Bal „Innocence-orde" te Stockholm - Garagebrand te Brielle OVERSTE SAXON 75,te Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. - -r-r- -fT_ ii 1_- Historische Avonturenroman door G. F. BAKKER. 33) .Ben brave kerel", zei Saxon. „Een moedig man met een gouden hart en een knappe man ook." Als een vrouw zoo oordeelt.Heeft hij le hart gestolen?" „Neen, dat heeft een ander gedaan, ®aar hij is alüjd zoo goed voor mij." „Misschien?" «1 haalde de schouders op. „Misschien. lljkrt Iets op jou. En nu. Vaarwel." Ze wilde opstaan, maar Saxon legde den i™1 om haar middel, ging naast haar atten. „Neen. Nog geen vaarwel. Er is nog zoo- ,eel op te helderen." „Niets meer", klonk haar antwoord. „We y Quitte. Ik hoop dat je niet al te slecht 7" mij hebt gedacht. Toen ik bemerkte JR je een andere vrouw lief hadt, kon ik ™et anders handelen. Ik wist dat je den in j den worgen gezond wakker zoudt jwden, misschien na een vreemden «oom. Een ontbijt stond in de kast. De m was gesloten." titïa r ilc was gebonden en ultgeplun- "«a. Zoo vonden de kurassiers van Mon- ^twuli mij." ■Bat begrijp Ik niet", ze ze zacht. was zoo gebonden, dat ik mij zelf had kunnen bevrijden. De jvacht- meester zei: Een geluk voor je, dat wij je hebben gevonden .Je hadt kunnen verhon geren." „O, zeg dat niet." „En nu zie ik je weer als keizerlijk officier." „Dit is een vermomming. In het kamp waar ik dikwijls kom, val ik dan niet zoo op. Een jonge niet te kleine vrouw kan in kuras en morion uitstekend voor een man doorgaan. Ik heb je toch reeds verteld dat alle officieren vrienden van mij zijn. Velen kennen mij van mijn jeugd af Saxon zweeg. „Ik zweer je, dat ik je niet gebonden heb. En uitgeplunderd? Ik ben geen die vegge. Ik heb zelf genoeg." Er klonk een trotsche toon in haar stem. „Je moet niet te slecht over mij denken. Ik weet wel, mijn gedrag was zeer ongewoon voor een meisje. Het was een dwaze droom. Ik was dit leven moe en ze aarzelde even Ik was verliefd voor 't eerst in mijn leven. Slecht ben ik niet." „Neen", zei hij. „Je hadt me kunnen dooden of verraden. En nu wil je mij redden." „Ja", zei ze. „En ik hoop je nooit weer te ontmoeten." „Dat is niet vleiend", luidde zijn be scheid. „Als je mij ooit noodig mocht heb ben, zal ik tot je dienst zijn." Ze lachte, maar het was geen vroolijke lach. „Ik weet niet eens, wie je bent en ik wil het ook niet weten. Hoe eerder we alles vergeten, hoe beter. Ik heb het goed ge meend." „Ik geloof je en ik zal het je bewijzen. Mijn naam is. Vlug lei ze haar hand op zijn mond. „Ik wil het niet weten", zei ze. Ze waren opgestaan. Ze stonden vlak bij elkaar. Ze kwam nog dichter bij hem. Hij voelde de warmte van haar mooi lichaam. „Geef me nu een afscheidskus", zei ze zacht. „Als. je het niet doet, verraad ik je en dan „Hang ik morgen aan den hoogsten boom en jij ontvangt den prijs, die op mijn arm hoofd staat." Ze hief haar gelaat naar hem op. Hij bukte zich, voelde haar heete lippen op de zijne. Ze sloeg haar arm om hem heen, drukte zich tegen hem aan. Even stonden ze zoo. Het bloed steeg Saxon naar het hoofd .Toen eensklaps Het ze hem los. „En waar is de schat verborgen?" vroeg hij. „Ik weet het niet. Zoek en gij zult vin den", en zoo vlug was ze door de duister nis opgenomen, dat (hij haar niet had kun nen volgen. Saxon keek verwonderd naar de plek waar ze verdwenen was. Als ze het wist, had ik haar toch niet kunnen dwingen, het te vertellen. Ze kwam om mij te redden dacht hij. Hij ging aan den voet van den boom zit ten nadenken. Het kamp van Mérode. De raad was niet slecht. Hij wist waar het te vinden was, een paar uur loopen, misschien niet eens. Het paard laat ik staan peins de hij verder. Ik wil den ouden snorre- baard geen narigheid bezorgen en voor haar is het ook beter als het er morgen nog staat. Er is tijd genoeg, 't Zal onge veer middernacht zijn. Het kamp van Mérode. Daar hebben ze altijd het nieuws uit de eerste hand Toen dwaalden zijn gedachten weer af naar Verona Vrouwen zijn vreemde wea&ns. HU had haar beleedigd, doordat hij niet op haar voorstel had kunnen ingaan, omdat hij met heel zijn hart hield van een andere vrouw. Toch had hij sohuld, had aanleiding gegeven. En nu redde zij zijn leven. Neen, quitte waren ze niet. Hij stond bij haar in het krijt. Zij had hem dus niet gebonden. Maar wie dan? Den schat zou hij trachten te vinden. Hij stond op, stak onwillekeurig een hand in zijn broekzak. Wat was dat? Hij haalde een kleine van zijde gehaakte beurs te voorschijn, gevuld met gouden dukaten. Dus daarvoor was de afscheids kus noodig geweest. Om hem ongemerkt het geld te kunnen toestoppen. Vol verbazing schudde hij het hoofd én begon langzaam zijn tocht naar het oos ten. De afnemende maan, die in den valen hemel stond, wees Saxon de richting naar het kamp van Mérode. HOOFDSTUK XXIH. Het was geen gemakkelijke weg, dien Saxon te gaan had. De afnemende maan verlichtte den weg slechts flauw. Het pad was smal en kronkelig. Soms stond hij tegen een dichten boschrand, aarzelde verder te loopen. Hij sneed zich een zwa- ren tak om als staf te dienen en moest dikwijls blijven staan om te tasten naar den weg. Elk oogenlblik kon 'hij botsen tegen een boomstam of in een beek vallen. Ten slotte besloot hij, zich in het kreupel hout te verbergen en te wachten tot het begon te lichten. Hij durfde de oogen niet sluiten. Na den vermoeienden dag en het bierfestijn zou hij in slaap kunnen vallen. Wat zou het kamp van Mérode hem brengen? De broeders vap Mérode. Zelf wps bil nooit in zoo'n kamp geweest. Maar hij Kende het verhaal van den groenen jager van Soest. 1) Dat had hij indertijd goed in zijn geheugen gegrift. Het zou hem misschien eens te pas kunnen komen. Daardoor wist hij, welke soort menschen het waren. Den naam hadden zij gekregen van een dapperen overste, een zekeren cavalier de Mérode. Maar toch, de naam had zijn ontstaan te danken aan dien krijgsman. Toen deze overste eens een nieuw regiment voor het keizerlijke leger had aangeworven, waren de soldeniers van zoo'n lamlendige soort, dat ze noch het maroheeren, noch de andere ongemakken, die een soldaat te velde te verduren heeft, konden verdragen. De brigade was zoo zwak, dat ze de vaandels niet kon volgen. Wanneer men nu een zieke of een lamme ergens in huis of achter een heg aantrof en men vroeg: Van welk regi ment? Dan was gewoonlijk het antwoord: Van Mérode. Dat was de oorzaak, dat men ten slotte allen, ziek of gezond, gewond of niet, wan neer ze meeslingerden buiten de gelederen of hun kwartier niet bij het regiment in het veld namen, broeders van Mérode noemde. Bij de strenge tucht in Wallen- stein's leger kwam zoo iets niet voor. Wel wist Saxon, dat men vroeger derge lijke knapen varkensvangers of gesneden hommels noemde, dit laatste omdat de hommels als ze hun stekels verloren had den, geen honig meer verzamelden en alleen maar goed genoeg waren om te vreten. 1) Von Grimmelshausen. Der abenteuer- liche Simplicissimus. .(Wordt vervolgd), i Hl)TF.IJ,F,. Zeven auto's werden een prooi der vlammen. TENTOON STELLING VAN HOLLANDSCHE KANTWERKEN VAN DE NED. KUNST TER EENIGIN'G „HET MOLENWIEK JE" in de Kon. Kunstzaal Kleykamp in de residentie. Meisjes uit West-Kapelle tijdens het kantklossen. HET AFSCHEID VAN DEN DISTRICTSCOMMANDANT ÜElt IUJKSVELDWACHT TE ZWOLLE die in dezelfde functie in den Haag benoemd is. De heer Tielens inspec teert voor het laatst de Zwolsche Rijksveldwachters. HEVIGE SNEEUWVAL IN ARLBERG. - Een sneeuwploeg bezjg met het vrij maken van een spoorlijn. TE KITSBüDEL (TIROL) werden de Nederlandsche nationale ski-kampioenschap pen gehouden. Baronesse Schimmelpennincti v. d. Qye, die een zeer goeden tijd maakte.. HET BAL VAN DE „INNOCENCE-ORDE" TE STOCKHOLM. Leden van de Zweedsche koninklijke familie bij het bal van de ,,Innooence-orde'' in het Grand Hotel te Stockholm. Vrouwelijke nieuwe orde-leden maken hun reverence voor het vorstelijke gezelschap. V.r.n.J. zittend erfprins Gnstaaf Adolf, prinses Ingrjd,, kroonprins Gustaaf Adolf, prinses Sybille en prins KaTel jr. FELLE BRAND IN EEN GARAGE TE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 5