte tafel, de kellners brachten de spy zen aan, de wUn werd in de glazen geschonken „Wat zouden ze nu doen?" dacht hans worst achter ln zUn schuilhoekje, toen hy het zachte getik van vorken en messen waarnam. Opeens hoorde hy Iemand lets hardop zeggen. Hij herkende direct de stem van den jongeman, in wiens borstzak hy had gezeten. Leve het geluk, leve de vreugd! sloeg het terug tegen harlekUns plaat. Leve het leven I En glazen rinkelden tegen elkaar. En allen riepen uit:: Leve het leven! Opeens klonk een dikke stem er door heen: En de liefde! Een luid gelach volgde. „Wanneer kom ik nu aan de beurt?" dacht harlekyn. „Het ls mUn taak om een verrassing te bereiden, ik zal danig met myn beenen slaan, dat zal ikl" Een heerlyke muziek begon plotseling te weerklinken. Harlekyn kreeg het benauwd. Een geril en gebeef doorschokte zyn lichaam. HU was zóó muzikaal. Wat had hy graag gedanst! Het gepraat en gelach der aanwezigen werd luider. Steeds opnieuw klonk getin kel van glazen. Harlekyn begreep er niets van. Toen begon een dame een lied te zin gen. Het moest een dame zyn; de stem klonk zoo week. zoo mooi. Harlekyn gloei de het in de aderen. Een verlangen greep hem aan; toen het lied uit was, het bravo geroep ten einde, kon hy zich niet meer bedwingen Hy begon te dansen en te springen in eindelooze pret. „Hemel! Achter die gravure spookt het!" schreeuwde iemand plotseling. Opeens werd alles doodstil. ,Jk heb zooeven beslist gezien, dat die gindsche plaat bewoog," zei een angstige stem. „Maar neem het ding van den muur, dan weten wy wat er echter steekt." De plaat werd er vandaan gehaald en daar hing nu een harlekyn en sloeg de handen en beenen over zUn hoofd in dolle vreugd ineen, en was sprakeloos van be wondering over alle lichtgekleede dames, die op hem af waren gestormd en ln een schaterlachen vóór hem stonden. „Een harlekyn, een hansworst!" riepen ze om de beurt. De jongeman, zyn vriend, riep tegen de dame, die gezongen had en nog met de muziek ln de hand stond: „Ziet u wel, miss Edith, hoe groot de macht is van uw zang? Zelfs de harlekyn is over uw heerlijke stem in vuur geraakt; hy danst en springt, dat het een lust is, kUk maar!" Toen keerde hy zich tot harlekyn en zei: „Nu, kereltje, wat heb Je? Heeft miss Edith het je aangedaan?" In dit oogenblik trok hy aan het koord, zoodat harlekijn een waren saltomotale byna uitvoerde. De dames gierden van lachen en één der heeren riep uit: „Die Falk bedenkt toch altijd, iets geks; o, die malle kerel!" Falk ging door met harlekUn toe te spre ken: „Ja, zei je, kleine hansworst, als je een dame vereert, zooals jy oogenschyniyk doet, dan pioet je het op een zeer ge paste wyze te verstaan geven, dus, toon Je kunst." Toen begon hy opnieuw zacht aan het koordje te trekken, en de hansworst blikte naar de mooie zangeres, die hem met haar hemelsblauwe oogen toelachte, zoodat hem de adem verging. Maar dansen deed hij nu ook, en heel Sieriyk sloeg hy met armen en beenen de lucht ln en oogstte oorver- doovend succes. Dicht samengedrongen stonden heeren en dames met wUnroode gezichten in hevig lachen om hem heen. Niemand dacht er aan, dat 'n arme jongen den hansworst in een donker kelderkamertje voor tien cen ten opgekleefd en uitgeknipt en te koop aangeboden had, na een uur wachtens in hevige kou, daarbuiten, op den hoek van de straat. Toen gingen zU allen, naar de aangren zende zaal. waar gedanst zou worden Har. lekijn kon alles zien Hoe graag had hy meegedanst! Maar niemand kwam. nie mand trok eens aan het koordje Vergeten hing hy aan den wand hU zag In het stralende licht der electrische lampen en naar de versierde tafel, welke door de be dienden nu ontruimd werd. „Hoe mooi ls het hier toch!" dacht hy en uit pure vreugde, gilde hy uit: „Hoera, leve het leven!" Maar niemand hoords hem. Toen de gasten eindelyk waren heenge-1 gaan, kwamen de bedienden en draal Ier I de lichten uit, de vertrekken lagen nu zwUgend stil ln het donker. De harlekyn hing aan den muur en I droomde. Hy droomde van miss Edith, van het schitterende feest, dat hy had mogen I bUwonen, dat hy door zyn mooien dans had verhoogd. HU was nog weg in dien droom, toen het dienstmeisje den volgenden dag binnen kwam op te ruimen. ZU trok de overgordUnen open, een koud winterlicht viel naar binnen. Hoofdschuddend zag het hielsje om zich heen, brommig raapte zij verflenste bloe men op, en veegde de zaal aan. „Hier is ook weer eens hulsgehouden!" mompelde zU ln zichzelf. Plotseling ontdekten haar oogen den har lekyn aan den muur. „Wat moet die daar?" vroeg zU luid en trok aan het koordje. „Ik dans alleen maar voor voornaam gezelschap", riep harlekyn, die uit zi]n droom ruw wakker geschud werd, woedend uit. Maar het dienstmeisje hoorde hem niet. zy trok en trok opnieuw en moest lachen. „zy trekken my de beenen uit," kermde harlekyn. Maar het was reeds te laat. Het touwtje had het karton doorgesne den en één arm en één been waren reeds uit het lid getrokken. Toen nam het meisje hem van den muur en wierp hem met slgarenrestjes op het blik. „Hemel", riep hy woedend uit, „lk word behandeld als de minste proletariër. R protesteer tegen een dergelijke In dit oogenblik veegde de bezem een wolk van stof en papiertjes over hem heen, die hem den mond snoerde. Hy had immers maar tien centen Se' kost! Een arme. kleine Jongen had hem in een donker sous-terrain uitgeknipt en opgelijmd Was het al niet meer dan moo' geweest, dat hy voor rUke menschen ban mogen dansen, dat hy een voornaam feest had mogen bywonen? Had men niet om hem gelachen, toen hy aan den m»?' hing en danste en in verlangen naar de schoone miss Edith byna vergaan was_ Wat wilde hy dan nog? Kon men nog meer van het leven vragen? Wat het alleen maar zyn Jeugdig onervarenheid die hem belette dit in zien? Of was het eigenlijk strafbare trots. Hoe het ook zy. hy was nu eenmaa' een dwaas, overgevoelig harlekijntje.."1 2-1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 26