Het wrak van de „Uiver" - Locomotief rijdt huis binnen
754le Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
Het wrak Van de „Uiver
De ramp van de „Uiver".
FEUILLETON.
'i ii h n li «.n i, ->i->ii^u->ii->Ii>ii->ii^u-i1i»ii »inii>ii»n»i. i -i n n i ii »i li i. li n I. li i i - -| -i in 1 iii-ii -L I- i 1 ii ii ii n 'i 'i i' l 11
DE HEER M. ADATCHI rech
ter in het Permanente Hof van;
Intern. Justitieis te Amsterdam
overleden.
Twee foto's van het wrak van de „Uiver" te Rutbah genomen.
TE SMEERMAAS brak brand uit in de meubelfabriek van Wagemans en
van Tuynen. De fabriek brandde totaal uit.
DE LOCOMOTIEF VAN EEN GOEDERENTRAM reed te Loon op Zand na eea
botsing met een vraohtwagen een huis binnen. Een persoon werd gedood,
i twee zwaar gewond.
Ondersoek wrakstukken 'der geheel vernielde machine
BRAND IN VAN HAREN'S SCHOENFABRIEK te Baardwijk. Tijdens den brarfÜ
explodeerde een vat aceton. Vijf arbeiders werden ernstig gewond.
uit het Engelsch van Hugh Walpole
en J. B. Priestley, door H. A. C. S.
47)
Toen hoorden wij een stem roepen, door
het dal van Green End. Wij maakten wat
lawaai als antwoord. Ik kon niet verder,
maar Marjorie holde de helling af. Ik ge
loof, dat ik in een soort van verdoovhig
moet zijn geraakt voor 'n tien minuten,
misschien langer, maar het volgende, wat
ik mij herinner, is Rossett, die vóór mij
staat met twee andere groote kerels naast
zich. En de oude Rossett mag een
slecht vader zijn, een twistzieke buur, een
blufferige oude bandiet, al wat je wilt,
maar laat ik je vertellen dat hij de man
is, dien je ontmoeten moet wanneer je
languit op een heuvel ligt met een beroer
den enkel! Hij is sterk als een paard en
kent lederen centimeter van den grond,
't Schijnt dat hij gekeken heeft naar de
mist, die neersloeg od de toppen, giste, dat
hij tot laat in den middag zou blijven,
zoodat, als het ons niet gelukte om terug
te komen, hij opeens wist, waar wij aan
toe waren en toen ging hij er op uit om
ons te zoeken en nam twee of drie andere
kerels mee uit Lambdale. Het is niet den
eersten keer, dat hij op zoekpartijen is
mee geweest, zooals je je kunt voorstellen
en hij is een oude kenner. En, natuurlijk,
had hij plezier in elke minuut er van, Mar
jorie kan je meer vertellen van het laatste
stuk van het avontuur dan ik. 't Was erg
laat inderdaad, toen wij eindelijk dit huis
blnnenzwaaiden en ik bracht gisteren den
heelen dag in bed door, terwijl een uit
Keswick ontboden dokter een beetje aan
dacht aan mij gaf.
Rossett is hier nog mrs. Masham
drong er op aan dat hij bleef en is nog
altijd triomfantelijk keizer van de heuve
len. Marjorie is op het oogenblik vlak bij
mijn arm en zendt je haar groeten. WIJ kij
ken beiden uit naar jouw brieven, waarvan
misschien eenige op mij wachten in „De
Bruine Stier". Ik zal hier nog een paar
dagen blijven, want mrs. Masham, die ook
plezier in dit alles heeft, meer speciaal
nog, daar het de vervulling is van een van
de duistere profetieën, gegeven door een
van haar laatste bezoeksters, wil er niet
van hooren dat iemand van ons weggaat.
Zoo zijn wij dus hier en ik geloof, dat ik
in staat zal zijn jou spoedig wat vermake
lijk nieuws te sturen, vermakelijk, zeg ik,
maar ook van de allergrootste beteekenis.
Wacht jij maar.
Je ROBERT.
20 Jermyn Street.
Beste Bob,
Ik heb juist je langen brief gekregen,
die je ongeluk beschrijft. Ik kan je niet
vertellen, hoe het mij eerst ontstelde, maar
toen overwoog ik, dat je nu veilig in bed
ligt, met ongeveer vijfhonderd menschen
om je te bewaken, en, bovenal Marjorie om
je koest te houden.
De werkelijkheid van jouw avontuur
deed de onwerkelijkheid van het mijne
helder uitkomen. Jij bent reëel neeigetui-
meld en hebt je enkel gebroken; ik heb
jacht gemaakt op Radcliffiaansche geesten
in moderne kleeding.
Het amuseert mij een beetje om bespie
gelingen te maken, hoe het geweest zou
zijn als het Mulligan geweest was, die van
de berghelling naar beneden was gevallen
en ik degene, die hem gevonden had. Hij
zou een zeer beminnelijk menschelijk we
zen geweest zijn, daar twijfel ik niet aan,
in ieder geval, totdat mrs. Masham's
dienstmeisje hem zijn morgenthee bracht;
dan zou ik hem niet vertrouwd hebben.
Maar onze twee zoo tegengestelde werel
den hebben ergens een verbindingspunt en
ik vermoed, dat de oude Rossett en zijn
huis de gemeenschappelijke basis zijn. Zal
ik spoedig terugkeeren tot mijn normale
prae-Jean-manier van zien, en niet langer
menschen als boomen zien wandelen? Ik
heb een zekere overtuiging, dat ik het zal.
Ik houd meer van Jean, elke minuut van
den dag, maar nu zij mijn kameraad is,
verzwakt het fantastische van een geheime
vervolging en alle andere fantazieên ver
zwakken tegelijkertijd. Vanmorgen worden
Mulligan en zijn „lever mij het meisje
uit" tot de grauwe alledaagschheid van een
gewoon-politie-geval. Ik wensch er, zoo
spoedig ik kan, uit te komen, ergens naar
buiten te gaan en een begin te maken met
het schilderen van Jean.
Na een week buiten, zal ik twijfelen aan
Mulligan's werkelijke bestaan. Om een
oogenblik terug te komen op jouw brief: ik
kan je niet vertellen hoe blij ik ben dat jij
en Marjorie weer dicht-bij elkaar bent,
dichter dan jullie ooit bij elkaar geweest
bent. Natuurlijk wist ik, dat het zoo moest
worden, al dezen tijd heb ik voor jou ge-
wenscht, dat je gelukkig zoudt zijn, en tus-
schen de regels van je brieven je groote
verdriet gelezen.
Maar in mijn zelfzucht bedenk ik, dat ik
dankbaar over dat verdriet moet zijn, om
dat, was jij gelukkig geweest, dan zou je
r.iet aan mij geschreven hebben. Nu, dat
je weer met Marjorie bent, is jouw brieven
schrijven voorbij. Ik zal ze missen meer
dan je weet.
Nu, de jonge nachtclub-dame, die mij
betooverend vindt, is voor de thee bij mij
geweest. Zonder chaperone bovendien.
Haar naam is Dora Mellln. Zij kwam,
heelemaal zonder verlegenheid, even on
verstoorbaar als altijd en heel onopzichtig
gekleed met een snoer valsche parels en
een zwart zijden japon. Zij zei (nadat ze
ontdekt had, dat ik geen cocktails had),
dat zij liever whisky dan thee had, dus
kreeg zij whisky. Toen zat zij daar, vol
maakt fatsoenlijk, alsof zij behoorde tot
een van de goede oude famillies uit de pro
vincie en keek mij aan met een onge
sluierde plechtigheid.
Ik kwam ineens tot het punt in kwestie.
„Als je werkelijk een vriend van mij bent",
zei ik, „wensch ik, dat je mij alles vertelt,
wat je weet van den jongen Rossett en
van Mulligan". Zij was teleurgesteld. Zij
had behoefte mij van haarzelf te vertellen,
van haar eersten man en hoe hij haar ge
slagen had. ,,'t Vreemde aan hem was",
merkte zij op, „dat hij alleen fatsoenlijk
tegen mij was als hij dronken was en hij
was meestentijds matig".
Maar toen sprong zij regelrecht over op
Mulligan. Zij wist niet precies welke de
relaties tusschen hem en Rossett waren,
maar zij wist, dat de domme jonge gek een
paar handteekeningen had nagemaakt
iets, dat met automobielen te maken had,
veronderstelde zij.
„Waarom wensch je den jongen te red
den?" vroeg ze mij. „Hij werd geboren als
een prul, hij zal altijd een prul blijven? Hij]
is beter op zijn plaats in de gevangenis".
Ik kwam ineens met de kwestie op de
proppen. Ik was verliefd op zijnzuster.
Het was voor haar dat ik dit deed.
zy zuchtte, knipte de asch van haar
sigaret in het vuur stond op, en keek uit
door het raam naar de schoorsteenen.
Toen keerde zü zich om, haar hand op
haar heup en naar mij kykend, zei ze: „Jij
bent van het goede soort. Natuurhjk had
ik niet de minste kans by een kerel als jy
bent. Maai- het kan my nu niet schelen.
Ik heb jarenlang me van niets iets aan
getrokken. Ik zou beter dadelük met den
jongen Rossett kunnen trouwen als
heelemaal niet. Hy geeft my een moeder-
ïyk gevoel en hy zou mü niet slaan. Ik zou
hem over mün knie nemen als hU het
probeerde".
zy keek de kamer door. ,,'t Is rustig"
zei ze. „Verduiveld" rustig. En jij bent ook
rustig, 't Is alsof je met watjes in je ooren
leeft. Ik zou er binnen een week ziek van
zyn. Maar ik houd van je gezicht. Geef mu
een kus".
Ik gaf haar een kus en zelfs twee. zy
was er niet meer door aangedaan dan door
iets anders, zy zuchtte weer, poederde
haar neus, terwyl zij zich naar mij om
draaide
.(Wordt vervolgd).