Matuur-theater te Bergen - Infanterie-oefeningen bij Bergen op Zoom OVERSTE SAXON 75,te Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. DE ENGBLSOHE POLIUBKRUISER ,,CHERWELL" on-der bevel van commandant Bethel], is te IJmiuidon aangekomen. Het schjp aan den toe listen-steiger gemeerd. DE BOUW VAN DE RIJN- BRUG bij Arnhem. De spij kers worden in de teakhouten blokken van het brugdek gedreven. DE WERKZAAMHEDEN AAN HET NATU UR-THEATER TE BERGEN CN.-H.) Da plaatsen worden amphitheatersgewijs tegen de duinhellingen aangebracht. Historische Avonturenroman door G. P. BAKKER. De wachtmeester herkende nu blijkbaar de stem. HIJ keek naar zijn vriend, den korporaal. Deze knikte. De oude snorre nd nam zijn sabel bij de punt, bood 8axon het gevest aan. „Neen", zei deze. „Je kunt je wapens houden. Ik ben niet van plan je als ge- Tangenen te behandelen. Dat zou de Polste ondankbaarheid zijn. Stijg maar af Kapitein Von Felsen stond naast zijn Paard te midden van Saxon's ruiters. °axon steeg af, liep naar hem toe. .Kapitein", zei hij. „Geef mij uw eere- toord." Het moet wel", antwoordde hij moede- „God weet, dat ik liever gesneuveld "a zijn. Dit had u mij kunnen besparen". 8axon sloeg zijn vizier op. ■Kijk mij aan. Dat mocht ik niet." „Overste Saxon", zei hij. „Dus toch.". Joist. Ik zal je het werkelijk niet te Joellijk maken. Melchior, wil je kapitein J°o Felsen naar de tent van den bevel- «bber brengen? Hij is een vriend." Toen ging Saxon terug naar het vierde Woton. De manschappen stonden met andere overgebleven kurassiers in twee opgesteld. De paarden aan den teugel ■Tw wachtmeesters en de korporaals vijf "son voor den troep. „Wachtmeester" sprak Saxon tegen zijn ouden vriend. „Blij, je gezond te zien, evenals de andere kameraden van het vierde peloton. Ik heb je een voorstel te doen. Ik ben je kameraad geweest. Houdt krijgsraad en deel mij mede of je in 't vervolg mijn kameraden wilt zijn. Ik zie daar enkele ruiters met bekende gezich ten. Ja, ik weet het. Zij hebben reeds onder mij gediend in Wallenstein'ï leger. En, jij ook als ik mij niet vergis." Hans sloeg aan. „Zeker overste.". „Welk regiment?" vroeg Saxon, „Overste Hoick". „En jij, Carlo?" „Overste Brenstein." „Ik betaal prompt de soldij. Per slot zijn we allen beroepssoldaten. Laat me eerst nog één ding zeggen. Ik houd niet van ge dwongen nering. Diegenen onder jullie, die niet op mijn voorstel kunnen ingaan, staat het vrij te vertrekken. Overleg het maar samen. Ik kom zoo terug.'" „Kapitein Norbo. Zijn de chirurgijns reeds met de gewonden bezig? Wilt u met uw escadrons hulp verleenen en vraag den meester ook. Hij heeft geschikte krachten Verzorg vriend en vijand. Je kunt be schikken over de tenten aan den linker kant. Juist die. Er zijn twee middelen om den strijd te winnen. De tweede is zijn vijanden tot vrienden te maken." De beide wachtmeesters traden op Saxon toe. „Overste", sprak de oude snorrebaard. „Wij willen allen gaarne onder u dienen. Maar we hebben een beleefd verzoek. Het vierde peloton zou graag bijeen blijven. Wij zijn zoo lang samen geweest. U zult er nooit berouw van hebben. Hoeveel mannen zijn er ongewond?" „Ongeveer zestig". „Uitstekend. Vormt twee peletons. En jij bent de luitenant". „Maar overste. Ik ben te oud". „Luitenant. Ik heb in mijn heele loop baan nooit beter wachtmeester gezien of het moest Je kapitein Melchior zijn". .Korporaal Sievers". „Present overste". „Jij hebt voor mij gelogen. Ik bevorder je tot wachtmeester". „Een gemeene streek wreekt zich altijd door de gevolgen", bromde de nieuwe luitenant. Het geheele peloton begon te lachen. „Olivier. Jij wordt korporaal. En verder, luitenant, vul je zelf het kader maar aaQ, als het noodig is". „Tot uw dienst, overste", sprak de nieuwe luitenant salueerend. „Overste" .fluisterde hij toen. „Mag ik een onbescheiden vraag doen?" „En die is?" „Is het waar. dat uw bruid zich in het kasteel bevindt?" Saxon keek hem vol verbazing aan. „Ja", antwoordde hij, keek naar de burcht en zag dat men daar blijkbaar opgeschrikt was door het tumult. In 't oosten straalde de horizon in de meest fantastische kleu ren en daarvoor zag men op den ringmuur mannen en vrouwen die vol belangstelling de gebeurtenissen volgden. De geheele bagage, de geheele tros was Saxon in handen gevallen. Het leger zelf was vernietigd, de staf gesneuveld of ge vangen genomen. Slechts weinigen waren ontkomen. Saxon begaf zich naar de tent van den gevallen bevelhebber en stond tegenover Von Felsen. „Kapitein", begon hij, „dit is de tweede keer, dat wij eikaar ontmoeten. Ik ben u dankbaar dat u eenige dagen geleden mijh voorspraak geweest is. Dat heeft mij het leven gered, daarom mocht ik het uwe niet laten nemen. Ik heb een bode noodig naar het kamp van Mansfeld. Wilt u dat zijn? U behoeft geen antwoord terug te brengen. Alleen moet u mij beloven mijn bericht niet te zullen lezen, tenzij de geadresseerde u zelf den brief toont". „En mijn losprijs?" vroeg Von Felsen aarzelend. „Is de boodschap". „Overste. Ik dank u", zei hij, „ofschoon het niet prettig is zoo terug te keeren". „De kansen van den strijd". Saxon gaf hem een in papier gewikkeld pakje, schreef vlug een briefje, verzegelde het met zijn ring. Op het adres stond: Den Hoogedelgeboren Heer Vaandrig Verona. Het schrijven luidde: „Door dezen zend ik u kapitein Von Fel sen. Ik dank u zeer voor het beursje met goud, dat u mij heeft geleend. Hierbij een snoertje Oostersche parelen. Ik hoop als huwelijkscadeau. Maar mijn dankbaarheid blijft eeuwig, evenals de herinnering aan u. Overste Saxon". Hij reikte brief en pakje aan kapitein Von Felsen. „U kent natuurlijk vaandrig Verona, een sympathieke jongeman, die mij eens een dienst heeft bewezen". Er verscheen een glimlachje op het ge laat van den kapitein. „Zeker overste. Een veel belovend officier". .Melchior", riep Saxon. „Geef den kapitein zijn paard en wa pens terug, geleid hem buiten het kamp". Von Felsen salueerde in de houding. .Overste", zei hij. „Het moet een genoegen zijn onder u te dienen". „Als u terug wilt komen, uw plaats is altijd open. Het zou niet dom zijn. Ik zie de kansen keeren. Maar leer dit van mij: kom getrouwd terug". Het gelaat van Von Felsen wisselde van kleur. „Overste. Ik hou u aan uw woord". Hij ging in de houding staan, salueerde. Maar Saxon stak hem de hand toe. De ander drukte die stevig. Beiden glimlachten. Dachten ze aan hun eersten handdruk of aan Verona? Von Felsen vertrok. „En. nu eindelijk naar het kasteel", mompelde Saxon. Doch op hetzelfde oogenblik snelde Ma rion de tent binnen .vloog Saxon in de armen en drukte zich zoo stijf tegen hem aan, dat er nieuw bloed door zijn aderen stroomde. Toen de opperbevelhebber Tilly de nach telijke verrassing van zijn regimenten ver nam, zei hij: „Meer schande dan schade. De revanche zal spoedig volgen". HOOFDSTUK XXXI. „Lieveling, zul je me nooit meer alleen laten?" vroeg Marion, toen ze in de keme- nade in Saxon's armen lag, het hoofd tegen zijn breede borst geleund. „Maar meisje, ik heb nog slechts de helft van mijn opdracht vervuld. De schat is nog niet gevonden. Ik kan toch niet met leege handen bij den koning komen en zeggen: Sire, ik heb gefaald". (Wordt vervolgd). OEFENINGEN VAN HET 3e REGIMENT INFANTERIE tusschen Wouw en Bergen op Zoom. Boven: Infante risten zoeken 'dekking achter een put. Onder: een mitrailleurnest. EEN TYPISCHE RECLAME. Een carosserie- fabriek jn Potsdam, met een auto als uithang bord" voor den gevel. HOOG WATER IN ENGELAND. De leveranciers in Leddingford (Kent) moeten door het water bij hun klanten komen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 5