Werkloosheid door
contingenteering van grondstoffen
LE1DSCH DAGBLAD - Derde Blad
Zaterdag 12 Januari 1935
THIJS IJS EN DE VERLOREN SLEUTEL
BINNENLAND.
CRISIS-BERICHTEN.
MOEILIJKHEDEN IN DE SCHOENINDUSTRIE.
HET LUXE-BEDRIJF STELT
ANDERE EISCHEN DAN
HET MASSA-BEDRIJF
DE LASTIGE MODE.
(Van onzen reis-redacteur).
De verschillende oontingenteerlngen, die
zijn ingesteld om onze handelsbalans zoo
veel mogelijk in evenwicht te houden,
brengen voor handel en industrie tal van
moeilijkheden met zich mede In Waalwijk
is een schoenenfabriek, die door het hier
door ontstane gebrek aan grondstoffen
genoodzaakt was een gedeelte der arbei
ders te ontslaan, terwiil juist overvloed
van orders aanwezig was. Het stelsel der
contingenteerlngen. ontstaan uit de be
hoefte naar een systeem van wederkeerig-
held. heeft hier voor de industrie fatale
gevolgen gehad.
Bij de contingenteering van overleer en
zoolleer heeft men in Den Haag natuurlijk
ook het advies van de schoenfabrikanten
gevraagd Deze stemden er volkomen mede
in. voor zoover het ledersoorten betreft,
welke hier te lande gemaakt worden doch
men maakte eenig voorbehoud ten aan
zien van die producten, die slechts in de
gewenschte kwaliteit uit het buitenland
zijn te betrekken.
Tot voor enkele maanden heeft 't stelsel
uitstekend gewerkt, thans is men er ech
ter. naar wij vernamen, bij het Crisis-in-
voerbureau in Den Haag zeer streng mee
geworden, zoodat de moeilijkhehden dan
ook niet zijn uitgebleven.
Mode-bedrijf.
Vooral een bedrijf als het onderhavige,
de Timtur-fabrieken te Waalwijk, heeft
met deze moeilijkheden te kampen ge
kregen. omdat het hier een mode-bedrijf
geldt, waarbij op de afnemers niet de
minste pressie is uit te oefenen. Men werkt
er op bestelling, na met verschillende
monsters de clientèle te hebben bezocht,
en kan niet eenige weken langer wachten
op den toevoer van grondstoffen. Want de
afnemers verlangen spoedig te worden be
diend en dreigen anders hun orders te
annuleeren. Voor een bedrijf als dit is 't
ook onmogelijk om vooruit te werken,
omdat men niet weet waarnaar straks ge
vraagd zal worden.
Een groot geluk voor de Nederlandsche
industrie is geweest dat de mode veel
Suède-leer vroeg. Deze leersoort wordt uit
sluitend hier te lande gemaakt, zoodat
men in dit opzicht volledig onafhankelijk
was van het buitenland en met de contin
genteering niets te maken had.
Chroomieer wordt hier in de gewenschte
soort heelemaal niet gemaakt, terwijl
Amerika ervoor beroemd is Toen Amerika
te duur werd heeft men zich een tijdlang
met Dultschland beholpen, doch wat daar
vandaan kwam was. naar het schijnt niet
dat. Tegenwoordig is op dit gebied Amerika
belangrijk goedkooper. Men wordt echter,
doorlat het Amerikaansche contingent is
uitgeput, gedwongen de duurdere Duitsche
waren te koopen die minder goed zijn
dan de goedkoopere Amerikaansche. En
als het niet precies de gewenschte tint is,
kriigt de fabrikant met zijn afnemers
dadelijk moeilijkheden.
Industrie en handelspolitiek.
De oorzaak van alles is. dat de belan
gen van onze industrie niet steeds in
overeenstemming zijn te brengen met onze
handelspolitiek.
Dit is ons wel zeer duidelijk gebleken bij
de Timtur-fabrleken. waar de directie ons
Inzage heeft gegeven van de over deze
kwestie met het Crtsis-lnvoerbureau ge
voerde correspondentie. Voor 1935 had
men juist dezer dagen de voorloopige toe
zegging gekregen van den invoer van een
klein kwantum roeringleder, waardoor
echter waarschijnlijk slechts voor korten
tijd een soort uitstel van executie is ver
kregen.
In Den Haag heeft men wel toegegeven
dat de moeilijkeden werkelijk bestaan, doch
er schijnt heel weinig aan te veranderen
te zijn. Wel heel sterk komt dat naar
voren tn een bepaling in de zoo juist ver
schenen Leidraad bij de contingenteering,
van 1 Januari 1935. waarin o.m. deze be
paling voorkomt: „Voor de landen, waar
voor geen hoogere contingenten zijn vast
gesteld. zullen geen bijzondere toewijzin
gen worden verleend en het feit, dat een
bepaald artikel hier te lande niet wordt
vervaardigd, kan daarin geen wijziging
brengen".
Het is de oude strijd tusschen den land
bouw met aanverwante bedrijfstakken,
die om uitvoermogeiljkheden vraagt, en de
industrie, die haar grondstoffen wil be
trekken van waar dit het meest in
haar belang is. Bij die handelspolitiek
doen zich de zonderlingste consequenties
voor. Zoo vraagt men in Engeland naar
tomaten, dl» daar uit Nederland niet meer
mogen worden ingevoerd, omdat het con
tingent is uitgeput, terwij: er hier vraag
is naar Engelsch leder dat om de zelfde
redenen hier weer niet mag worden in
gevoerd.
Niet generaliseeren.
Het zou echter onjuist zijn. te beweren,
dat de bovenomschreven moeilijkheden in
de schoenenindustrie algemeen zijn. We
wezen er reeds op. dat het hier een gedif
ferentieerd luxe-bedrijf betreft dat zeer
kieskeurig moet zijn bij den aankoop der
benoodigde grondstoffen. In Waalwijk en
speciaal bij deze fabriek wij vernamen
het ook nog ten kantore van de Kamer
van Koophandel voor de Langstraat, waar
wij ons om Inlichtingen hadden vervoegd
legt men zich vooral toe op de betere
kwaliteiten. De statistiek wijst dan ook
uit, dat in het district van deze Kamer
de gemiddelde prijs voor de geproduceerde
schoenen ver boven die van de rest van
ons land uitgaat.
In verband hiermede hebben we ook
eens een onderzoek ingesteld in een ander
centrum van deze industrie in Noord-
Brabant.
In Olsterwijk vernamen we, dat de
grootindustrie in het geheel geen moeilijk
heden heeft met de uitvoering der regee-
rlngsmaatregelen De directie der Pazo-
fabrieken was vol lof over de medewerking
uit Den Haag en zeide ons. dat juist her
haaldelijk de dreigende moeilijkheden door
deze medewerking volledig werden opge
lost.
Aanpassing.
De tijden zijn niet rooskleurig, maar
door het bedrijf aan de omstandigheden
aan te passen, weet men tot nog toe aan
de moeilijkheden het hoofd te bieden. Men
is goedkoopere schoenen gaan fabrloeeren,
die thans juist veel gevraagd worden, met
het gevolg dat men ruim van werk is
voorzien en men zelfs over 1934 volledig
het wettelijk toegestane maximum over-
werkuren heeft verbruikt.
Door de lagere prijzen worden meer
schoenen verkocht, waarmede werkgevers
en werknemers gebaat waren. Door belang
rijke technische vorderingen is de produc
tie verhoogd, zoodat men schoenen kan
aanbieden, die onder ieders bereik liggen.
Het z.g. Schoenenwetje was daarbij een
belangrijke steun. De uitvoer die ln ons
land in 1929 nog bedroeg 1.169 000 paar.
was in 1933 teruggeloopen tot 651.000 paar.
Daarentegen steeg het totaal der Neder
landsche productie in die Jaren van
9.416.000 paar tot 13.158 000 paar. Ook de
werkgelegenheid is er door vergroot: in
1931 werkten 10.516 personen in de schoe
nenindustrie; in 1933 was dit aantal ge
stegen tot 11.034.
Over het algemeen mag de toestand in
de schoenindustrie niet geheel onbevredi
gend genoemd worden. Slechts de luxe
bedrijven hebben met moeilijkheden te
kampen, doch deze zijn dan ook van dien
aarde dat wegneming der oorzaken een
dringende eisch is.
19. Heel onverwacht steekt Thijs zijn snuit boven 't heldere
water uit verblijd, maar wel wat moe.
„Hier ls de sleutel waar U zoo lang op hebt gewacht", riep hij
Prins Koenboud toe, terwijl hij dan zijn buit boven het water bracht.
Dan klimt hij zeer behendig op den kant en wijst ied're dank
betuiging van de hand.
„Ik ving", zegt hij, „ook nog een water-monster daar benee'
laat ons die even op gaan halen met ons twee."
WIJZIGING INDISCHE
STAATSREGELING.
VERMINDERING AANTAL LEDEN
COLLEGE VAN GEDELEGEERDEN
Verlaging der uitgaven noodig.
Ingediend ls een wetsontwerp tot wijzi
ging der Indische Staatsregeling en ver
mindering van het aantal leden van het
College van Gedelegeerden. Aan de me
morie van toelichting wordt ontleend:
Tot dusver ls het mogelijk geweest het
peil der uitgaven van den Volksraad aan
merkelijk te drukken zonder wijziging ln
werkwijze en samenstelling van den Raad.
Op de uitgaven voor de leden werd. op
initiatief van den Volksraad, bezuinigd
door de ordonnantie tot tijdelijke vermin
dering van eenige krachtens de Volks
raadpositieregeling 1926 genoten Inkom
sten tot hetzelfde percentage als waartoe
de bezoldigingen van landsdienaren tijde
lijk werden teruggebracht; daarna door de
omzetting van de zlttingsgelden in een
Jaargeld, welke met ingang van 1 Januari
1934 ln werking is getreden. De ramingen
voor reis- en verblijfkosten van de leden
werden verminderd. Ook op de uitgaven
voor de secretarie van den Volksraad wor
den besparingen aangebracht, en tevens
op de materleele uitgaven. Door een en
ander werden de uitgaven verminderd van
f. 983.000 ln 1931 tot f. 750.000 ln 1935
(raming)
De Minister van Koloniën acht, nu de
eisch tot verdere verlaging van de uit
gaven moet worden gesteld, het oogenblik
aangebroken om een vermindering van het
aantal leden van het College van Gedele
geerden van 20 tot 15 aan de orde te stel
len. Aanvankelijk was in den vorm, waarin
het wetsontwerp ter adviseering aan den
Volksraad werd voorgelegd, in dit ontwerp
voorgesteld om het aantal leden van het
College van Gedelegeerden terug te bren
gen op 12; de Volksraad heeft geadvi
seerd tot aanneming van het ontwerp met
inachtneming van den door het College
uitgesproken wensch, dat het aantal leden
niet tot 12, doch tot 15 worde terugge
bracht. De Minister heeft gemeend, met
dien wensch rekening te moeten houden.
De voorgestelde maatregel zal een be
sparing van ongeveer f. 80.000 'sjaars op
brengen; de Inwerkingtreding moet wor
den bepaald met inachtneming van het
tijdstip der verkiezing van de leden van
het College van Gedelegeerden uit den te
verkiezen Volksraad, die voor het eerst op
15 Juni 1935 zal bijeenkomen.
VERLAGING VAN HET MENG-
FERCENTAGE VOOR MARGARINE.
Ingaande morgen.
De minister van economische zaken
heeft bepaald, dat met Ingang van 13
Januari, met wijziging van vroegere be
schikkingen, de margarine tenminste 15
pet. boter dient te bevatten.
Voorts is de prijs van het merk voor
margarine A. bepaald op 42 cent per K.G.,
met dien verstande, dat de ruilmerken
kosteloos verstrekt worden. De prijs van
het merk voor margarine B bedraagt 49.4
cent per K.G.. die van het merk voor
margarine B (onvermengde en ritueele
onvermengde margarine bedraagt 561/4
ct. per K G. met dien verstande, dat
laatstbedoelde merken slechts worden ver
strekt tegen betaling van een bedrag naar
boven afgerond tot op een cent.
VERSPREIDING VAN .ANTISEMITISCHE
LECTUUR.
Verklaring van minister van Schaik.
Op de vragen van den heer Polak, be
treffende het nemen van maatregelen
tegen de verspreiding van anti-semitische
lectuur, luidende:
Is het Z.E. bekend, dat twee personen,
genaamd Kruyt en Duinker, alom in den
lande, in woord en geschrift, os. in het
blad De Nederlandsche Nationaal-Socialist
verkondigen dat moord op Christenen be
hoort tot de gebruiken van het Jodendom,
dat den Joden zulke moord wordt geboden
en dit wel in het. naar deze lieden bewe
ren. geheime, doch in werkelijkheid voor
leder verkrijgbare en toegankelijke, in ver
schillende talen vertaalde kabbalistische
boek Zohar?
Acht Z.E. het oirbaar, dat deze gruwe
lijke leugen tegen een deel van het Neder
landsche volk wordt geuit, zoodat anti
semitisme wordt gewekt of aangewakkerd?
Zoo niet. is Z.E. dan bereid, indien daar
toe bij machte, tegen de genoemde lieden
een rechtsvervolging te doen instellen, in
dien mogelijk zoo dat de onwaarheid van
de bedoelde beschuldiging kan worden
aangetoond?
Indien geen rechtsvervolging mogelijk ls.
is Z.E. dan bereid maatregelen van an
deren aard te nemen om verdere versprel-
dinn van deze belastering van een deel
onzes volks tegen te gaan? heeft minister
van Schalk het volgende geantwoord:
1. Van de bedoelde aantijging, a.o. voor
komende in De Nederlandsche Natlonaal-
Soclalist van 17 November U.. heeft de
minister kennis genomen.
2 en 3. Deze en soortgelijke publicaties
wekken bij velen terecht ernstige ontstem
ming. Echter vormt althans de met name
genoemde publicatie naar het oordeel van
den minister geen overtreding van de artt.
137c en 137d van het Wetboek van Straf
recht Wel ls en blijft de aandacht van het
openbaar ministerie op de aangelegenheid
gevestigd.
4. Gelijk reeds uit de totstandkoming
der wet van 19 Juli JJ. houdende nadere
voorzieningen ter bescherming van de
openbare orde, blijkt, is de minister be
dacht op aanvulling onzer strafwetgeving
als de bijzondere maatschappelijke ver
schijnselen van dezen tijd deze noodzake
lijk maken Uiteraard za' hij ook de ver
dere ontwikkeling van deze nauwkeurig
volgen.
DE CLEARING MET DUTTSCHLAND.
Betalingscontingenten geregeld.
Deze week zijn te Berlijn besprekingen
gehouden voor de vaststelling van de be-
tajlngscontingenten welke voor de maan
den Januari. Februari en Maart van dit
jaar zullen gelden voor goederen, welke
via de Nederl&ndsch-Duitsche clearing
kunnen worden betaald.
Met het oog op den achterstand ln de
clearing was het noodig. een niet onaan
zienlijke verlaging der contingenten ln te
voeren. Het was derhalve ook noodig. de
betalingscontingenten voor die goederen,
waarvoor bij het tiandelsverdrag van 20
December J.L hoeveelheidscontlngenten
waren bepaald, vast te stellen op een lager
peil, dan het maximum dat ln het han
delsverdrag was voorzien.
De vaststelling der betallngscontlngen-
ten is op zoodanige wijze geschied, dat de
uitvoer van goederen, afkomstig uit Neder
land en de overzeesche gewesten op ge
lijke wijze werd getroffen, zoodat hier geen
verschuivingen plaats vonden.
Hetzelfde geschiedde ten opzichte van de
Nederlandsche landbouw en Industrie, zoo-
dat ook hier geen verschuivingen zullen
voorkomen.
Inlichtingen omtrent den omvang der
betallngseontlngenten voor de verschillen
de artikelen zullen van Maandag af ver
strekt kunnen worden door het Crisis-uit
voerbureau en door het Centraal Instituut
ter bevordering van het normaal handels
verkeer tusschen Nederland en andere
landen.
UITVOER VAN EIEREN NAAR
DUITSCHLAND.
Verdeeling consenten onder
exporteurs van 1934.
Naar wij vernemen aldus de Msb.
is ln de vergadering van den Industrie-
en Handelsraad te 's Gravenhage met alg.
stemmen aangenomen, dat de consenten
voor den uitvoer van eieren naar Dultsch
land zullen worden verdeeld onder de
exporteurs, die in 1932 de rekening en de
risico van den export naar Dultschland
hebben gedragen.
De export bedraagt 60van dien van
1932. Deze consenten zullen aan de recht
matige bezitters der consenten van 1932
worden uitgereikt.
De exporteurs en coöperatieve veilingen
zullen dus het kwantum, dat ze ln het
afgeloopen jaar op consent van anderen
konden exporteeren moeten overdoen aan
de werkelijke exporteurs van 1934.
Tevens kunnen wij met aan zekerheid
grenzende waarschijnlijkheid mededeelen,
dat van de voorgenomen onteigening van
een deel der Duitsche consenten ten gun
ste van de exporteurs, die ln 1932 alleen
met Engeland zaken deden, niets zal
komen.
OPZEGGING VAN
ARBEIDSOVEREENKOMSTEN.
Wetswijziging overwogen.
Naar de „Volkskr." verneemt, is bij het
departement van Justitie de vraag in
studie of het gewenscht is, dat de wet ge
wijzigd wordt met betrekking tot de op
zegging van arbeidsovereenkomsten.
Er wordt thans vanwege het departe
ment ter bekoming van feitelijke gegevens
een onderzoek ingesteld naar het aantal
gedurende de laatste twee jaar bekend ge
worden ontslagen, de daarbij ln acht ge
nomen opzegging enz.
REGELING INVOER VERSCHE ZEEVISCH
Bij de Tweede Kamer is een nota van
wijzigingen ingediend van 't wetsontwerp
tot regeling van den invoer van versche
zeevisch met uitzondering van haring.
In art. 2, 4de lid, van het wetsontwerp
wordt bepaald: „Onze minister is bevoegd
om boven de ingevolge het eerste en tweede
lid bepaalde contingenten bijzondere con
tingenten vast te stellen voor den invoer
uit nader door hem aan te wijzen landen."
Volgens de nota van wijziging wordt in-
plaats van „invoer" gelezen „in- en/of
aanvoer".
In art. 5, dat strafbepalingen bevat,
wordt door de nota van wijzigingen even
eens niet meer alleen van Ingevoerde,
maar ook van aangevoerde goederen ge
sproken.
o
ANTI-REVOLUTIONNAIREN NAAR HET
SAARGEBIED.
De Anti-Rev. Kiesvereeniging te Dor
drecht heeft in een schrijven aan het Cen
traal Comité der partij gewezen op de bij
velen gewekte ontstemming over de hou
ding in dezen van verschillende antl-revo-
lutionnairen en wordt gevraagd naar de
meening over deze zaak van het Centraal
Comité.
o
DE KWESTIE DER TANDTECHNICI.
De Minister van Sociale Zaken heeft aan
den voorzitter der Tweede Kamer een
brief geschreven, bevattende inlichtingen
op het adres van den voorzitter en den
secretaris van den Nederlandschen Bond
van Tandtechnici (zelfstandig werken
den ite Amsterdam, houdende verzoek om
wijziging der wet van 1925, welke de be
voegdheid der tandtechnici regelt.
De Minister schrijft geen termen te vin
den om de totstandkoming van nieuwe
wettelijke maatregelen te bevorderen. Wat
de critiek betreft, welke in het verzoek
schrift wordt uitgeoefend op den datum
van 10 Juni 1913, deze datum ln de wet
van 1925 was logisch, omdat de fout van
het weglaten ln 1913 van een over
gangsbepaling moet worden hersteld. Het
stellen van een anderen datum zou inte
gendeel onlogisch geweest zijn.
Overigens opent het adres geen nieuwe
gezichtspunten, die aanleiding zouden
kunnen zijn te bevorderen, dat voor
afgewezenen opnieuw een mogelijkheid
wordt geopend door het houden van een
nieuw examen.
ONTHEFFING VAN HET
CONSUMPTIE-GARNALENBESLUIT.
Gisteren ls in de Nederlandsche Staats
courant verschenen het Koninklijk Besluit
van 19 December 1934, tot het verleenen
van ontheffing van het bepaalde in arti
kel 3, lid 2. van het Consumptle-Gama-
lenbeslult 1934 I.
Dit ontheffings-besluit houdt ln, dat
groothandelaren ln gepelde consumptie-;
garnalen, welke geen bedrijf als garnalen-
peller uitoefenen, garnalen, ten aanzien
waarvan zij ten genoege de Nederlandsche
Vlsscherijcentrale kunnen aantoonen, dat
zij deze reeds op den dag dat het Con-
sumptle-Garnalenbeslult ln werking is ge
treden, zijnde 24 November J.I., ln gepel-
den toestand ln voorraad hadden, mogen
afleveren.
Als voorwaarde hierbij is echter gesteld,
dat zij tegenover genoeqjide Centrale de
verplichting op zich genomen hebben deze
garnalen niet te verkoopen dan voor of
boven den door den Minister vastgestel-
den minimumprijs, welke prijs f. 0.92'/i p.
K G. af pakhuis bedraagt.
Grossiers, die gebruik willen maken van
de verleende ontheffing, kunnen zich
daartoe bij de Nederlandsche Vlsscherij
centrale, Bezuidenhoutscheweg 109, Den
Haag, opgeven.
PRIJZEN VAN HET VERSCHE SPEK.
Door de Nederlandsche Veehouderijcen
trale zijn de prijzen voor het door haar
ln te nemen versche spek tot 26 Januari
1935 ongewijzigd gelaten.
HET CONFLICT IN HET VISSCHERIJ-
BEDRUF.
De besturen van den Centralen Neder
landschen Bond van Transportarbeiders
en den Nederlandschen Christelijken
Bond van Fabrieks- en Transportarbei
ders hebben gisteren met het bestuur van
de Reedersvereeniging te IJmulden gecon
fereerd in verband met de beslissingen,
die ln de door de reeders gehouden ver
gadering zijn gevallen. In op Maandag
a.s. te beleggen hoofdbestuursvergaderin
gen zullen de arbeidersorganisaties in ver
band met de aan hen gedane mededeelln-
gen beslissen over het verder ln te nemen
standpunt De leden zullen daarover direct
na Maandag a.s. door de hoofdbesturen
worden ingelicht.
NOODTOESTAND KLOMPENINDUSTRIE.
Op vragen van den heer Fleskens be
treffende het spoedig nemen van maat
regelen van Regeeringswege in verband
met de klompenindustrie heeft de Minis
ter van Economische Zaken geantwoord:
Het ls den ondergeteekende bekend, dat
de toestand in de klompenindustrie zeer
ongunstig is.
Met betrekking tot de tweede vraag
moge de ondergeteekende verwijzen naar
pagina 14 van de Memorie van Antwoord
op het Voorloopig Verslag over het Xde
hoofdstuk der Rijksbegrooting voor het
dienstjaar 1935.
TUBERCULOSEBESTRIJDING.
Op 20 Januari a.s. zal het 25 Jaar gele
den zijn dat door den heer S. A. L. Pijl,
commies bij de Ned. Spoorwegen, de Ver
eeniging voor personeel ln dienst der Ned.
Spoorwegen tot bestrijding der tuberculose
werd opgericht. Vanaf de oprichting is de
heer Pijl onafgebroken voorzitter der ver-
eeniging geweest, zoodat hij op 20 Jan.
zijn 25-jarig Jubileum als voorzitter zal
vieren. Op de eerste oprichtingsvergade
ring waren 19 ambtenaren en beambten
der H.IJ.S.M. aanwezig en werd bijge
woond door wijlen den spoorwegarts, den
heer Beukenhorst. Op 10 Mei werd de 2de
vergadering te Amsterdam gehouden waar
ln de statuten en reglement werden vast
gesteld. Opgericht met ongeveer 80 leden,
telde op 1 Nov. 1934 JJ. de vereeniging
31206 leden op ongeveer 3700 man spoor
wegpersoneel. Veel steun heeft de Veree
niging van de directie der Ned. Spoorwe
gen ondervonden en jaarlijks ontving de
Vereeniging van de directie der Ned.
Spoorwegen f.225.000 subsidie. Op Maan
dag 21 Jan. a.s. zal de Vereenigng in „De
Twee Steden" in Den Haag het 25-jarig
jubileum herdenken en een receptie hou
den. Ter gelegenheid van het 25-jarig ju
bileum zijn in het orgaan „Zon voor
ieder" verschillende gelukwenschen van de
Directie der Ned. Spoorwegen en andere
autoriteiten opgenomen en is het versierd
met de portretten van den voorzitter, le
secretaris en zuster J. H. Hagenkamp van
het tegenwoordig dag. bestuur, van wijlen
jhr. mr. W. F. van der Wljck, oud-direc
teur H. IJ. S. M., Ir. J. A. Kalff, Min. van
Waterstaat.
VERSPREIDE BERICHTEN.
Bij K. B. is mr. G. J. C. Schllthuis,
advocaat en procureur te Rotterdam, be
noemd tot lid van de Staatscommissie, bij
KB. van 21 April 1892, no. 4, Ingesteld,
teneinde de regeering van advies te dienen
omtrent de wettelijke regels, die ten
aanzien van het waterstaatsbestuur be-
hooren te worden gesteld.
Bij K.B. zijn benoemd tot rechter in
de Arrondissementsrechtbank te Amster
dam mr. H J. Hütschler, rechter-plaats-
vervanger in de Arrondissementsrecht
bank te Arnhem en tweede secretaris van
den Raad van Beroep voor de directe
belastingen aldaar, en mr. W. M. A. Weit-
jens, rechter-plaatsvervanger ln de Arron
dissementsrechtbank te 's-Gravenhage.
De Kerstcollecte, welke in de Nederland
sche bioscopen, ten bate van het „Bio-
Vacantieoord", de Stichting van het Ne
derlandsche film- en bioscoopbedrijf is
gehouden, heeft in totaal opgebracht:
f. 40.430.83.
2-3