Werkloosheid door contingenteering van grondstoffen LE1DSCH DAGBLAD - Derde Blad Zaterdag 12 Januari 1935 THIJS IJS EN DE VERLOREN SLEUTEL BINNENLAND. CRISIS-BERICHTEN. MOEILIJKHEDEN IN DE SCHOENINDUSTRIE. HET LUXE-BEDRIJF STELT ANDERE EISCHEN DAN HET MASSA-BEDRIJF DE LASTIGE MODE. (Van onzen reis-redacteur). De verschillende oontingenteerlngen, die zijn ingesteld om onze handelsbalans zoo veel mogelijk in evenwicht te houden, brengen voor handel en industrie tal van moeilijkheden met zich mede In Waalwijk is een schoenenfabriek, die door het hier door ontstane gebrek aan grondstoffen genoodzaakt was een gedeelte der arbei ders te ontslaan, terwiil juist overvloed van orders aanwezig was. Het stelsel der contingenteerlngen. ontstaan uit de be hoefte naar een systeem van wederkeerig- held. heeft hier voor de industrie fatale gevolgen gehad. Bij de contingenteering van overleer en zoolleer heeft men in Den Haag natuurlijk ook het advies van de schoenfabrikanten gevraagd Deze stemden er volkomen mede in. voor zoover het ledersoorten betreft, welke hier te lande gemaakt worden doch men maakte eenig voorbehoud ten aan zien van die producten, die slechts in de gewenschte kwaliteit uit het buitenland zijn te betrekken. Tot voor enkele maanden heeft 't stelsel uitstekend gewerkt, thans is men er ech ter. naar wij vernamen, bij het Crisis-in- voerbureau in Den Haag zeer streng mee geworden, zoodat de moeilijkhehden dan ook niet zijn uitgebleven. Mode-bedrijf. Vooral een bedrijf als het onderhavige, de Timtur-fabrieken te Waalwijk, heeft met deze moeilijkheden te kampen ge kregen. omdat het hier een mode-bedrijf geldt, waarbij op de afnemers niet de minste pressie is uit te oefenen. Men werkt er op bestelling, na met verschillende monsters de clientèle te hebben bezocht, en kan niet eenige weken langer wachten op den toevoer van grondstoffen. Want de afnemers verlangen spoedig te worden be diend en dreigen anders hun orders te annuleeren. Voor een bedrijf als dit is 't ook onmogelijk om vooruit te werken, omdat men niet weet waarnaar straks ge vraagd zal worden. Een groot geluk voor de Nederlandsche industrie is geweest dat de mode veel Suède-leer vroeg. Deze leersoort wordt uit sluitend hier te lande gemaakt, zoodat men in dit opzicht volledig onafhankelijk was van het buitenland en met de contin genteering niets te maken had. Chroomieer wordt hier in de gewenschte soort heelemaal niet gemaakt, terwijl Amerika ervoor beroemd is Toen Amerika te duur werd heeft men zich een tijdlang met Dultschland beholpen, doch wat daar vandaan kwam was. naar het schijnt niet dat. Tegenwoordig is op dit gebied Amerika belangrijk goedkooper. Men wordt echter, doorlat het Amerikaansche contingent is uitgeput, gedwongen de duurdere Duitsche waren te koopen die minder goed zijn dan de goedkoopere Amerikaansche. En als het niet precies de gewenschte tint is, kriigt de fabrikant met zijn afnemers dadelijk moeilijkheden. Industrie en handelspolitiek. De oorzaak van alles is. dat de belan gen van onze industrie niet steeds in overeenstemming zijn te brengen met onze handelspolitiek. Dit is ons wel zeer duidelijk gebleken bij de Timtur-fabrleken. waar de directie ons Inzage heeft gegeven van de over deze kwestie met het Crtsis-lnvoerbureau ge voerde correspondentie. Voor 1935 had men juist dezer dagen de voorloopige toe zegging gekregen van den invoer van een klein kwantum roeringleder, waardoor echter waarschijnlijk slechts voor korten tijd een soort uitstel van executie is ver kregen. In Den Haag heeft men wel toegegeven dat de moeilijkeden werkelijk bestaan, doch er schijnt heel weinig aan te veranderen te zijn. Wel heel sterk komt dat naar voren tn een bepaling in de zoo juist ver schenen Leidraad bij de contingenteering, van 1 Januari 1935. waarin o.m. deze be paling voorkomt: „Voor de landen, waar voor geen hoogere contingenten zijn vast gesteld. zullen geen bijzondere toewijzin gen worden verleend en het feit, dat een bepaald artikel hier te lande niet wordt vervaardigd, kan daarin geen wijziging brengen". Het is de oude strijd tusschen den land bouw met aanverwante bedrijfstakken, die om uitvoermogeiljkheden vraagt, en de industrie, die haar grondstoffen wil be trekken van waar dit het meest in haar belang is. Bij die handelspolitiek doen zich de zonderlingste consequenties voor. Zoo vraagt men in Engeland naar tomaten, dl» daar uit Nederland niet meer mogen worden ingevoerd, omdat het con tingent is uitgeput, terwij: er hier vraag is naar Engelsch leder dat om de zelfde redenen hier weer niet mag worden in gevoerd. Niet generaliseeren. Het zou echter onjuist zijn. te beweren, dat de bovenomschreven moeilijkheden in de schoenenindustrie algemeen zijn. We wezen er reeds op. dat het hier een gedif ferentieerd luxe-bedrijf betreft dat zeer kieskeurig moet zijn bij den aankoop der benoodigde grondstoffen. In Waalwijk en speciaal bij deze fabriek wij vernamen het ook nog ten kantore van de Kamer van Koophandel voor de Langstraat, waar wij ons om Inlichtingen hadden vervoegd legt men zich vooral toe op de betere kwaliteiten. De statistiek wijst dan ook uit, dat in het district van deze Kamer de gemiddelde prijs voor de geproduceerde schoenen ver boven die van de rest van ons land uitgaat. In verband hiermede hebben we ook eens een onderzoek ingesteld in een ander centrum van deze industrie in Noord- Brabant. In Olsterwijk vernamen we, dat de grootindustrie in het geheel geen moeilijk heden heeft met de uitvoering der regee- rlngsmaatregelen De directie der Pazo- fabrieken was vol lof over de medewerking uit Den Haag en zeide ons. dat juist her haaldelijk de dreigende moeilijkheden door deze medewerking volledig werden opge lost. Aanpassing. De tijden zijn niet rooskleurig, maar door het bedrijf aan de omstandigheden aan te passen, weet men tot nog toe aan de moeilijkheden het hoofd te bieden. Men is goedkoopere schoenen gaan fabrloeeren, die thans juist veel gevraagd worden, met het gevolg dat men ruim van werk is voorzien en men zelfs over 1934 volledig het wettelijk toegestane maximum over- werkuren heeft verbruikt. Door de lagere prijzen worden meer schoenen verkocht, waarmede werkgevers en werknemers gebaat waren. Door belang rijke technische vorderingen is de produc tie verhoogd, zoodat men schoenen kan aanbieden, die onder ieders bereik liggen. Het z.g. Schoenenwetje was daarbij een belangrijke steun. De uitvoer die ln ons land in 1929 nog bedroeg 1.169 000 paar. was in 1933 teruggeloopen tot 651.000 paar. Daarentegen steeg het totaal der Neder landsche productie in die Jaren van 9.416.000 paar tot 13.158 000 paar. Ook de werkgelegenheid is er door vergroot: in 1931 werkten 10.516 personen in de schoe nenindustrie; in 1933 was dit aantal ge stegen tot 11.034. Over het algemeen mag de toestand in de schoenindustrie niet geheel onbevredi gend genoemd worden. Slechts de luxe bedrijven hebben met moeilijkheden te kampen, doch deze zijn dan ook van dien aarde dat wegneming der oorzaken een dringende eisch is. 19. Heel onverwacht steekt Thijs zijn snuit boven 't heldere water uit verblijd, maar wel wat moe. „Hier ls de sleutel waar U zoo lang op hebt gewacht", riep hij Prins Koenboud toe, terwijl hij dan zijn buit boven het water bracht. Dan klimt hij zeer behendig op den kant en wijst ied're dank betuiging van de hand. „Ik ving", zegt hij, „ook nog een water-monster daar benee' laat ons die even op gaan halen met ons twee." WIJZIGING INDISCHE STAATSREGELING. VERMINDERING AANTAL LEDEN COLLEGE VAN GEDELEGEERDEN Verlaging der uitgaven noodig. Ingediend ls een wetsontwerp tot wijzi ging der Indische Staatsregeling en ver mindering van het aantal leden van het College van Gedelegeerden. Aan de me morie van toelichting wordt ontleend: Tot dusver ls het mogelijk geweest het peil der uitgaven van den Volksraad aan merkelijk te drukken zonder wijziging ln werkwijze en samenstelling van den Raad. Op de uitgaven voor de leden werd. op initiatief van den Volksraad, bezuinigd door de ordonnantie tot tijdelijke vermin dering van eenige krachtens de Volks raadpositieregeling 1926 genoten Inkom sten tot hetzelfde percentage als waartoe de bezoldigingen van landsdienaren tijde lijk werden teruggebracht; daarna door de omzetting van de zlttingsgelden in een Jaargeld, welke met ingang van 1 Januari 1934 ln werking is getreden. De ramingen voor reis- en verblijfkosten van de leden werden verminderd. Ook op de uitgaven voor de secretarie van den Volksraad wor den besparingen aangebracht, en tevens op de materleele uitgaven. Door een en ander werden de uitgaven verminderd van f. 983.000 ln 1931 tot f. 750.000 ln 1935 (raming) De Minister van Koloniën acht, nu de eisch tot verdere verlaging van de uit gaven moet worden gesteld, het oogenblik aangebroken om een vermindering van het aantal leden van het College van Gedele geerden van 20 tot 15 aan de orde te stel len. Aanvankelijk was in den vorm, waarin het wetsontwerp ter adviseering aan den Volksraad werd voorgelegd, in dit ontwerp voorgesteld om het aantal leden van het College van Gedelegeerden terug te bren gen op 12; de Volksraad heeft geadvi seerd tot aanneming van het ontwerp met inachtneming van den door het College uitgesproken wensch, dat het aantal leden niet tot 12, doch tot 15 worde terugge bracht. De Minister heeft gemeend, met dien wensch rekening te moeten houden. De voorgestelde maatregel zal een be sparing van ongeveer f. 80.000 'sjaars op brengen; de Inwerkingtreding moet wor den bepaald met inachtneming van het tijdstip der verkiezing van de leden van het College van Gedelegeerden uit den te verkiezen Volksraad, die voor het eerst op 15 Juni 1935 zal bijeenkomen. VERLAGING VAN HET MENG- FERCENTAGE VOOR MARGARINE. Ingaande morgen. De minister van economische zaken heeft bepaald, dat met Ingang van 13 Januari, met wijziging van vroegere be schikkingen, de margarine tenminste 15 pet. boter dient te bevatten. Voorts is de prijs van het merk voor margarine A. bepaald op 42 cent per K.G., met dien verstande, dat de ruilmerken kosteloos verstrekt worden. De prijs van het merk voor margarine B bedraagt 49.4 cent per K.G.. die van het merk voor margarine B (onvermengde en ritueele onvermengde margarine bedraagt 561/4 ct. per K G. met dien verstande, dat laatstbedoelde merken slechts worden ver strekt tegen betaling van een bedrag naar boven afgerond tot op een cent. VERSPREIDING VAN .ANTISEMITISCHE LECTUUR. Verklaring van minister van Schaik. Op de vragen van den heer Polak, be treffende het nemen van maatregelen tegen de verspreiding van anti-semitische lectuur, luidende: Is het Z.E. bekend, dat twee personen, genaamd Kruyt en Duinker, alom in den lande, in woord en geschrift, os. in het blad De Nederlandsche Nationaal-Socialist verkondigen dat moord op Christenen be hoort tot de gebruiken van het Jodendom, dat den Joden zulke moord wordt geboden en dit wel in het. naar deze lieden bewe ren. geheime, doch in werkelijkheid voor leder verkrijgbare en toegankelijke, in ver schillende talen vertaalde kabbalistische boek Zohar? Acht Z.E. het oirbaar, dat deze gruwe lijke leugen tegen een deel van het Neder landsche volk wordt geuit, zoodat anti semitisme wordt gewekt of aangewakkerd? Zoo niet. is Z.E. dan bereid, indien daar toe bij machte, tegen de genoemde lieden een rechtsvervolging te doen instellen, in dien mogelijk zoo dat de onwaarheid van de bedoelde beschuldiging kan worden aangetoond? Indien geen rechtsvervolging mogelijk ls. is Z.E. dan bereid maatregelen van an deren aard te nemen om verdere versprel- dinn van deze belastering van een deel onzes volks tegen te gaan? heeft minister van Schalk het volgende geantwoord: 1. Van de bedoelde aantijging, a.o. voor komende in De Nederlandsche Natlonaal- Soclalist van 17 November U.. heeft de minister kennis genomen. 2 en 3. Deze en soortgelijke publicaties wekken bij velen terecht ernstige ontstem ming. Echter vormt althans de met name genoemde publicatie naar het oordeel van den minister geen overtreding van de artt. 137c en 137d van het Wetboek van Straf recht Wel ls en blijft de aandacht van het openbaar ministerie op de aangelegenheid gevestigd. 4. Gelijk reeds uit de totstandkoming der wet van 19 Juli JJ. houdende nadere voorzieningen ter bescherming van de openbare orde, blijkt, is de minister be dacht op aanvulling onzer strafwetgeving als de bijzondere maatschappelijke ver schijnselen van dezen tijd deze noodzake lijk maken Uiteraard za' hij ook de ver dere ontwikkeling van deze nauwkeurig volgen. DE CLEARING MET DUTTSCHLAND. Betalingscontingenten geregeld. Deze week zijn te Berlijn besprekingen gehouden voor de vaststelling van de be- tajlngscontingenten welke voor de maan den Januari. Februari en Maart van dit jaar zullen gelden voor goederen, welke via de Nederl&ndsch-Duitsche clearing kunnen worden betaald. Met het oog op den achterstand ln de clearing was het noodig. een niet onaan zienlijke verlaging der contingenten ln te voeren. Het was derhalve ook noodig. de betalingscontingenten voor die goederen, waarvoor bij het tiandelsverdrag van 20 December J.L hoeveelheidscontlngenten waren bepaald, vast te stellen op een lager peil, dan het maximum dat ln het han delsverdrag was voorzien. De vaststelling der betallngscontlngen- ten is op zoodanige wijze geschied, dat de uitvoer van goederen, afkomstig uit Neder land en de overzeesche gewesten op ge lijke wijze werd getroffen, zoodat hier geen verschuivingen plaats vonden. Hetzelfde geschiedde ten opzichte van de Nederlandsche landbouw en Industrie, zoo- dat ook hier geen verschuivingen zullen voorkomen. Inlichtingen omtrent den omvang der betallngseontlngenten voor de verschillen de artikelen zullen van Maandag af ver strekt kunnen worden door het Crisis-uit voerbureau en door het Centraal Instituut ter bevordering van het normaal handels verkeer tusschen Nederland en andere landen. UITVOER VAN EIEREN NAAR DUITSCHLAND. Verdeeling consenten onder exporteurs van 1934. Naar wij vernemen aldus de Msb. is ln de vergadering van den Industrie- en Handelsraad te 's Gravenhage met alg. stemmen aangenomen, dat de consenten voor den uitvoer van eieren naar Dultsch land zullen worden verdeeld onder de exporteurs, die in 1932 de rekening en de risico van den export naar Dultschland hebben gedragen. De export bedraagt 60van dien van 1932. Deze consenten zullen aan de recht matige bezitters der consenten van 1932 worden uitgereikt. De exporteurs en coöperatieve veilingen zullen dus het kwantum, dat ze ln het afgeloopen jaar op consent van anderen konden exporteeren moeten overdoen aan de werkelijke exporteurs van 1934. Tevens kunnen wij met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid mededeelen, dat van de voorgenomen onteigening van een deel der Duitsche consenten ten gun ste van de exporteurs, die ln 1932 alleen met Engeland zaken deden, niets zal komen. OPZEGGING VAN ARBEIDSOVEREENKOMSTEN. Wetswijziging overwogen. Naar de „Volkskr." verneemt, is bij het departement van Justitie de vraag in studie of het gewenscht is, dat de wet ge wijzigd wordt met betrekking tot de op zegging van arbeidsovereenkomsten. Er wordt thans vanwege het departe ment ter bekoming van feitelijke gegevens een onderzoek ingesteld naar het aantal gedurende de laatste twee jaar bekend ge worden ontslagen, de daarbij ln acht ge nomen opzegging enz. REGELING INVOER VERSCHE ZEEVISCH Bij de Tweede Kamer is een nota van wijzigingen ingediend van 't wetsontwerp tot regeling van den invoer van versche zeevisch met uitzondering van haring. In art. 2, 4de lid, van het wetsontwerp wordt bepaald: „Onze minister is bevoegd om boven de ingevolge het eerste en tweede lid bepaalde contingenten bijzondere con tingenten vast te stellen voor den invoer uit nader door hem aan te wijzen landen." Volgens de nota van wijziging wordt in- plaats van „invoer" gelezen „in- en/of aanvoer". In art. 5, dat strafbepalingen bevat, wordt door de nota van wijzigingen even eens niet meer alleen van Ingevoerde, maar ook van aangevoerde goederen ge sproken. o ANTI-REVOLUTIONNAIREN NAAR HET SAARGEBIED. De Anti-Rev. Kiesvereeniging te Dor drecht heeft in een schrijven aan het Cen traal Comité der partij gewezen op de bij velen gewekte ontstemming over de hou ding in dezen van verschillende antl-revo- lutionnairen en wordt gevraagd naar de meening over deze zaak van het Centraal Comité. o DE KWESTIE DER TANDTECHNICI. De Minister van Sociale Zaken heeft aan den voorzitter der Tweede Kamer een brief geschreven, bevattende inlichtingen op het adres van den voorzitter en den secretaris van den Nederlandschen Bond van Tandtechnici (zelfstandig werken den ite Amsterdam, houdende verzoek om wijziging der wet van 1925, welke de be voegdheid der tandtechnici regelt. De Minister schrijft geen termen te vin den om de totstandkoming van nieuwe wettelijke maatregelen te bevorderen. Wat de critiek betreft, welke in het verzoek schrift wordt uitgeoefend op den datum van 10 Juni 1913, deze datum ln de wet van 1925 was logisch, omdat de fout van het weglaten ln 1913 van een over gangsbepaling moet worden hersteld. Het stellen van een anderen datum zou inte gendeel onlogisch geweest zijn. Overigens opent het adres geen nieuwe gezichtspunten, die aanleiding zouden kunnen zijn te bevorderen, dat voor afgewezenen opnieuw een mogelijkheid wordt geopend door het houden van een nieuw examen. ONTHEFFING VAN HET CONSUMPTIE-GARNALENBESLUIT. Gisteren ls in de Nederlandsche Staats courant verschenen het Koninklijk Besluit van 19 December 1934, tot het verleenen van ontheffing van het bepaalde in arti kel 3, lid 2. van het Consumptle-Gama- lenbeslult 1934 I. Dit ontheffings-besluit houdt ln, dat groothandelaren ln gepelde consumptie-; garnalen, welke geen bedrijf als garnalen- peller uitoefenen, garnalen, ten aanzien waarvan zij ten genoege de Nederlandsche Vlsscherijcentrale kunnen aantoonen, dat zij deze reeds op den dag dat het Con- sumptle-Garnalenbeslult ln werking is ge treden, zijnde 24 November J.I., ln gepel- den toestand ln voorraad hadden, mogen afleveren. Als voorwaarde hierbij is echter gesteld, dat zij tegenover genoeqjide Centrale de verplichting op zich genomen hebben deze garnalen niet te verkoopen dan voor of boven den door den Minister vastgestel- den minimumprijs, welke prijs f. 0.92'/i p. K G. af pakhuis bedraagt. Grossiers, die gebruik willen maken van de verleende ontheffing, kunnen zich daartoe bij de Nederlandsche Vlsscherij centrale, Bezuidenhoutscheweg 109, Den Haag, opgeven. PRIJZEN VAN HET VERSCHE SPEK. Door de Nederlandsche Veehouderijcen trale zijn de prijzen voor het door haar ln te nemen versche spek tot 26 Januari 1935 ongewijzigd gelaten. HET CONFLICT IN HET VISSCHERIJ- BEDRUF. De besturen van den Centralen Neder landschen Bond van Transportarbeiders en den Nederlandschen Christelijken Bond van Fabrieks- en Transportarbei ders hebben gisteren met het bestuur van de Reedersvereeniging te IJmulden gecon fereerd in verband met de beslissingen, die ln de door de reeders gehouden ver gadering zijn gevallen. In op Maandag a.s. te beleggen hoofdbestuursvergaderin gen zullen de arbeidersorganisaties in ver band met de aan hen gedane mededeelln- gen beslissen over het verder ln te nemen standpunt De leden zullen daarover direct na Maandag a.s. door de hoofdbesturen worden ingelicht. NOODTOESTAND KLOMPENINDUSTRIE. Op vragen van den heer Fleskens be treffende het spoedig nemen van maat regelen van Regeeringswege in verband met de klompenindustrie heeft de Minis ter van Economische Zaken geantwoord: Het ls den ondergeteekende bekend, dat de toestand in de klompenindustrie zeer ongunstig is. Met betrekking tot de tweede vraag moge de ondergeteekende verwijzen naar pagina 14 van de Memorie van Antwoord op het Voorloopig Verslag over het Xde hoofdstuk der Rijksbegrooting voor het dienstjaar 1935. TUBERCULOSEBESTRIJDING. Op 20 Januari a.s. zal het 25 Jaar gele den zijn dat door den heer S. A. L. Pijl, commies bij de Ned. Spoorwegen, de Ver eeniging voor personeel ln dienst der Ned. Spoorwegen tot bestrijding der tuberculose werd opgericht. Vanaf de oprichting is de heer Pijl onafgebroken voorzitter der ver- eeniging geweest, zoodat hij op 20 Jan. zijn 25-jarig Jubileum als voorzitter zal vieren. Op de eerste oprichtingsvergade ring waren 19 ambtenaren en beambten der H.IJ.S.M. aanwezig en werd bijge woond door wijlen den spoorwegarts, den heer Beukenhorst. Op 10 Mei werd de 2de vergadering te Amsterdam gehouden waar ln de statuten en reglement werden vast gesteld. Opgericht met ongeveer 80 leden, telde op 1 Nov. 1934 JJ. de vereeniging 31206 leden op ongeveer 3700 man spoor wegpersoneel. Veel steun heeft de Veree niging van de directie der Ned. Spoorwe gen ondervonden en jaarlijks ontving de Vereeniging van de directie der Ned. Spoorwegen f.225.000 subsidie. Op Maan dag 21 Jan. a.s. zal de Vereenigng in „De Twee Steden" in Den Haag het 25-jarig jubileum herdenken en een receptie hou den. Ter gelegenheid van het 25-jarig ju bileum zijn in het orgaan „Zon voor ieder" verschillende gelukwenschen van de Directie der Ned. Spoorwegen en andere autoriteiten opgenomen en is het versierd met de portretten van den voorzitter, le secretaris en zuster J. H. Hagenkamp van het tegenwoordig dag. bestuur, van wijlen jhr. mr. W. F. van der Wljck, oud-direc teur H. IJ. S. M., Ir. J. A. Kalff, Min. van Waterstaat. VERSPREIDE BERICHTEN. Bij K. B. is mr. G. J. C. Schllthuis, advocaat en procureur te Rotterdam, be noemd tot lid van de Staatscommissie, bij KB. van 21 April 1892, no. 4, Ingesteld, teneinde de regeering van advies te dienen omtrent de wettelijke regels, die ten aanzien van het waterstaatsbestuur be- hooren te worden gesteld. Bij K.B. zijn benoemd tot rechter in de Arrondissementsrechtbank te Amster dam mr. H J. Hütschler, rechter-plaats- vervanger in de Arrondissementsrecht bank te Arnhem en tweede secretaris van den Raad van Beroep voor de directe belastingen aldaar, en mr. W. M. A. Weit- jens, rechter-plaatsvervanger ln de Arron dissementsrechtbank te 's-Gravenhage. De Kerstcollecte, welke in de Nederland sche bioscopen, ten bate van het „Bio- Vacantieoord", de Stichting van het Ne derlandsche film- en bioscoopbedrijf is gehouden, heeft in totaal opgebracht: f. 40.430.83. 2-3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 10